meta
dict | text
stringlengths 0
710k
| id
stringlengths 20
24
|
---|---|---|
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 49,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Zaaken wegens de Visschery noodig in acht genomen. Eerste achtgeeving. Hoe men zich in ʼt verschalken der Visschen bedient. Tweede achtgeeving overwoogen. Overweeging aangaande de wyking der Visschen. Derde en laatste achtgeeving betracht. De geweeken Visch het naaste in ʼt Ys op te speuren. Wat best by verdere verandering in ʼt wyken der Visschen dient in acht genomen. Oogmerk en waarom men deeze verkreegen ervaarnis mededeelt.
DRie zaaken zyn ʼer, die ons nu verder staan te onderzoeken, te weeten: Wat verder wegens de Visschery dient in acht genomen, en in overweeging gebragt,
I. ʼt Overige dat ons te verhandelen staat, namentlyk, hoedanig de loosheit der Westys Visschen in acht te neemen is.
II. Of de Visschen, wanneer de Schepen vertrokken zyn, zich wel weder buiten ʼt Ys, in Zee en aan Landt durven vertrouwen.
III. Of men aan Oud Groenlandt geen bequaame Visschery zou konnen oprechten.
Dit alles zullenwe nu zoo kort en klaar als ʼt mogelyk is, trachten te beantwoorden.
Op ʼt eerste zullenwe, Eerste achtgeeving waar in die bestaat. namentlyk wat de loosheit der Westys- boven de Zuidys-Visschen aangaat, alleen kortelyk zeggen, dat we ons gedragen, aan dat geene dat reeds daar van in de onderscheiding deezer Visschen is gezegt; en om dan zulks in ʼt voornaamste deel wel waar te neemen, zal men daaruit konnen gewaar worden, waar men deeze Visch vroeg, en waar laater, moet opzoeken, en gevonden hebbende, wel letten, als ze ons van plaats tot plaats, en allenks zal ontwyken, hoe men dan zyne verdere loosheit, in ʼt betrappen, met list en weder loosheit zal moeten aanleggen en tegen gaan, wanneer ze het diep in ʼt Ys trachten te ontkomen, alwaar ze gaatige Ysvelden vinden. Hier dient dan wagt by zodanige gaten gestelt: wykt een Visch naar het midden van ʼt gat om niet geraakt te worden, of is het gat te klein, hy wringt zich zoo veel mogelyk is, met het lyf weg, en keert den neus toe, zulks hy dan wel gequest, maar niet gedood kan worden. Zich wat uit gerust hebbende, en niet onervaaren zynde, ʼt geen hem by de Sloepen naakende is; neemt hy de wyk dwars van de Sloepen af, en vermits hy niet te houden is, moet de Lyn stukken of ʼer den Harpoen uit. Vind men deezen Visch aan een effen en vlak Ysveldt, wykt hy zo draa men ʼer aankomt, of men ziet hem nooit weer; is ʼt op een Bank of Aasplaats daar hy zich onthoud, wykt hy naar de naast daar aangelegen flarden, daar hy gemaklyk onder door kan, of in ʼt los Ys, en indien dit op eenige plaatsen genaakbaar of open is, zoekt hy de digtste plaatsen uit, alwaar men met geen Sloepen in kan roeyen, vermits deeze Visch van onder in ʼt water kan na speuren en zien waar hy wezen moet om ons te ontwyken; zulks dat hy zodanige plaatsen uitkiest, die voor ons ongenaakbaar zyn, schoon men hem ziet, of indien men ʼer echter bykomt, niets op uitwerken kan. Worden echter de Visschen in groote ruimtens ontdekt, vind men ze zoo schuuw, dat ʼer tʼeenemaal niet, of zeer zelden by te komen is, wat listen daar toe worden aangewend, ʼt zy dat men ze van achter een schots, of met wrikken, zoekt te betrappen: echter zynze zoo erg, dat ze leggen te luisteren, van waar het geluit komt, en zy weeten dan hun oog derwaarts te wenden, om ons alzoo tʼontgaan. Waar van zich de Schryver in ʼt verschalken der looze Visschen bediende. Verdeelt men de Sloepen in eene ruimte kringsgewys en wyd van elkander, weetenze die van onderen ziende, in ʼt opkomen wel zo verre te myden, dat ze gereed genoeg konnen zyn om weer tʼontwyken, eer een van allen hen naderen kan. Wy hebben in zodanig een geval, twee witte Sloepen ten dien einde gebruikt, ons zelve en de onder Harpoenier met een zeildoeksche rok in ʼt wit gekleed, de riemen doen innemen en den Stierder laaten wrikken, om hen dus als over een stuk Ys te verschalken: maar alles was vergeefs, vermits zy ons wel haast gewaar wierden; en om deeze reden zoekt men aan de Ysvelden naar groote en diepe bogten, om ze te eerder te betrappen. ʼt Zoude te lang vallen, alles te verhaalen wat ons wegens de loosheit deezer Visschen is ontmoet, en door eigen ondervinding op deeze en diergelyke voorvallen bejegent is.
Door Godes zegen zyn we veeltyds in ʼt naspeuren der Visschen, Rampen door den Schryver geleeden, en hoe. niet zeer ongelukkig geweest; maar de ontmoeting van zodanige looze Visschen, heeft ons geluk al vry wat gemaatigd, en onder de onkundige of min looze Zuidys Visschen, heeft het Godt belieft, ons tweemaal te bezoeken, en zulks op de krachtichste Iaaren van onzen tydt, met ons Schip in ʼt beste of ʼt voorste van den teelt te verliezen; het eerste geschiede in een storm, door ʼt springen van den Neushaak en ʼt breeken van een ander touw, reeds drie Visschen binnen ʼt boordt hebbende; en ʼt laatste viel voor, by mooy weer, door middel van een Visch, toen we al 7 Visschen gevangen hadden, en mogelyk de volle laading zouden gekreegen hebben, gelyk voor ʼt eerste insgelyks goede gelegenheit was, om noch verscheiden Visschen magtig te worden; want het Schip ʼt welk een gedeelte van ons goed burg, voerde Jacob Caspersz., die vervolgens noch 5 of 6 Visschen ving. Dit nu op ʼt eerste gezegt hebbende, gaanwe tot het tweede over.
Het tweede behelst dan, of de Visschen, de Schepen vertrokken zyn-de, niet wel een slootje, gelyk men zegt, durven overzwemmen, Tweede achtgeeving en overweeging. en zich dan buiten ʼt Ys, op Zee en ook naar Landt begeeven; te meer, dewyl de onbewoonde Landen, voortaan door overwintering geen belet aan deeze Visschen geeft; echter is ʼt waarschynelyk, voor zoo verre men naspeuren kan, dat de gemelde Spitsberger Visch, by en omtrent dit Eilandt gewent, (die van Zembla, Tartarië, Oud Groenlandt en alle anderen uitgezondert) buiten ʼt Ys niet komen, nademaal de getoonde schrik voor Zee en Landt, door deeze langduurige en zeer scherp gevoelige indrukselen, zodanig diep in ʼt bloedt, zaadt, merg en beenen, is in- en doorgedrongen, en derhalven hen als aangebooren, en tot een tweede natuur geworden; want hoe vroeg men daar ook mag komen, zoo vind men de Visschen op de voornoemde hooge Graden, en om verscheiden redenen, somtyds tegen over en midden voor ʼt Landt, ook wel voor in ʼt Ys: zelden in Zee, ten zy dat ʼer strooken Ys naby Landt dryven, of anders niet; en niet tegenstaande hoe laat men van daar vertrekt, wanneer de Visch reeds al in ʼt wederkeeren is, om uit het Noorden, of van allerwegen uit het hart van ʼt Ys naar den buiten zoom af te zakken, en om niet schielyk onder ʼt Ys beslooten te worden, zoo wyktze echter nooit verder op Zee, of komt aan of voor het Landt, als het Ys de Zee en ʼt Landt nadert, gelykwe zulks met opmerking verscheidemaalen hebben vernomen; doch om hier van af te treeden, zal ʼt merkwaardig zyn dit volgende te verhaalen:
ʼt Was in den Iaare 1703 of 4, dat we met 2 Visschen uit het Ys komende, geraakten met het Schip ʼt Witte Schaap, nevens vier anderen voor Spitsbergen onder den Zeeuschen Uytkyk bezet: maar alzoo wy vervolgens onze Iournaalen met dit Schip verlooren hebben, is ons de tydt ontschooten, wanneer wy aldaar quamen; De Schryver in ʼt Ys bezet, geraakt ʼer noch gelukkig van ontslagen Immers wy lagen ʼer verscheiden weeken, en zoo wy meenen geraakten we den 24sten Augustus van daar, vaarende langs den wal binnendoor, tot onder Smeerenburg, en den 26sten van daar door de Zuid-Baay in Zee. De blydschap, van zich weder uit deeze langduurige en benaaude bezetting in ruime Zee te zien, was onder ons Volk ongemeen groot, waar in wy mede niet weinig deel namen. Midlerwyl wy aldaar lagen, hoorden en zagenwe byna dagelyks Visch, somtyds eenige weinigen en dan weer meer, veeltyds ook wel binnen, maar meest buiten de Baay, doch wy lagen zo dicht bezet, dat men niet visschen kon; dikmaals begavenwe ons aan den voornoemden Uitkyk te Lande, en zagen van daar in kleine openingen en wrakken tusschen de schotsen in gelegen, Wat hem midlerwyl is ontmoet; op verscheiden plaatsen Visch boven komen, die telkens van anderen, wanneer ze weg dooken, gevolgt wierden; en in ʼt vertrekken zagenwe in de Noord-Baay mede verscheiden Visschen, waar van een der zelven ons heel naby quam, vindende toen wel bequaame ruimte om te Visschen, maar wy hadden ge-noeg te doen om onze Schepen te redden, zulks wy de Visschen niet aandeeden. Onder Smeerenburg leggende, zagen en hoordenwe mede verscheiden Visschen omtrent Maklyk Oud en in de Hollandsche Baay blaazen; terwijl wy hier lagen, En wat hy op een Berg geklommen aldaar waarnam. klommenwe op den Berg Marri met de Borsten genoemt, welke Borsten niet dan Ysheuvels zyn, ter groote van een kleine Duin of groote Hooistolp, waar op wy ons begaven, en lieten ons vervolgens tot op den grooten Berg af sullen.
Hier zynde, zagenwe van deezen Berg verscheiden Schepen voor de Magdalene-Baay en omtrent de zelve in Zee, en aan den Zoom van ʼt Ys, die aldaar niet verre van Landt lag, kruissen, terwyl de geheele Vloot in de Kruis- en Magdalene-Baay, de zeildag verscheenen zynde, op onzen komst waren wachtende; wy konden toen niet bespeuren, en hebben ʼer ook vervolgens nooit van gehoort, dat ze aldaar in Zee of onder den zoom van het Ys, by ʼt landt Visch hebben vernomen; maar by ons, zoo verre de Zee en ʼt Landt van ʼt Ys wierd geraakt, zagenwe zeer veel Visch, die noch dagelyks scheen te vermeerderen; ʼt welk by deeze Schepen zich geheel anders vertoonde, gelyk als of het buiten den tydt was, en buiten de paalen van de Walvisch-Zee scheen te wezen, zulks ʼer naaulyks Visch bespeurt wierd, niet tegenstaande die in ʼt Ys by ons, gelyk gezegt is, dagelyks wierd gezien en gehoort; en wat het Zaaizoen aangaat, dit stond om verschyden reeds gemelde redenen, noch dagelyks te verbeeteren. Des Schryvers overweeging omtrent de Visschen in ʼt ontwyken der Schepen. Men zou hier op mogen denken, dat deeze Visch, eveneens gelyk wy van den Berg in Zee zoo verre over ʼt Ys de Schepen konnen zien, zy van gelyken met zoo diep en noch dieper te daalen, insgelyks het zelve zien, en de Schepen als hunne Vyanden verneemende, de Zee als dan noch myden: maar weg zynde, zullenze zich dan mogelyk op Zee begeeven, en ook aldaar buiten ʼt Ys, naar ʼt gemelde aas afkomen en de Bayen en Gronden bezoeken. Doch het tegendeel is blykbaar, want wy ʼer nooit zoo vroeg komen, of zoo laat van daar vertrekken, zulks men ʼt niet verneemen kan, echter is ʼt uit meer andere reeds getoonde reden kennelyk: want men zou konnen vraagen, konnenze zich somtyds om de Oost, doch binnen den omtrek van ʼt Ys by de Schepen in de ruimte begeeven, of ook in ʼt Ys in een groote ruimte omtrent de Schepen en Sloepen, als gezegt is, speelen, zoudenze insgelyks de Zee van Schepen meerendeel ontbloot en opgeruimt ziende, de zelve derhalven dies te meer konnen myden, en verre buiten ʼt bereik der Schepen, niet een vry gebruik van de Zee neemen? en niet tegenstaande zagenwe toen de Zee nader by ons, dan de Schepen lagen: maar vernamen geen Visch buiten ʼt Ys; zulks het blykbaar is, dat hunne natuur, die eertyds vrymoedig op Zee was, insgelyks naar ʼt Landt en de aasryke Gronden plagt te trekken, nu door de gezeide scherpe indrukselen, zoo verre is vervreemt of verandert, dat ze noch Zee noch Landt, zonder van ʼt Ys als hunne beschanzing bedekt te zyn, aldaar nooit durven te voorschyn komen.
Wanneer men dan op deeze en de vooraf gegeeven redenen acht geeft, schynt het klaar, dat het zaaizoen niet zoo zeer, als wel de gemelde schrik voor de vrye en ruime wateren, door hunne veranderde natuur, hen nu binnen ʼt Ys doet blyven. Echter dryft hen het Zaaizoen in een ander geval, als gezegt is, somtyds uit het hart van ʼt Ys, tot aan den buiten zoom, maar door den aangeërfden schrik, nu zoo zeer niet als eertyds geheel op Zee; want in dit geval is hunne gemelde neerdaaling mede zeer dienstig, vermits wy van de Steng af, of van een Berg niet alleen de blaaute der Zee: maar ook de Zee zelf zeer verre over ʼt Ys konnen zien; alzoo ook zy, diep neerdaalende, konnenze mede deze blaaute en ook de Zee zelf zeer verre onder ʼt Ys doorzien, ʼt welk hen by ʼt Winter Zaaizoen, in hun wederkeeren uit het Noorden en het hart van ʼt Ys zeer dienstig is, nevens noch andere teekenen niet alleen in ʼt stellen van hun koers, maar ook in ʼt spoeden van hunnen weg, want de vorst opkomende, wanneer ze dan geen Zee of blaaute daar van zien, moetenze zich met dies te meerder yver langs de gemelde baakens naar buiten haasten; maar die ontdekkende, konnenze op hunne Banken of Aasplaatsen dies te vryer vertoeven. Zoo dat men besluiten kan, dat ze zich alle wel met het zaaizoen binnen en buiten ʼt Ys onthouden: maar nu om dʼaangetoonde reden als eertyds niet geheel op Zee, of buiten ʼt ys, ʼt zy in en buiten de Baayen.
Het derde of laatste behelst, of ʼer mogelyk volgens deeze getoonde blykbaarheit, geen bequaame Visschery aan Oud-Groenlandt te maaken was? hier op zullenwe antwoorden: Derde en laatste achtgeeving overwoogen. dat de Visschery als gezegt is, van Landt op Zee, en uit Zee nu in ʼt Ys verplaatst zynde, en om de getoonde reden, zynen voornaamsten stand op de voornoemde hooge graden heeft begreepen, zoo zienwe, zoo lange dit op dezelfde wyze geschied, geene redenen tot verandering; want dit naar onze gedachten de aller bequaamste plaats is, steunende op de gegeeven redenen, die over de geheele ruime uitbreiding van de gantsche WalvischZee te bedenken is; maar ʼt zou konnen gebeuren, dat door de veelvuldige ontroerenissen, deeze Visch jaarlyks aldaar door omzwervende Schepen aangedaan, de Visschery allenks, gelyk onder ʼt Landt en op Zee is geschied, mede op de gemelde graden in ʼt ys wel mogt bedurven worden: vermits men zich voortaan jaarlyks vroeger derwaarts begeeven moet, indien menze noch aan den buiten Zoom, om de getoonde reden, aldaar verzaamelt wil vinden; want by een slappen Winter, wat laat aan t Ys komende, zalze meerendeel dikmaals in ʼt hart van ʼt Ys geweeken zyn, eer men ʼer naderen kan, zulks men dan somtyds genoegsaam in groote ruimtens en openingen van Veldt tot Veldt zeilen kan, en echter naaulyks Visch verneemen of te zien komen.
Na zodanige slappe Winters, wanneer ʼer opening genoeg word gevonden, als dan is ʼt, om de getoonde reden, die nu wel behoorde, begreepen te worden, op de voornoemde hooge graden zoo goed niet, als na harde Winters, wanneer het Ys op onzen aankomst noch geslooten is, en dierhalven de daar verzaamelde Visch noch op zyn plaats en aan den buiten Zoom van ʼt Ys.
Met dusdanige slappe Winters dan, Des Schryvers aanpryzing by ʼt missen van Visch, in ʼt Ys of naar de Wal te zeilen. alwaar ʼt op de gezeide hooge Graden en om de Oost al te ruim is, vind men ʼer weinig blykbaarheit tot een goede vangst, dies zou men wel doen, voor zoo veel Oud-Groenlandt aanbelangt, dat men voor eerst, volgens de voorgaande onderwyzing, van deeze hooge graden op laage van 7, 6 of 75 graden gedreeven zynde, in plaats van uit te zeilen, om naar gewoonte het alhier op hooge graden of om de Oost weer te hervatten, liever door ʼt Ys zeilde, tot byna of binnen het gezicht van ʼt Landt, want men behoorde uit onze gantsche redeneering nevens de ondervinding nu wel te begrypen, dat de voorgemelde meenigte der Visschen niet opgevangen of weg is: maar dat de Visch alleen geweeken zy; dies zeilt men derhalven maar vrymoedig toe, schoon dat ze wel voor ʼt grootste gedeelte al te verre ten Noorden ontvlucht is, nochtans zal men noch een goed gedeelte langs de Kust van Oud-Groenlandt vinden; want met deeze slappe Winters, zullen de voornoemde Bayen en Rivieren zoo veel te meer uitstroomen, en ʼt gemelde aas als dan in en door het Ys gedreeven worden, naar welk aas men ongetwyffelt de Visch zal vinden te aazen; en dit zal uit onze voorgaande redeneering en bevinding zoo van ons als anderen blyken, en kan ook volgens de reden daaruit afgeleid worden.
Maar indien men, uit het bedryf deezer Visschen, als by voorbeeld, wilde bezorgt zyn, wat noch nooit is gebeurt of ondernomen, als of deeze Visch allenks in ʼt wederkeeren uit het Noorden, wel een andere koers mogt leeren neemen, en zich wat meer naar Zembla of Oud-Groenlandt, als naar Spitsbergen mogt begeeven, vermits ze ons, op deeze laatste plaats Yswaart in, naaulyks geheel ontwyken kan, om dat wy hen veeltyds wat te vroeg bykomen, eer dat het hart van ʼt Ys zich geopent heeft, zulks wy in ʼt openen allenks indringen, tot dat de uitgestrektheit meer opening geeft, en wy hen ook meer beginnen te verliezen.
Indien ʼt nu mogt gebeuren, Wanneer wederom een verandering in de Visschery wegens ʼt wyken der Visschen moest gemaakt worden; Wat dan dient in acht genomen: dat ʼer vervolgens zodanig een verandering in hun wederkeerende koers wierd bespeurt, en wy gelyk eerstmaals het Landt daar na de Zee, en eindelyk de voornoemde plaats op hooge graden mede leedig vonden, en derhalven ook daar door genoodzaakt wierden, wederom een nieuwe verandering in onze Visschery te maaken: dan zouden wy ʼt liever op de gezegde manier van onderen op, of door ʼt Ys, aan Oud-Groenlandt eens willen bezoeken, als aan Zembla, in Disco, of tusschen Zembla en Disco in ʼt Zuid of Oostys, want volgens onze redeneering is ʼer op alle deeze plaatsen Visch. Laat nu op alle deeze plaatsen de blykbaare Visschery even goed zyn, zoo is ʼt echter aan Oud-Groenlandt van een grooter verwachting, niet alleen, om dat het daar voor ons wel het gereedste is: maar ook om dat ʼer ons leven door ʼt verliezen van Schepen wat minder gevaar loopt, als op de andere plaatsen, en derhalven zal ʼer de Visschery ook met meerder vrymoedigheit konnen waargenomen worden, dewyl men aldaar met Sloepen langs deeze kust, dwersch door ʼt ys op Yslandt, en van daar met Deensche Koopvaarders, zich zelven veel beter als van de voornoemde andere plaats redden kan.
Doch deeze bekommering voor het tegenwoordige noch noodeloos zynde, Waar voor echter de Schryver noch voor eerst niet beducht schynt te wezen. dewyl de Visschery op hooge graden als noch taamelyk wel slaagt, zoo is deeze verandering tot dus verre niet noodzaaklyk, nademaal ʼer noch geen reden tot deeze verwisseling word gevonden, en ʼt zal mogelyk ook noch in lange niet noodig zyn, vermits telkens de Visch door ʼt gemelde aas aangelokt, zich niet tʼeenemaal van het gedreigde gevaar ontslaan kan, en mogelyk daar in noch lange zal volharden.
Wanneer echter iemandt, die de Fortuin alhier tegen liep, eens wilde veranderen, men kan het hem niet ontraaden, noch ook niet aanraaden, waar van dit de reden is: Dit Landt ondervangt de Stroom, eveneens als de Oostzyde van Spitsbergen; van de Westzyde, zet de Stroom, als hier voor gezegt is, het Ys af en op de Oostzyde aan; desgelyks zal dit Landt met de gemelde Oostzyde vergeleeken, (doch niet zoo erg) met een uitlandigen Windt, geheel vry van Ys konnen zyn: maar met een laagerwal, zal ook het Ys, de Stroom te baat hebbende, waarschynlyk veel eer en gereeder wederom aan den Wal zyn, als met een laager op de Westzyde van Spitsbergen; wanneer dan een Commandeur, met een wankelend of onvast ontwerp by zich zelven, aldaar aan den Wal komende, ʼt zy te vroeg of met een Oostelyken Windt, het Ys noch tʼeenemaal vast vind, zal hy dan licht, om volgens zyne inbeelding den tydt aldaar niet te verzuimen, zonder verrichting van daar weder naar de gewoone Visch-plaats keeren, vermits men wel gelukkig zyn zou, indien men op zynen aankomst ten eersten het Ys los gedooit vond, en met een Westelyken windt een vrye en open Zee tusschen ʼt Ys en ʼt Landt aantrof; dewyl men ʼt met zodanig een onvast ontwerp aldaar, gelyk om de Oost, lang daar op te wachten, op zoo een ongewoone plaats niet durft bestaan: Derhalven zullen wy ʼt noch aanraden noch ontraaden.
Wat nu onze Beschryving van deeze Visschery aangaat, die wy, met een uitvoeriglyk onderwys hebben voorgedragen; hier van zal door eenigen mogelyk geoordeelt worden: Dat deeze Visschery zoo onregelmaatig, wisselvallig en veranderlyk is, dat men ʼer door onderwys geen voordeel meë behaalen kan; maar wat ons aangaat, wy hebben ʼer onzen dienst van gehad, en ʼt zal ons waarschynlyk nooit meer te pas komen; doch indien we ons daar in noch bezigen lieten, zouden wy ʼt voor ons zelve nog niet geerne missen. ʼt Is ons wyders genoeg, dat we alles ten besten voor de ongelukkigen en voor de jonge eerst beginnende en noch ongeoffende Commandeurs voorgedraagen hebben. Welke wisselvallige en veranderlyke voorvallen, die daar in konnen voorkomen, zyn ons door den tydt en door opmerking niet onbekend gebleeven, en hoe veele daar van, niet in ʼt algemeen, maar ieder naar zyne byzondere voorvallen oordeelen, is ons mede wel bewust, en derhalven voor ons gantsch geen vreemde zaak. Ook hebbenwe in een ander geval wel bevonden en noch meer gehoort, hoe men over een ongemeene in- of uitwendige quaale des lichaams, met verscheiden Doktoren en Wondheelders raadt pleegende, naaulyks twee onder allen eensgezind daar over zal vinden; doch hierom kan men echter de Genees- en Heel-kunst in ʼt algemeen tʼeenemaal niet wraaken. Insgelyks is ʼt ʼer mede gelegen, indien iemandt door te weinig opmerking, van de Visschery in ʼt algemeen geen kennis genoeg heeft, en daarom van de zelve uit haare veranderlyke voorvallen wilde oordeelen, dat ʼer noch door ervaarenheit, noch door opmerking eenige weetenschap in te pas kan komen. ʼt Is dan onvoorzichtig, indien men zodanig een onkundig en onervaaren mensch, ten eersten zonder onderzoek wilde voor geloofbaar aannemen; echter zyn ʼer wel zeekere voorvallen, waar in men noch door ervarenheit, noch door opmerking niet wyzer schynt te konnen worden; maar deezen zyn alleen voor zich in ʼt byzonder, en niet algemeen, waar van wy eenige der zelven alhier eens zullen voorstellen.
Hier voor hebbenwe de plaatsen in ʼt West-ys tusschen de 77 en 79 graden beschreeven en begreepen, en door onze redeneering aangemerkt, Wat order men in de Visschery te volgen en in acht te neemen heeft; als de beste van alle anderen in onzen tydt bekent. ʼt Zy dat het weetende of onweetende geschiede, meest alleen volgenze dan hier in voor zoo verre een regelmatige orde, dat ze het meerendeel, eenigen uitgenomen, op deeze plaatsen trachten in ʼt Ys te komen; Die dit nu onkundig doet, duchtʼer te meer gevaar, en denkt op meer andere plaatsen als deezen, maar volgens eigen bekentenis, noch regel noch orde alhier willende bekennen, zoekt men dan dikmaals Zuid en Noord zonder te weten waar te vinden: Maar die dit weetende doet, ziet dit gevaar niet aan, en dringt verder door, eer zynen snellen tydt aldaar verloopt, welken voornaamsten tydt, als getoont zy, om de betoogde reden niet lang van duur is.
Dus ziet men ze dan alhier meest alle zoo gezamentlyk, gelukkigen als ongelukkigen, naar vermogen in ʼt Ys zeilen; als dan treffen het nu de Zuidelyksten, dan de Noordelyksten, dan de Oostelyksten, dan de Westelyksten; Die in sommige deelen gevalliglyke uitkomsten geeft. en sommigen treffen mede dit ongeluk, dat ze door mist of storm hun Schip verliezen, of bezet wordende, hun het snelle Zaaizoen verloopt, zulks ze niets daar toe konnen doen. Ook treffen ʼer sommigen een groot Ysveldt aan, daar 20, 30 ja 40 Schepen het rondom aanklampen. Eenige mylen van daar, doet zich een ander groot en schoon Veldt op, daar som-tyds 40, 60 en ook wel 80 te gelyk uit verscheiden Natiën bestaande, zich rondom vast maaken. Voorbeelden hier van aangeweezen. Tegen dit eerste Veldt, komt dan uit den Zuiden een ander groot Veldt afzakken, en plaast zich juist zoo, dat het met een groot uitsteekend punt, de Visch, die veeltyds uit den Zuidwesten om de Noord-Oost gaat, verre buiten de Schepen, tʼzeewaart van dit Veldt gelegen, komt om te wyzen; eenige andere Schepen dan, op deezen gewysden koers aan schotsen in ʼt los Ys leggende, komen hier door gelukkig te worden, en de Schepen dieper in ʼt Ys, aan de Westzyde van dit Veldt gelegen; voor de zelve vertoont zich het gemelde Veldt, als met een tusschen ruimte, een schoonen loop van Visch, recht op deeze Schepen aan, waar door zy alle aldaar, de eene min de andere meer, een gelukkigen slag doen; na verloop van tydt, met dit Veldt om en om te zeilen, komen eindelyk deeze Schepen, by die geenen die Zeewaart van dit Veldt gelegen, en niets opgedaan hebben; by elkander gekomen, hangt hen, die niets gevangen hebben het hoofdt, en zyn zeer moeijelyk dat zy ʼt niet mede aan de Westzyde hebben aangeleit, daar eenige wel hadden konnen aankomen, en andere niet: maar deeze gelukkigen zyn in ʼt tegendeel vrolyk en wel gemoed.
Doch met het andere Ysveldt, En de gevalligheden nader aan getoont. heeft het een gantsch anderen uitslag: hier worde de Schepen aan de Westzyde door Velden en flarden zodanig bezet, dat ʼer naaulyks eenige Visch kan by komen, maar een lange reeks van Velden en flarden, wyzen langs een gladde kust, een grooten loop van Visschen, gelykzaam recht op de Schepen tʼ Zeewaart gelegen aan; juist loopt dan de Windt uit Zee of naar ʼt Oosten, en maakt alhier een laager op dit Veldt, waar door men zich tot op ruimen gereet maakt, om met het omzeilen weder een opper te zoeken; naaulyks hier toe gereed, komt dan de Visch by hun, waar door zy aldaar worden opgehouden, en leggen blyvende, een zeer goede Vangst doen, zulks ʼer eenigen 6, 10, 12 ja 20 dooden op zy haalen; midlerwyl komt het los Ys op de laager afdryven, zulks ze bezet worden, waar door de anderen aan de Westzyde gelegen een opper en schoone ruimte bekomen, doch deezen loop van Visch is bezyden hen om gepasseert; echter zynze verheugt, wanneer ze deeze Schepen over ʼt Veldt zien, waaraan ze wel haast bespeuren, door het langs, dwersch en verward leggen, bezet te zyn, dat ze daar aan geen deel hebben; maar na verloop van tydt verandert deeze hunne blydschap in droefheit; deeze hunne Visch in de bezetting overgenomen, raakenze wederom los, behalven een der gelukkigste, 18 of 20 Visschen gevangen hebbende; die word van de flarden zodanig beloopen, dat ʼer het Schip blyft: maar alle de anderen ten deelen wel volladen, komen met het omzeilen by deeze leedige Schepen. Hier nu zyn deeze Westelykste zeer verdrietig dat ze het niet mede aan de Oostzyde hebben aangelegt: mar wat raad? dit is gebeurt, en in ʼt toekomende ziet beter toe. Wat gebeurdʼer nu? weder by een ander Ysveldt gekomen, leggen het de ongelukkigen juist weer aan de verkeerde en de gelukkigen aan de rechte zyde aan; insgelyks gaat het ook met de Schepen uit de Zuidt en Noordt by elkander gekomen, de eene is door een goede vangst verheugt, en de andere, leedig zynde, bedroeft.
Wy hebben door Godes zegen, met veel moeiten, peylen en naarstige opmerking, wel een redelyk goed begrip van de Visschery bekomen, Hoedanig den Schryver zich somtyds verleegen heeft gevonden, doch echter het nooit tʼeenemaal heeft opgegeeven. en echter hebbenwe het mede verscheidemaalen buiten ons weeten op de verkeerde zyde aangelegt; maar dit Tafereel volgens onze redeneering, van de plaats, aart en koers der Visschen in ons verstandt prentende, hebbenwe echter in diergelyken tegenspoeden, zeer zelden moedeloos geweest, en veeltyds ons Volk moed gegeeven, zeggende: Visch is ʼer genoeg, ze is alleen maar door de verandering van ʼt Zaaizoen van deeze plaats wat geweeken, dog niet weg, Godt geeft ons het geluk aldaar komende, wy zullenze wel weder vinden; gelyk we vervolgens noch wel iets daar van melden zullen.
Alle zodanige voorvallen nu, zyn ons mede niet onbekent, en wy zouden uit onze naarstige opmerking, noch veel van diergelyke konnen bybrengen, als nevens het slippen en breeken van lynen, bezetting in ʼt beslooten Ys enz.: waar in noch regel noch orde ooit te vinden is; doch dit alles zyn alleen maar de bezondere voorvallen onderhevig, en niet de algemeene, en buiten dit blyft echter de Visschery in ʼt algemeen, als ʼt voornaamste deel der zelve, zoo als die in ʼt beschreevene doorgaans zeer wel geregelt voorkomt.
Het lust ons noch eenige zaaken de Visschery in ʼt algemeen raakende, Zaaken in ʼt algemeen in acht te neemen, en hoe. by nader onderwys voor te stellen, waar uit dat blyken zal, dat men zich noodzaakelyk, naar de wel geregelde orde schikken moet. Men lette dan, dat behalven op onze uitverkooren plaats, tusschen 77 en 79 graden het landaas op de voorschreeven wyze, door de bestiering van den stroom het allereerst en meest word aangevoert, en behalven dat, is ʼt ’er ook zeer bankig en heel breed grondig, gelyk wy in den Iaare 1698, op 78 graden 36 minuten, 36 mylen van ʼt Voorlandt, dit by verscheiden pylingen tusschen 100 en 200 vademen diep bevonden hebben; en in den Iaare 1699, op 77 graden 15 minuten van ʼt naaste Landt, by goede gissing omtrent 56 mylen, vond men ʼer 150 vademen diepte, op 77 graden 9 minuten 170 vademen, en een ander omtrent ons leggende, heeft ʼer het loot op 80 vademen geworpen.
Op deezen koers hebbenwe het in ʼt zelve Iaar, en meermaals breetgrondig gevonden, en meest een zachte, vette, geelachtige en asgraauwe kleigrondt, waar door deeze plaats nevens haaren natuurlyken aanwas, met het aandryvende aas ryklyk word verzien; derhalven is ʼt niet ongereegelt, al onthoud zich hier Visch, en men zal ʼer ook moglyk nader by landt wel grondt vinden: maar wy hebben ʼt geluk niet gehad, misschien de banken mis gezeilt zynde, om ʼer grondt te werpen, ten zy een myl 2 of 3 van Landt en zulks op veel minder diepte; doch by gemeene tyden moet men dus verre van Landt zyn, eer men eerst recht aan de Ysvelden komt.
Van deeze plaats, Verdere redeneering over dit onderwerp; hebbenwe hier voor een veel breeder geregelde oorzaak getoont, als mede hoedanig en van waar de Visch zich alhier in zoo een groo-te meenigte vergadert; hoe in ʼt Voorjaar, hoe in Gemeene Iaaren, en hoe op Zuid-ys Iaaren, gelyk op meer andere plaatsen gebeurt. Nevens de welgelegenheit van deeze plaats, staat ook te letten op de welgeregeltheit van den tydt, en men zal, als van den Haring bespeurt word, bevinden, dat men deeze Visch in ʼt Voorjaar in geen diep water, en in ʼt Najaar onder Hitlandt niet behoeft te zoeken; insgelyks vaart men wat laater als de Vloot uit, of een traag Schip hebbende, of met slagboegen op de uitreis wat ongelukkig zynde, en alhier merklyk laater dan naar gewoonte komende, zoo bedenkt men zich wel, eer men in ʼt ys zeilt, en onderzoekt uit alle de teekenen die konnen bespeurt worden, of het een Gemeen-Iaar dan of het een Zuid-ys Iaar is. En wat daar in waar te neemen staat. Men houde met stipjes in de Kaart, gelyk wy gewoon waren te doen, van der zelver lengte, een jaarlyksche aanteekening, en men zal het met goede gissing, breed of smal bevindende, daar uit ten deelen konnen gewaar worden; indien niet: zeilt men liever een stukweegs naar Landt, en tracht deeze kennis dan uit de beschouwing van ʼt Landt te bekomen; is ʼt dan een Zuid ys Iaar, men zoeke volgens onze beschryving als dan op heele hooge graden te komen, en zoo veel mogelyk is, boven alle de Schepen in ʼt ys te loopen; want op deeze gewoone plaats is ʼt wel goed geweest: maar door de daar leggende Vloot, dan veel te laat, als mede voor die geenen die in ʼt ys leggen, vermits de beste tydt voorby is; doch is ʼt niet al te laat, kan het ʼer somtyds noch wel goed zyn, dewyl het hier dan langer als met een Gemeen Iaar, volgens onze beschryving, goed kan blyven; maar is ʼt een Gemeen Iaar, zal het dan min verschillig wezen; als dan kan men keur nemen, ʼt zy boven of beneden ʼt gemeene gros der Schepen, doch niet by de zelven; en voorts waar, of op wat tydt, diep of ondiep, of in ʼt ys, ʼt zy Oost of West te zoeken, men volge onze Beschryving, en men zal bevinden, dat ʼer in de Visschery in ʼt algemeen, behalven de gemelde byzondere gevallen, een zeer ordentlyke orde, in plaatsen en tyden moet onderhouden en waargenomen worden, of anders, behoeft men, zonder Godes Zegen, hier niet te komen.
Sommigen zyn ʼer echter, die in ʼt Zaaizoen van den gewoonen regel afwyken, en ʼt schynt hen wel te gelukken; hier op zou men konnen zeggen: dat men dies aangaande niet min ervaaren dan een ander is, doch wy zullen ʼt geenzins tegenspreeken, maar ʼt is ook geen gemeene regel; want indien zy dit alle deeden, dan was en bleef weder deeze plaats, volgens de reden, de beste van alle plaatsen.
Eindelyk zullenwe alhier ter zaake, noch iets van ons eigen wedervaaren verhaalen, waar uit het schynen zal, als of we ons zelven pryzen wilden; echter zullenwe op hoope van dienst aan anderen te doen, hier in niet nalaatig zyn, want de wanfortuin heeft door Godts goedheit en bestiering onze ingebeelde wysheit tʼeenemaal tot zotheit gemaakt, dat schoon ons iemandt wilde pryzen, hoopenwe, dat wy door onze eigen nietigheit, deeze ydele schaamteloosheit wel zullen ter zyden ons konnen laaten neerglyden, im-mers eenig lof voor ons te willen zoeken, zou nu ontydig zyn; wy moesten ʼer toen naar getracht hebben, toen men ʼer dienst of genot van had konnen genieten. ʼs Schryvers eigen wedervaaren, en hoe hy zich hier in gedroeg. Wy waren dan in den jaare - - - alhier met een klein Scheepje, het wapen van Texel genaamt, nevens veele anderen op den zoom van ʼt Ys en kruisten, terwyl ʼt alles noch vast en wel geslooten lag, en vermits wy meest alle buiten den zelven waren, verliep het zaaizoen binnen deezen zoom noch zo schielyk niet: maar eindelyk bewust zynde, dat de Visschery wel eer hier buiten in Zee pleeg te geschieden, en nu reeds lange binnen in ʼt Ys was geweest, kondenwe ons gedult niet langer opschorten, maar zagen eindelyk een sleuf die een goed stuk inwaarts, doch niet door liep, echter zeilden wy ʼer op goed vertrouwen in, zo lange tot ze vast liep. Aldaar leggende, was het Zeewaart wel haast dicht, en wy zagen ook aanstonds Visch, doch ʼt was ʼer te dicht om onze Visschery te konnen verrichten: maar tot ons geluk: begon zich eerlang het Ys inwaarts te openen, en wy geraakten ʼer wel haast door, en aan de Ysvelden by taamelyk veel Visch, vingen eerlang by een Gemeen Iaar, te weeten 7 groote Visschen; wy vulden onze twee onderste laagen en quaamen wel haast met ons flensgat vol Spek weder in Zee; aldaar zynde, lieten wy ʼt dryven, om het Spek in de Vaten te arbeiden, die ook meest alle vol raakten, zulks dat ʼer mede een gedeelte van onze Schooven Schooven zyn gesloopte Vaten, of Duigen, die van ieder Vat door twee of vier Hoepbanden worden in en by elkander gestooken, en dus gekuipt, om te gemaklyker tʼ Scheep te konnen voeren, zulks, wanneer men elders Vaten noodig heeft, deeze gesloopte duigen weder op zet, en tot Vaten maakt. moesten opgemaakt worden; doch wy zouden in de overige en verder in de Viktalie-vaten, noch wel een halve Visch hebben konnen bergen. Hier dryvende, zagen we verscheiden van de gemelde Schepen, noch leedig zynde, die zoo zy meenden, in ʼt ys niet konden komen, en derhalven noch allerwegen kruisten.
In tegendeel is ʼt ons ook gebeurt, dat we op gelyke wyze in ʼt vaste ys zeilden, ʼt geen zoo wel niet gelukte; want het ys niet willende ontsluiten, bleevenwe dien geheelen teelt vast en dicht bezet, zulks wy, alhoewel we Visch genoeg by ons zagen, echter niet konden Visschen; dus quamen we, de teelt verloopen zynde, leedig weer uit het ys en ook schoon weerom tʼ huis. Zodanige en meer diergelyke gelukkige en ongelukkige gevallen, die alleen gevalliglyk en niet algemeen zyn, zouden we zeer veele konnen verhaalen, ten deelen ons zelven, en veele anderen nevens ons voorgekomen.
Om dan onze redeneering over deeze gewichtige Visschery te sluiten, Oogmerk waarom hy deeze Beschryving van de Visschery en zyne ervaarnis meededeelt, die echter aan een ieders goedvinden word gestelt. zoo zyn deeze onze gedachten alleen ter neder gestelt, om voornamentlyk tot onderwys voor alle jonge en eerst aankomende Commandeurs en andere Bedienden der Groenlandsche Visschery te dienen; hierom is ʼt dat we de moeiten op ons genomen hebben, om deeze zoo wyd vermaarde Visschery, tot dus verre noch onbeschreeven zynde, dus eenvoudig en klaar te beschryven, als ons mogelyk is geweest. Voor een gedeelte hebbenwe ons van de getui-genis der voornaamste oude Commandeurs en anderen bedient, doch voor ’t meerendeel alles uit onze eige Iournaalen en aanteekeningen naar eigen ondervinding byeen gestelt. Echter laatenwe dat, als in een Tafereel voor ’t verstandt en de bequaamheit van een ieder opengelegt, mits vryheit genietende om ’er zich naar eigen goeddunken van te bedienen, zoo en zodanig als best naar een ieders begrip zal geoordeelt worden. | zorg003bloe01_01_48_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Misbruik in den handel van Traan en Baarden eertyds ingesloopen, en wederom afgeschaft, door een Mandament daar tegen uitgegeeven. Den Groenlandschen handel van inkomende rechten ontheven. Wat deeze Visschery sedert den Jaare 1669. heeft opgedaan en gevangen. Reglement over ’t bergen van Goederen uit de verongelukte Schepen. Naamlyst van alle de Hoofdt-Reeders en Commandeurs van de Groenlandsche Visschery.
NAdemaal we wat het oeffenen en waarneemen van deeze Wisselvallige Visschery aangaat, voor zoo verre ons oogmerk was, in de voorgaande Hoofdtstukken reeds breedvoerig genoeg hebben afgehandelt; zullenwe nu noch, doch kortelyk, een schets van den Handel uit deeze Visschery ontsprooten, voorstellen, en vervolgens ’t geen den geheelen omslag en de behandeling van de Walvischvangst aangaat, mede een kort bericht geeven, op dat een ieders weetgierigheit omtrent deeze verrichting mag worden voldaan, nademaal we ons vleyen, dat het den Leezer niet onbehaaglyk voorkomen zal.
Om nu de welstandt van den Koophandel, Ongegronde Windhandel door baatzucht ingevoert; uit deeze Groenlandsche Visschery spruitende, ten besten te bevorderen: zoo hebben ’s Lands Overheden zorge gedraagen, dat alle driftige, winderige en ongegronde Voorkooperyen van Traan en Walvisch-Baarden beteugelt wierden, die eertyds door loosheit van baatzuchtige Maakelaars nu en dan waren ingevoert. Deeze Windt-Negotie, had in Partyen te leeveren of t’ ontvangen, eenige Kooplieden somtyds zodanig belemmert, dat men ’er by meenigte zou hebben zien springen, wanneer den tydt van de leevering of den ontfang verstreeken was; midlerwyl ’er niet weinig valsche en bedrieglyke konstenaryen in zwang gingen.
’t Was om deeze reden, Die tydelyk word afgeschaft. dat omtrent den Iaare vyf of zes en dertig van de verleedene eeuw, een Mandament tegen zodanige Wind- en Optie-Partyen uitgegeeven en verleend wierd; welk Mandament, waar in de naam van Prins Fredrik Hendrik aan ’t hoofdt stond uitge-drukt, tot ontslaging van zodanige Wind-Partyen diende, en men vervolgens gewoon werd, den geenen te noemen, zich met Prins Fredrik Hendrik te behelpen, die zich ’er van bedienden.
Maar om deezen Groenlandschen handel, De Groenlandsche Visschery van inkomende Convooygelden ontlast. die als een Goudmyn voor Nederlant verstrekte, des te beeter te bevoordeelen en voort te zetten; zoo werden in den Iaare 1675. de Traan, het Walvisch-Spek, de Baarden, Walrustanden en Robbevellen, wederom van inkomende Convoygelderen vry gestelt, waar mede deeze Visschery sedert ten tyde van de Noordsche Compagnie was belast geweest; ’t welk niet weinig de lust tot deeze onzeekere Visschery verwakkerde, ja zodanig dat onze Nederlanders de andere Natiën byna t’eenemaal doodvoeren.
Hoedanig de Groenlandsche Reedery Iaarlyks met haare Wisselvallige Visschery en Walvischvangst gestaan heeft, Wat voordeelen deeze Visschery in een reeks van Jaaren heeft bygebragt. zal blyken in de volgende Lyst, uit een voornaame Reeders handt ons medegedeelt; waarin sedert den Iaare 1669. tot deezen tegenwoordigen tydt vertoont word, het getal der Schepen telkens op de Groenlandsche Walvischvangst uitgerust, hoe veel Schepen in ’t Ys gebleeven en verongelukt zyn, en hoeveel Visschen jaarlyks gevangen; welk getal van Quardeelen Spek deeze gevangen Visschen hebben uitgelevert, en ten welken pryzen de Traan en Baarden jaarlyks zyn verkocht, ’t geen alles als in vergelyking met de pryzen van de Raapoly, die, na dat ’er een schraale of ryke vangst is geweest, gemeenlyk volgens den prys van de Traan ryzen of daalen moeten. Maar alzoo in de eerste drift van deezen handel, wanneer men de tyding van de wel of qualyk geslaagde vangst ontfangt, deeze pryzen somtyds geweldig ryzen of daalen, en alsdan noch niet bestendig zyn; zoo word deezen Groenlandschen Handel, in ’t voornaamste vertier van Traan en Baarden (’t welk in de Maandt October is) echter met een bestendige koershouding gedreeven, gelyk alles in deeze volgende Lyst word vertoont; waar in wy ten dienste van naaukeurige Reeders, Kooplieden en anderen, een uitreekening over ’t gantsche Gros der Groenlandsche Vloot en haare Vangst, door elkander gereekent, gevoegt en opgemaakt hebben; en beneeden aan zoo veel leedige plaats gelaaten, om jaarlyks alles wat vervolgens in deeze Visschery en Traan en Baarden-handel voorvallen mogt, daar in aan te teekenen; zulks, indien men deeze Lyst geduurig met een naaukeurige aanteekening achtervolgt, altoos een nette schets en waare afbeelding van den Groenlandschen handel hebben kan. | zorg003bloe01_01_49_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 2,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Naaukeurige Lyst van de Hollandtsche Groenlandsche Visschery; Sedert den Jaare 1669 tot deezen tegenwoordigen Tyd
JaarenSchepen uitgevaren.In ’t Ys gebleeven en verongelukt.Visschen gevangen.Quardeelen Spek.Door elkander gereekent, Visschen.Quard. Spek.
1669138-822---
16701484792---
16711556309½---
1672Om de Troubel Tyden verbod op de Groenlandsche Visschery geweest
1673Om de Troubel Tyden verbod op de Groenlandsche Visschery geweest.
1674Om de Troubel Tyden verbod op de Groenlandsche Visschery geweest
167514814881½---
16761457808½---
16771493686300504 40/149201 101/194
1678110181118¼---
16791263831398576 25/42316 41/126
1680148121373524069 41/148354 7/74
16811726889303065 29/172176 17/86
168218691470629607 26/31338 46/93
1683242111343435405 133/242179 111/221
1684246om de Oost blyven zitten en Gebleeven.11 141185447304 201/246181 34/41
1684246om de Oost blyven zitten en Gebleeven.11 141185447304 201/246181 34/41
1685212231383¼559606 445/848263 51/53
168618911639295433 8/21156 59/189
168719416617232113 35/194119 125/194
16882147345146001 131/21468 24/107
168916311243101201 29/16362 14/163
16901175818½349606 116/117298 96/117
16912Van Hamburg en Bremen uitgevaaren, en hier verboden.---
169232-6227481 15/1687
169389817584801 86/8995 25/89
169462-156¼75622 129/248121 30/31
169596-20191062 3/3294 41/48
16961006380149753 4/5149 ¾
169711181274½4228111 107/222380 101/111
JaarenPrys van de Traan.Prys van de Baarden.Prys van Traan in October.Prys van Baarden in October.Prys van de Raapoly.
1669
1670
1671
1672
1673
1674
1675
1676
1677
1678
1679
1680
1681
1682
168331 : 2631 : 27303034 : 28
168434 : 2929 : 24332730 : 45
168534 : 2728 : 18281847 : 33½
168648 : 2929 : 19382335 : 27½
168755 : 4042 : 26493630½ : 37½
168854 : 4352 : 27525231½ : 37
168968 : 5380 : 45567437½ : 45
169060 : 3277 : 36354048 : 32
169163 : 45110 : 736110541 : 33½
169265 : 51205 : 1006515534½ : 37½
169372 : 62205 : 1656218544 : 37¼
169465 : 57180 : 506016042 : 45
169563 : 55240 : 1605818043 : 52½
169676 : 40½240 : 1255013548 : 46
169731 : 30140 : 503255 - : 37
JaarenSchepen uitgevaren.In ’t Ys gebleven en verongelukt.Visschen gevangen.Quardeelen Spek.Door elkander gerekent, Visschen.Quard-Spek.
169814061488½5598510 177/280399 25/28
16991513775½308355 41/302204 31/151
1700173-907365485 42/173211 45/171
1701207122071¼6750710 5/828326 25/207
17022255697¼243883 89/900108 88/225
17032085646½245273 45/216117 191/208
17041301651½237015 3/260182 41/130
170515731664½5234610 189/314333 65/157
17061491452½152993 11/298102 101/149
1707131112854310 128/13141 60/131
17081213525½207314 83/242171 40/121
17091271190½82371 127/25464 109/127
171013726233790 62/13724 91/137
17111175630½205895 91/234175 38/39
17121085370½142033 93/216131 55/108
1713943256128542 34/47136 35/47
1714108312343749011 23/54347 7/54
17151345696½258305 53/268192 51/67
1716153-519202163 20/51132 20/153
17171805391144632 31/18080 7/20
17181948281¾131031 351/776.67 105/194
17191823308101001 63/9155 45/91
17201694319139761 150/16982 118/169
17211493667½231884 143/149155 93/149
17221853926323385 1/185174 148/185
1723189520190431 12/18947 160/189
1724172522395561 51/17255 24/43
17251454280½105713 126/14572 131/145
1726
1727
1728
1729
1730
1731
1732
1733
1734
1735
JaarenPrys van de Traan.Prys van de Baarden.Prys van Traan in October.Prys van Baarden in October.Prys van de Raapoly.
169825 : 2676 : 42243636 : 40
169936 : 3780 : 51376641 : 40
170037 : 4158 : 513854- : 36
170131 : 33: 3580 : 48315436 :
170236 : 4085 : 57407629 : 30
170339 : 2769 : 483962- : 30
170441 : 4269 : 564058- : 31
170530 : 2757 : 35273628 : 27 : 29
170643 : 42 : 4058 : 36425728 : 29
170760 : 5875 : 50597532 : 34
170850 : 6366 : 50536140 : 50
170990 : 65 : 8077 : 58867450 : 80
1710100 : 90 : 78110 : 588611066 : 30
171176 : 3997 : 59536833 : 30¼
171242½ : 44 : 50100 : 67407831 : 28
171345 : 65176 : 1005413030½ : 45½
171470 : 52 : 43165 : 804914050 : 40
171552½ : 42 : 47145 : 804410050 : 34
171647 : 48136 : 824712640 : 36
171745 : 55120 : 605314729 : 31
171853 : 64145 : 1705416231 : 32
171953 : 56185 : 2155421530 : 31
172047 : 48180 : 2064517530 : 29
172140 : 36150 : 1373613732 : 33
172238 : 30138 : 1023013030 :
172336 : 38150 : 1952519525 :
172433 : 36160 : 1652415825 : 26
172531 : 33148 : 1503315132 :
1726
1727
1728
1729
1730
1731
1732
1733
1734
1735
JaarenSchepen uitgevaren.In ’t Ys gebleven en verongelukt.Visschen gevangen.Quardeelen Spek.Door elkander gereekent, Viss.Quard. Spek.
1736
1737
1738
1739
1740
1741
1742
1743
1744
1745
1746
1747
1748
1749
1750
1751
1752
1753
1754
1755
1756
1757
1758
1759
1760
1761
1762
1763
1764
1765
1766
1767
1768
1769
1770
1771
1772
1773
1774
JaarenPrys van de Traan.Prys van de Baarden.Prys van Traan in October.Prys van Baarden in October.Prys van de Raapoly.
1736
1737
1738
1739
1740
1741
1742
1743
1744
1745
1746
1747
1748
1749
1750
1751
1752
1753
1754
1755
1756
1757
1758
1759
1760
1761
1762
1763
1764
1765
1766
1767
1768
1769
1770
1771
1772
1773
1774
Noch staat hier aan te merken, dat ’er in Oorlogstyden met Vrankryk, in deze voornoemde Iaaren, 87 Schepen genomen, en ook wederom van deze genomen Schepen, drie hernomen en vyf gerantzoeneert zyn; als mede dat ’er in den Iaare 1677 en 1701, twee Schepen zyn verbrand; welke geledene schaade over ’t gros van deze Visschery, by deze verongelukte en in ’t Ys gebleven Schepen mede gevoegt worden kan, indien men over de overschietende voordeelen van dezen Groenlandschen handel een overslag zoude willen maken.
Om nu op ’t allernaaukeurigste de Groenlandsche Redery en Beminnaars van alle wetenswaardige zakelykheden, ’t zy belang of geen belang in dezen hebbende, te voldoen; haddenwe wel voorgenomen, een jaarlyksche Lyst van alle de Schepen, ieder in ’t byzonder, op deze Visschery uitgerust, op te maken, en hier inlassende, hun mededeelbaar te maken; waar uit niet alleen het jaarlyks bestier der Hoofdreders of Boekhouders zou konnen worden ingezien, maar ook wat Schepen en Commandeurs onder hun opzicht van tydt tot tydt op deze Walvischvangst zyn uitgereed, en hoe ieder in ’t byzonder ’t eene Iaar gelukkiger dan ’t andere in deze wisselvallige Visschery zy geweest. Maar alzoo dit, in een Boek, van inhoud als ons bestek had toegelaten, al te verre uitwyden zou, nademaal het door zodanig een breed uitlopende aantekening, wel een apart Boek-Deel vereischte; zoo hebbenwe ons gevleyt, met deze beknopte Lysten van de jaarlyksche uitrusting ter Groenlandsche Walvischvangst in ’t algemeen, zoo wel van die van onze Nederlanders reeds getoont, als van de noch volgende Hamburgers te zullen voldoen.
Overmits wy dan meenen, Welke voordelen de Hamburgers in de Groenlandsche Visschery hebben behaalt. met het vertonen van een Lyst van de Hamburgsche Groenlandsche Walvischvangst, de Redery geen ondienst te zullen doen, waar in men gelyk in de Hollandsche Lyst is aangewezen, mede naaukeurig vind aangetekent, het getal der Schepen jaarlyks op deze Visschery uitgerust en in Zee gelopen; wat Visschen die gevangen hebben, en hoe veel Walvisch-Spek die hebben uitgelevert; om daar in mede, als met eenen opslag te konnen zien, welke voordeelen de Hamburgers in deze Visschery somtyds genoten hebben: doch die hen nu en dan almede wel eens zeer schraal is uitgevallen. Waar by noch komt, dat hen gedurende dien tydt, 34 Schepen Vyandlyk ontweldigt of verbrand zyn, waar van eenigen met een zwaar rantzoengeldt somtyds wierden gelost Hoedanig wisselvallig deze Visschery by hen mede jaarlyks is uitgevallen, word in deeze volgende Lyst, die met een naaukeurige aantekening is achtervolgt, blykbaar getoont. | zorg003bloe01_01_49_1 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 3,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Naaukeurige LYST van de Hamburgsche Groenlandsche VISSCHERY; Sedert den Jaare 1670. tot dezen tegenwoordigen Tydt.
JaarenSchepen uitgevaren.In ’t Ys gebleven en verongelukt.Visschen gevangen.Quardeelen Spek.Door elkander gerekent. Visschen.Quard Spek.
167048-18786523 71/86216 8/20
167140-351169378 31/46423 27/40
1672471516½2336510 91/94496 33/47
1673537589½2912811 1/8549 12/16
167474-521302757 1/74409 9/74
1675832484 2/3257105 209/749309 63/83
1676531103 1/348331 151/15991 10/53
1677721295 5/6146854 25/216203 23/24
1678552513½208279 28/35378 37/55
167944-217 5/6119064 251/264270 13/22
1680495467191289 26/49390 18/49
1681545280 2/310193½5 77/153199 89/102
1682512414½185778 13/105364 13/52
1683543307½109045 25/36201 25/27
168457-227½113333 113/124198 47/57
1685564335½148575 111/112265 17/18
1686541126 1/36840½2 51/162126 73/108
168754213556962¼105 13/27
16885624118550 41/5633 7/56
168943238¼18600 253/27343 21/43
169035-180¼87525 3/20250 2/35
169143-209190 20/4121 16/43
169233-10550003 2/11151 17/33
169352583½38731 63/16474 25/32
169454675½42211 14/10878 1/6
169545151 3/827321 41/27060 32/45
1696521136½62952 61/104121 3/32
1697574515183449 2/17321 47/57
1698543471½200418 75/108371 7/54
169952111150572 7/5297¼
1700531189½83413 62/106157 29/38
JaarenSchepen uitgevaren.In ’t Ys gebleven en verongelukt.Visschen gevangen.Quardeelen Spek.Door elkander gerekent, Visschen.Quard. Spek.
1701543544½1952110½361½
1702582106¼41411 207/23271 25/58
170354210252661 8/997 1/3
17048-3312984 2/3162¼
170532117565116 1/32224 15/29
170634-3315000 33/3444 2/17
170726135½14701 9/5256 7/23
170822139¼18101 37/4286 4/27
17092317126823 2/23116 14/23
171032-84270¼13 13/32
171126-152½43525 41/52167 5/13
171218-4118212 5/18101 1/6
17131822714651½81 7/18
171432220558146 13/32181 25/26
171540112552473 1/5131 7/40
171644179½34471 21/8878 15/44
17174926028831 11/4958 41/49
171849141¼22290 145/19645 24/49
17195423315860 17/3649 20/27
172048151½24951 7/9651 47/48
1721401135½54103 31/96135 5/26
172252-155¼60232 38/39115 41/52
172361415½8790¼14 25/61
172457231¼14650 57/12525 40/57
172544146½18681 5/5844 5/12
1726
1727
1728
1729
1730
1731
1732
1733
1734
1735
1736
1738
1739
1740 | zorg003bloe01_01_49_2 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 4,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725.[Redactie: Deze lijst is uit een ander exemplaar toegevoegd, zie verantwoording.]
JaarenScheepen uitgevaren.In ’t Ys gebleven en verongelukt.Visschen gevangen.Quardeelen Spek.Door een gerekent. Visschen.Quard. Spek.
1726108113259081 2/944 14/27
1727101322497982 22/10397 1/105
1728994165½72361 2/373 1/11
17291022113 1/349601 11/10248 32/51
17308723719460 37/8722 34/87
1731
JaarenPrys van de Traan.Prys van de Baarden.Prys van Traan in October.Prys van Baarden in October.Prys van de Raap-Oly.
172640½ : 45188 : 19049 : 5519027 : 29¼
172745¼ : 41153 : 14646 : 4814627½ : 34
172842 : 44½157 : 15948 : 5517530¼ : 34½
172957 : 53¾200 : 18254 : 5517534½ : 39 3/2
173048 : 49¼192 : 20048 : 4923732¾ : 25
1731 | zorg003bloe01_01_49_3 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 5,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | LYST van de VISSCHERY in de Straat Davids.[Redactie: Deze lijst is uit een ander exemplaar toegevoegd, zie verantwoording.]
JaarenScheepenGebleven.Visschen.Spek.Door een Visschen.Quard. Spek.
171929-4124111 12/2983 4/29
172058113768882 21/58118 17/29
172110776537390 65/10734 91/107
1722682125½65871 57/6890 59/68
172344211361052 25/44138¾
172460213579502¼132½
1725811250128313 7/81158 33/82
1726110211366141 3/11660 7/55
17271022178½98791 19/2896 87/102
1728861195½109032 23/86126 67/86
172991-118½75211 27/9382 69/91
173083-211½116772 45/83140 57/83
Nu hadden we geerne ter voldoening van ons voorneemen gezien, dat we alhier in de zodanig een volkomen Lyst, van de Schepen, voor Bremen op de Groenlandsche Visschery uitgerust, hadden konnen inlassen, nademaal van deeze Stad jaarlyks omtrent van 15 tot 20 Schepen op de Walvischvangst uitgereed, in Zee loopen, die mede somtyds niet alleen met een taamelyke, maar ook ryke vangst zyn t’huis gekomen; doch alzoo we de zelve zoo volkomen als die van de Hollandsche en Hamburger Schepen niet konden magtig worden, zullenwe ons dan met het aangetoonde vergenoegen.
Om mede zoo veel mogelyk was allen wanorder in ’t bergen van den Manschap en Goederen, van de in ’t Ys blyvende of verongelukte Schepen voor te komen; hebben de belanghebbende Reeders van de Groenlandsche Visschery, door hunne Gemagtigden een Reglement ontworpen, en aan haar Hoog: Mog: gepresenteert; waar op toen dit volgende besluit genomen werd: | zorg003bloe01_01_49_4 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 6,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Extract uit de Resolutien van de Heeren Staten van Holland en Westvrieslandt, in haar Gr: Mog: Vergaderinge genomen, den 22sten Januari, 1695.
BY resumptie gedelibereert zynde op ’t Advis van de Heeren haar Ed: Gr: Mog. Gecommitteerden,Ordre op ’t bergen van den Manschap en Goederen, der in ’t Ys verongelukte Schepen. hebbende, in gevolge en tot voldoening van der zelver Resolutie Commissoriaal van den 30sten October laatstleden, geexamineert de Requeste by eenige Gecommitteerden uit de Geintresseerdens van de Groenlandsche Visschery, aan haar Hoog: Mog: gepresenteert, houdende, dat in den Jaare 1677. door haar was beraamt, vast gestelt en gedaan drukken de Ordonnantie hier na geinserreert; en dat die van dien tyd tot nu toe, niet alleen by de Visschers deezer Landen, maar by die van Hamburg, Bremen en Embden was achtervolgt en nagekomen, doch dat niet geapprobeert zynde, daar door zoo nu en dan eenige moeyelykheden quamen t’ontstaan, verzoekende mitsdien dat haar Ed: Gr: Mog. die Ordonnantie geliefden te Approbeeren, breeder onder de Notulen van den 6den November laatstleden gementioneert; hebben haar Ed: Gr: Mog: geapprobeert, zoo als geapprobeert word mits deezen het Reglement en Ordre hier na volgende:
Reglement en Ordre, beraamt by de Gecommitteerden van de Groenlandsche Visschery, over ’t bergen van den Manschap en Goederen der in ’t Ys verongelukte Schepen.
I. WAnneer een Schip verongelukt, en den Commandeur en ’t Volk hen zoekende te salveeren, zal het eerste Schip daar ze by komen, dit moeten doen, en dezen een ander Schip aantreffende, zullen die de helfte van ’t voorsz. Volk overgeeven, gelyk het zelve geburge Volk ook zal moeten overgaan, ten waare het tweede Schip alreede geburge Volk in hadde, in welk geval het Volk naar rato zal worden verdeelt, ieder evenveel, de voorsz. twee Schepen elk de helft van ’t Volk in hebbende, en by andere Schepen komende, zullen alsdan weder verdeeling doen, als vooren is geschied.
II. De Victuaille die de geborgenenen aan boord brengen, zal by hun zelfs worden geconsumeert, en wat noch over wezen mogt, als ze aan het tweede of volgende Schepen gekomen zyn, zullen ze ’t zelve naar rato het Volk overgeeven; van gelyken de gesalveerde Sloepen geen Victuaille mede brengende, zullen dan uit Christelyke Liefde worden geassisteert, mits ook werk doende als andere Matroozen.
III. Zoo wanneer Schip, Schepen en Goederen in Groenland quamen te blyven, of verlooren wierden, zoo zal den Commandeur en Schipper, of hunne plaats representeerende, ieder voor zoo veel hen aangaat, zoo lange zy daar by zyn, hun vrye keur hebben, of zy ’t goed willen laten bergen, en door wie, mits dat de Commandeurs daar present zynde, mede hun believen zullen hebben, om alzulke Goederen over te neemen, of niet.
IV. Doch iemandt by zodanig gebleeven of verlooren Schip, Schepen of Goederen komende, die verlaaten mogten wezen, en niemandt daar by vond, zal vermogen zodanig Goed te bergen, van welke geborge Goederen, het zy Walvischvangers Gereedschap, Spek, Traan en Walvischbaarden, insgelyks Walrustanden en ook Scheeps Gereedschap, of wat diesaangaande meerder zoude mogen wezen, hier te Lande komende, de eene helft zal genooten worden by den Berger, en d’andere helfte by die het verlooren hebben, aan wie den Berger de helft zal moeten uitkeeren, zonder daar voor vracht, parteniers-geldt, of andere onkosten te mogen eisschen of pretenderen.
V. Indien geburgen Schip, Schepen of Goederen voor het bergen, door de Maantgelders en Parteniers mogte verlaaten zyn, zullen zy Maantgeldere, noch Parteniers van het geburge Schip, Schepen noch Goederen niet genieten of vermogen te pretendeeren, en zal in dat geval het Goed van ’t Schip, en dat van de Walvischvangst gaan en genooten worden by ieders Reeders.
VI. Maar het Volk van ’t gebleeve Schip, Schepen en Goederen daar by zynde, en de goederen hebbende helpen bergen, zullen uit het zuivere vierde part van al ’t geborgene, de Maantgelders van ’t Schip hun bedonge Maantgeldt, en de Parteniers voor hun gedaanen arbeid, Maantgeldt tot 20 guldens ’s maands genieten, tot het blyven van ’t Schip toe, alzoo de Parteniers in dat geval als Maantgelders tegens de gemelde 20 guldens ’s maands worden geconsidereert, te reekenen van de geldelooze maandt, doch het voorsz. vierde part zoo verre niet konnende strekken, zal een ieder, zoo Maantgelder als Partenier, naar advenant moeten missen, en ’tgeene boven de voorsz. Maantgelden van ’t zelve vierde part overschiet, zal komen ten profyte van de Reeders.
VII. De Commandeur die eenig Goed bergt, zal de bedonge portie reekenen, ten aanzien van zyne Partiniers, naar advenant van ’t Capitaal dat ’er van komt, gereekent het zelve Capitaal als vangst van Traan en Baarden; maar de Maantgelders zullen ’er niet van genieten, en zullen vyftig quardeelen Traan, en zestien hondert pond Baarden voor een Visch gereekent worden, ’t geborgene tot Capitaal te maaken, en de Traan en Baarden te begrooten naar de Markt.
VIII. Alzulke Goederen geborgen en in ’t Schip zynde, zal alle voorval van schade en avery zoo wel subject zyn als eigen goedt
IX. Iemandt in ’t Ys een Visch gedoodt hebbende, en door ongelegentheit niet konde aan Boord krygen, blyft Eigenaar zoo lange iemandt van ’t Volk daar by is, en geen Volk daar by zynde, schoon aan een Schots vastgemaakt, zal die daar by komt deeze Visch mogen naar zich neemen.
X. By ’t Landt zich bevindende, en iemandt een Visch hebbende, mag die voor Anker, Dregge of een Touw vast leggen, nevens een merk of boey daar op, en schoon ’er niemandt by is, blyft ze echter voor den Eigenaar leggen.
XI. Zoo in ’t gaan naar Groenlandt, onder ’t Admiraalschap, in ’t defendeeren iemandt verminkt wierd, zal daar voor in redelykheit by de Gecommitteerdens van de Groenlandsche Visschery te considereeren, betaalt worden, en zulks te reparteren over de gantsche Vloot, zoo ook in ’t wederkeeren.
XII. Eindelyk, of ’t geviel dat eenige zaaken, in deezen niet aangeroert, mogten te voorschyn komen, zullen ’t zelve by goede Mannen laaten afdoen.
Was geteekent: Simon van Beaumont.
Al ’t geene de ondergeschreeven Gecommitteerdens ten dienst van de Vissery hebben noodig geoordeelt, door deezen aan de Geintresseerdens kennisse te geeven.
Willem Bastiaanz.Meyndert Arentsz.
Jan van Tarelink, Pieterszoon.Lucas de Lange.
Cornelis Beets.Simon Gerritsz Visser.
Albertus Doornekroon.Seger Eenhoorn.
Cornelis Cornelisz. Blaauw.
’t Lust ons nu mede een Naamlyst van alle de Hoofd-Reeders of Directeurs en Commandeurs over de Groenlandsche Visschery, niet alleen van de Hollanders, maar ook van de Hamburgers en Breemers, ieder afzonderlyk, volgens ordre van ’t A B C, hier te laaten volgen, tusschen beiden zoo veel plaats laatende, om in vervolg van tydt, de verandering daar in voorvallende, jaarlyks te konnen worden ingevult: | zorg003bloe01_01_49_5 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 7,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Naamlyst van alle de Directeurs over de Hollandsche Groenlandsche Visschery.
Adriaan de Ruiter en Zoon. Rotterd.
Abraham van der Pot. Rotterd.
Arnoldus Beyerman. Rotterd.
Albert Doornekroon. Amsterd.
Anthoni en Hend. van Vollenhoven. Amsterd.
Antoni Waterman. Amsterd.
Adriaan Goutrok. Amsterd.
Albert Kramp. Amsterd.
Arent Claasz. Blom. Sardam.
Aris Haring. Sardam.
Arent Claasz. Blom. Sardam.
Arent Nanning. de Koog.
Adriaan de Lange. de Ryp.
Abraham vander Linde. Vlaard
Barthold de Ruiter. Rotterd.
Bartholomeus van Haalen. Amsterd.
Burger Schuurman. Hoorn.
Boudewyn Pereboom. Purmer.
Boudewyn Pont. Edam.
Bruivis en Louwe. Sardam.
Cornelis de Ruiter. Rotterd.
Cornelis Schaap. Amsterd
Cornelis van Ommeren. Amsterd
Cornelis Danser. Amsterd
Cornelis Strandwyk. Amsterd
Cadet de Launay. Amsterd
Cornelis Avenhorn. Hoorn.
Cornelis Dirksz. Tewesz. Sardam.
Cornelis Simons Muze. Sardam.
Cornelis Michielsz. Kalf. Sardam.
Cornelis Klaasz. Groot. Sardam.
Cornelis Jansz. Aris. Sardam.
Cornelis Muuze Blaauw. Uitgeest.
Cornelis Eenhoorn. de Ryp.
Cornelis Floris Kaars. de Ryp.
Cornelis de Lange. Zaand.
Cornelis Plaeger. Jisp.
Cornelis Roos. Oostzaan.
Cornelis Simonsz. Honing. Zaand.
Cornelis en Jan Honing. Zaand.
Cornelis en Dirk Eyf. Westza.
Cornelis Muis. Alblasse.
Cornelis Amoureus. Schieda.
Dirk Klaasz. Muizer. Sardam.
Dirk Timmer. Jisp.
Evert van Hussen. Rotterd.
Elias van Laar. Amsterd.
Everard Burger Jans. Amsterd.
Eldert de Weer de Wit. Amsterd.
Frans Karel Geun. Amsterd.
Francois van den Bogaart. Amsterd.
Floris Cornelisz. de Lange. Zaand.
Frans Verwer. Nieuwd.
Gerrit van der Graas. Rotterd.
Gerrit Alewyn Koning. Rotterd.
Gysbert de Lange. Rotterd.
Gerrit en Kryn van Holst. Krimpe.
Gale Gales. Amsterd.
George Bruin. Amsterd.
Grieland en Blasius. Amsterd.
Gerrit Reverant en Jacob Rauwenhof. Amsterd.
Gerrit de Vries. Sardam.
Godefrid Bosch. Sardam.
Gerrit van Sante. Sardam.
Gerrit Jansz. Rog. Sardam.
Gerrit Poel. Sardam.
Gerrit Bakker. Oostzaan.
Gerrit Best, Gerrit en Klaas Vis. Zaand.
Gerrit Aris Kaaskoper. de Koog.
Gerrit Wagenaar. Broek.
Gerrit Hoofdt. Westza.
Hendrik Brakels Wed. en Zoon. Rotterd.
Hendrik van Esterwegen. Amsterd
Hendrik van Dorsten. Amsterd
Hendrik Visser. Amsterd
Jacob Noordhy Wed. Rotterd.
Jacob Beyerman. Rotterd.
Jan en Paul Charron. Rotterd.
Jan Seelen Dirksz. Rotterd.
Jan Heyman. Rotterd.
Jan Rogge en Franc Denik. Rotterd.
Jan, Pieter, en Abraham van Tarelink. Amsterd
Jan du Pierou Wed. Amsterd
Jacob du Pierou Jansz. Amsterd
Justus de Vries. Amsterd
Jacob Victor. Amsterd
Joan d’Orville. Amsterd
Joost Voogt. Amsterd
Jacob Looten. Amsterd
Jan van Vembergen. Amsterd
Jacob Wynkoop. Amsterd
Johannes Boelema. Amsterd
Jan Spanjart. Amsterd
Joost van Veen. Amsterd.
Johannes de Wit. Amsterd.
Isaak Naudyn Amsterd.
Jacob Alewyn Ghyzen. Amsterd.
Jan Wynkoop. Amsterd.
Johannes Einthoven. Amsterd.
Jan en Jacob Blom. Amsterd.
Isaak Guitard. Amsterd.
Jan Grasper. Amsterd.
Jan van Halen. Amsterd.
Jan Boterpot. Hoorn.
Jan Boendermaker. Hoorn.
Jacob Theengs de Jonge. Edam.
Jan Aris Korver. Sardam.
Jan Louwe de Jonge. Sardam.
Jan Moll. Sardam.
Jan Rogge. Sardam.
Jacob en Jan Hoofdt. Westza.
Jan Dirksz. Blaauw. Westza.
Jacob Groot. Westza.
Jan Honing. Zaand.
Jan Quickel. Koog.
Jan Jacobsz. Mol. Jisp.
Jacob Mol. Jisp.
Jacob Soer. Jisp.
Jan Albertsz. Boon. de Ryp.
Jan van Hoorn. de Ryp.
Josua Eenhoorn. de Ryp.
Jan Klaasz. Kee. de Ryp.
Jan Moen. Nieuwd.
Jacob en Dirk Mol. Nieuwd.
Karel Marchand. Amsterd.
Klaas Kroon. Edam.
Klaas Groot. Sardam.
Klaas Arentsz. Meyn. Sardam.
Klaas Jansz Floor. Sardam.
Klaas Louwe. Sardam.
Klaas Wormer. Purmer.
Van der Lip en Boelema. Amsterd.
Leendert Witte. Amsterd.
Lambert Mets de Jonge. Amsterd.
Leendert Scheltes. Amsterd.
Lyn Klaasz. Schaap. Sardam.
Lourens Cornelisz. Louwe. Sardam.
Lourens Mol. Jisp.
Matthys Bosch. Rotterd.
Mattheus Rees Wed. en Zoonen. Dord.
Marten Loman. Amsterd.
Michiel Bruinvis. Sardam.
Muus Mannis. Jisp.
Marten Mol. Jisp.
Nicolaus Montauban, Junior. Rotterd.
Nicolaas Cornelisz. Kalff. Sardam.
Nanning Teunisz. de Ryp.
Pedro Roegiers. Rotterd.
Pieter Jacobus en Abaraham Kops. Amsterd.
Philip d’Orville. Amsterd.
Pieter Verniers. Amsterd.
Pieter Kaarsgieter en Jan Riethoven. Amsterd.
Pieter van Dorsten, Erven. Amsterd.
Pieter Bock. Amsterd.
Pieter Maartsz. Houttuin. Hoorn.
Pieter Haak. Enkhui.
Pieter Appel. Munnik.
Pieter Gerritsz. Zalm. Sardam.
Pieter Bleeker. Sardam.
Pieter Taan. Sardam.
Pieter Gerbrantsz. Gorter. Zaand.
Pieter Lubbertsz. Koopman. Zaand.
Pieter Mol. Jisp.
Pieter Kool. Bever.
Pieter Lely. Wormv.
Roelof en Anthoni Eelbo Rotterd.
Royestein en de Vries. Amsterd.
Ringenberg en Bosch. Amsterd.
Roelof Boot. Edam.
Simon Groot. Sardam.
Simon Klaasz. Baas. Zaand.
Simon de Lange en A. Kriekeboom. Jisp.
Teunes Strop. Alkmaar
Strop en Kriekeboom. Alkmaar
Santvliet en Stuurman. Alkmaar
Tours van der Os. Zirkzee.
Teunis Winding. de Ryp.
Vechter Otto. Edam.
Willem van Os. Rotterd.
Willem Bruigom en Simon Jongewaart. Amsterd
Willem van Hoogstraten. Amsterd
Ysbrand van Grieken. Amsterd.
Ysbrand Lely. Wormv.
Zeger Mol. Jisp.
Zeger Vettes. de Ryp. | zorg003bloe01_01_49_6 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 8,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Naamlyst van alle de Commandeurs, voor de Hollandsche Groenlandsche Reedery naar Groenlandt en de Straat Davis op de Walvisch Vangst uitgerust.
ALdert Aldertsz.
Adam de Jong.
Adriaan Adamsz. Oom.
Adriaan de Beste.
Adriaan Feddes Bakker.
Adriaan Jansz. Blank.
Abraham Ravestein.
Adriaan Breet.
Adriaan Cornelisz. Klein.
Ary Pietersz Visser.
Adriaan Willemsz. Vader.
Aart Dirksz. van Marken.
Andries Willemsz.
Adriaan Amoureus.
Ary Crooswyk.
Aris uit de Woude.
Arent Claasz.
Adriaan Jacobsz. Oom.
Andries Frederiksz.
Adriaan Teunisz. Boxhoorn.
Arent Barentsz. Overbeek.
Adriaan Martensz. Kuiper.
Albert Pius.
Andries Harmsz. Bock.
Abraham Claasz. de Haan.
Adriaan Westrik.
Ary van der Meer.
Anne Pieters Klein.
Adriaan Jansz.
Auke de Vries.
Adriaan Thomasz. Smidt.
Arent Jansz. Koen.
Albert Gerritsz.
Aldert Lubbertsz. Groot.
Bouwe Clynzorg.
Bruin Jansz.
Broer Snyder.
Barent Zwart.
Barent Koper.
Barent Harkes.
Bruin Ockers Hogerzeil.
Baart Jan.
Baart Simonsz.
Bartel Koopman.
Barent Hendriksz.
Bruin Ockersz. Hogerzeil.
Barent Jacobsz. Horkes.
Barent Hansz.
Cornelis Gysbertsz. Zorgdrager.
Cornelis Olferts.
Claas Schaap.
Cornelis Eelmers.
Claas Govertsz. Visser.
Cornelis Adriaansz. Klein.
Claas Pronk.
Claas Kromvinger.
Cornelis van der Hoven.
Claas Pootjes.
Cornelis Jacobsz. Metzelaar.
Christoffel Hendriksz. Helmig.
Cornelis Pot.
Carsten Fredriksz.
Carsten Cornelisz. Boot.
Cornelis Jansz. Spanjaart.
Cornelis Meyn de Jonge.
Cornelis Jongekees.
Claas de Boer.
Cornelis Cornelisz. Ruig.
Cornelis Jacobsz. Groot.
Cornelis Schar.
Claas Zeeman.
Cornelis Sjoukes.
Claas Pietersz. Casterkom.
Claas Klein.
Cornelis Cornelisz. Klein.
Claas Visman de Jonge.
Claas Top.
Cornelis van der Schelling.
Claas Daalder.
Claas Danielsz. Mayer.
Cornelis Cornelisz. Meyn.
Cornelis Aves.
Claas Jurriaansz.
Cornelis Root.
Claas Willemsz. Brouwer.
Cornelis Florisz. van de Helder.
Claas Arentsz. Thuin.
Cornelis Gerbrandsz.
Claas Mol.
Cornelis Pietersz. Ruiter.
Cornelis Egertsz. Vlieger.
Claas Dammesz.
Claas Kok.
Cornelis Jurriaansz.
Cornelis Leek.
Cornelis Jansz. Ligter.
Claas van Marken.
Claas Danielsz van Borkum.
Cornelis van Leeuwen.
Claas Pranger.
Claas Pranger de Jonge.
Claas Valk.
Cornelis Janse Spits.
Claas Keuke.
Cornelis Adriaansz. Bakker.
Cornelis Gieles.
Claas Adriaansz.de Jong.
Cornelis Pietersz. Rykers.
Claas Pietersz. Rykers.
Cornelis Jansz. Bakker.
Claas de Leeuw.
Cornelis Heikoms Abbo.
Cornelis Visser.
Claas Jansz. Donker.
Cornelis Halfkaag.
Claas Visman.
Cornelis Groenendyk.
Cornelis Bonk.
Cornelis Root.
Claas Pietersz. Top.
Cornelis Dirksz. Suiker.
Cornelis Loots.
Claas Kriek.
Cornelis Gerbrandsz. Schagen.
Claas Jansz Koopman.
Cornelis de Boer.
Cornelis van Lover.
Dirk Jansz. Ryker.
Dirk Pietersz. van de Velde.
Dirk Willemsz. Voogt.
Dirk Hugo Roodbol.
Dirk Alders.
David Jansz.
Dirk Zachariasz. Bakker.
Dirk Ariaansche Groof.
Dirk Meyndersz. Spyker.
Dirk Zwik.
Dirk Kuiper.
Dirk Sling.
Dirk van der Bos.
Dirk Elmersz. Klank.
Driewe Dirksz.
Dirk Machielsz. van de Velde.
Dirk Zoetelief.
Dirk Cornelisz. Ruig.
Dirk Jansz. Koen.
Doeke Sipkes.
Douwe Sieuwertsz.
Driewe Dirksz.
Daniel Daniels.
Dirk Dirksz. Suiker.
Elmer Jansz.
Erik de Leeuw.
Engelbregt Couwenhoven.
Evert Bay.
Evert Willemsz. Bakker.
Erik de Leeuw.
Elmer Jansz
Elke Cornelisz. Pauw.
Egge Rykers.
Evert Donker.
Fredrik Nanningsz.
Fulp Wybrantsz.
Fyke Reynsz.
Fredrik de Graaf.
Frans Rootkuil.
Former Hendriksz. Neef.
Gerrit Jansz. Hoorrier.
Gerrit Arisz. Kramer.
Gerrit Abrahamsz. Hogerwerf.
Gerbrand Remmersz
Gerrit Mayer.
Gysbert Jacobsz. Ommekomme.
Gerrit Willemsz. Groot.
Gerrit Berkhout.
Gillis Dingemans van der Os.
Germet Adriaansz Roos.
Gerrit Raw.
Gerbrand Boekholt.
Gerbrand Roos.
Gerbrand Thomasz.
Gerrit de Haan.
Gysbert Jacobsz Pille.
Gerrit Kracht.
Gerrit Pietersz. Kolmer.
Huibert den Draak.
Hidde de Vries.
Hendrik de Leeuw.
Huibert Adriaansz. Visser.
Harmen Jansz.
Hendrik Alberts van Marken.
Heyn Meyne de Vries.
Hendrik Hoogstadt.
Haantje Jeltjes.
Hendrik Adriaansz.
Hugo van der Plas.
Harke Waaker.
Hendrik Verduin.
Herman Rykes.
Hendrik Molenaar.
Hendrik Booysen.
Hemme Teunisz.
Hendrik Adriaansz.
Ian Dirksz. van de Velde.
Iacob de Boer.
Ian Cornelisz. Bogaart.
Ian Iorisz. van den Broek.
Ian Iacobsz. van Bel.
Iacob Adamsz. Oom.
Iacob Hoek.
Iob van Royen.
Iacob Hugo van der Plas.
Ian Michielsz. Calff
Ian Iansz Goedhart.
Ian Springer.
Iacob Los.
Ian Karnemelk.
Ian Cornelisz. Groot.
Iacob Hagel.
Iacob Cornelisz.
Ian Thim.
Iacob Roos.
Iacob Willemsz. Leeuw.
Ian Spaander.
Ian Iansz. Trompetter.
Iacob Lambertsz.
Iacob Cornelisz. Korf.
Ian Geus.
Ian de Vries.
Iacobus Groeneveldt.
Iacob Bras.
Ian Iacobsz. Bras.
Ian Adriaansz. Visser.
Jillis Pekelharing.
Ian Cornelisz. Prinse.
Iacob Cornelisz. Broertjes.
Ieremias Ieremiasz.
Ian Steenhuis.
Iacob Willemsz.
Iacob Arentsz. Zey.
Iacob Schol.
Ian Koog.
Iacob Klok.
Ian Simonsz.
Ian Iansz. Bruin.
Ian de Heer.
Ian Pietersz. Vetschoen.
Ian Slooper.
Iacob Biersteker.
Iacob Adriaansz. ’t Hart.
Ian Gerritsz. Bondes.
Ian Veen.
Ian Claver.
Iacob Simonsz. Deck.
Iacob Pietersz. Bakker.
Ian Paris.
Inse Iansz.
Jelle Cornelisz. Zwart.
Ian Iobsz.
Iacob Hoogland de Ionge.
Ietse Feckes.
Iacob Pietersz. Baart.
Iacob Knaap.
Ian Cornelis Koen.
Jouke Hals.
Ian Gysen.
Isaak Goethart.
Ian Iansz. van de Velde.
Iacob Gerritsz. van Emden.
Iacob Hendriksz. Stap.
Iacob Poelenburg.
Ian Cornelisz. Out.
Ian Spyker de Ionge.
Ian de Boer.
Ielle Pietersz. Bakker.
Ian Willemsz. van Galen.
Jan Markus Verschoor.
Ian Pietersz. Hay.
Ian Post
Ian Roelofsz. Visscher.
Ian Springer de Ionge.
Ian Cornelisz. Kuiper.
Ian Roeland Zweeve.
Iacob Soet.
Ian Byl.
Iacob Zegersz.
Ian Cornelisz. Nannis.
Ian Daane.
Ian Sloot.
Iacob Kammel.
Ian Reus de Ionge.
Ian Willemsz Mulder.
Ian Harmensz. Kok.
Ian Bakker.
Ian Adriaansz. de Ionge.
Iaye Koopman.
Ioris Pronk.
Iacob Rintjes.
Ian Cornelisz. Droeviger.
Ian Spyker.
Ian van Buuren.
Indse Fredriksz.
Ian Klaasz. Bakker.
Ian Mooy.
Karsten Fredriksz.
Kryn Adamsz. Ooms.
Kryn Heeremans.
Leendert de Wit.
Laurens Ariaansz.
Lourens Fykes.
Liewe Hals.
Lourens Verbeek.
Leendert Groenevelt.
Luitje Cornelis.
Marten Floore de Wit.
Marten Pietersz. Top.
Marten Simonsz. Waling.
Meyndert Darscher.
Meyndert Knol.
Marten Pietersz.
Marten Zeeman.
Meyndert Morgen.
Marten Adriaans Groef.
Marten Prins.
Meyndert Louresz.
Outger Rep.
Otto Alders van Molqueern.
Ocker Bruinsz. Hogerzeil.
Pieter Dirksz. van de Velde.
Pieter Pietersz. Winter.
Pieter Gouda.
Pieter Gerritsz. van Emden.
Pieter van Dam.
Pieter Aldersz.
Paulus de Ruiter.
Pieter Maartsz.
Paulus Thim.
Pieter Fransz.
Pieter Krefting.
Pieter Dirksz. Soetelief.
Pieter Willemsz.
Pieter Groen.
Pieter Schol.
Pieter Zeeman.
Pieter Dykerman.
Paulus Kramer.
Pieter Valk.
Pieter Cornelisz. Hottentot.
Pieter Baartsz. Steenhuis.
Pieter Nanning,
Pieter Claasz. Rykers.
Pieter Cornelisz.
Pieter Iansz. Smit.
Pieter Klaver.
Philip Silo.
Pieter Beurs.
Paulus Arentsz. van de Velde.
Pieter Agges.
Pieter Iongekees.
Pieter Kock.
Pieter Eelkes.
Pieter Schooneman.
Pieter Iacobsz. de Haas.
Pieter Lourensz.
Pieter Adriaansz. Nierop.
Pieter Douwesz.
Pieter Gewelt.
Pieter Kan.
Pieter Willemsz. Ockes.
Paulus Cornelisz.
Pieter Reus.
Quiryn Adamsz. Oom.
Riewert Andrisz.
Reyer Cornelisz.
Remmert Remmersz.
Riewert Dirksz.
Reyer Cornelisz.
Reltje Cornelisz. Bonk.
Riewert Roelofz.
Roelof van Reenen.
Riewert Dirksz.
Remmert Gerbrantsz. Schagen.
Reyndert Rol.
Reyndert Schaap.
Simon Iansz. Walig.
Simon Hottentot.
Simon Quast.
Sybrand de Iong.
Simon Sleevoogt.
Simon Dekker.
Simon Cornelisz.
Sander Gaay.
Sjoert Tomas.
Simon Hendriksz. de Leeuw.
Simon Pietersz.
Samuel Lolling.
Sybrant Pietersz. Rykers.
Schouke Douwesz.
Simon Iansz. Tel.
Tys Simonsz. Wardes.
Theunis Duif.
Theunis Iansz. Giet.
Theunis Paauw.
Theunis Strop
Theunis Dogger.
Tide Lolling.
Teunis Ronge.
Tymen Rynsz.
Tymen Hendriksz.
Teunis Adriaansz. Geest.
Teunis Jansz. Tuin.
Tobias Boekholt.
Willem Iacobsz. Krook.
Willem de Heer.
Willem Leeuw.
Willem Poort.
Willem Schokker.
Willem Brouwer.
Willem Koster.
Willem Wiltschut.
Willem Martensz. Stent.
Willem Ramper.
Witte Dirks.
Zeger Iacobsz. Zeger. | zorg003bloe01_01_49_7 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 9,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Naamlyst van alle de Directeurs
Over de HAMBURGER en BREMER
GROENLANDSCHE VISSCHERY.
ARent Biljet.
Albert Br. Wreede.
Albert Bruins.
Abraham Eschbach.
Barent Berkhy Senior.
Barent Berkhy Junior.
Cornelis Laurensz.
David Worms.
Daniel Meinertshaage Wed. en Erven.
Ernst Goverts Pietersz.
Everard Knubel Wed.
Fredrik Waan.
Frans Poppe.
Gerard Gull Wed.
George en Henrik Jonquel.
Herman Munster.
Hans van Laar.
Hendrik en Philip Otto.
Hendrk Nieukerk.
Hans Ermteek Wed.
Johan Beets Wed. en Zoon Cornelis.
Jacob de Vlieger Karelsz.
Johan de Lanoy Junior.
Johan Albert Ankelman.
Isaak Delboe.
Johan Present.
Johan Jurge Ruter.
Johan Will: Schafhauzen.
Johan Plump.
Johan Witt.
Johan Maximiliaan Winkeler.
Johan Bernhard Mulhauzen.
Johan Henrich Gull.
Joachim Barentsz.
Jacob Lennig.
Johan Tietsen.
Lucas Kramer Wed.
Laurens Kramer.
Nicolaas Burmeester.
Nicolaas Biljet.
Pieter Eden.
Philip d’Erberveld.
Pieter Moller.
Rudolf Amsing.
Roelof Aspes.
Salomon de Vlieger.
Willem Sander. | zorg003bloe01_01_49_8 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 50,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 10,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Naamlyst van alle de Commandeurs, van de Hamburger en Bremer Groenlandsche Reedery, naar Groenlandt en de Straat Davis op de Walvisch Vangst uitgerust.
ANdries Pietersz.
Andries Jacobsz.
Andries Jurgensz.
Andries Pietersz. Haan.
Asmus Nanningsz.
Aris de Weert.
Ariaan Broersz.
Arent Barentsz. Overbeek.
Baltzer Man.
Boye Theunisz.
Broer Rykesz.
Bleye Michielsz.
Broer Booysen.
Booy Riewertsz.
Claas Karstensz.
Cornelis Riewersz.
Christiaan Brink.
Claas Jansz.
Cornelis Cornelisz.
Claas Rootspraak.
Cornelis Fredriksz.
Cornelis Booyen.
Cornelis Jurgens.
Cornelis Pietersz. Haan.
Cornelis de Vries.
Cornelis Willemsz.
Cornelis Haayen.
Cornelis Jacobsz.
Cornelis Jurriaansz.
Cornelis Michielsz.
Claas Dirksz.
Claas Steneken.
Dirk Dirksz.
Dirk Albertsz.
Dirk Tegeler.
Dirk Sielrand.
Dirk Taken.
Dirk Claasz.
Dirk Zegelken.
Eselke Ariaansz.
Egidius Kuhl.
Fredrik Riewertsz.
Ficke Dreyer.
Fredrik Simonsz.
Gerzon Krop.
Gerrit Cornelsz. Geus.
Gerrit Andriesz.
Goltje Mencken.
Hendrik van der Smissen.
Hans Booysen.
Hendrik Claasz.
Hasn Jurgen Duhn.
Harmen Kok.
Hans Jansz.
Hans Jaspersen.
Hendrik Brand.
Hauwelke Pietersz.
Hans Karstensz.
Hendrik Booysen.
Hendrik Roelofsz.
Hendrik Leursen.
Hendrik Segelke.
Hendrik Bisewig.
Hendrik Segelke Fredriksz.
Herman Wesselsz.
Hans Heyser.
Jan Toomsen.
Jurriaan Hendriksz.
Jan Vos.
Jan Pietersz. Haan.
Jacob Olkers.
Jacob Floris.
Jan Paap.
Jurgen Riewersz.
Jochem Jansz. Vos.
Jurgen Eschelsz.
Jurgen Kroger.
Jan Jacobsz.
Jurgen Molman.
Jan Gerritsz.
Jan Coordes.
Jan Hazeloop.
Jacob Roelofsz.
Jochem Danquart.
Jacob Jacobsz.
Johan Gurvis.
Johan Rabbe.
Johan Riewertsz.
Jan Wesselsz.
Karsten Jansz.
Karsten Cornelisz.
Laurens Pietersz. Haan.
Laurens Booyzen.
Leendert Ryksz.
Laurens Hendriksz.
Meyndert Pietersz. Haan.
Michiel Feddes.
Matthys Claasz.
Nanning Booysen.
Nanning Nannesz.
Otto Segelke.
Pieter Pietersz.
Pieter Booysen.
Pieter Jansz.
Pieter Molman.
Pieter Dolk.
Pieter Jansz. Poen.
Pieter Vlielander.
Paul Paulsz.
Pieter Riewertsz.
Pieter Bruin.
Paul Booysen.
Pieter Labée.
Roelof Roelofsz.
Reikmer Roelofsz.
Roelof Walman.
Riewert Jacobsz.
Riewert Fredriksz.
Ryke Haayen.
Reynert Jacobsz.
Roelof Booysen.
Simon Hendriksz.
Simon Booysen.
Simon Pietersz.
Tjerk Rintjes.
Tonjes Meyer.
Volkert Roelofsz.
Volkert Nanningsz.
Volkert Roelofsz. Junior.
Volkert Paulsz.
Willem Cornelisz.
Willem Dirksz.
Willem Willers.
Willem Ariaansz.
Zwen Pietersz.
Zwen Andriesz. | zorg003bloe01_01_49_9 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Groenlandsche Walvischvangst. In haare behandeling en byzonder Scheepsleeven en gedrag beschreeven.
NA dat wy voornamentlyk ter onderwys van noch jonge en weinig ervaaren Commandeurs en andere Bedienden van de Groenlandsche Visschery, breedvoerig genoeg in onze afgehandelde Beschryving hebben uitgewyd, en door naarstige opmerking en eigen ervaarenheit, deeze onze gedachten meer ten nutte van hun, dan voor opmerkende Boekoeffenaars ter neer gestelt; zoo hebben we daarom ook veele geringe, doch echter wel weetenswaardige zaaken, deeze Visschery aangehoorig, allen Commandeurs zoo wel als ons bekent, met voordacht aldaar overgeslagen, zulks onze redeneering daar door niet buiten haar gewricht wierde gestelt, noch den onderwezenen mogte belemmert hebben: Doch wy zullen nu kortelyk al wat dies aangaande is, hier van melding doen. | zorg003bloe01_01_51_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 2,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Hoedanig de Groenlandsvaarers worden uitgereed.
DE Reedery willende Schip of Schepen tot de Groenlandsche Visschery uitrusten, Voorafgaande toebereidselen, tot de Walvischvangst. zoo bestaat de zelve uit een Maatschappy van eenige Persoonen die dan gezamentlyk een Vleet of Armazoen doen vervaardigen, zynde deeze Maatschappy in 1/64. 1/32. 1/16. 1/8. 1/4. parten verdeelt; hier toe word gemeenlyk een der Meede- of Hoofd Reeders tot Boekhouder of Directeur aangestelt, die met bewilliging der gezamentlyke Belanghebbers een bequaam en ervaren Persoon tot Commandeur aanneemen, om met deeze Vleet op de voorhebbende Walvischvangst in Zee te gaan, en ’t gezag van dien op zich te neemen.
Wanneer men zodanig een Vleetwerk gereed maaken zal, voornamentlyk als het gansch nieuw word aangelegt, en een Schip daar toe uitgehaalt, laat den Boekhouder ondertusschen veele goederen daar toe, in de Maanden November of December byeen zaamelen; en word dan ook door den zelven een bequaam Schip gehuurt, om in ’t aanstaande Voorjaar op de Walvischvangst uit te rusten. Deeze Groenlandsche Schepen zyn naar maate van de Vleet en Equipagie dusdanig: Welke Schepen daar toe bequaam en noodig zyn.
voet lang.wyd.hol.’t dek.Sloep.Mannen
Een Schip van1002611½6vereischt een Vleet van4 en28
Een Schip van1072812.6½vereischt een Vleet van5 en35
Een Schip van1122912¼7vereischt een Vleet van6 en 42
Een Schip van1183012½7¼vereischt een Vleet van7 en50
welke Schepen, voor van de Steven, tot achter aan de Fokkerust met een eiken borstlap moeten verdubbelt zyn, en verder insgelyks ter zyde tot achter aan de Daalbank verdubbelt en met Yzere Bouten of Spykers wel gehecht en verzien; ’t zy het Schip nieuw is of weleer in Zee geweest, echter is ’t noodig dat men hier voor zorge draagt, op dat het te beeter tegens ’t Groenlands Ys bestaan kan, om het Schip daar door niet te verliezen, of genootzaakt te worden met het zelve naar Spitsbergen te zeilen, de Visschery te staaken, en het aldaar te doen kalefaten, gelyk nogtans dikmaals geschieden moet.
Indien men zelf een Schip tot de Vleet koopt, Hoe deeze Schepen noodwendig moeten verzien worden. laat men ’t vervolgens verdubbelen, en zulks tot aan de achtersteven toe, als ook onder ’t Vlak tot aan de Kiel. Wanneer men een oude Vleet heeft gekocht, moeten de Vaten verhaalt of verkuipt worden en met nieuwe hoepen verzien, die omtrent tien voet dienen lang te zyn; dit word gemeenlyk door den Kuiper gedaan, die met de Vleet naar Groenlandt vertrekken zal. en waarvan. Hier voor geniet deezen Kuiper 3½ stuiver voor ’t Quardeel, als mede voor de Pypen, maar voor de halve Quardeelen worden drie halven voor twee heelen gereekent. Als ’er eenige vaten beschadigt zyn, ’t zy den bodem uit of koppen af, daar voor geniet den Kuiper een byzonder arbeidsloon, te weeten: vyf stuivers voor ieder vat of anders word hem dit onder dagloon voldaan, gemeenlyk op dat 24 stuivers ’s daags en vry drank uitkomende. Deeze dus verhaalde Vaten in de Schuit afleeverende, ontfangt hy van ieder volle Schuit zes stuivers. Ook moet men den Kuiper van biezen, kryt en spykers verzien.
In de Maand Maart is ’t wanneer men de Victalie tot de uitrusting begint gereed te maaken; Toestel voor den Leeftogt, en hoe vervaardigt. als dan geeft men last om hard Brood te laaten bakken, uit 2/3 Rogge en 1/3 Tarw bestaande. Vooraf verzoekt men van den Impostmeester van ’t gemaal een Cedul van --- zakken Rogge en --- zakken Tarw tot Brood naar Zee voor den Bakker ------ vermits men 1/3 minder als den vollen Impost betaalt. Om dan 18 vaten Hardbrood te laaten bakken, heeft men daar toe noodig:
24 zaken Rogge, als deeze ’t Last 103 g. guld kost, komt de zak totf 4 :- isf 96 -: -
12 zakken Tarw, als deeze ’t Last 154 g. guld kost, komt de zak totf 6 :- isf 72 - : -
Voor den Impost op de Rogge tot 17 3/4 stuiv. de zakf 21 : 4 : -
Voor de Impost op de Tarw, tot 35 stuiv. de zak.f 21 : 4 : -
___ ___ ___
f 42 : 8 : -
Voor de Ceelenf - : 8: 8
___ ___ ___f 42 : 16 : 8
’ Maalloon van de Rogge tot 3 stuiv. de zakf 3 : 12 : -
’t Maalloon van de Tarw toe 4½ stuiv. de zakf 2: 14 : -
___ ___ ___f 6 : 6 : -
Voor ’t bakloon tot f 2 : - de zakf 72 : - : -
___ ___ ___
Kosten dan deez 18 Varen Hardbrood, ieder op 200 lb gereekentf 289 : 2 : 8
In April laat men ’t weeke Roggenbrood bakken, waar toe dan omtrent 12 of 14 zakken gebeezigt worden.
12 zakken Rogge tot 103 g. guld. ’t Last, is de zak totf 4 : - : -f 48 : - : -
Voor den Impost tot 17 3/4 stuiv. de zakf 10 : 12: -
Voor de Ceel f - : 4 : 4
___ ___ ___f 10 : 16: 4
’t Maalloon tot 3 stuiv. de zakf 1 : 16 : -
½ Scheepel Zoutf - : 15 : -
Bakloon van 336 halve Brooden tot 1 stuiv.f 16 : 16 : -
___ ___ ___f 19 : 7: -
___ ___ ___
Zo dat deeze 336 halve Brooden kosten:f 78 : 3: 4
De zemel, die van deeze Rogge en Tarw komt, word voor een gedeelte onder ’t weeke Brood gebeezigt, en ’t overige by een opgehoopte maat verkocht.
Nu zou vereisschen dat hier de noodige Scheepsvoorraad en Leef-tocht beschreeven wierde, die naar maate van den Manschap moet op gedaan worden, en waar van wy hier een Lyst zullen laaten volgen; te weeten, voor een Schip voerende:
4 Sloepen met 28 Eeters ieder zoo veel als noodig zy.
5 Sloepen met 35 Eeters ieder zoo veel als noodig zy.
6 Sloepen met 42 Eeters ieder zoo veel als noodig zy.
7 Sloepen met 50 Eeters ieder zoo veel als noodig zy. | zorg003bloe01_01_51_1 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 3,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Lyst van den Leeftocht tot uitrusting van een Schip naar Groenlandt, met 4 Sloepen en 28 Eeters.
13 VAten hard Brood.
12 Zakken week Brood.
1 Vaatje Beschuit.
1 Vaatje Meel.
16 Zakken Gort.
12 Zakken graauwe Erreten.
12 Zakken witte Erreten.
7 Tonnen Vleesch.
12 Vierendeels Boter.
500 lb Soetemelks Kaas.
350 lb Edamsche Kaas.
400 lb Spek.
800 lb Stokvisch.
100 lb Siroop.
6 lb Pruimen.
4 lb Rozynen.
6 lb Vygen.
2 lb Stoksuiker.
4 lb Brood of Poeyer Suiker.
4 lb Koffi.
2 lb Peper.
2 Loot Nagelen.
2 Loot Foely.
2 Loot Kaneel.
2 Loot Notemuskaat.
20 Vaten Bier.
4 Halfvaten beste Bier.
3 Halfankers Wyn.
1 Halfanker Brandewyn.
2 Ankers Jenever.
2 Ankers Azyn.
1 Vleskelder Rinsen Annys.
1½ Vierendeel Mostert.
18 Vaamen Brandhout.
22 lb Kaarssen.
6 Vaten of 9 Ton Turf.
2 Halfvaten Greene Zaagsel.
2 Zakken ongerafineert Zout.
Eenige Rollen Stopdoek.
Sponssen, Biezen, Kryt en andere Kuipers behoeften.
Hey en Reys Bezems.
25 lb Buskruit, Kogels van 1 of 2 lb Musketkogels en Hagel. | zorg003bloe01_01_51_2 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 4,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Lyst van den Leeftocht tot uitrusting van een Schip naar Groenlandt, met 5 Sloepen en 35 Eeters.
15 VAten hard Brood.
16 Zakken week Brood.
1 Vat Beschuit.
1 Vaatje Meel.
18 Zakken Gort.
14 Zakken graauwe Erreten.
14 Zakken witte Erreten.
8 Tonnen Vleesch.
13 Vierendeels Boter.
600 lb Soetemelks Kaas
400 lb Edamsche Kaas.
500 lb Spek.
900 lb Stokvisch.
100 lb Siroop.
6 lb Pruimen.
4 lb Rozynen.
6 lb Vygen.
5 lb Brood of Poeyer Suiker.
4 lb Koffi.
2 lb Stoksuiker.
2 lb Peper.
2 Loot Nagelen.
2 Loot Foely.
2 Loot Kaneel.
2 Loot Notemuskaat.
25 Vaten Bier.
6 Halfvaten beste Bier.
2 Ankers Wyn.
1 Halfanker Brandewyn.
2 Ankers Jenever.
1 Vleskelder, dubbelde Annys, Lavas, Lepelbladen, enz.
½ Aam Azyn.
1½ Vierendeel Mostert.
26 Vaamen Brandhout.
25 lb Kaarssen.
1 Vaatje Houtskoolen.
6 Vaten, of 9 Ton Turf.
2 Halfvaten greene Zaagsel.
Eenige Rollen en Stopdoek.
Sponssen, Biezen, Kryt en andere Kuipers behoeften.
15 Bossen Zwavelstokken.
25 lb Buskruit.
Kogels van 1 of 2 lb
Musket Kogels, en Hagel.
Hey en Reys-Bezems. | zorg003bloe01_01_51_3 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 5,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Lyst van den Leeftocht tot uitrusting van een Schip naar Groenlandt, met 6 Sloepen en 42 Eeters.
18 VAten hard Brood.
18 Zakken week Brood.
1 Vaatje Beschuit.
1 Vaatje Meel.
15 Vierendeels Boter.
20 Zakken Gort.
20 Zakken graauwe Erreten.
18 Zakken witte Erreten.
9 Tonnen Vleesch.
700 lb Soetemelks Kaas
600 lb Edamsche Kaas.
600 lb Spek.
1000 lb Stokvisch.
30 Vaten Bier.
7 Halfvaten beste Bier.
3 Ankers Wyn.
½ Halfanker Brandewyn.
2 Ankers Jenever.
½ Aam Azyn.
1½ Vierendeel Mostert.
100 lb Siroop.
6 lb Pruimen.
4 lb Rozynen.
6 lb Vygen.
2 lb Stoksuiker.
5 lb Brood of Poejer Suiker.
4 lb Koffi.
2 lb Peper.
2 Loot Nagelen.
2 Loot Foely.
2 Loot Kaneel.
2 Loot Notemuskaat.
1 Vleskelder met Rinse Annys, Lavas, Lepelbladen, enz.
26 Vaam Brandhout.
25 lb Kaarssen.
6 Vaten of 9 Ton Turf.
2 Halfvaten greene Zaagsel.
6 Rollen Stopdoek.
Sponssen, Biezen, Kryt en andere Kuipers behoeften.
Hey en Reys-Bezems.
15 Bossen Zwavelstokken.
25 lb Buskruit.
Kogels van 1 of 2 lb.
Musket Kogels en Hagel.
Het Schip uit zyne winterlaag gehaalt, Hoe men de Schepen beballast. gekalefaat zynde en op Stroom gebragt, komt in ’t laatst van Maart den Commandeur met agt of tien Persoonen aanboord, om alles gereed te maaken, en de leege Vaten over te neemen, die in ’t Ruim geburgen worden, waar nevens een gedeelte berkenbrandhout gebruykt word, om de Vaten vast te stouwen en tusschen beiden aan te vullen.
Vervolgens pompt men dan omtrent 200 Vaten of de twee onderste laagen vol zout of brak water, En den Manschap huurt. om ’t Schip voor ballast te dienen. Heeft men eenige yzerebands vaten, plaatst men ze onder en omtrent het groote Luik in ’t Flensgat.
Ook moet de Voorboeg van binnen tegen de Banden aan tot de onder Dekbalk, aan weerzyde wel gestut worden, op dat het Schip in en tegen ’t Ys zeilende, te beter moge bestant zyn.
Allenks den tydt naaderende om ’t verdere Scheepsvolk te huuren, alsdan begeeft zich gemeenlyk den Commandeur naar Amsterdam of andere Plaatsen, van waar hy met zyn Schip word uitgerust, alwaar in een Herberg, ieder Huurling, gehuurt zynde, tien of twaalf stuivers wynkoop geeven moet, en vervolgens naar een of twee dagen met zyn kooigoed, kist en plunje t’Scheep komen. Midlerwyl word dan het onderstaande Armazoen of de Vleet naar ’t Schip gezonden, als mede alle den Leeftocht aan boord gebragt. Wat tot een Groenlandsche Vleet word vereischt. Vervolgens komt ’er een Verschwater Schip mede aan boord leggen, waar uit men omtrent 25 of 30 vaten met verschwater vult en overpompt, om geduurende de reis de spys te kooken. | zorg003bloe01_01_51_4 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 6,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Lyst van een Groenlandsche Vleet. Of Armazoen met 6 Sloepen en 42 Man.
450 NIeuwe Vaten of Quardeelen van 17 Stekannen tot tot f 4½ ’t Vat.f 2025 : 0
30. Pypjes tot f 4 f 120 : 0
50. Halfjes Vaten tot f 2½f 125 : 0
100. Oxhoofden tot f 1 f 100 : 0
___ ___ ___
f 2370 : 0 | zorg003bloe01_01_51_5 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 7,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Touwerk:
60. Nieuwe Walvischlynen, ieder 125 Vademen lang, weegende 75 of 80 lb tot 44 stuiv.f 960 : 0
3 Trossen tot Voorgangers 36 vaam lang, dik 90 draaden, weegende 55 lb tot 9 stuiv.f 24 : 10
1. Kenter-lyn, 66 vaam lang, dik 4 1/8 duim, weeg. 180 lb tot 3½ stuiv.f 31 : 10
1. Kenter-Leng, 14 vaam lang, dik 6½ duim, weeg 120 lb. tot f 36 : - ’t Schip lbf 14 : 0
1. Topreep, 16 Vaam lang, dik 5½ duim, weeg. 100 lb f 12 : 0
___ ___ ___
f 3412 : 0
Komt van hier nevensf 3412 : 0
2. Trossen tot Taakels en Loopers. weeg. 170 lbf 19 : 15
1. Manteltros, weeg. 110 lbf 13 : 0
Touwerk tot Grondtouwen, en Stroppen tot Takels en 2 Hangers, weeg. 180 pond.f 21 : 10 | zorg003bloe01_01_51_6 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 8,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Blokwerk:
1. Kenter-Jyns Blok, met 3 Pokhoute Schyven,f 8 : 0
1. Kenter-Jyns Blok met 2 Schyvenf 6 : 0
6. Dubb. Bloks tot de Sloepen onder de Galg, waar van 4 met 3 Schyven en 2 met 2 Schyven.f 16 : 0
4. Enkelde Bloks tot de zelvenf 4 : 0
2. Enkelde Spek-Karnaat Blokkenf 2 : 8
9. Takel-Bloks. 2. Neus-Jyn Bloks. 1. Dubbeld. Te zaamen voor de Sloep Takels.f 18 : 10
___ ___ ___
f 3512 : 3
Komt van de andere Zydef 3521 : 3
2 Dubbelde Spektakel Bloksf 4 : 0
4. Enkelde Spektakel Bloksf 6 : 0
1. Enkeld Blok voor de Cluis.f 2 : 0
4. Enkelde Bloks tot de Grondtouwen en om de Sloepen te sorrenf 1 : 12
2. Kinnebaks Bloks, om de Lynen in te haalenf 1 : 10
1. Greene Waterpomp, 14 voet lang, en yzer beslag f 7 : 0
5. Nieuwe Sloepen tot f 70 : -f 350 : 0
1. Sloep met de kookerf 74 : 0
Voor ’t verwenf 12 : 0
6. Slopes Kompassenf 1 : 16
60. Nieuwe Riemenf 60 : 0
100. Roeidollenf 1 : 16
50 Stuurders dollenf 0 : 15
50. Eike Harpoen Stokkenf 20 : 0
25. Ysboomenf 21 : 5
600. Sponsen tot de Vaatenf 7 : 10 | zorg003bloe01_01_51_7 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 9,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Kuipers Gereedschap:
1 Strykbankf 2 : 10
2. Beytels in de zelvef 1 : 4
1. Sponsboorf 4 : 10
1. Kraanboorf 1 : 5 | zorg003bloe01_01_51_8 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 10,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Zeildoek:
6 Sloeps Zeilen van 100 Ellen, Vlaams Linnen en maakloonf 50 : 0
___ ___ ___
f 4151 : 16
Komt van hier nevensf 4151 : 16
1 Spekmamiering van 9 Ellen Kanefas, en maakloonf 5 : 8
1. Waterslang, van 14 ellen beste Kanefas, en maakloonf 10 : 10
40 Ellen oud Zeildoek tot Sloepskleedjesf 10 : 0 | zorg003bloe01_01_51_9 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 11,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Yzere Gereedschappen:
40. Nieuwe Harpoenenf 60 : 0
10. Oude Harpoenenf 4 : 0
50. Nieuwe Lenssenf 75 : 0
6. Walrus Harpoenenf 4 : 10
9. Walrus Lenssenf 4 : 10
7. Neushaaken, van 100, 70, 60, 56, 52, 33 en 30 lb te samen 400 lbf 80 : 0
6. Sloeps Dreggenf 9 : 12
1. Yszaagf 16 : 0
10. Spekmessenf 20 : 0
5. Baardmessenf 10 : 10
7. Kapmessenf 14 : 14
6. Strantmessenf 12 : 12
4. Bankmessenf 7 : 12
4. Ysbylenf 8 : 0
6. Paar Ysspoorenf 3 : 12
6. Baardklaauwenf 8 : 8
6 Sloepskapbyltjesf 4 : 10
12. Handhaakjesf 2 : 8
12. Bankhaakjesf 1 : 4
12. Sloepshaakenf 2 : 2
10 Haakje Pieksf 2 : 0
3. Spekhaakenf 1 : 4
4. Mallemokshaaken f 1 : 0
6. Haaken tot Ysboomenf 1 : 16
20. Prooken tot Ysboomenf 4 : 0
___ ___ ___
f 4536 : 18
Komt van de andere Zydef 4536 : 18
6. Sloeps Marlpriemenf 0 : 12
4. Driekante Vylenf 1 : 0
3. Platte Vylenf 0 : 15
4. Schraapersf 1 : 14
2. Yzere Mookersf 2 : 10
1. Koevoetf 1 : 16
4. Taakelhaaks tot de Sloepen. 10 gemeene Haaks. Kleine W: Handenf 10 : 3
12. Kleine Wanthaakjesf 2 : 0
1. Lenskistf 3 : 0
1. Harpoenkistf 3 : 0
Een party Spykersf 6 : 0 | zorg003bloe01_01_51_10 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 12,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Koper Koks-goed en andere Gereedschappen:
1. Roodkopere Vleeschketel en deksel, weeg. 45 lb à 15 stuiv.f 33 : 15
1. Erretketel en deksel weeg. 32 lbf 24 : 7
1. Gortketel en deksel weeg. 28 lbf21 : 0
1. GeelkopereVisketel, weeg. 14 lb en ’t yzere Hengself 11 : 6
1. Roodkopere Doofpot weeg. 14 lb met een Yzer Hengself 10 : 16
1. Kopere Pikpot, weeg. 13 lbf 10 : 0
3. Kopere Traanpompen weeg. 36 lb met 2 yzers tot de Pompstokkenf 27 : 0
1. Kopere pomp, weeg. 16 lbf 13 : 0
1. Roodkopere Traantrechter weeg. 8½ lbf 6 : 7
___ ___ ___
f 4726 : 19
Komt van hier nevens f 4726 19
1. Kopere Gortpanf 3 : 10
1. - - Dooppanf 3 : 0
1. Kleine Dooppanf 1 : 15
1. Kopere Lepel met een yzere Steelf 1 : 16
1. Kopere gegate Lepelf 1 : 8
1. Koffi Ketelf 3 : 3
1. Schuimspaanf 1 : 8
2. Kopere Hanglampenf 2 : 8
1. Koekepanf 1 : 15
1. Tabaks Confoorf 1 : 4
1. Kopere fontein Handwasbakjef 5 : 0
2. Bierkraanenf 1 : 10
2. Vertinde Wynkraanenf 1 : 8
1. Handblakerf 1 : 0
1. Snuiterf 0 : 16 | zorg003bloe01_01_51_11 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 13,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Blikwerk:
1. Groote Lynoly Fles f3 : 0
1. Boomoly Flesjef1 : 10
1. Spesery Trommel f2 : 0
1. Koffi Trommelf2 : 0
1 Vullis Bakjef0 :6
1. Schryflaatjef0 : 16 | zorg003bloe01_01_51_12 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 14,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Tin-Koksgoed:
10. Ronde Tinnelepels f 1 : 0
4. Langwerpige Lepelsf 0 : 12
1. Zoutvaatjef 0 : 6
1. Wyntrechterf 0 : 5
1. Bierkanf 1 : 15 | zorg003bloe01_01_51_13 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 15,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Koks en andere Goederen:
2 Yzere Spekvorkenf 0 : 18
4. Yzere Kaarssteekersf 0 : 4
1. Kaarshangerf 0 : 2
1. Tangf 1 : 0
1. Tang in de Kajuitf 1 : 8
___ ___ ___
f 4774 : 0
Komt van de andere Zyde f 4774 : 0
1. Blaasbalgf 2 :0
1. Blaasbalg voor de Kajuitf 1 : 0
2. Vuurslag Laadjesf 0 : 8
1. Slypbordf 0 : 5
1 Stokboender 1 Stofferf 0 : 18
3 Beslagen Ballast Schoppenf 1 : 10
1. Slypsteenf 2 : 8
6. Wetsteenen f 1 : 4
3 Broodkorven f 2 : 5
7. Groote hole houte Bakkenf 2 : 2
8. Vlakke Bakkenf 1 : 12
12. Houte Tafelbordenf 0 : 12
4. Enkelde boter Schaalenf 0 : 8
1. Dubbeldef 0 : 4
6 Dooplokjes, 5 Zoutlokjesf 0 : 8
1. Houte koks water Pompjef 1 : 2
1. Booterspaanf 0 : 3
1. Moutjef 0 : 8
1. Azyntap, 1 Schuurbakf 0 : 5
6 Groote en 6 kleine houte lepelsf 0 : 12
8. Aarde Bierkannenf 1 : 12
1. Groote Bierkanf 0 : 8
12. Aarde Tafelbordenf 0 : 15
4. Witte aarde Schotelsf 1 : 0
3. Witte aarde Koppenf 0 : 6
2. Boter Schotelsf 0 : 3
1 Aarde Confoorf 0 : 2
1. Smoorpan, 2 vlakke pan. en 2 dooppan.f 0 : 12
1. Gaare Schotelf 0 : 3
14. Pottenf 0 : 10
3. Rooschotels, 1 Panf 0 : 11
___ ___ ___
f 4799 : 16
Komt van hier nevensf 4799 : 16
9. Paar Porcelein Koffi goedf 6 : 0
1. Spoelkomf 0 : 16
1. Spiegel in de Kajuitf 1 : 16
3. Bierglazenf 0 : 13
12. Wynroemersf 2 : 8
12. Servettenf 6 : 0
2. Tafellakensf 3 : 12
1. Vleskelder met 9 Vlessenf 3 : 0
1. Boek van de Christelyke Zeevaartf 2 : 0
6. Psalmboekjesf 2 : 8 | zorg003bloe01_01_51_14 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 16,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Hout-Waaren tot Scheeps-gebruik:
1. Greene Balk tot de Sloepsgalg, lang 33 voet, dik 10 of 12 duim f 12 : 0
Maakloon f 2 : 0
4. Pokhoute Schyven f 3 : 8
___f 17 : 8
1. Spekspil en klampen, met maakloonf 8 : 10
1. Sloeps Braadspit, 6½ voet lang, 11 duim dikf 1 : 10
6. Sloeps Mastenf 3 : 0
30 Kapravens Sparren tot Lensstokkenf 13 : 0
2 Juffer Sparren, lang 18 voetf 0 : 12
20. Tingels en 10 Lattenf 1 : 5
8. Latten ter zyde van ’t Schipf 2 : 4
2. Greene Ribben, lang 18 voet dik 5 of 6 duimf 3 : 15
1. Rib 3 of 4 duim. 2 Ribben, 2 of 3 duimf 2: 8
___ ___ ___
f 4882 : 1
Komt van de andere Zydef 4882 : 1
6. Eike Maatbalkjesf 3 : 18
12. Brooddeelen, dik 1 duimf 6 : 6
3 Spekgootsdeelen, lang 30 voet, 1½ duim dikf 6 : 6
4. Denne Deelen, lang 18 voetf 2 : 8
1. Greene Deel voor de Spekbank, lang 26 voet, dik 2 duimf 2 0
2. Deelen, lang 24 voetf1 : 16
___ ___ ___
f 4902 : 19
Komt van hier nevensf 4902 : 19
2. Deelen, lang 12 voetf 1 : 2
3. Greene Einden, lang 7 voetf 2 : 5
9½ Duims Bladen, wagenschotf 7 : 13
4. 1 Duims Bladen wagenschotf 4 : 8
2. 1¼ Duims Bladen wagenschotf 2 : 12
4 ½ Duims Bladen wagenschotf 2 : 12
4. Marslattenf 1 : 0
___ ___ ___
Beloopende zodanig een Vleetf 4924 : 11
De Hoofdt-Reeder of Boeckhouder verzorgt nu van ’t Convoy t’Amsterdam, Sardam, of andere plaats van waar het Schip word uitgerust, een Paspoort, en moet aldaar Borge stellen of teekenen, dat het Schip en de Laading by behoude reize wederom binnen deeze Nederlanden zal moeten retourneeren; betaalende:
Voor de Borg Ceelf 1 : 10
’t uitgaande Paspoortf 1 : 4
ter Secretaryf 1: 10
___ ___ ___f 4 : 4
Omtrent den 6 of 8sten April monstert men alle het Scheepsvolk; alsdan begeeven zich den Boekhouder en Commandeur te scheep en in de Kajuit, Monstering van ’t Scheepsvolk en hoe. laatende door den Kajuitwachter het volk een voor een binnen komen. Vooraf ontfangt den Commandeur f 100:- of f 150:- op hand; voor ’t helpen bevorderen en gereedmaaken van de Equipagie f 25;- bedingende verders voor ieder Quardeel Spek of Traan (’t Quardeel op 12 Stekannen gereekent) zoo hy in de vangst opdoen mogt 20 of 25 stuivers; als mede voor ieder Walvisch of der zelver Walvisch-baarden f 20 of f 25:-
Vervolgens geniet de Stuurman f 60:- of f 65:- op hand, en van ieder Quardeel Traan 16 of 17 stuivers. De Harpoeniers ontfangen ieder f 50:- of f 55:- op hand, en genieten van ’t Quardeel Traan 14 of 15 stuivers, ook wel iets meer, doch niets voor de Baarden. De Opperspeksnyder heeft 5 gulden van de Visch, en de Onderspeksnyder 50 stuivers. Die geenen die by Maandgeld gehuurt worden, zyn de volgende:
s’Maands
Timmermanf 36 : of f 40
Bootsmanf 28 : - f 0
Kokf 28 : - f 0
Kuiperf 28 : - f 0
Chirurgynf 26 : - f 0
Noch voor de Medicamenten en Kist. eens voor alf 26 : - f 0
Schiemanf 25 : - f 0
’t Gemeene Vaarensvolk of Matroozen, iederf 18 : of f 20
Jonge Mattroozen, iederf 14 : of f 15
Koksmaatf 12 : : f 0
Kajuitwachterf 10 : of f 11
Gelyk breeder in deeze volgende Monster-Rol is te zien. | zorg003bloe01_01_51_15 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 17,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Monster-rol van ’t Schip het Wapen van Texel, Algemeene Monsterrol in de Hollesloot gemonstert, en met 4 Sloepen naar Groenlandt vertrokken.
Quard Geld.Op Hand.Voor de Visch
Cornelis Gysbertsz. Zorgdrager Commandeur f 20f 125f 0
Simon Kool, Stuurm. f 17f 70 f 0
Jacok Lakeman, Harpoenier en Speksnyd.f 18f 75f 10
Jacob Ommekomme, Harpoenierf 17f 70f 0
Fredrik Cornelisz., Harpoenierf 15 f 55f 0
Jan Hendriksz., Harpoenierf 14f 50f 0
___ ___ ___
Voor de Parteniersf 101f 445f 10
Op Hand.Voor de Visch
Pieter Prins, Timmerman en Stuurderf 40f 3 : 0
Jurrian Inselman, Kuiperf 36f 4 : 0
Jan Snyder, Bootsman en Lynschieterf 35f 2 : 0
Pieter van Rarep, Schieman en Stuurderf 35f 4 : 0
Oom Geet, Kokf 33f 2 : 0
Daniel Snor, Chirurgynf 29f 1 : 0
Klaas Olyf 27f 2 : 0
Boy Fredriksz., Stuurderf 27f 4 : 0
Teunis Willemsz., Stuurderf 27f 4 : 0
Oom Siewertsz.f 27f 3 : 0
Cornelis Pietersz.f 27f 2 : 0
Jan Bakkerf 27f 2 : 0
Dirk Pietersz.f 27f 2 : 0
Harmen Jacobsz.f 26f 2 : 0
Jan Willemsz., Ondertimmermanf 26f 3 : 0
Klaas Jansz. Telf 26f 2 : 0
Hans Concentf 26f 2 : 0
Klaas Garmetsz.f 22f 2 : 0
N:N:f 20f 1 : 0
Simon Pietersz., Koksmaatf 19f 1 : 0
Geert Jacobsz. Kajuytwachterf 15f 2 : 0
___ ___ ___
Komt voor Maandgeld en voor de Vischf 577f 48 : 0
Voor Wynkoop te rugf 9 : 0
Voor de Meesters Kistf 29 : 0
Op hand als hier nevensf 455 : 0
___ f 483
___ ___ ___
Beloopende de Monstering f 1060 : -
Zulks dat het Maandgeld van een Schip voerende 4 Sloepen bedraagt f 577 : - voor de Visch f 58 : - en ’t Quardeel-Geld f 5 : 1 : - zynde dit Jaar den Manschap schaars en ongemeen wel gewild; dus wierd opde t’Huiskomst in den Hollesloot weederom gemonstert, hebbende een Vangst van 6½ Visch 305 Quardeelen Traan. | zorg003bloe01_01_51_16 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 18,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Monster-rol van ’t Schip de 4 Gebroeders, Algemeene Monsterrol
in de Hollesloot gemonstert, en met 5 Sloepen naar Groenlandt vertrokken.
Quard Geld.Op Hand.Voor de Visch.
Cornelis Gysbertsz. Zorgdrager, Commandeur f 20f 125f 0 : 0
Simon Kool, Stuurm. f 16f 60 f 1 : 10
Jan Smidt, Harpoenier en Speksnyder.f 15f 60f 6 : 6
Lamert Outgers, H. en Speksnyd. Maatf 15f 60f 3 : 3
Fredrik Cornelisz., Harpoenierf 15f 60f 0 : 0
Jan Hendriksz., Harpoenierf 13f 45f 0 : 0
___ ___ ___
Voor de Parteniersf 94f 410f 10 : 19
Op Hand.Voor de Visch
Abraham Lambertsz., Timmermanf 34f 2 :0
Oom Siewertsz., Bootsman en Stuurderf 27f 3 : 0
Klaas Oly, Kokf 27f 2 : 0
Cornelis Jansz. Schiem. en Stuurderf 26f 3 : 0
Adam Plaan, Kuyperf 27f 1 : 0
Jan Hoogwerf, Chirurgynf 27f 2 : 0
Jan Graaf, Ondertimmer.f 20f 1 : 0
Dirk Rynders, Lynschieterf 19f 2 : 10
Huipert Pietersz., Lynschieterf 19f 2 : 10
Lourens Hendriksz., Stuurderf 19f 3 : 0
Eelke Jetz Stuurderf 19f 3 : 0
Pieter Jansz. Witf 19f 3 : 0
Cornelis Pietersz.f 19f 1 : 0
Boy Fredriksz., Stuurdf 18f 4 : 0
Pieter Broeders, Lynsch.f18f 2 : 10
Simon Ryksz. Lynschie.f 18f 2 : 0
Jan Michielsz.Lynsch.f 18f 2 : 10
Jan Thomisz.f 18f 1 : 0
Jentje Hantjesf 18f 1 : 0
Lourens Teunisz.f 17f 1 : 0
Ariaan Cornelisz.f 17f 1 : 0
Cornelis Dirksz.f 17f 1 : 0
Jan Boonf 16f 3 : 0
Fredrik Melchersf 16f 1 : 0
Huibert Jurriaans, Koksmaatf 11f 1 : 0
Heyn Jansz. Kajuitwachterf 11f 1 : 0
___ ___ ___
Komt voor Maandgeld en voor de Vischf 527f 49 : 0
Op de hand als bovenf 410
___ ___ ___
Beloopende de Monsteringf 937
Zoo dat het Maandgeld van een Schip voerende 5 Sloepen bedraagt f 427 : - voor de Visch f 59 : 19 en ’t Quardeel-Geld f 4 : 14 : - dit Jaar was den Manschap beeter te bekomen; dus wierd mede op de t’Huiskomst wederom in den Hollesloot gemonstert, hebbende een vangst van 9 Visschen 396¼ Quardeelen Traan.
Waar uit ligtelyk kan opgemaakt worden, wat ’er al door deeze Reedery moet worden betaalt.
Noch hebben de Maandgelders van ieder Visch 20 of 30 stuivers, en die voor Stuurder op een Sloep word aangestelt, geniet van de Visch f 3 : - De Voorleezer of Voorzanger heeft op de voornoemde reis voor deezen geestelyken dienst mede f 3 : - van de Visch. De Wynkoop door ’t Volk in ’t aanneemen tot den dienst gegeeven, word hen nu wederom geschonken. Vervolgens begeeft zich ’t meeste Volk van ’t Schip weder naar Land, om zich van eenige kleederen, koopgoed en provisie van tabak, jenever, enz. te verzien, die dan na twee of drie dagen wederom t’scheep moeten komen.
Omtrent den 10den of 12den April ligten de Schepen, op Stroom leggende, het anker, en komen, na de wind is, in vier of vyf dagen in Texel, tusschen ’t Oude Schilt en ’t Nieuwe Diep ten anker. Alsdan komt gemeenlyk een der Heeren Commizen op de Helder, alwaar de Commandeur de Paspoorten vertoont en laat teekenen, betaalende daar voor 30 of 40 stuivers.
Op den 18den of 20sten deezer Maand, Wanneer en hoe de Schepen in Zee loopen., loopen de Scheepen, de Wind en Stroom dienende, ieder met een Lootsman verzien, ’t Texel uit in Zee; het Schip door hem buiten de derde Ton gebragt, en uitgelootst, gaat deeze Loots weder van boord, in een Lootsmans vaartuig, hem daar toe ten dienst, en zeilen de Schepen ’t Zeewaarts hunnen koers, gelyk wy in ’t Iaar 1700, volgens dit Journaal onzen koers hielden: | zorg003bloe01_01_51_17 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 52,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 19,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Uittreksel van ons Journaal, En Voorbeeld van koershouding aangeweezen. koers houdende naar Groenlandt, met ons Schip de Vergulde Beykorf, in den Jaare 1700.
Dat.Koerssen.Myl.Gegiste breete.Bevonde breete.Winden.Weer.
25AprilN.W.t.N.2½53 : 10- - W.Z.W.Slap topzeil.
26N.t.W.½W.2855 : 3- - Zuidelyk.Topzeil
28N.N.W.½W.55- - 58 : 18O.N.O.Reefkou, Batenes 5 mylen N.W. van ons.
30O.Z.O ½O.28- - 58 : 15N.Onderzeilem.
1May.O.t.N.14½58 : 25- - N.N.W.Topzeil.
2N.½O.1459 : 28- - O.Onderzeilen, met regen.
3N.W.t.W.17- - 60 : 49O.N.O.Topzeil, en mottig.
4N.W.1761 : 40- - N.N.O.Slaptopzeil; en veranderende onze zeilen.
5N.W.t.W.862 : 13- - N.N.O.Slaptopzeil, en buijig.
6N.N.O.16- - 63 : 18N.W.Reefkou, en vochtig.
8N.½W.36- - 65 : 32N.O.Reefkouw, droog, helder en koud.
9N.W.½W.2066 : 40- - N.O.Slaptopzeil, men schiet de lynen in de Sloepen.
10N.N.O.12- - 67 : 12OostelykStilte, en warme zonneschyn.
12N.O.½N.2268 : 0- - Variabel.Veranderlyk.
16O.t.Z.12½- - - - dito N OVeranderlyk.
18N.N.O.27- - 70 : 30O.Z.O.Reefkou.
19N.2472 : 6- - O.Z.O.Reefkou, met Sneeujagt.
21N.O.5774 : 47- - Zuidelyk.Styftopzeil
23N.O.t.N.45- - 68 : 50’t Voorland 9 mylen Oost van ons.
25N.W.21Land79 : 20Alhier was ’t aan ’t Ys dicht; ziende eenige Visschen en 8 Schepen.
VErmits we dit Iaar alleen op de platte Kaart zeilden, is de lengte niet behoorlyk waargenomen. Alle de verdere zaakelykheden en voorvallen ons dus verre en noch verder in en na de Visschery ontmoet, staan omstandig in ons generaale Iournaal aangeteekent; maar, nademaal in de Visschery de byzondere gevallen van ieder byna verschillende zyn, zullenwe derhalven deezen en ook alle de andere byzon-derheden, alhier achterlaaten, en de Visschery in ’t algemeen zo kort en klaar als doenelyk is beschryven. | zorg003bloe01_01_51_18 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 53,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Lyst der Bedieningen
In ’t Flenssen
Op de Visch.
JAcob Hardebil, Speksnyder.
Jan Hendriksz. Harpoenier.
Jan Smidt. Harpoenier.
Fredrik Cornelisz. Harpoenier.
Malmokken in de Sloep aan de Visch
Willem Cornelisz.
Tirk Evertsz.
Klaas Cornelisz.
Aan de Spektakels.
Jan Klaasz., Bootsman.
Boy Broersz., Schiem.
Strantsnyders.
Oom Siwert, Stuurman.
Pieter Broedersz.
Pieter Korf.
Piekeniers of Haakjepiks
Heyn Jansz.
Dirk van Texel.
Jan Klaver.
Jan Cornelisz.
Koning. Koningin.
Jan Jeltjesz.
Klaas Cornelisz.
Aan de Voorspil.
Gysbert Willemsz., Kok.
Adam Plaan, Kuiper.
Jan de Graaf.
Barent Klaasz.
Foppe Tierksz.
Aan de groote of achterspil.
Abraham Lambertsz., Timmerman.
Dirk Jansz., Ondertimmerman.
Isaak van den Broek, Chirurgyn.
Jacob Pietersz.
Harmen Teunisz.
Wybrand Jansz.
Klaas Gerritsz.
Klaas Jorisz.
Warner Hendriksz.
Met de Kan en Brandewyns bak.
Koksmaat.
Kajuitwachter. | zorg003bloe01_01_52_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 53,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 2,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | In ’t Afmaaken.
Achterbanksnyders.
JAcob Hardebil, Speksnyder.
Jan Smidt, Harpoenier.
Jan Hendriksz. Harpoenier.
Spek op Klaas.
Fredrik Cornelisz. Harpoenier.
Willem Cornelisz.
Strantsnyd.
Oom Siwert, Stuurman.
Pieter Korver.
Haakje Piks.
Heyn Jansz.
Jan Cornelisz.
Kappers.
Abraham Lambertsz., Timmerman.
Dirk Jansz., Ondertimmerman.
Pieter Broedersz.
Dirk van Texel.
Wybrand Jansz.
Tjerk Evertsz,
Klaas Jorisz.
Spek op Bank.
Harmen Teunisz.
Warner Hendriksz.
Jan Klaver.
Klaas Gerritsz.
In ’t Ruim.
Boy Broersz., Schieman.
Gysbert Willemsz., Kok.
Adam Plaan, Kuiper.
Barent Klaasz.
Foppe Tjerksz.
Jan de Graaf.
Aan de Spekkarnaat.
Jan Klaasz., Bootsman.
N. Foppe.
Isaak van den Broek, Chirurgyn.
Koning. Koningin.
Jan Jeltjes.
Klaas Cornelisz.
Met de Kan en Brandewyns bak.
Koksmaat.
Kajuitwachter.
Om in beide deeze gedaantens van Bedieningen op het Werk en de maaling van ’t Ys toe te zien.
Cornelis Gysberts. Zorgdrager, Commandeur.
DEeze Bedieningen verdeelt zynde, moet zich een ieder, ’t zy hem lief of leet, met de hem aanbedeelde bediening laaten vergenoegen, en zy dat twee met elkander willen ruilen, die ieder te vooren een andere bediening hebben gehad, dat dan met bewilliging van den Commandeur wel geschied.
Na deeze verrichting neemt de Commandeur de eerste keur van de Sloepen; daar na krygt by loting ieder Harpoenier zyn eigen Sloep en Volk, en begint de zelve met zyne manschap toe te taakelen of tot de Visschery gereet te maaken. Eerstelyk de Lynen gesorteert hebbende, splitst ieder Harpoenier zyn eigen Lynen aan elkander, die dan door den Stuurder en Lynschieter zeer gevoeglyk in ieders Sloep, in ’t achter Lynhok vyf, en in ’t voor Lynhok twee op elkander worden ingeschooten, en zulks in ieder Sloep zeven Lynen, lang ieder 120 Vaam, maakende te samen 840 Vaademen. Deeze Walvisch-Lynen worden van zeer goede Hennip gemaakt, leenig gedraait en ook geteert, zy bestaan in omtrent 51 draaden en uit ¼ duim dikte diameter. Teffens deelt men ook de riemen en lenssen uit, zoo dat men in ieder Sloep zes riemen en zes lenssen heeft. Uitdeeling der byzondere Gereedschappen tot ieder bediening gehoorig. Dien zelfden dag of weinig dagen daar na, worden mede de Harpoen of Yzer kisten geopent, en daar uit aan een ieder na zyne bediening vereischt, zyn byzonder Gereedschap gegeeven, om het tegen de aanstaande Visschery, met vylen, slypen, bekleeden, beschaaven, enz. gereed te maaken; de Harpoeniers krygen dan voor eerst hunne Lenssen, Harpoenen, en Staartmessen; de Banksnyders hunne Bankmessen, en Kappers hunne Kapmessen; de Strantsnyders hunne Strantmessen, en Speksnyders hunne Spek- en Baardmessen. Verders krygen insgelyks de Riemgasten, Piekeniers, Malmokken, enz. ieder hunne byzondere Gereedschappen, die zeer veel, en naar de byzondere gedaantens der Visschery zoo veelerley zyn, dat men ze hier niet alle opnoemen kan; Drie afzonderlyke hoedanigheden of gedaantens in de Visschery aangemerkt. want de Visschery drie byzondere gedaantens heeft: de eerste bestaat in ’t visschen of ’t vangen der Visschen alleen; de tweede, de Visch gevangen zynde, bestaat in ’t Flenssen, namentlyk: de Visch van overboord aan stukken in ’t Schip en in ’t Flensgat te arbeiden; de derde is, om by nader gelegenheit het Spek weder uit het Flensgat, boven op ’t Schip te haalen, aan vinken te snyden en te kappen, om verder in de vaten te doen, en dit heet men ’t afmaaken; na deeze drie byzondere gedaantens, hier na breeder te beschryven, heeft ieder zyne byzondere Gereedschappen. By voorbeeld: de Harpoeniers zyn by de eerste gedaante der Visschery, in de Sloepen Harpoeniers; by de tweede gedaante in ’t flenssen Speksnyders; en by de derde gedaante in ’t afmaaken Kappers, Bank- of Strantsnyders, waar toe zy zich zelven of de Commandeurs oordeelen best bequaam te zyn: en na alle deeze byzondere Bedieningen, zyn ook hunne byzondere Gereedschappen. Als Hapoeniers ontfangen zy in de Visschery hunne Voorgangers, Lenssen, Harpoenen, Kap- en Staartmessen nevens de daar toe behoorende Stokken; insgelyks Mikken, steene Dardehanden enz. Als Speksnyders krygen ze hunne Spek- en Baardmessen, Spekstroppen en Wetsteenen, Dardehanden, Laarzen, Spooren, enz. en in ’t afmaaken zyn zy Kappers, Bank- of Strantsnyders, hier toe ontfangen zy hunne Kap- Bank- en Strantmessen, met haare steene Strykers, Bank en Handhaakjes als daar toe gehoorig zyn; dit nu alles in ’t byzonder te beschryven zou voor ons en den Leezer te langdraadig zyn, dewyl dit genoegzaam uit de voorgaande Lyst der Bedieningen kan afgeleid worden. Gelyk nu met deeze Bedieningen geschied, zoo is ’t ook met alle de anderen, van de meeste tot de minste toe, En waar die in bestaan. een ieder krygt na zyn bequaamheit, volgens de vertoonde order, zyne bediening, en vervolgens ook zyne gereedschappen, die geheel anders in ’t Visschen zyn, bestaande in Harpoenen, Lenssen, Riemen, Dollen, Stroppen, enz. als in ’t Flenssen, wederom anders in ’t afmaaken, en aldaar weer anders op de Visch, anders in de Sloep, anders op ’t Schip, anders in ’t Ruim, enz. welke Gereedschappen hen voor ’t meerendeel ook aanstonds met het openen der Kisten worden gegeeven, om de zelven tegen de aanstaande Visschery te scherpen en gereed te maaken, ten einde men op de Vischplaats gekomen, en Visch aantreffende, in dit wigtig geval niet in verwarring mogt geraaken, of door verbaastheit verkeerd werk doen: maar dat men in alle deeze byzondere gedaantens, zich wel gewapent op zyn post mag stellen By voorbeeld: in de eerste gedaante, moet een ieder op het enkel woord, Val val! dat ’er geroepen word, aanstonds en vaardig overboord en in zyne hem aangeweezen Sloep vallen, by zyn eigen dol, en eigen riem, de dollen en stroppen gereed hebbende, zyn, om terstond alles, waar toe hy geschikt is, aan te vatten, (want de Visch zal hen niet afwachten) en dus met alle de andere gedaantens; een ieder moet zich dan, aanstonds gereet zynde, volgens zyne order, wel gewapent op zynen post begeeven.
Deeze nu aangeweezen gedaantens in de Visschery, vertoonen zich kortelyk ieder in haar byzondere gebruik, als vervolgens blyken zal. | zorg003bloe01_01_52_1 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 62,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Korte Beschryving van de Terreneufsche Bakkeljaau Visschery.
Eerste Hoofdstuk.
Van de gelegenheit en Strekking van ’t Eilandt Terreneuf nevens andere omleggende Eilanden, en voornamentlyk de Terreneufsche Banken, op welke gronde de Bakkeljaau gevangen word; welk een Visch het zy en door wien Bakkeljaau geheeten. Hoe men zich tot deeze Visschery uitrust, en met het zouten van den gevangen Visch omgaat.
VOor de Kust van Canada in Noord-Amerika en de Golf of Baay van St. Laurens legt een groot Eilandt, door Jan Verrazan, Terreneuf geheeten, Wanneer en door wie Terreneuf het allereerst is ontdekt. die door Koning Francois den I. derwaart gezonden was, om naaukeuriger ontdekking te doen, als weleer te vooren door de Engelschen van dit Gewest was geschied. In den Iaare 1504 hadden ’er de Visschers van Normandië al eenige ontdekking van gedaan; maar in ’t Iaar 1524 was ’t, dat den voornoemden Verazzan dit Eilandt in den naam van zynen Koning in bezit nam. De voornaamste Volkplanting aldaar gedaan, meest alle uit Normandiers en Basques of Biskajers bestaande, werd Plaisance genoemt.
Eerlang hier na hebben zich de Engelschen mede dit Eilandt terneer gezet. Dit Eilandt ’t welk van een byna driehoekige gedaante is, Het Eilandt Terreneuf en de strekking van dien beschreeven. word in zynen omtrek op drie hondert mylen begroot, en is tusschen 46 en 53 graden Noorder breete gelegen, waar van het Zuiderdeel door de Franschen en ’t Oosterdeel door de Engelschen bezeten word, zynde van verscheiden schoone Bajen, Havens en Inhammen verzien: Maar de West-Kust van dit Eilandt is tot noch toe onbewoont; doorgaans is ’t Bergachtig en van veele ongenaakbaare Bosschen verzien, nochtans vind men ’er groote uitgestrekte Hei-landen, veel meer met mos dan met gras bewassen. De Landeryen zyn ’er van weinig nut, doordien zy puin steenig en zandachtig zyn, zulks het niet dan om ’t genot van de Visschery is, waarom ’er zich de Engelschen en Franschen met ’er woon begeeven hebben. Insgelyks worden mede onder den naam van Terreneuf begreepen, verscheiden Eilanden ten Westen in den Golf van St. Laurens en de Rivier van Canada gelegen. Het getal deezer Eilanden word op vyftien of zestien begroot, welker voornaamste zyn Kaap Breton, St. Jan en d’Assomption mede Anticoste genoemt.
Het Eilandt Kaap Breton ten Zuiden van den Golf St. Laurens gelegen, Kaap Breton hoe gelegen. word byna door den Golf van Labradon in twee deelen gedeelt, zulks het naaulyks door agt hondert schreden lands verknocht is. De Heer Dennys eertyds bezitter van Kaap Breton, heeft een Kanaal door deeze landengte doen graaven, zulks het tot een doorvaart voor de sloepen diende, die anders genoodzaakt waren het Eilandt om te vaaren. De voornaamste haven deezes Eilandts is St. Pieter. Het Eilandt St. Jan ten Westen van Kaap Breton gelegen, is t’eenemaal Boschachtig, hebbende een stylopgaande kust. In den mondt van de Rivier St. Laurens legt het Eilandt Assomption, De Terreneufsche Bank beschreven waar van de Beerehaaven de voornaamste legplaats is. Oost of liever Zuid-Oost van ’t Eilandt Terreneuf is de groote Bank gelegen, alwaar de Bakkeljaau in grooten overvloed gevangen word, gemeenlyk de Terreneufsche Bank geheeten. Deeze Bank heeft op verscheiden plaatzen vyftien vademen diepte en op andere vyftig, zestig en zeventig meer of min, ’t welk aldaar voor de Schepen gelegentheit geeft zonder gevaar te konnen ankeren, welker uitgestrektheit hondert en vyftig mylen in de lengte en vyftig in de breette is. Op en omtrent de Terreneufsche Banken onthoud zich een soort van kleine Visch die de Bakkeljaau tot voedsel en aas verstrekt.
Wat de Bakkeljaau Visch aangaat, de zelve heeft deezen naam van de Basques ontfangen, doordien men die anders Kabbeljau noemen zoude. Tweederlei soorten vind men, Waar zich de Bakkeljaau het meest onthoud. die men groene en witte noemt; de groene Bakkeljaau word op de groote Terreneufsche Bank gevangen, die wel de grootste is, en beter gezouten dan gedroogt wil zyn, als de kleine omtrent de Kust gevangen, die te Lande gedroogt en gezouten word. Deeze Bakkeljaau Visschery word in ’t algemeen voor de Kusten van Nieuw-Vrankryk of Canada geoeffent, en waar van men de voornaamste, op de groote Terreneufsche Bank gevangen, naar Vrankryk voert en greetig te Parys en andere voornaame Fransche Steden vertiert.
Naardien deeze Visch van een zeer hongerigen aart is, vind ze ook op deeze Terreneufsche Banken hun overvloedig aas. Iaarlyks worden ’er omtrent 200 of 250 Schepen op deeze Bakkeljaau Visschery uit-gerust, die voornamentlyk uit de Havens van Honfleur, Diepe en andere plaatsen van Normandië; insgelyks Bologne en Cales, van Britannie, en Olonne in Zee loopen. Onder deeze Schepen zyn ’er somtyds eenigen, die met een vangst van dertig, veertig of vyftig duizend Bakkeljauwen weer in Vrankryk aanlanden, voerende echter een Schip van hondert vat, niet meer dan vyftien of ten meesten agtien mannen.
Een zodanig Schip tot de Bakkeljaau Vangst uitgerust, Hoe men de Schepen op de Bakkeljau Visschery uitrust, aangemerkt. verziet men te Brouage; Oleron, St. Martyn of in Britannie, ten minsten voor zes Maanden van alle benodigde Levensmiddelen en van Zout, alwaar men ’t Mudde voor elf of twaalf gulden inkoopt, alzoo men veel Zout tot deeze Visschery noodig heeft. Ook verzorgt men zich van Vischlynen ter dikte van een Penneschagt die agtien vademen lang zyn, en zulks voor ieder man agt, tien of twaalf lynen; maar van angels is ’t noodig dat men zich rykelyker verziet, naardien het dikmaals gebeurt, dat die afgebeeten worden, en ’er de Bakkeljaau mede doorgaat. Insgelyks moet voor ieder man twaalf of vyftien zink-loden verzorgt worden; ieder loot van zes ponden zwaar, die men om te visschen aan ’t einde der lynen vast maakt, om die te doen zinken, nevens bequaame messen om de gevangen Bakkeljaau den kop af te snyden en verders tot aan den staart van een te spouwen en van ’t ingewandt te zuiveren.
Dus ter Visschery uitgerust, gaat men onder zeil, en voor de Terreneufsche Kust en Banken gekomen, En met welk een toestel deeze Visschery word verricht. maakt men zich eerlang tot den Vischvangst gereed, haalt de zeilen in en bindt het roer aan stuur- of baakboordt vast, leggende het Schip alsdan als voor anker. Vervolgens werpen eenige eerlang de Vischlynen in Zee, om te zien of de Visch aanbyten wil, terwyl anderen den toestel maaken, om ter zyden van ’t Schip stygers op te rechten, waarop men de Bakkeljaau ophaalt, en die van zyn ingewandt zuivert, indien deezen toestel by bequaam weder vooraf niet is bestelt. Op deeze gemaakte stygers plaatst men eenige vaten ter hoogte van een mans middel. Ieder Visscher begeeft zich dan in zodanig een vat, hebbende een groot leere schootsvel voor, van den hals tot aan de kniejen reikende, welker onderste eind over het vat hangt, zulks en door ’t opsnyden der Visschen het onzuivere niet invalle. Ook verziet men zich van zodanige vaten en schootsvellen in de Sloepen. om te beletten, dat het water, ’t welk aan de lynen en ingehaalde Visch hangen blyft, in de vaten loopt. Wanneer dan de Visschers de diepte van de Visch Bank gepylt hebben, maaken zy de lynen aan de gemelde vaten vast, en zoo, dat het loot op twee vademen na, op den grondt zinkt: gelyk ook, de angel omtrent anderhalf vadem van ’t loot vast gemaakt, op een vadem na, den grondt niet bereiken moet. Een Bakkeljaau teffens word ’er gevangen, en vermits ieder Visscher van twee lynen verzien is, zoo is ’t dat, terwyl hy de eene inhaalt, de andere wederom zinken laat, wanneer men een overvloedt van Visch op de legplaats bespeurt; en om ’t getal der gevangen Visschen te weeten, heeft ieder Visscher een scherpe yzere pen, die dan, zoo draa hy den gevangen Visch van den angel afneemt, hem de tong uitsnyd, en die aan deeze pen steekt.
By een goede en gelukkige Vischvangst, kan een goede Visscher dagelyks omtrent 350 of 400 Bakkeljauwen vangen, Hoe arbeidzaam deeze Visschery voor de Visschers is. ’t welk als dan voor hem een genoeg zwaar en moeielyk werk geeft, doordien de gevangen Bakkeljauw niet weinig spartelt en hem werk verschaft, behalven dat eene lengte van dertig, veertig en somtyds zestig vademen lynen, uit de diepte niet zoo schielyk in te haalen zyn, zulks zodanig een arbeidt niet lang voor hem uit te houden zoude zyn, indien ’er nu en dan niet eenige dagen van verpozing tusschen quamen, dat ’er zoo veel niet gevangen wierd; nochtans verloopt ’er zelden een dag dat 'er niets gevangen word. Somtyds vangt ’er ieder 25, 30, 100 of 200, vermits deeze Visschery mede van ’t geluk afhangt. Het aas waar mede men den angel verziet, bestaat uit een stuk van een Haring, welker huidt in Zee een glans van zich geeft, waar op de Bakkeljaau komt toeschieten. Het bovendeel van den angel word door ’t ingewand van dien Visch omwonden, of door eenig aas in de maag van de Bakkeljaau gevonden, ’t welk mede in de plaats van den Haring word gebruikt.
Somtyds gebeurt het by een gelukkige Vischvangst, dat de Bakkeljaau-Visschery in een maandt of zes weeken word voltrokken, daar anderen in tegendeel, wederom drie, vier en vyf maanden bezig zyn, vermits het alleen van ’t geluk afhangt. Op de Bank gekomen ankert men echter niet; maar by den dag voert men boven de Kajuit een klein vierkant zeil, om het Schip tegen den windt bestant te doen zyn, zulks het niet al te veel ter zyde afdryve, vermits als dan de Vischlynen te driftig worden en de bequame diepte niet zouden bereiken, alwaar zich de Bakkeljaau onthoudt; maar des nachts zet men het groot zeil by, en houd goede wacht op dat men elkander niet op zy dryve, om in geen gevaar te geraaken van tegens andere Visschers op deeze bank leggende, te stooten, en elkander in den grondt te ryden. Want zelden vind men, op deeze groote Bank gelegen, helder, maar meest mistig weder, en somtyds deeze mist zoo dik, dat men naaulyks een scheepslengte van zich zien kan. Waarom men des te meer goede zorg voor ongeval draagen moet.
Behalven andere ongelegenheden, moeten deeze Visschers niet weinig gehardt tegen de koude zyn, vermits doorgaans geduurende zes maanden hen het water om de Vischlynen vriest, terwyl zy bezig zyn de zelve in te haalen, ’t welk hen al vry wat ongemaklyk valt. Dit ongemak by den lastigen arbeidt gevoegt, is ’t te verwonderen, dat ’er om zoo een gering voordeel, noch menschen gevonden worden, die zich tot dee-ze Visschery gebruiken laaten: want een Visscher dertig of veertig Ryksdaalders op zodanig een Vischtogt gewonnen hebbende, heeft zich naar zynen zin wonder wel uitgeslooft, van welke winst hy zich dan tot het volgende Zaaizoen geneeren moet.
Hoedanig nu met het zouten van de gevangen Bakkeljaau omgegaan word, En hoedanig men met het zouten van de gevangen Bakkeljaau omgaat.staat te letten, dat men de tong eerst uitgesneden zynde, de Visch op den overloop van ’t Schip werpt, alwaar dan de zelve van ’t ingewandt gezuivert word, en vervolgens den Zouter overgelevert, die beneden in ’t Schip bezig is om by laagen van twee of drie vademen lengte, deeze gezuiverde Visch kop en staartsgewyze te leggen, en bestrooit ze als dan met zout zoo veel daar toe vereischt word. Vervolgens legt hy ’er wederom een andere laag op, die insgelyks gezouten word, en hier mede vervolgende zoo lang de Visschery van dien dag duurt. Wanneer deeze Visch, dus drie of vier dagen gezouten, heeft gelegen, en het zout genoegzaam aangenomen; neemt men die wederom op, schuddende het ongepekelde zout af, en legt de zelve beneden in ’t Schip by laagen, bedekkende die met versch zout, waar in ze als dan leggen blyft, en dus met den geheelen vangst voortvaarende, tot men zyne laading bekomen heeft. Indien men de Visch als dan noch eens verplaatsen wil, word die wederom met versch zout bestrooit. | zorg003bloe01_01_61_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 62,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 2,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Van de gelegenheit en Strekking van ’t Eilandt Terreneuf nevens andere omleggende Eilanden, en voornamentlyk de Terreneufsche Banken, op welke gronde de Bakkeljaau gevangen word; welk een Visch het zy en door wien Bakkeljaau geheeten. Hoe men zich tot deeze Visschery uitrust, en met het zouten van den gevangen Visch omgaat.
VOor de Kust van Canada in Noord-Amerika en de Golf of Baay van St. Laurens legt een groot Eilandt, door Jan Verrazan, Terreneuf geheeten, Wanneer en door wie Terreneuf het allereerst is ontdekt. die door Koning Francois den I. derwaart gezonden was, om naaukeuriger ontdekking te doen, als weleer te vooren door de Engelschen van dit Gewest was geschied. In den Iaare 1504 hadden ’er de Visschers van Normandië al eenige ontdekking van gedaan; maar in ’t Iaar 1524 was ’t, dat den voornoemden Verazzan dit Eilandt in den naam van zynen Koning in bezit nam. De voornaamste Volkplanting aldaar gedaan, meest alle uit Normandiers en Basques of Biskajers bestaande, werd Plaisance genoemt.
Eerlang hier na hebben zich de Engelschen mede dit Eilandt terneer gezet. Dit Eilandt ’t welk van een byna driehoekige gedaante is, Het Eilandt Terreneuf en de strekking van dien beschreeven. word in zynen omtrek op drie hondert mylen begroot, en is tusschen 46 en 53 graden Noorder breete gelegen, waar van het Zuiderdeel door de Franschen en ’t Oosterdeel door de Engelschen bezeten word, zynde van verscheiden schoone Bajen, Havens en Inhammen verzien: Maar de West-Kust van dit Eilandt is tot noch toe onbewoont; doorgaans is ’t Bergachtig en van veele ongenaakbaare Bosschen verzien, nochtans vind men ’er groote uitgestrekte Hei-landen, veel meer met mos dan met gras bewassen. De Landeryen zyn ’er van weinig nut, doordien zy puin steenig en zandachtig zyn, zulks het niet dan om ’t genot van de Visschery is, waarom ’er zich de Engelschen en Franschen met ’er woon begeeven hebben. Insgelyks worden mede onder den naam van Terreneuf begreepen, verscheiden Eilanden ten Westen in den Golf van St. Laurens en de Rivier van Canada gelegen. Het getal deezer Eilanden word op vyftien of zestien begroot, welker voornaamste zyn Kaap Breton, St. Jan en d’Assomption mede Anticoste genoemt.
Het Eilandt Kaap Breton ten Zuiden van den Golf St. Laurens gelegen, Kaap Breton hoe gelegen. word byna door den Golf van Labradon in twee deelen gedeelt, zulks het naaulyks door agt hondert schreden lands verknocht is. De Heer Dennys eertyds bezitter van Kaap Breton, heeft een Kanaal door deeze landengte doen graaven, zulks het tot een doorvaart voor de sloepen diende, die anders genoodzaakt waren het Eilandt om te vaaren. De voornaamste haven deezes Eilandts is St. Pieter. Het Eilandt St. Jan ten Westen van Kaap Breton gelegen, is t’eenemaal Boschachtig, hebbende een stylopgaande kust. In den mondt van de Rivier St. Laurens legt het Eilandt Assomption, De Terreneufsche Bank beschreven waar van de Beerehaaven de voornaamste legplaats is. Oost of liever Zuid-Oost van ’t Eilandt Terreneuf is de groote Bank gelegen, alwaar de Bakkeljaau in grooten overvloed gevangen word, gemeenlyk de Terreneufsche Bank geheeten. Deeze Bank heeft op verscheiden plaatzen vyftien vademen diepte en op andere vyftig, zestig en zeventig meer of min, ’t welk aldaar voor de Schepen gelegentheit geeft zonder gevaar te konnen ankeren, welker uitgestrektheit hondert en vyftig mylen in de lengte en vyftig in de breette is. Op en omtrent de Terreneufsche Banken onthoud zich een soort van kleine Visch die de Bakkeljaau tot voedsel en aas verstrekt.
Wat de Bakkeljaau Visch aangaat, de zelve heeft deezen naam van de Basques ontfangen, doordien men die anders Kabbeljau noemen zoude. Tweederlei soorten vind men, Waar zich de Bakkeljaau het meest onthoud. die men groene en witte noemt; de groene Bakkeljaau word op de groote Terreneufsche Bank gevangen, die wel de grootste is, en beter gezouten dan gedroogt wil zyn, als de kleine omtrent de Kust gevangen, die te Lande gedroogt en gezouten word. Deeze Bakkeljaau Visschery word in ’t algemeen voor de Kusten van Nieuw-Vrankryk of Canada geoeffent, en waar van men de voornaamste, op de groote Terreneufsche Bank gevangen, naar Vrankryk voert en greetig te Parys en andere voornaame Fransche Steden vertiert.
Naardien deeze Visch van een zeer hongerigen aart is, vind ze ook op deeze Terreneufsche Banken hun overvloedig aas. Iaarlyks worden ’er omtrent 200 of 250 Schepen op deeze Bakkeljaau Visschery uit-gerust, die voornamentlyk uit de Havens van Honfleur, Diepe en andere plaatsen van Normandië; insgelyks Bologne en Cales, van Britannie, en Olonne in Zee loopen. Onder deeze Schepen zyn ’er somtyds eenigen, die met een vangst van dertig, veertig of vyftig duizend Bakkeljauwen weer in Vrankryk aanlanden, voerende echter een Schip van hondert vat, niet meer dan vyftien of ten meesten agtien mannen.
Een zodanig Schip tot de Bakkeljaau Vangst uitgerust, Hoe men de Schepen op de Bakkeljau Visschery uitrust, aangemerkt. verziet men te Brouage; Oleron, St. Martyn of in Britannie, ten minsten voor zes Maanden van alle benodigde Levensmiddelen en van Zout, alwaar men ’t Mudde voor elf of twaalf gulden inkoopt, alzoo men veel Zout tot deeze Visschery noodig heeft. Ook verzorgt men zich van Vischlynen ter dikte van een Penneschagt die agtien vademen lang zyn, en zulks voor ieder man agt, tien of twaalf lynen; maar van angels is ’t noodig dat men zich rykelyker verziet, naardien het dikmaals gebeurt, dat die afgebeeten worden, en ’er de Bakkeljaau mede doorgaat. Insgelyks moet voor ieder man twaalf of vyftien zink-loden verzorgt worden; ieder loot van zes ponden zwaar, die men om te visschen aan ’t einde der lynen vast maakt, om die te doen zinken, nevens bequaame messen om de gevangen Bakkeljaau den kop af te snyden en verders tot aan den staart van een te spouwen en van ’t ingewandt te zuiveren.
Dus ter Visschery uitgerust, gaat men onder zeil, en voor de Terreneufsche Kust en Banken gekomen, En met welk een toestel deeze Visschery word verricht. maakt men zich eerlang tot den Vischvangst gereed, haalt de zeilen in en bindt het roer aan stuur- of baakboordt vast, leggende het Schip alsdan als voor anker. Vervolgens werpen eenige eerlang de Vischlynen in Zee, om te zien of de Visch aanbyten wil, terwyl anderen den toestel maaken, om ter zyden van ’t Schip stygers op te rechten, waarop men de Bakkeljaau ophaalt, en die van zyn ingewandt zuivert, indien deezen toestel by bequaam weder vooraf niet is bestelt. Op deeze gemaakte stygers plaatst men eenige vaten ter hoogte van een mans middel. Ieder Visscher begeeft zich dan in zodanig een vat, hebbende een groot leere schootsvel voor, van den hals tot aan de kniejen reikende, welker onderste eind over het vat hangt, zulks en door ’t opsnyden der Visschen het onzuivere niet invalle. Ook verziet men zich van zodanige vaten en schootsvellen in de Sloepen. om te beletten, dat het water, ’t welk aan de lynen en ingehaalde Visch hangen blyft, in de vaten loopt. Wanneer dan de Visschers de diepte van de Visch Bank gepylt hebben, maaken zy de lynen aan de gemelde vaten vast, en zoo, dat het loot op twee vademen na, op den grondt zinkt: gelyk ook, de angel omtrent anderhalf vadem van ’t loot vast gemaakt, op een vadem na, den grondt niet bereiken moet. Een Bakkeljaau teffens word ’er gevangen, en vermits ieder Visscher van twee lynen verzien is, zoo is ’t dat, terwyl hy de eene inhaalt, de andere wederom zinken laat, wanneer men een overvloedt van Visch op de legplaats bespeurt; en om ’t getal der gevangen Visschen te weeten, heeft ieder Visscher een scherpe yzere pen, die dan, zoo draa hy den gevangen Visch van den angel afneemt, hem de tong uitsnyd, en die aan deeze pen steekt.
By een goede en gelukkige Vischvangst, kan een goede Visscher dagelyks omtrent 350 of 400 Bakkeljauwen vangen, Hoe arbeidzaam deeze Visschery voor de Visschers is. ’t welk als dan voor hem een genoeg zwaar en moeielyk werk geeft, doordien de gevangen Bakkeljauw niet weinig spartelt en hem werk verschaft, behalven dat eene lengte van dertig, veertig en somtyds zestig vademen lynen, uit de diepte niet zoo schielyk in te haalen zyn, zulks zodanig een arbeidt niet lang voor hem uit te houden zoude zyn, indien ’er nu en dan niet eenige dagen van verpozing tusschen quamen, dat ’er zoo veel niet gevangen wierd; nochtans verloopt ’er zelden een dag dat 'er niets gevangen word. Somtyds vangt ’er ieder 25, 30, 100 of 200, vermits deeze Visschery mede van ’t geluk afhangt. Het aas waar mede men den angel verziet, bestaat uit een stuk van een Haring, welker huidt in Zee een glans van zich geeft, waar op de Bakkeljaau komt toeschieten. Het bovendeel van den angel word door ’t ingewand van dien Visch omwonden, of door eenig aas in de maag van de Bakkeljaau gevonden, ’t welk mede in de plaats van den Haring word gebruikt.
Somtyds gebeurt het by een gelukkige Vischvangst, dat de Bakkeljaau-Visschery in een maandt of zes weeken word voltrokken, daar anderen in tegendeel, wederom drie, vier en vyf maanden bezig zyn, vermits het alleen van ’t geluk afhangt. Op de Bank gekomen ankert men echter niet; maar by den dag voert men boven de Kajuit een klein vierkant zeil, om het Schip tegen den windt bestant te doen zyn, zulks het niet al te veel ter zyde afdryve, vermits als dan de Vischlynen te driftig worden en de bequame diepte niet zouden bereiken, alwaar zich de Bakkeljaau onthoudt; maar des nachts zet men het groot zeil by, en houd goede wacht op dat men elkander niet op zy dryve, om in geen gevaar te geraaken van tegens andere Visschers op deeze bank leggende, te stooten, en elkander in den grondt te ryden. Want zelden vind men, op deeze groote Bank gelegen, helder, maar meest mistig weder, en somtyds deeze mist zoo dik, dat men naaulyks een scheepslengte van zich zien kan. Waarom men des te meer goede zorg voor ongeval draagen moet.
Behalven andere ongelegenheden, moeten deeze Visschers niet weinig gehardt tegen de koude zyn, vermits doorgaans geduurende zes maanden hen het water om de Vischlynen vriest, terwyl zy bezig zyn de zelve in te haalen, ’t welk hen al vry wat ongemaklyk valt. Dit ongemak by den lastigen arbeidt gevoegt, is ’t te verwonderen, dat ’er om zoo een gering voordeel, noch menschen gevonden worden, die zich tot dee-ze Visschery gebruiken laaten: want een Visscher dertig of veertig Ryksdaalders op zodanig een Vischtogt gewonnen hebbende, heeft zich naar zynen zin wonder wel uitgeslooft, van welke winst hy zich dan tot het volgende Zaaizoen geneeren moet.
Hoedanig nu met het zouten van de gevangen Bakkeljaau omgegaan word, En hoedanig men met het zouten van de gevangen Bakkeljaau omgaat.staat te letten, dat men de tong eerst uitgesneden zynde, de Visch op den overloop van ’t Schip werpt, alwaar dan de zelve van ’t ingewandt gezuivert word, en vervolgens den Zouter overgelevert, die beneden in ’t Schip bezig is om by laagen van twee of drie vademen lengte, deeze gezuiverde Visch kop en staartsgewyze te leggen, en bestrooit ze als dan met zout zoo veel daar toe vereischt word. Vervolgens legt hy ’er wederom een andere laag op, die insgelyks gezouten word, en hier mede vervolgende zoo lang de Visschery van dien dag duurt. Wanneer deeze Visch, dus drie of vier dagen gezouten, heeft gelegen, en het zout genoegzaam aangenomen; neemt men die wederom op, schuddende het ongepekelde zout af, en legt de zelve beneden in ’t Schip by laagen, bedekkende die met versch zout, waar in ze als dan leggen blyft, en dus met den geheelen vangst voortvaarende, tot men zyne laading bekomen heeft. Indien men de Visch als dan noch eens verplaatsen wil, word die wederom met versch zout bestrooit. | zorg003bloe01_01_61_1 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 63,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Hoedanig in ’t Voorjaar het veelvuldig Ys omtrent de Terreneufsche Banken den Visschers veel arbeid verschaft. Welk slag van Vogelen zich omtrent deeze Kusten onthouden.
SChoon de voordeelen deezer Bakkeljaau-Visschery toevalliger-wyze te beoogen zyn, heeft men niet te min veel ongemak uit te staan doordien het op de groote Bank in de maandt Iuni noch zoo koudt is, als het in Herfstmaandt in Vrankryk zyn mag. De langste Zomers duuren ’er zelden meer dan drie maanden, en die nochtans meest met dikke en koude nevels verzelt gaan. Veelvuldig en zwaare Ysschotsen omtrent de Terreneufsche Banken gevonden. In ’t Voorjaar word de langduurigheit der koude door ’t Ys veroorzaakt, uit het Noorden van Groenlandt, de Straat Davis en verdere Noordere Gewesten derwaarts heen gedreeven. Wanneer door storm dit Ys in stukken breekt, worden de gebroken Ysschotsen door den Stroom en Noorden windt, die in dien tydt des Iaars veeltyds heerscht, derwaarts en naar de groote Bank gevoert, als dan vriest ’er het Zeewater, ’t welk ’er onderdes tegen aankletst en overheen spoelt, aanvast, waar door dit Ys allenks dikker word, en het bovendeel dus zwaarder geworden als het onderste, word dan overwigtig, waar door het omkant en geduurig aanvriest. Somtyds vind men ’er gantsche Bergschotsen, hooger dan Torens, die men, de zon daar op schynende, agtien of twintig mylen in zee beoogen kan. Indien men in de Maanden May, Iuni en Iuly voor de Terreneufsche Banken, of van daar naar Vrankryk vertrekken wil, heeft men des nachts wel toe te zien, om zich op deeze dryvende Ysschotsen niet te verzeilen, zulks ’er als dan geen redden aan was, en men in levensgevaar geraaken zoude. Deeze gevaarlyke Ysschotsen worden somtyds vyftig of zestig mylen in zee van de groote Bank en ook wel nader gevonden, na dat de heerschende winden de zelven derwaarts dryven. Somwylen ziet men ’er door voortdryvende winden veele achter den anderen, zulks de Schepen, die om de Visch te droogen, koers naar Landt neemen willen, Ysvelden ontmoeten, van hondert en vyftig Fransche mylen in uitgestrektheit, waar door zy wel genoodzaakt worden twee dagen lang, met een frissche koelte, en byzetting van alle zeilen, langs de zelve te zeilen, eer zy het einde bereiken, of elders eene opening vinden, om dan als door eene Zee-engte of straat het Landt te bereiken. Deeze Schotsen of groote Ysvelden smelten eer niet, dan dat ze de Zuider warme lucht ontmoeten, daar zy, door den windt naar Landwaarts gedreeven, tot op vyf en twintig of dertig vademen diepte aan den grondt zitten blyven; waar uit men de eigentlyke dikte zoodaniger Ysbrokken oordeelen kan, vermits ze ook niet weinig hoog boven ’t water uitsteeken. Men heeft ’er volgens bericht der Visschers, Ysschotsen op de groote Bank gevonden, die vyf en veertig vademen diep onder water vast zitten, en tien mylen in den omtrek hadden. Zodanige zwaare, dikke en hoog boven water uitstekende Ysvelden, worden dan als gevaarlyke klippen geschuuwt, beducht zynde, dat ze ter eene of andere zyde mogten omkanten, gemerkt zy aan de Zonzyde de meeste warmte gevoelende, afsmelten en lichter worden, waar door de zwaarste zyde komt over te hellen. Men acht ook dat deeze Ysvelden oorzaak aan de koude lucht van Canada geeven.
Verscheide Vogels onthouden zich omtrent de groote Terreneufsche Bank, Welk slag van Gevogelte zich aldaar onthoud. die nochtans vyf en twintig mylen van ’t naaste Landt gelegen is, waar van de voornaamste de Levervreeters, Kruissers, Zeehoenders en Pygmeen zyn, waar van we hier iets gedenken zullen
De Levervreeters zyn hongervraatachtige Vogels, Levervreters beschreven; waarom ze ook dien naam voeren, vermits ze op de weggeworpen Bakkeljaus Lever aazen. Een Schip om te Visschen op de Vischbank gekomen, ziet men eerlang een meenigte deezer Vogelen rondom zweeven, om op de Lever, door de Visschers in Zee geworpen, aan te vallen, waarom ze ook onderling een Vogelkryg voeren. Somtyds komen ze de Schepen zoo na, dat men ze met lange stokken dood slaan kan. Door hunne gulzigheit naar de Lever, worden ze mede op deeze wyze met den angel gevangen: men maakt de zelve aan ’t eindt van een klein en dun touw vast, met een kurk verzien om het wegzinken te beletten, en werpt dien angel, waar aan een stuk Lever gehecht is, in Zee, zoo verre men van zich werpen kan. Eerlang vliegen deeze Vogels naar dit uitgeworpen aas, en vechten ’er om, wie van hun dit lokaas hebben zal. Eindelyk vind zich een van de zelven gevangen, die dan naar boordt getrokken word: maar als dan heeft men zich wel te wachten, dat deeze Vogel des Visschers handt niet vatte, vermits zyne bovensnavel krom is, en verre over den ondersnavel sluit, zulks hy iets vattende, ’t zy vinger of handt, doorbyt. Niet onvermaakelyk is ’t, wanneer men deeze gevangen Vogel van den Angel los gemaakt heeft, en over den overloop van ’t Schip loopen laat, dat hy echter niet wegvliegt, doordien hy zich niet dan uit het Water om te vliegen opgeeven kan.
Wat de Kruissers aangaat, Insgelyks Kruissers, zyn mede Vogels die aan de Lever hun aas vinden, doch de Schepen zoo na niet bykomen. Kruissers worden ze genoemt, naardien ze in Zee altoos heen en weer kruissen. Hunne vlucht is van de vlucht van andere Vogelen daarin onderscheiden, om dat ze gelykzaam over dwersch vliegen, slaande de vleugels boven en onder uit, zulks wanneer ze zich wenden willen, de bovenste vleugel zich naar beneden keert. Dit soort van Vogelen word men omtrent hondert mylen in Zee, voor de Kust van Nieuw-Vrankryk gewaar; want dagelyks ziet men ze gints en derwaarts kruissen. Zy aasen mede op de kleine Visch, als vliegende Visch, Haring, Sardainje en anderen, waar aan zy hun voornaamste voedsel vinden.
De Waterhoenders worden dus genoemt, Waterhoenders,om dat ze een gelykheit met de Hoenders hebben. Insgelyks leven ze van kleine Visch en den Lever, doch zyn zoo gulzig in ’t verslinden niet als den Levervreter is. Zy vliegen geduurig rondom het Schip, en zoo draa zy eenig ingewandt zien weggeworpen, komen zy ’er op aazen.
De Pygmeen zyn een vreemt soort van Vogelen, zwart en wit gevlekt. En Pygmeën Vliegen konnen zy niet, doordien zy maar van twee korte vlerken verzien zyn, waar mede ze op het water flodderen, wanneer ze op hunne wyze vliegen of onderduiken willen. Men acht dat ze naar den grondt duiken, om hun voedsel op de Vischbank te vinden. Zeldzaam is ’t dat men ’er eenige omtrent hondert mylen van Landt gewaar word, schoon ze echter haare Eyeren op ’t Landt gelyk andere Vogels leggen. Wanneer ze hare Iongen hebben uitgebroeit, begeeven zy zich met de zelven op den rug te water, en komen alzoo mede op de Bank, die men als dan niet grooter als een Kuiken bevind; maar volwassen zoo groot als een Gans worden. Deeze gemelde Vogels gebruiken de Vis-schers voor hunne spys, alhoewel ze onsmaaklyk zyn en naar traan stinken, vermits ze zoo greetig naar Visch en den Lever zyn. | zorg003bloe01_01_62_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 64,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Hoedanig men de Bakkeljaau gevangen zynde, droogt, en welk een soort van Visch dit is; welke Gereedschappen men daar toe bezigt, en waar deeze Visschery het meest geoeffent word.
WAt de gedroogde Bakkeljaau of anders Stokvisch, omtrent Terreneuf gevangen en gedroogt, aangaat; Kleinder soort van Bakkeljaau, hoe die gedroogt word. deeze valt kleinder dan de groene Bakkeljaau die gezouten werd, waarom men die ook te gemakkelyker ophaalen, en gedroogt zynde bewaaren kan. Want het Zout beter doordringt als in de gemelde Groene Visch, die grooter en ook gevolgelyk dikker is, en van wegen zyne dikte, de wormen te eerder onderworpen, eer de zelve gedroogt zy, ’t welk men by de kleine Bakkeljaau niet onderhevig word, vermits ze duurzaamer is, en op lange Reizen en in Warme Gewesten voor Mondtkost dienen kan. Nochtans word ’er onder de Kusten zoo wel als op de Banken groote Bakkeljaau gevangen, doch deeze word nooit gedroogt; maar gezouten gelyk men in de Bankvisschery gewoon is te doen.
De voornaamste en bequaamste die met deeze Bakkeljaau Visschery weeten om te gaan, zyn de Biskajers, vervolgens die van Rochelle en de alom gelegen Eilanders, als mede de Bourdeloizers en eindelyk de Britanjers. Hoeveel Schepen Jaarlyks tot deeze Visschery worden uitgerust, en waarin de uitrusting bestaat. Van alle deeze Plaatsen worden Iaarlyks omtrent 100 of 150 Schepen op deeze Visschery uitgezonden, byaldien het gebrek van Bootsgezellen in ’s Konings dienst niet worde vereischt.
Tot de Visschery langs de Kusten worden nochtans veel meer onkosten vereischt dan die tot de Bankvisschery behoeven aangewent te worden, waar toe men niet als eenig Loot, Lynen, Messen, Zout en andere Gereedschappen noodig heeft, reeds hier voor aangemerkt; want een Schip van twee hondert vat kan op de Bankvisschery bestaan met 25 Mannen, daar die van de Kustvisschery ten minsten 50 Mannen van nooden hebben, nevens den Mondkost van agt of negen Maanden verzien, waar van de voornaamste Levensmiddelen zyn naar de groote der Schepen vier hondert pond Bischuit, twee Oxhoofden Wyn, Spek, Vleesch, Erreten, Bonen, Bakkeljaau, Haring, Boter, Oly, Azyn, en andere kleinigheden naar dat een Schip sterk bemant mogte zyn.
Wat de bedieningen en de verdiensten van ieder bediening aangaat, deeze zyn dusdanig onderscheiden: Hoe de bedieningen van ’t Scheepsvolk worden verdeelt. De Biskajers bedingen hunne verdiensten by de Lading van ’t Schip. De Reders maaken verder een beding met het Scheepsvolk, verdeelende alles in twee of drie hondert deelen, waar van de Kapitein een zeker aandeel krygt, na dat hy in deeze Visschery ervaaren is, en insgelyks de Droogmeester die het bewindt der Vischdrogeryen heeft, de Stuurman, de Afmaker en Ontginder der Visschen, de Bootsman, de Roeyers en Iongens, ieder hun deel genieten. Wanneer nu de Visschery volbragt en ’t Schip de reize heeft afgelegt, als dan de overeengekomen Lading niet kan uitgelevert worden; word zulks van een ieders aandeel gekort: doch een grooten Lading mede brengende, geniet ’er ieder zoo veel te meer zyn aandeel in.
De Bourdeloizen bedingen echter voor hun een derde deel der Lading, Welk een loon de Bourdeloizen op zodanig een Vischtocht bedingen, te weeten, wanneer een Schip eene Lading van agtien duizend Visschen inheeft, worden ’er zes duizend van aan ’t Scheepsvolk toegelegt, ’t welk om hun aandeel dient. Maar de Kapitein maakt gemeenlyk met zyn Volk een verding, en komt met zynen Stuurman en Droogmeester, die somtyds beide deeze bedieningen waarneemt, voor eenige deelen overeen, en vervolgens met een ieder naar zyne bediening. De Kapitein heeft en behoud het aandeel der Iongens voor zich, betalende hun tien, twaalf of vyftien gulden voor de reis; voerende somtyds van vijf tot tien Iongens op een Schip na dat het groot is, vermits tot ieder Sloep een Ionge behoort.
De Rochellers en Eilanders maaken een geheel ander beding, bestaande in ’t vierde deel van de Lading of vangst door hun opgedaan. Insgelyks de Rochellers en aangelegen Eilanders. Ook maakt de Kapitein mede wel een beding met zyn Scheepsvolk. De Reders verschaffen de Levensmiddelen, en betaalen den Kapitein twee hondert en vyftig gulden voor Sloepgeldt, voerende ieder Sloep vyf Mannen, een Iongen daar onder gereekent. Al het Scheepsvolk ontfangt ieder naar zyne bediening eenig geldt ophandt. De Stuurman ontfangt 150 of ook wel 200 gulden, de Meester der Vischdrogery, mede omtrent zoo veel, en wanneer hy beide de bedieningen te gelyk waarneemt, 300 gulden, de Bootsman 120 of 130 gulden na dat hy zyne bediening verstaat, want zyn werk is mede de Visch van zyn ingewandt te zuiveren, en de Sloep-Roeyers 60 of 75 gulden na dat ze bequaam gevonden worden. De Konstapel neemt somtyds mede het ampt van Scheeps-Stuurder waar, wanneer hem als dan meer geldt op handt gegeeven word. Ook genieten de Timmerlieden en de Kok van 75 tot 100 gulden op handt. De Wondheelder word 200 of 300 gulden verstrekt, om zyne kist van Geneesmiddelen te verzien, en alles wat tot de behoefte der artsenyen te Scheep noodig zy, welke kist en behoefte na gedaane Vischtogt hem dan eigen blyft; behalven dat heeft hy noch voor Scheerloon van ieder Man twintig stuivers, en van den Vangst gelyk andere zyn deel, waar tegen hy mede te Landt dienst moet doen, doch niet als de geringste Bootsgezel, vermits hy ’t is die de Visch den kop afsnydt.
De Kapitein met al zyn Scheepsvolk reisvaardig zynde, en alles wat tot de Visschery noodig zy ingeladen hebbende, gaat dan met den eersten gunstigen Windt t’zeil. Met hoedanig een schikking zich de Kapitein ter Visschery vaardig maakt; Omtrent op hondert of hondert vyftig mylen na, ter Vischplaatse gekomen, begint hy zyne gedachten over de schikking ter zaake van de Visschery te laaten gaan; hy verzorgt ieder Bootsman van Zeildoek en Garen, waar mede hy met zyne Sloeproeyers en Iongen de Zeilen klaar maakt. Want schoon zy alle wel weeten eer ze vertrekken, tot welk een dienst men hun gebruiken zal, ter plaatse van de gewoone Vischvangst gekomen, echter zyn eenige niet zeker bewust wat hun werk wezen zal, voor dat het hun den Kapitein belast, of dat hy hun daarom loten laat. Vervolgens verziet hy een ieder van een touw, ter dikte van een handrotting, en lengte van zestig of tachtig vademen, met een soort van een anker, naar een haak gelykende, waaraan men het vleesch hangt, tot deeze Visschery bequaam gemaakt, nevens zes lynen voor ieder Sloep, te weeten, twee voor ieder Man, en een dozyn angels met de toebehoorende zinklooden. Als dan is vervolgens een ieder bezig zich in alles tot de Visschery gereed te maaken, om wanneer men ter Vischplaatse gekomen is, de handen aan ’t werk te konnen slaan, en om allen verderen toestel klaar te maaken, waar mede men dan drie of vier dagen toebrengt.
Wat nu den verderen toestel der Visscheren in ’t byzonder aangaat. En met welk een toestel de Visschers zich moeten verzien, en hoe zy zich tot de Visschery toetakelen. De Bootsman als mede het ander Scheepsvolk is ieder van een paar sterke en wyde laarzen verzien, die men van de beenen kan afschudden. Deeze laarzen zyn kort zonder omslagen en kniestukken; maar nochtans zoo waterdicht, dat ’er in ’t minst geen water doordringen kan. Verders zyn ze van een lange rok, uit Schaapsvachten gemaakt, verzien, welker eene zyde alwaar de nerf van ’t leer is, t’eenemaal doorolyt zynde, geen water doordringen laat. Deeze rok hangt hen tot over de laarzen, en over de zelve trekken ze noch een andere mede van Schaapsleer gemaakt, doch kort, en maar even over den middel reikende, aan, waterdicht zynde, waar aan een kap genaait is, om wanneer ’t noodig is over ’t hoofdt te haalen. Hier over binden ze een groot leere Schootsvel, ’t welk hen van den hals tot aan de beenen reikt. Dus toegetakelt, is men in staat om een aanvang met de Bakkeljaau-Visschery te maaken. De meeste Biskajers hebben zich van zodanig een dubbele toetakeling in ’t Visschen verzien, waar van zy zich om den anderen dag verschoonen, de natte plunje uittrekken, en de drooge wederom aanschieten, waar door zy zich altoos in een drooge gestalte houden. De Rochellers, Bourdeloizen en Eilanders of Bootsgezellen van Dieu en Oleron, zyn niet zoo wel verzien; voornamentlyk alzoo zy zich des anderen daags niet verschoonen konnen, naardien hen den dubbelen toestel ontbreekt. De meesten vergenoegen zich met een Zeildoeksche Kapotrok, die hen een weinig over den middel afhangt en mede met een kap om over ’t hoofdt te haalen, verzien is; hebbende verders niet dan een Schaapsleere Schootsvel, gelyk de anderen, nevens leere mouwen, of van geteert Zeildoek gemaakt; maar hunne laarzen zyn met die van de andere Visschers gelyk. | zorg003bloe01_01_63_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 65,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Hoedanig men voor de Kust de Visschery instelt, en wat een ieder tot het oeffenen van deeze Visschery te doen heeft.
ONdertusschen dat nu alles te scheep, wat tot de Bakkeljaau-Visschery noodig zy, gereedt gemaakt is, spoed men met zynen togt naar de bestemde Vischplaats. Hoedanig de Landvisschery word aangelegt. Wanneer men dan naby Landt en aan de Kust gekomen is, om ’er de Visschery in ’t werk te stellen, gebeurt het dat somtyds twee of drie Schepen te zamen in gemeenschap in een Haven aanlanden, en aldaar hunne Visschery zoeken voort te zetten, waar van een ieder tracht het Ammiraalschap voor zich te verwerven. Om zich nu dit Ammiraalschap eigen te maaken, zet men des nachts, wanneer men zich noch tien of twaalf mylen van Landt bevind een Sloep uit, met de beste en snelste Sloeproeyers bemant, en goede windt hebbende, zet men ’er de zeilen by; doch dag geworden, en merkende dat anderen mede deezen toeleg maaken, stevenen ze voort, en zeilen, zoo snel als ’t doendelyk is tegen elkander, om alzoo den voortogt te winnen, dat het water somtyds tot over ’t boordt der Sloepen spoelt; ondertusschen durft zich niemandt roeren, dan die het uitpompen bevolen is, beducht zynde de voortogt te verliezen: Maar wanneer hun de Windt niet dienen wil, valt men aan ’t roeyen; en als dan ziet men wie zich de armen ’t best roeren konnen, by welke roeikracht geen Galeiroeyers in ’t minste haalen kan. Men denkt om eten noch drinken, om geen verzuim te geeven, en namaals bespot te worden; want het komt ’er alleen op aan, dat men elkander maar een ogenblik in de aankomst te Lande uitwint. De eerst aangelande geniet dan het recht dat zyne Kapitein het Ammiraalschap verwerft, en als dan des zelfs plaats bekleeden mag, en keur neemen waar het hem aan ’t beste gevalt, zynen toestel op te rechten en met zyn Schip te ankeren.
Voor de Kust ten anker gekomen, worden alle de bedieningen, behal-ven die van de Kapitein verandert, en een ieder aanvaardt zyn aangeweezen werk, volgens zyne bequaamheit hem opgelegt, of waar voor hy zich in ’t aanneemen, verbonden heeft, zodanig, dat schoon iemandt geduurende de uitreize voor Bootsgezel gedient hebbende, somtyds op de Vischplaats gekomen, een Sloepbestierder word. Vervolgens worden de Timmerluiden naar Landt gezonden om allen toestel gereed te maaken, terwyl de Kapitein een bequaame legplaats voor zyn Schip bezorgt. Als dan laat hy de Stuurman met zeven of agt Mannen verzelt, het Scheepswant afneemen, als of hy elders in Vrankryk in eenige Haven om te overwinteren lag, laatende niet dan Hoofdttouwe staan. Tenten en Visschers Hutten opgeslagen. Wanneer dan al het Volk zich te Landt begeeven heeft, worden ’er eerlang Tenten en Visschershutten opgeslagen en met zeilen gedekt, welker onderste deelen bestaan, uit wanden van denne rys of takken gevlochten, ondersteunt door paalen die vier of vyf voeten van den anderen in den grondt geplant worden, waar aan men de zeilen vast maakt. De voor en achter gevel bestaat uit latten van dennen hout een voet van elkander geplaatst, insgelyks met denne rystakken bevlochten, en zoo dicht, dat men ’er voor den Windt beschut zy. Van binnen in deeze tenten worden dikke latten of sparren opgerecht een mans lengte van den anderen, die het dak onderschraagen, vervolgens worden ’er andere dwersch latten aan vast gespykert, om het werk te steviger te maaken. Dus dan twee verdiepingen gemaakt hebbende, worden de Slaapplaatsen opgeslagen, waarin twee Mannen by den ander leggen konnen, bestaande de onderlaagen deezer bedsteden uit touwwerk gelyk netten met matwerk door elkander gevlochten. Hun bedt is een bulzak met stroo of hooi gevult, brengende ieder zyn eigen deken mede, en die daar niet van verzien is, moet zich dan met zyn kapotrok dekken. Vervolgens plaatsen zy hunne kisten langs de zywanden deezer tenten en nevens hunne bedsteden; zynde dit het gansche bestek van hunne tenten te bouwen, welker lengte naar de groote der zeilen waar mede die bedekt worden, zyn beloop heeft.
Terwyl men dus met den arbeidt deezer tentenbouw bezig is, zyn anderen in de weer om voor den Kapitein een diergelyk gebouw tot zyn verblyf op te slaan, hebbende echter in ’t midden een van deelen opgeslagen middelschot, waarin een deur gemaakt word die men sluiten kan. Ter eener zyde van dit vertrek word den voorraadt van Levensmiddelen opgelegt, en ter andere plaatst men voor den Kapitein een tafel, en slaapplaats van onder ’t zy met gevlogten touwerk verzien, of eenige deelen die voor onderlaag verstrekken, hebbende mede een stroozak of een mattras voor zyn bedde. In den anderen hoek van dit gebouw arbeidt de Kok met eenige Iongens om zyn Combuis op te slaan, die met groene zoden gedekt word, om het doorregenen te beletten, en de zywanden worden, gelyk van de tenten is gezegt, met denne rystakken bevlochten, die de Iongens gemeenlyk onder ’t opzicht van den Wondheelder, zo wel voor dit als voor de andere gebouwen, uit het naby gelegen Bosch haalen moeten; wordende al dezen arbeidt in twee of drie dagen verricht, of schoon alle de Sparren en rystakken moeten uit het Bosch gehaalt en aangebragt worden.
Met deezen toestel bezig zynde, vereischt het dat de Vischdrogerymeester nevens de Stuurman, met tien of twaalf Mannen verzelt, naar Boschwaarts gaan, om aldaar dennen hout te hakken, ter dikte van omtrent vier duim en lengte van vyftien tot twintig voeten, om ’er den opstel tot hun verblyf en verder den toestel der Vischdrogery van klaar te maaken. Deezen arbeid valt jaarlyks moeielyker, doordien zy die van agt hondert tot twaalf hondert schreeden verre, naar den oever hunner Visschery moeten afhaalen, vermits telkens de naaststaande boomen worden omgehouwen, en op eenige plaatsen niet meer tot hun gebruik te vinden is. Zulks men somtyds genoodzaakt word, vier, vyf, en zes mylen ja noch wel verder zich van bequaam houtwerk te verzien; wanneer men ’t dan met Sloepen ieder met drie Mannen bemant van derwaarts afhaalen moet, konnende nochtans niet meer dan vyftig of zestig diergelyke sparren teffens voeren; en terwyl deezen met het aanbrengen van hout bezig zyn, arbeiden anderen om alles klaar te maaken en ten dienst der Visschery op te rechten. | zorg003bloe01_01_64_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 66,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Hoe een verblyf neemende Visschery zou konnen opgerecht worden, of die voor of nadeelig zoude zyn, en welk een reekening daar by te maaken zoude zy.
NA dat we reeds het gebruik en den toestel van de gezoute en gedroogde Bakkeljaau in deeze Bakkeljaau visschery hebben voorgestelt, en hoedanig de Visschers die jaarlyks uit Vrankryk naar de Terreneufsche Banken en Kusten ter oeffening deezer Visschery vaaren, zich aldaar gedraagen; zal ’t mede niet ongevoeglyk zyn, dat we een weinig van ’t gebruik in de Bakkeljau Visschery der aldaar hun verblyfneemende Visschers handelen, en hoedanig zy de zelve uitvoeren.
De eerste die aan de Kaap Sable trachte een verblyfneemende Visschery op te rechten, Hoe en door wie de verblyfneemende Visschery is ondernomen, en met welk een uitslag. was Rivedou, die zich onder ’t bestier van Nieuw-Engelands Landvoogdt met zyne huishouding aldaar ter neersloeg. Van Rochelle begaf hy zich met een aantal Visschers derwaarts, om ’er niet alleen een Bakkeljau Visschery op te rechten; maar ook Wal-russen en Zeewolven te vangen, die zich veel omtrent de Eilanden van Tousquet zien lieten. Aan Kaap Sable, alwaar hy voor zich een Wooning opsloeg, leide men ’t eerlang, op de gemelde Visschery uitgerust, yverig toe; maar de eerste togt viel niet al te gelukkig uit, naardien men wat te laat op de Vischplaats gekomen was. Met deeze gevangen Visch zond Rivedou zyn Schip naar Vrankryk, met gedachten, wanneer het in ’t volgende jaar weder aanlande, dat het hem alsdan in den Vischvangst beter gelukken zoude. Geduurende den Winter zond hy eenige van zyn daar gebleeven Volk op de Vangst van Zee-Wolven uit, waar mede ook weinig voordeel wierd opgedaan, vermits de Engelschen de Eilanden van Tousquet, alwaar de gemelde Zeedieren gevangen werden, verwoest hadden. Rivedous Schip quam in ’t volgende jaar tydelyk genoeg weder aan te landen, verzien van Levensmiddelen en eenige nieuwe Manschap; dies zond hy ’t wederom op de Visschery uit, ’t welk hem vervolgens een volle lading van Bakkeljaau toebragt, waar mede hy dit Schip andermaal naar Vrankryk vertrekken deed. De verkoop deezer lading bragt echter geen voordeel by; want naaulyks kon men de helft van de gedaane onkosten goetmaaken, ’t welk veroorzaakte dat in ’t volgende voorjaar zich niemand opdeed, om uit Vrankryk derwaarts een togt te waagen. Noch quam Rivedou mede het ongeval over, dat hem zyne Wooning afbrandde, in welke brandt hy het geen hem noch overig was, ongelukkig verloor: Dies hy zyne onderneeming staaken moest, en geen lust had, de zelve ooit weder op te vatten.
Vervolgens trachte de Heer de la Girandiëre dit werk weder te onderneemen, ruste een Schip te Nantes uit, verkoor tot zyn verblyf Sta. Maria, en bereide zich in de Haven van Campseaux tot de Visschery, die hem mede niet beter als Rivedou gelukte, vermits hy alle aangewende onkosten verloor.
Daar na wilde dit een Normandier, Doubliër genoemt, hervatten, die zich inbeelde verstandiger in dat stuk dan anderen te zyn; vermits men uit zyn voorgeeven geoordeelt zoude hebben, dat hy ’er de bequaamste man toe was. Hy had de Visschers van dat gewest van hunne Visschery hooren verhaalen, hoe men zich daar in te gedragen had, en van welk gebruik men zich bedienen moest: uit dit verhaal nu had hy al zyne ingebeelde wysheit ingezogen. Zich naar Rouan begeevende, ontdekte hy zyn voorneemen aan verscheiden Handelaars, en bragt het zoo verre, dat ’er een Compagnie opgerecht wierd, vermits hy zyn verblyf op ’t Eilandt Magdalena neemen wilde. Hy verworf door zyne medebelanghebbers van de oude Compagnie van Nieuw-Vrankryk deeze vryheit wegens het Magdalena Eilandt, doch onder voorwaarde, van met de Inboorlingen niet te mogen handelen. Hier op ruste hy zich met twee Schepen uit, en verzag zich van alles, ’t geen hy meende tot zyn ver-blyf aldaar noodig te zullen hebben. Zyne eerste aankomst was aan ’t Eilandt Percee, en stevende van daar na Magdalena, alwaar hy zich ter neer sloeg, en zyne Visschers, bestaande uit Biskajers en Normandiers, aan het werk holp; maar na verloop van twee Iaaren nam deeze Visschery een einde, naardien de Belanghebbers de geleden schaaden gevoelende, dien handel te vervolgen afgeschrikt wierden.
Hier uit is genoeg te begrypen, dat, wanneer men het voorneemen en den vlyt der onderneemers, door een buitengewoon middel niet weet aan te queeken, die geenen, die de Visschery Iaarlyks gewoon zyn te verrichten, en onder dat opzicht zich derwaarts begeeven, hunne rekening beeter daarby zullen vinden, dan anderen, die met hun verblyf aldaar de Visschery onderneemen, gelyk uit het voorverhaalde te ervaaren is. Welke middelen dienen ter bevordering van deeze Visschery in ’t werk te worden gestelt. Want weinig Visschers zullen ’er gevonden worden, die Vrouw en Kinderen in Vrankryk achterlaaten, en gestelt zynde, zulks geschiede, ’t welk echter bezwaarlyk te doen viel, ten zy men hen bovenmaate beloonde, en zy ’er hun voordeel grootelyks by zagen, zoo zouden deezen die hen in hunnen dienst gebruiken wilden, zich met hun vier of vyf Maanden in ’t Iaar belast vinden, schoon ze in dien tydt niets uitvoerden: daarentegen de jaarlyks vertrekkende Visschers, naaulyks t’huis gekomen, den Belanghebbers van dien last ontslagen worden. Dies moest men dan voor de daar blyvende Visschers een middel uitvinden, hoe men deeze Manschap kon werk verschaffen, om hun het gantsche Iaar iets te doen gewinnen. Doch tot dus verre heeft ’er zich niemandt op toegelegt, ten minsten men heeft ’er noch geene uitwerking van gezien, schoon hier over reeds verscheiden middelen zyn voorgeslagen; want tot nog toe is ’t alleen by een ontwerp gebleeven, zonder dat ’er eenige uitvoering op is gevolgt. De Heer Denys, uit wien we dit opgetekent hebben, heeft gelegentheit gehad, zich daar over met yver uit te laaten, verzekerende een middel gevonden te hebben, en daar meer dan eens de proef van genomen, waar door tien Mannen op een dag meer Visschen zoude konnen vangen, dan vyftig op de gemeene en gewoone manier. Gemelde Heer Denys is van gedachten, dat het van hem gevonden middel, ’t welk hy echter niet uitdrukt, de aldaar verblyfneemende Visschery tot een nuttelyk gebruik zoude konnen strekken. Behalven dat, meent hy mede een middel te hebben uitgevonden, om gevoeglyk het Landt te doen bevolken, waar door de Inwoonders den Visschers en de Visschers den Inwoonderen niet weinig nut en voordeel zouden konnen toebrengen. Want voordeel is toch de beweegende oorzaak, die alle menschen en Staten ten doelwit heeft. Ook zoude de Koning van Vrankryk hier uit zyn voordeel konnen trekken, dat, wanneer de Visschery van gedroogde Bakkeljaau voortaan met het derdendeel der Bootsgezellen konde uitgevoert worden, zulks de overige, die nochtans niet anders als van de Zeevaart konnen bestaan, alsdan ge-noodzaakt wierden ’t zy op Konings Vlooten dienst te neemen, ’t zy naar Oost of West of op andere Koopvaardy Schepen zich te laaten gebruiken, ’t welk den Koophandel niet weinig verlichten zou, de Bootsgezellen gesmydiger maaken, en hen doen noodzaaken dienst te zoeken, daar men ze nu gelykzaam toe koopen moet.
Noch staat hier by aan te merken, Hoe en waarom de Jaarlyks vertrekkende Schepen meer voordeel beoogen dan de verblyfneemende Visschers konnen doen, aangemerkt, dat nochtans de Schepen die jaarlyks op de Bakkeljau Visschery uit Vrankryk in Zee steeken, meer voordeel doen, dan die van de aldaar verblyfneemende Visschery, ingevalle zy, gelyk aangemerkt is, onderdes een middel wisten van aan ander werk te geraaken; vermits zich de Visch op Nieuw Vrankryks Kusten, niet eerder dan in de Maandt Mey vertoont, zynde in April noch zoo mager, dat ’er niets aan is. Wanneer nu de Schepen uit Vrankryk vertrekkende, tydig genoeg in April op de Kusten konnen zyn, zoo is wel te bevroeden dat de aldaar hun verblyfneemende Visschers in ’t minst noch geen voordeel hebben konnen behaalen; vermits de bequaame tydt van de Visschery in de Maandt Mey begint en niet langer dan tot in September duurt, in welke laatste Maandt men wederom van daar vertrekt. Indien alsdan de Visschers noch van geen volle lading verzien zyn, valt het hen moeijelyk hunne volle lading te bekomen, vermits het dan voortaan zoo ongestuimig een weêr begint te worden, dat de Sloepen het op de Banken niet houden konnen; en schoon men de Visschery noch langer trachte voor te zetten, zoude men naaulyks drie dagen wekelyks daar toe gelegenheit vinden, en dan noch dagelyks niet boven anderhalf uur tydt hebben om op de gronden te konnen visschen, in welk een tydt zy weinig meer dan vyftig of zestig Bakkeljauwen zouden opdoen, alzoo het windig weer dan niet toelaat aldaar te ankeren, voornamentlyk met kleinvaartuig gelyk de Sloepen zyn. Zoo dat, ’t zy de Visschers hunne lading hebben of niet, moeten ze, wanneer de Maandt September verstreeken is, vertrekken, onaangemerkt dat by langer vertoeven, de kosten ook hooger loopen zouden, dan de Visschery opbrengen kan.
Indien men dan ook aanmerkt dat de aldaar hun verblyfneemende Visschers minder voordeel dan de jaarlyks vertrekkende zullen doen; want de vertrekkende Visschers weder in Vrankryk aangelandt, word de Redery van allen last ontheven, daar de geen, die des Winters hun verblyf in die Gewesten neemen, noodwendig in de kosten van Loon en Levensmiddelen vervallen; Terwyl het overwinterend Volk niets tot eenige bevordering van belang kan uitvoeren: maar wilde men zodanig een aldaar verblyfneemende Visschery met eenig voordeel onderneemen en handhaven, moest men middelen in ’t werk stellen, dat het in bezit genomen Landt of Gewest konde bevolkt en bewoont worden, en zodanig dat deeze bevolking aangemoedig wierd, om aldaar bequaame huishoudingen voort te planten.
EINDE. | zorg003bloe01_01_65_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | A.
Aanmerking over de koershouding der wykende Visschen 254. Hoedanig de afwachting der geweeken Visschen waar te neemen.255. 257
Aart, Hoedanigheit en Gedrag der Inboorlingen omtrent de Kust van de Straat Davis. 74. 80. Hunne wyze van Leeven, en hoe zy zich omtrent hunne Dooden gedragen. 79. Hoe men zich voor des Landaarts verradery te wachten heeft. 81. Die van de Westkust van een Handelbaaren aart. 83. Hunne Gestalte en Kleeding.84.
Aas, zie Walvisch Aas.
Aasryke Gronden omtrent Spitsbergen, werwaarts een overvloed van Visch eertyds quam afzakken.193. 210
Achtgeeving (noodige) in ’t Ys, en hoe zich daar in te gedragen.178
Achter Voorland by Spitsbergen, is aasryk.248
Acte aan de Noordsche Compagnie verleent, bewyst het gevoelen van den doortogt naar Indiën. 151.
Acte van Continuatie en Prolongatie op ’t Octroy der Groenlandsche Visschery.216
Acte van Verdrag met de Vriesche Compagnie.223.
Afmaaken, wat dat is in de Visschery. 359. Toestel hier toe aangeweezen.360.
Algemeene toestel tot de Visschery345
Aloude Historiën der Noordsche Gewesten, haare onzeekerheit aangeweezen.62.
America, of het aan Groenlandt grenst onderzocht.27.
Amsterdammer Eiland, by Spitsbergen, door de Hollanders bezeten.194. 214.
Arngrimus Jonas over de bevolking van Yslandt onderzocht, en wedersproken.65
d’Asiaansche Odin onder d’aloude Yslanders geëert, en wat men van hem gebeuzelt heeft.61. | zorg003bloe01_01_66_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 2,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | B.
Baarden (Walvisch) en haare gestrektheit in den mond van de Visch beschreeven. 105. 117. Hoeveel ieder Visch uitleevert. 116. 356. 371. Waar toe deeze de Visch dienen. 117. Hoe de zelven worden uitgesneeden.355.
Bakkeljaau Visschery, hoe en waar geoeffent. 378. Hoedaning de Bakkeljaau gezouten word. 381. Tweederlei soort van Bakkeljaau. 384 Hoe men deeze Visschery voor de Kusten oeffent. 387. Met welk een uitslag een verblyfneemende Visschery is ondernomen 389. Middelen noodig ter bevordering deezer Visschery in ’t werk te stellen. 391. Hoe en waarom de vertrekkende Schepen meer voordeel dan de verblyfneemende Visschers doen.392.
Basques, de eerste aanleiders tot de Walvischvangst.207.
Bedenkingen voor en tegen, over des Schryvers oogmerk wegens d’onregelmatigheit in de Visschery 294 Wat order hier in te beramen zy. 295 en gevalligheden aangeweezen. 296. Zaaken in ’t algemeen die opmerking verdienen. 297.
Beerebaay op Spitsbergen ontdekt.194 214
Beerenberg de voornaamste Berg van Jan Mayen Eilandt beschreeven.102
’t Beeren Eilandt door Willem Barentsz ontdekt.139
Beeren, (witte) meer Zee dan Landdieren en waarom.6.
Beerenstryd, hoe hagchelyk somtyds uit vallen kan.282.
Behouden Haven, aan de Yszontbaay op Spitsbergen gelegen.213.
Bekkeneel van een Eenhoorn Visch, zie Eenhoorn
Biskayers, of die aanleiding tot de Walvischvangst gegeeven hebben. 126. en of deezen Landaart eertyds op hunne kusten Walvisschen opdeeden, onderzocht.137
Biskayer Hoek, op Spitsbergen door de Biskajers bezeten.194. 214
Bochardus gevoelen over de Bevolkers des Aardryks.63
Brandwacht op de Visschery uitgezet en hoe.348.
Brandewyns Baay op Spitsbergen ontdekt.195. 214
Bronnen en haare zeldzaame uitwerking beschreeven. 39. Wonderlyke opwelling van heete bronnen aangemerkt41. 48. | zorg003bloe01_01_66_1 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 3,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | C.
Casiliot welk een Visch is, uit wiens brein de Sperma Ceti word bereid. 111. zyne gestalte beschreeven.112.
Cassini van welk een gedachte hy van ’t Oost en West is geweest156
Centraal vuur, of dit met de brandende Bergen gemeenschap heeft, onderzocht.44
Commandeurs, hoe eertyds in de Visschery als Schippers dienden.127.
Compagnie (Deensche) van Groenlandt te Koppenhagen opgerecht.23.
Compagnie (Groenlandsche) van Hollandt, Zeelandt en Vrieschlandt opgerecht. 207 218. 223 en weer gescheiden.239. | zorg003bloe01_01_66_2 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 4,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | D.
Deensche Baay op ’t Deensch Eilandt voor Spitsbergen door de Deenen bezeten.194 213.
Deensche Kronyk, met vreemde en fabelachtige vertellingen van Groenlandt aangevult. 13.
Descartes gevoelen over de Uitvinding van Oost en West.155.
Deukaledoners wie die waren65.
Dichtkunde der Yslanders van welk een aart die was.55.
Disco op Spitsbergen ontdekt. 195. Alwaar noch overblyfsels van Traankokeryen zyn te zien.212.
Doodemans Eilandt op Spitsbergen.227.
Doortogt door de Waigats en Straat Davis onderzocht 136. overweeging over deezen doortogt, die mede van de zyde van Japan ondernomen word 137. verscheiden gevoelens en getuigenissen wegens deezen doortogt bygebracht 137. 138. wat de Heeren Ysbrands Ides en Witsen van den zelven geschreeven en gevoelt hebben 150. ’t Ys de eenigste hinderpaal om den toeleg te voltrekken 151. een Acte aan de Noordsche Compagnie verleent, in gevalle van doorgeraaking, in de havens van d’Oostindische Compagnie te mogen aanlanden.151. | zorg003bloe01_01_66_3 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 5,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | E.
Eenhoorns, veel in Groenlandt en omtrent de Straat-Davis te vinden 6 of de zelve van Zee- of Landdieren voortkomen, naaukeurig onderzocht en beweezen geen hoorns maar tanden te zyn. 7. 8 ’t Bekkeneel van een Eenhoornvisch beschouwt 7 Gevoelens der Ouden over de Eenhoorns onderzocht 8. Twee hoorns in ’t hoofdt van een Eenhoornvisch gezien 9 ’t gevoelen der Schryvers over der Eenhoornen hoorens voorgestelt. 9. De gesteltheit deezer hoorns onderzocht 9 Wat voorval een Handelaar dier hoorns in Moscovië ontmoet11.
Eenhoornvisch door Groenlanders gevangen en hoe.24.
Eilandt Terreneuf door wie eerst ontdekt. 377. strekking van ’t zelve beschreeven.377.
Eilanden (7) voor Spitsbergen ontdekt.195. 214
Eilandsche Walvisschen, eertyds omtrent Spitsbergen en Jan Mayen Eilandt gevangen, en waarom 100. hunne natuurs gesteltheit aangemerkt 101. Op deezen worden de Groenlandschvaarders uitgerust 104 hunne gestalte en onderscheiding van andere Visschen beschreven 104. Voortteeling der zelven aangemerkt 109. Leeuwenhoeks gedachten over ’t lang leven deezer Visschen 113. Waarom Eilandsche Visschen genoemt 234 hoedanig van voor Spitsbergen verdreeven.235.
’t Eilandsche Walvisch Gewest, hoe verre het zich uitstrekt en te bepaalen zy 133 157. ’t Kan zich door de Tartarische Zee uitbreiden 160. dat gebleeken is door een Walvisch in de zelve Zee gevangen, waar in een Hollandsche Harpoen gevonden wierd.160.
Engelsen, d’eerste Bevaarders van Spitsbergen 191. trachten de Hollanders deeze vaart te betwisten 192. dat bygelegt word 192. eigenen zich ’t eerste voorrecht in de Spitsberger Visschery toe. 211.
Engelsche Baay, benoorden ’t Voorlandt van Spitsbergen.194.
Engelsche Haven, achter ’t Voorlandt van Spitsbergen, door d’Engelsen bezeten. 194.
Engelsche Visschery, hoe die eertyds bestond.195.
Erik d’eerste Volkplanter van Oud Groenlandt 2. wiens nazaaten de Stad Garde bouwen 4. en vervolgens Albe stichten.4. | zorg003bloe01_01_66_4 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 6,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | F.
t Flenssen wat dat is 353. en hoedanig daar mede omgegaan word.354.
Flocco, voor den derden ontdekker van Yslandt gehouden.65.
Fondamenten van Traankokerye, zie Overblyfsels van Muuraadjes en Fondamenten van Pakhuizen en Traanketels.
Forbischers (Martin) ontdekking in Groenland en hoe.15 | zorg003bloe01_01_66_5 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 7,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | G.
Gale Hamkes, aan Oudgroenlandt, mede een goede Vischplaats aangeweezen. 256
Gardanus, de tweede ontdekker van Yslandt geacht.64
Gedaantens in de Visschery, driederlei en hoedanig.346
Gereedschappen ten dienst der Visschery, hoedanig uitgedeelt.346
Gesteltheit der Gewesten, hoedanig dit een onderscheid van gemaatigtheit maakt 167. ’t Eene Gewest met het ander vergeleeken 167. waar door de omzwerving van ’t gebrooken Ys word ge-
toont. 168
Gevogelte van een zonderlingen aart omtrent Terreneuf te vinden.182
Gewaand Goudzant of Stofgoud ingelaaden, wat den Schipper deswegen ontmoet.24
Gietermakers gevoelen van de uitvinding van Oost en West156
Graafs (Abraham de) gedachten over ’t vinden van Oost en West.155
Groene Herberg aan de Yszondbaay op Spitsbergen gelegen.213
Groenlands strekking beschreeven 1. door wie en waarom Groenlandt genoemt. 2
Groenlandt, door Erik en zyn Zoon Leiffe bevolkt, en ’t Christendom allenks ingevoert 3. Verschil over de tydreekening deezer bevolking tusschen d’Yslandsche en Deensche Kronyken 3. Gemaatigde lucht in Oud-Groenlandt en strenge koude 12. Hoedanig de Vaart op Oud Groenlandt schynt gestopt 25 of Groenlandt aan Tartarië of America grenst, onderzocht 27 Waarom deeze strekking onzeeker blyft 29. Onderzoek en besluit over Groenlands aangrenzing.36
Groenlanders beschreeven 16 Hun gedrag van eenigen naar Denemarken overgevoert 20. Drift tot hun Vaderlandt 20. zyn onbequaam bevonden om in den Christelyke Godsdienst onderweezen te worden, en om de Deensche Taal te leeren 22. hunne gestalte beschreeven.23
Groenlandsche Maatschappy te Koppenhagen opgerecht, zenden Schepen naar Groenlandt, en handel met dien Landaart gedreeven.24
Groenlandsche Maatschappy in Nederlandt, wanneer een begin genomen, en met een Octroy begunstigt 207 Omtrent met d’Oostindische Compagnie op een tyd begonnen 228. Redenen waarom de zelve weêr vernietigt is. 228
Groenlandsche Schuitjes en Vaartuigen beschreeven, en hoe de Groenlanders daar mede weeten om te gaan.21
Groenlandsvaarders hoedanig die worden uitgereed. 329 Wat Schepen tot de Visschery bequaam zyn. 330. en hoedanig men die ballast334
Groenlandsche Vleet, wat daar toe word vereischt.335
Groenlandsche Visschery, hoedanig eertyds in en omtrent de Bayen gehandhaaft. 219. Voor een ieder open gestelt 231. 239 verbod somtyds daar op gelegt en waarom.232
Groenlandsche Walvischvangst, hoedanig en wanneer begonnen 207. deeze Visschery beschreeven en in haare behandeling, ’t Scheepsleven en gedrag beschouwt.329
Gronden voor Jan Mayen Eilandt en Oud-Groenlandt; wanneer daar de Visch best aan te treffen.251
Grootius gedachten over de bevolkers van America bygebragt.63 | zorg003bloe01_01_66_6 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 8,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | H.
Halvemaans Eilandt voor Spitsbergen ontdekt 195. alwaar noch overblyfsels van Traanketels zyn te vinden.212
Hamburger Baay op Spitsbergen by de Hamburgers bezeten.194
Harlinger Kokery op Spitsbergen.227
Harpoeniers hadden eertyds ’t bestier over de Visschery 127. wierden voor gevaarlyke waaghalzen aangezien en derhalven zeer geacht.127
Harpoen, het voornaamste werktuig waar mede de Walvisschen gevangen worden.348
Hecla, een beruchte Berg van Yslandt, en wat zeltzaamheden men van den zelven vertelt, niet dan op bygeloof gegrond 43. Oorsprong van ’t branden van dien Berg onderzocht.44
Hoepsstoks Baay op Spitsbergen, waar gelegen.214
Hollanders, wanneer zy de vaart op Spitsbergen voortzetten.192
Hollandsche Baay op Spitsbergen, by de Hollanders bezeeten.194. 214
Horizont Baay op Spitsbergen by d’Engelsen bezeeten, 160. alwaar noch overblyfsels van Traankokeryen zyn te zien.194
Huigens uitvinding van ’t slingerwerk het naaste middel ter ontdekking van Oost en West. 156 | zorg003bloe01_01_66_7 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 9,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | I.
Jan Mayen Eilandt eertyds zeer Vischryk 101. 215. 238 260 door wie en wanneer ontdekt 101. 260. des zelfs Kusten beschreeven 102. Bayen aangeweezen 102. en overwintering aldaar gedaan.260.
Jan Teunissens Baay op Spitsbergen ontdekt.194
Ingulfus, d’eerste Grondlegger van Yslands Bevolking en hoe geacht 65. dat door Arngrimus Jonas gesteevigd word, maar onderzocht zynde, wedersprooken.66 | zorg003bloe01_01_66_8 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 10,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | K.
Kaap Breton hoe gelegen378
Keizer van Ruslandt, hoe hy eenige ter ontdekking naar China heeft afgezonden. 152
Kentering der gevangen en gereezen Visschen hoe bezwaarlyk die is, door een byzonder voorval getoont, 131. die echter word te boven gekomen en hoe 132. Vreemde wys van Kenteren.355
Klok Baay en Behoude Haven bezuiden ’t Voorlandt op Spitsbergen door d’Engelsen bezeten 194. heeft vervolgens den Hollanders voor verzamelplaats van een ryk gelaade Vloot gedient. 212.
Koershouding naar Groenlandt in ’t Zee-kiezen ten voorbeeld gesteld. 343.
Koude, strenger omtrent de Kusten dan in ruime Zee.164.
Kronyk, zie Deensche of Yslandsche Kronyk.
Kruisbaay, op Spitsbergen waar geleegen 213. is Aasryk,248. | zorg003bloe01_01_66_9 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 11,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | L.
Landdieren en ’t Gevogelte van de Straat Davis Gewesten beschreeven.79 80.
Landwinden veroorzaaken des Zomers warmte en ’s Winters koude.171.
Landtogt naar China gezogt, en wat op de zelve is voorgevallen.149.
Leeuwenhoeks aanmerking over ’t oog van een Walvisch en over de perssing van ’t Water waargenomen 106. Waarom in de Spaansche Zee geen grond te pylen is 108. Gedachten over ’t lang leven der Walvisschen.113.
Leiffe d’eerste aanleider tot het Christendom in Groenlandt geweest.3.
Lens, wat voor een werktuig dit in de Visschery is.350.
’t Lenssen der Visschen, hoe dit in zyn werk gaat.350.
Liefde Baay op Spitsbergen ontdekt.194. 214.
Lindenaus (Gotske) ontdekking van Groenlandt en zyn wedervaaren al-daar 17. Andermaal derwaart op ontdekking uitgezonden, en wat hem ontmoet.18
Lome Baay op Spitsbergen ontdekt. 194
Loosheit tusschen de West en Zuidys Visschen hoe t’onderscheiden. 286 hoedanig deeze Visschen in hunne loosheit te verschalken.289
Lucht; gemaatigheit der Oud-Groenlandsche Lucht.12
Lynen, zie Walvischlynen.
Lyst van de Hollandsche Groenlandsche Visschery en der zelver Vangst sedert eenige jaaren. 302
Lyst van de Hamburger Groenlandsche Visschery en vangst sedert eenige jaaren.309.
Lyst van Victalie of Leeftogt voor Schepen van 4, 5 en 6 Sloepen.332. 333.
Lyst van een Groenlandsche Vleet of Armazoen.335
Lyst der Bedieningen in de Visschery.344 | zorg003bloe01_01_66_10 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 12,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | M.
Maan Eclips een dag vroeger op Spitsbergen dan volgens uitreekening gezien 265
Maandgelders wat die verdienen.342
Maatbaarden, hoeveel ieder Visch omtrent uitleevert.116
Maatschappy, zie Groenlandsche Maatschappy.
Magdelene Baay, waar gelegen 194. is Aasryk.248.
Maraldi, bericht van verscheiden Observatiën te Parys, te Dieppe, in Engelandt enz over ’t Noorderlicht266
Martinieres gevoelen van het Waigat bygebragt 134 en verdacht gehouden. 135
Metius (Abraham) gevoelen over de uitvinding van Oost en West.155.
Misbruik in Traan- en Baardenhandel ingesloopen en weder afgeschaft.300.
Monstering van ’t Scheepsvolk naar Groenlandt hoe geschied.339.
Monsterrol in een schaarse en Ruimen tyd van Manschap340.
Mosselbaay op Spitsbergen ontdekt.194. 214.
Munk (Jan) op ontdekking van een Straat tusschen America en Groenlandt uitgezonden 30. loopt de Straat Hudzon in, alwaar hy met eenige inwoonders handelt 30. en naamen aan d’ontdekte Landen en Kusten geeft 32. zyne overwintering.32.
Munks overwintering beschreeven en wat ellende hy uitstond 33. maar komt eindelyk weder in Denemarken aan te landen 35. tracht andermaal een togt te doen, en zyn vreemd wedervaaren en dood. 35.
Munks Haven, waar geleegen.31.
Munks Winterhaven, aan de Kust van Nieu Denemarken 32. alwaar deezen Zeeheld overwintert is, en wat hy daar aanmerklyk vond.32. | zorg003bloe01_01_66_11 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 13,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | N.
Naamlyst van alle de Directeurs en Commandeurs der Hollandsche Groenlandsche Visschery en handel. 314.
Naamlyst van alle de Directeurs en Commandeurs van de Hamburgsche Groenlandsche Visschery en handel. 323.
Nadocus voor d’eerste ontdekker van Yslandt gehouden. 64.
Natuurkundige aanmerking over de oorzaak van koude en hitte. 90.
Noord Baay van Spitsbergen eertyds Vischryk 236. Overwintering aldaar door 7 Mannen gedaan.260.
Noord Bank eertyds voor Spitsbergen een goede Visschery geweest.236
Noorderlicht of Nachtscheemering hoedanig in Groenlandt 12. en te Spitsbergen gezien 263. ’t zelve door verscheiden Geleerden nagespeurt en te Parys, Dieppe, Brest, in Engelandt en langs de Kusten van Langudok, te Koppenhagen, Berlin en elders waargenomen.266
Noordkapers konnen zich in een warmer Gewest dan de Eilandsche Visschen onthouden, en waarom 114. hebben hun meeste verblyf omtrent de Noordkaap en Yslandt, alwaar deeze Visch zyn aas vind, aangewezen 118 meer dan een Ton Haring in de maag van een Noordkaper gevonden 118. onthoud zich liefst in diep water, waarom hy de Noordzee schuuwt 120 zyne kundigheit van zyn Natuurlyk Gewest aangemerkt 121. waar deze Visch het zeekerste is aan te treffen 122. dat onder Ysland en de Noordkaap word gestelt 122. Ondieptens door hem geschouwt, en waarom, en zyne tydelyke plaatsverwisseling aangewezen. 124
Noordkapers Aasteelt waar en wanneer tydig 124. ’t welk deeze Visch weet waar te nemen. 125
Noordoosterland by Spitsbergen ontdekt.195. 214
Noordpool (Reistogt naar de) en om de zelve door een Groenlandschvaarder voorgestelt, en wat daar van te denken zy.135
Nova Zembla door Willem Barentsz. bezeilt 140. Overwintering aldaar en hoe kommerlyk die afliep 140. Akelige toestand van deeze overwinteraars 141. hunnen te rugtogt naar ’t Vaderlandt met d’uitterste gevaaren vermengt. 146 | zorg003bloe01_01_66_12 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 14,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | O.
Observatiën over ’t Noorderlicht en der zelver uitwerkselen vertoont.266
Octroy aan de Groenlandsche Maatschappy verleent 207. Continuatie verkreegen 216. 229 wanneer geëindigt.231
Om de Oost, hoedanig de Visschery waar te neemen.251
Onder-Maatbaarden, wat die zyn.117
Ongevallen den Groenlandsvaarders bejegent.275. 276. 277. 280. 281
Onderzoek of de Zuidys Visch van hun gewoon Gewest kundig is.184
Oog (Walvisch) beschreeven en naaukeurig door den Heer Leeuwenhoek onderzocht 106. Aanmerking daar over.108
Oost- en West-vinding, hoedanig men zich daar in vruchteloos heeft afgeslooft 153. en door wie.154. 155
Oostzyde van Spitsbergen meer dan de Westzyde met Ys bezet en waarom 185 voorbeeldelyk getoont.185
Order op ’t bergen van den Manschap en Goederen gestelt en bekrachtigt.311
Ordres op de Bedieningen in de Visschery.344
Overblyfsels van Muuraadjes en Fondamenten van Pakhuizen en Traankokeryen op Spitsbergen noch te vinden 212. op Jan Mayen Eilandt hoedanig daar gevonden.285
Overdenking over de Zuid- en Westysvisch in ’t houden hunner onderscheiden koerssen.179
Oud Groenlandt, hoedanig de vaart derwaart zou zyn gestopt 25. waar door alle gemeenschap met de aloude Bewoonders is afgesneeden 25 hoedanig dit Gewest zich uitstrekt 253. hoe het zich opdoet, en voor welkers Kusten zich veel Visch onthoud 253. Overweeging hoe alhier een bequaame Visschery op te speuren zy.287
Oudheit van Yslandt onderzocht.60. 61. 64. 65. 68. 69.
Overwintering op Spitsbergen hoe die afliep.261 | zorg003bloe01_01_66_13 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 15,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | P.
POtvisschen, onthouden zich om de Zuid 100 114 Eenige deezer Visschen omtrent de Noordkaap gevangen en beschreeven.112 | zorg003bloe01_01_66_14 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 16,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | R.
Rachers (Jan) voorgeeven over de uitvinding van Oost en West word onvoldoende bevonden.157
Reeneveld, een Reede op Spitsbergen ontdekt.194 214
Reistogten (verscheide) ter ontdekking van den doortogt naar Indiën door byzondere Natiën gedaan 136 waar door geen ander belet dan ’t Ys alleen gevonden word.137
Rembrantz gevoelen over de uitvinding van Oost en West.155
Reuzen, hoedanig in d’aloude Historiën by vergelyking ingevoert 61. Voor de eerste bevolkers van ’t Noorden genomen, dat onderzocht word.62
Robben beschreeven 199. waar die meest te vinden zyn 196. listen gebruikt om deeze Zeedieren te vangen, en hoe veel Spek die uit leeveren.197
Roode Baay, op Spitsbergen geleegen.194
’t Rysen der gevangen Visschen, waar toe eertyds diende, doch word nu meer nadeelig dan voordeelig geacht en waarom 128. Hoe bezwaarlyk een gereezen Visch te kenteren zy 131. door een voorval aangeweezen. 132. | zorg003bloe01_01_66_15 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 17,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | S.
Schaakspel, hoe vernuftelyk door d’Yslanders behandelt.59
Scheepstogt van Willem Barentsz. kortelyk aangemerkt.139
Schepen in ’t Ys bezet, hoedanig die zoo veel mogelyk is te redden 99. 278. en verlaaten worden. 279
Schepen op de Bakkeljaauw-Visschery uitgerust en hoe 379. Hoeveel jaarlyks op deezen Vischtogt uitvaaren, en waar in de uitrusting bestaat 384. Bedieningen hoedanig op deeze Schepen verdeelt 385 welk een loon de Bakkeljaauw-Visschers verdienen 385. en met welk een toestel men zich moet verzien.386
Schryvers (verscheiden) over d’Outheit van Yslandt vergeleken,68
Schuitjes (Groenlandsche) beschreeven.21
Skrelingers, d’eigen inwoonders van Groenlandt geacht. 5. Die vermeent worden omtrent de Straat Davis t’huis te hooren en Amerikanen te zyn.5
Slaap en Waaktyden hoedanig in de Visschery waargenomen.357
Sleeptouw, wat het eertyds was, als tot de Walvischvangst diende.128
Smeerenburg op ’t Amsterdams Eiland by Spitsbergen, een beruchte Traankokery eertyds geweest 214. alwaar een voordeelige Visschery was 215. groot gewoel aldaar wegens de zelve.228
Sneeuwdeeltjes en der zelver verwisseling beschreeven, en hoe die voortkomen.97.
Spaansche Zee, waarom daar met het loot geen grond is te pylen.108
Spek van Robben en Walrussen, wat Traan dit uitlevert.199
Sperma Ceti, uit geen Walvischzaad te bekomen en waarom 109. welk een stoffe het is 109. Waar meer, dan in de Noordere Gewesten gevonden. 109. is ’t brein van een Potvisch, en hoedanig die word bereid.112.
Spitsbergen, wat bericht Leonin van dit Land gegeeven heeft 27. Van wie en wanneer ontdekt 85. Gesteltheit van ’t Landt en hoe zich deeze Kust opdoet 86. Word ’s winters t’eenemaal in ’t Ys bezet. 86. Is steenrotsig van grond en gantsch bergachtig 87. strekking der Bergen 88. Verscheiden Baayen aangeweezen 89. Ongemeene koude van dit Gewest en waar uit die ontstaat 89 door Richard Nicolzon beschreeven 192. strekking en gelegentheit van ’t Eilandt 193. eertyds het welgeleegenste voor de Visschery.194
Spitsberger Waigat ontdekt.194
Spitsberger Zuidend, de voordeeligste plaats voor de Visschery en waarom.247
Statenhoek, waar gelegen.71
Straat Davis Kusten beschreeven., en hoedanig een koers men derwaarts te houden heeft 71. des Landtaards wooningen beschreeven. 75. Hoe zy op de Visschery zyn afgerecht.76
Straat Davis, van waar zich de West-ys-Visschery tot aan Spitsbergen uitstrekt. 246
Straat Hudzon, door Munk de straat Christiaan genoemt.30
Stroomen, hoedanig die ’t Ys van voor Spitsbergen om- en wegvoeren.186 | zorg003bloe01_01_66_16 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 18,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | T.
Tartarië; of het aan Groenlandt grenst onderzocht.27
Tartarische Zee, waar in een Walvisch gevangen, een Hollandsche Harpoen in den rug hebbende. 160
Thule (aloude) voor Yslandt geacht.68
Togten ter ontdekking van Groenlandt, vallen vruchteloos uit 14. Forbisschers ondekking.15
Torwald en zyn zoon Erik beide Noorwegers, eerste ontdekkers van Groenlandt.2
Traankokeryen eertyds voor de Landvisschery op Spitsbergen hoedanig gebezigt 219. 220. worden wederom geslaakt.237
Traanbereiding en haaren toestel beschreeven 369 en wat voor Bedienden hier toe gebeezigt. 370 | zorg003bloe01_01_66_17 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 19,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | V.
Vaartuigen van de bewooners der Straat-Davis Westkust, van welk een aart. 84
Verheevelingen beschreeven, en hoe die ontstaan.92
Verschynselen in Munks overwintering aan Zon en Maan gezien 33. Een verschynsel door Feuillee beschreeven. 93. insgelyks door Cassini beschouwt 94. Een diergelyk verschynsel op den Togt van Willem Barentsz. naar Zembla.139
Victalie tot uitrusting der Groenlandsvaarders, hoedanig verzorgt word.330
Vinvisschen onthouden zich gemeenlyk in warmer Gewesten dan d’Eilandsche Visschen, en om wat reden 114.Als mede om de Zuid en somtyds wel in de Spaansche en Middelandsche Zeën 118. Zyn ook wel voor Spitsbergen gezien, en onthouden zich mede om de Oost 119 Waar aan deeze Visch met de Walvisch t’onderscheiden.119
Visch geschooten, hoedanig daar mede gehandelt word 350. en gedood, hoe naar boord gebragt. 352
Visschery in haar eerste gedaante beschouwt,347
Visschery op hooge Graden, hoe aldaar aan te treffen.251
Visschery aan Jan Mayen Eilandt en te Spitsbergen gestaakt.266
Visschery op laage Graden, wanneer die tydig is.253
Visschery in ’t Los Ys, hoe die word aangelegt 366. en echter moeijelyk valt.367
Visschery in ’t Oost, wat daar in moet worden waargenomen367
Vischplaats van de Straat-Davis, hoe verre zich die uitstrekt.80
Vischrykheit van de Groenlandsche Zee.6
Vlakken Hoek op Spitsbergen ontdekt.194 214
Vogelen, hunne zeldzaame onderscheiding der nesten aangemerkt.187
Voordeelen door de Hollandsche Visschery in een reeks van jaaren aangebragt 301. als mede door de Hamburgers behaalt.308
Voorlandt van Spitsbergen beschreeven.213
Voortteeling der Walvisschen aangemerkt.109
Vriezen trachten zich in de Groenlandsche Visschery in te dringen 220. die by verdrag ingelaaten worden.223 | zorg003bloe01_01_66_18 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 20,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | W.
Waarneeming in ’t Ys bezet zynde 159 als ook omtrent de Visschery van Jan Mayen Eilandt en hoe 285. Hoedanig die mede in ’t algemeen voor de Visschery drieleedig dient in acht genomen.288. tot 292
Waigat (Spitsberger) van ’t Waigat van Nova Zembla t’onderscheiden.89
Waigats van Nova Zembla, of ’er een doortogt te vinden zy, onderzocht 134 blykbaare teekenen diesaangaande aangeweezen 134. Martinieres gevoelen, die het tegendeel beweeren wil 134. dat verdacht word gehouden 135. Wat Ysbrands Ides van deezen doortogt geschreeven heeft 150 de Heer Witsens gedachten over ’t zelve onderwerp.150
Walrussen beschreeven 196. waar meest te vinden, worden met een byzondere Harpoen geschooten en met lenssen gedood.201
Walrusstryd te lande, hoedanig ondernomen.203
Walrusvangst, voordeelig door den Commandeur Ryke Yse aan d’oostkant van Spitsbergen uitgevoert.204
Walvisch-aas, beschreeven 115 en hoedanig van aart 115. waar het meest gevonden word en door den stroom somtyds naar ’t diep water gevoert 115. Grondgewas waar uit dit aas voortkomt 116. om wat reden de Walvisch zich alleen met dit aas vergenoegen moet en hoe de natuur van zyne gestalte daar toe alleen eigen is 116. welk aas meest met den stroom om en omtrent Spitsbergen gedreeven word.248
Walvisch-Gewest in zyn uitgestrektheit aangemerkt 157. en door Voorbeelden bepaalt. 162
Walvisschen, onthielden zich eertyds veel omtrent Spitsbergen 28. 100. wat waarschynlyk hun aas of voedsel is 28. Veelerlei soorten van deeze Visschen volgens gedachten der Schryvers aangemerkt 103. Naamsoorsprong der Walvisschen onderzocht 104. werwaart de Walvisschen hunnen loop in ’t Voorjaar hebben 113. hoedanig zy door ’t zwakke Ys, om adem te scheppen, doorbooren konnen 158. Deeze Visschen op te vangen ondoenelyk geoordeelt en door voorbeelden bevestigt 161. Moeten des winters noodzaaklyk om ’t besloten Ys de Noordpool en de Noorderlykste Gewesten ruimen 163. zich dieper in Zee en Zuidwaarts begeeven, of zich omtrent den zoom van ’t ys onthouden 165. Hoedanig deeze Visschen van de gesteltheit der gronden, dieptens en wateren kundig zyn, om hun gewoon Gewest te vinden 187. Hoe deeze Visschen in ’t Ys geweeken zyn.240
Walvisch in den Tartarischen Oceaan gevangen, in wiens rug een Hollandsche Harpoen gevonden.160
Walvischlynen, van wat gebruik in de Visschery.348
Walvisch Spek beschreeven 112 Hoedanig hier mede in de traankooking gehandelt word.360
Walvischvangst, wanneer en op wat tyd de Schepen daar op uitgingen 29. hoe veel te moeijelyker nu dan eertyds te voltrekken 235. word nu in ’t Ys geoeffent 245. Hoedanig in ’t Ys dient waargenomen. 365
Walvischvlucht nagespeurt 235. en ’t gevolg van dien overwoogen.242. 243. 244 250. 251
Walvischzaadt, (van) geen Sperma Ceti te bekomen.109
Waterperssing, hoedanig door den Heer Leeuwenhoek by gelegentheit van ’t opwinden van een gezonken Walvisch betoogt.107
Wederwaardigheden in ’t driftig en gatig ys, en hoe daar in te voorzien 364. in ’t los ys hoe zich daar in te gedragen.365
Westkust van de Straat Davis beschreeven.83
Westysvisch, hoe die zich met de Zuidysvisch vereenigen kan 166 deeze Visch zeer loos om gevangen te worden 174. zwaarigheit der onbedreevene Commandeurs die hen in ’t Westys ontmoet 176. d’onnoozelheit der Westysvisschen in een sneedige loosheit verandert, waar door die nu de open zee schuuwen.181
Westysvisschery voornamentlyk omtrent Spitsbergen te beginnen, vervolgens ’t Jan Mayen Eilandt, de Oudgroenlandsche Kusten tot aan de Straat Davis t’achtervolgen 191. Verdere uitgestrektheit aangemerkt 246. hoedanig plaats en tyd van deeze Visschery t’onderscheiden 246. en werwaarts de Visch dan te vinden.249
Wibe Jansz. Water, alwaar noch overblyfsels van Traankokeryen te zien212
Willem Barentsz., eerste ontdekker van Spitsbergen en wanneer.85
Windverkoopery der Yslanders onderzocht.51
Winderigen handel in Traan en Baarden ingetoomt en hoe.300
Witvisschen beschreeven.196
Wormius een naaukeurig onderzoeker der Noordsche byzonderheden, zyn ge-
voelen wegens de Eenhoorns ingezien 7. in wiens Kabinet een Schuitje en al den toestel der overgevoerde Groenlanders naar Denemarken word bewaart.23
Wyde Baay op Spitsbergen ontdekt.194 214
Wykneeming der Walvisschen, hoedanig hier op acht te geeven.293 | zorg003bloe01_01_66_19 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 21,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Y.
’t Ys, is het waarschynlyke beletzel om een doortocht in de Straat Davis te vinden. 80
Ys, hoe omtrent Spitsbergen de gesteltheit is, in acht genomen 98. hoedanig het door Storm, door, wind en stroomen van de Westzyde van Spitsbergen word afgescheurt.183
Ysbergen, Ysbrokken, Schotsen en Velden, veel en vervaarlyk groot omtrent Spitsbergen te vinden.29, 87. 98.
Yslandt (omtrent) en d’omleggende Gronden de Noordkaper te vinden.122
Yslands strekking beschreeven en door wie dus genoemt 37. wanneer bevolkt 37. aart en gesteltheit van ’t Land, de heete Bronnen en haare zeldzaamheit beschouwt en beschreven 39. Zeldzaame Meeren 42. Hoedanig eertyds dit Eilandt in Landtstreeken was verdeelt 52 d’aloude bestiering en regeering door overheering der Noordsche Koningen verandert 53 ongebaandheit van ’t Eilandt en d’eerste bevolkers 60. Verscheiden gevoelens over deeze bevolking 64. d’aloude gelegentheit eenzelvig met het oude Thule bevonden.68
Yslanders, waar in hunnen handel bestaat 50. hunne gewaande Windverkopery onderzocht, die niet dan op bygeloof steunt, en dierhalven word uitgewist 51. Heidensche Godsdienst van dien Landaart hoedanig die eertyds bestond 54. hunne gestalte en aloud gedrag 54. Dichtkunde onder hen en hoe die gehandhaaft wierd 55. en fabelachtig afgeleid 56. Wooningen deezer Eilanders beschreeven 57. hunne wyze van Veewyding en waar mede zich dien Landaart geneert 58. hunne Godsdienst en Taal.59
Ysschotsen (zwaare) omtrent de Terreneufse Banken te vinden.181
Ysvelden, grooter onder ’t Land dan in ruime Zee, en waarom.100
Ysvisschery, heeft het ryzen der gevangen Visschen niet noodig 128. 131. Wanneer en hoedanig ondernomen en hoe de Schepen hier op worden uitgerust 241. best in ’t voorjaar aan den Zoom van ’t Ys, en op hooge graden waargenomen.250
Yszont Baay, waar geleegen 213. is aasryk.248 | zorg003bloe01_01_66_20 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1727,
"achternaam": "Zorgdrager",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 3,
"chapter": 67,
"druk": "2de druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery van Cornelis Gijsbertsz Zorgdrager in de tweede druk uit 1727. De eerste druk dateert van 1720.Bij leesproblemen en beschadigingen is gebruik gemaakt van een exemplaar in particulier bezit van de titeluitgave van 1728 (Amsterdam: Isaak Tirion). Uit dit laatste exemplaar zijn tevens overgenomen de Lyst van de Groenlandsche Visschery, en Prys der Goederen, zedert 1725 en de Lyst van de Visschery in de Straat Davids, ingebonden tussen p. 301 en 311. Deze lijsten kunnen aan de hand van de ingevulde gegevens worden gedateerd op 1731.\n Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "",
"geb_plaats_code": "",
"genre": "non-fictie",
"jaar": "1727",
"jaar_geboren": "ca. 1650",
"jaar_overlijden": "?(18de eeuw)",
"language": "nl",
"maand": "2013_03 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "Zaandam",
"overl_plaats_code": "zaand002",
"pers_id": "zorg003",
"ppn_o": "394964527",
"revision_date": "2013-02-13 00:00:00.000",
"section": 22,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zorg003bloe01",
"ti_id": "zorg003bloe01",
"titel": "Bloeijende opkomst der aloude en hedendaagsche Groenlandsche visschery",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zorg003bloe01_01",
"vols": "",
"voornaam": "Cornelis Gijsbertsz",
"voorvoegsel": "",
"vrouw": 0
} | Z.
Zee, gemaatigder in koude dan ’t Land.164
Zeedieren, als Walrussen en Robben, waarom gevangen werden 197. wat waarde die hadden en eertyds een ryke vangst den Visschers verstrekte.198
Zeelandsche Compagnie tot de Groenlandsche Visschery mede geoctroyeert.218
Zeevisschery, hoedanig die behandelt werd 128. wanneer ondernomen.236
Zeeusche Uitkyk, op Spitsbergen geleegen 214. daar mede eertyds Traankokeryen zyn geweest227
Zeewinden brengen des Winters warmte en des Zomers koelte by.171
Zoom van ’t Ys, hoe die zich uitstrekt 159 alwaar de Visch in ’t voorjaar op hooge graden aan te treffen is.250
Zonswarmte en haare werkzaamheit onderzocht.169
Zuid Baay alwaar een Traankokery der Vriezen op Spitsbergen is geweest.227
Zuidpool, omtrent de zelve naar alle schynbaarheit, mede Zuider Walvissen te vinden.162
Zuidys, hoedanig het bezuiden Spitsbergen om, met de Visch tot aan ’t Westys komt afzakken 166. In dit Ys eertyds een voordeelige Visschery geweest 179 Wyde uitgestrektheit van ’t Zuidys aangeweezen 180. hoedanig aldaar tydig gekomen, een goede vangst aan te treffen is.180
Zuidys Visch, hoe die gemeenlyk komt opschieten, en waar aan die te kennen zy, of met de Westysvisch t’onderscheiden 172 zyne onbedreeventheit in ’t Westys, dat de Zuidysvlooten een goede Vangst veroorzaakt 174. Hoedanig deeze Visch zyne vlucht Oostelyk neemt 175. Voorbedachte vluchtkoers van de zelve aangeweezen, zynde om de Oost wel ervaaren, maar om de West onbedreeven 176. hunne tydige vlucht voor de komst der Vloot 183. zulks dan niet als jonge Visschen worden opgedaan, die mede naar hun gewoon Gewest wyken.184
Zuidzee (in de) op de hoogte van 55 Graden veele Walvisschen gezien, dat vermoedelyk maar Vinvisschen zyn geweest.162
Zwaard of Zaagvisch beschreeven, een groote vyand van den Walvisch.173
EINDE. | zorg003bloe01_01_66_21 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | A
Aenhoort al mijn gheclach ghi ruyterkens frayv. psalm
Aen gheender linden daer staet een dalxxxviij. psalm
Alle mijn gepeys doet mi so wee wien sal ick claghenxvi. psalm
Als ons die winter gaet van heen so coemt ons die somer aen.xliij. psalm
Als alle cruydekens spruyten ende alle dinck verfraytlvi. psalm | zuyl004sout02_01_2_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 2,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | B
Bedruct tot alder stontlxij. psal
Benedicamus domino alleluya, alleluya, alleluya, alleluyaC.xvi. psalm
Ben ick vileyn, of dorper vuyl puytier.C.xiiij. psalm | zuyl004sout02_01_2_1 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 3,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | C
Coemt voort, coemt voort sonder verdrach, mijn alder liefste lief verborghenC.xxiij. psalm
Coemt doot tot mi, rascht uwen ganck.C.xxxi. psam
Conde ick die maneschijn bedecken, hoe gaern sou ick bi nachte gaen.Den lof sanc der dry kinderen inden vierighen ouen
Conditor alme syderum.den lof sanc Marie
Christe qui lux est et diesden lof sanck Augustini ende Ambrosij | zuyl004sout02_01_2_2 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 4,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | D
Die mi morghen wecken sal, dat sal doen die nachtexv. psalm
Daer ick eens was willecome, si hieten mi eldersxxxij. psalm
Die winter is die herexl. psalm
Die voghelkens inder muyten si singhen harenxliiij psalm
Den dach wil niet verborghen zijn, het is schoon.xlvij. psalm
Dat ick om een reyn beeldeken soet, dus langhelix. psalm.
Die eerste vruecht die ick ghewan.lxi. psalm.
Den eersten vrient die ick ghewan.C.xliiij. psalm
Den rijm en schaet der bloemen niet.lxiiij. psalm
Daer spruyt een boom aen ghenen dal.lxvi. psalm
Doen hanselijn ouer der heyden reedt.lxix. psalm.
Dou vien celalxxij. psalm
Die mey staet vrolijck in sinen tijt, met loouerkens om behanghenlxxiij. psalm
Die wissel drijft en is gheen narrelxxvij. psalm
Dat had een meysken een ruyter wat lief.xcix. psalm.
Die winter is een onweert gast dat merck ick aenC.x. psalm
Dese niders met haer quaet fenijnC.xvij. psalm
Die slachtstraet is mi verboden bi haer en mach ick niet sijnC.xxiiij. psalm.
Die lancxste nacht van desen iare, die brengt ons vruechde cleyneC.xxv. psalm
Dy vrou van hemel roep ick aenC.xxix. psalm
De ma tristesse et de playsirC.xiij. psalm
Doer liefde ben ick ter doot ghewontC.xliij. psam
Die bruyt en wou niet te bedde was dat niet iam.C.L. psal.
Die mi eens te drincken gaue, ic songhe hem een goet lietC.xxxvij. psalm
Die nachtegael die sanc een liet dat leerde ic.C.xxvij. psalm
Die wachter die blies aen den dach, op hooger tin.C.xxxv. psa
Dies est letitieC.xviij. psal. | zuyl004sout02_01_2_3 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 5,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | E
Een nyeuwe liet wij heffen aenxlvi. psalm
Een nieuwe liet heb ic op hant ter eere van alle vrouwenx. psal
Een nyeu liet heb ick ghedicht met also domme sinnenxvij. psal.
Een ridder ende een meysken ionc op een riuiere dat si sa.xiiij. psa
Een boelre moet sich miden veelxxij. psalm
Een liet eerbaer van die liefste wil ick beghinnenxxxi. psalm
Een vrientlijck ghebeeldt mijn hert bedwonghen heeftxlix. psal
Een vroulijck beelt heeft mi in haren sin ghesteltlxxiij. psal.
Een aerdich trommelaerken sonder ducht.psalm xxiij.
En ysser niemant inne, sprack daer eens heeren knechtli. psal
Een liedeken met vruechden soet dat sal ic gaen beghin.lxxij. psal
Een schoon ionghe maecht, heeft mi ghedaecht, te co.xcviij. psal
Een boerman had eenen dommen sinlxxxvi. psalm
Een aerdich vrouken heeft mi ghewont, int herteC.v psal
En hebdi niet ghesien cornelis neueC.xix psalm.
Een oudt man sprack een ionck meysken anden sanc Sacharie | zuyl004sout02_01_2_4 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 6,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | F
Fortune wat hebdy ghebrouwenxxi. psalm. | zuyl004sout02_01_2_5 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 7,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | G
Ghi ionghe meyskens van
auontuerenxxviij. psalm
Gheen meerder vruecht ter werelt en is, dan die van herten te vreden isxlviij. psalm
Ghequetst ben ick van binnenC.i. psalm
Ghepeys ghepeys vol van enuienC.vi. psalm
Ghi lustighe amoreuse gheestenden lof sanc Ezechie | zuyl004sout02_01_2_6 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 8,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | H
Het was een clercken dat ghinc ter scholeI. psalm
Op die selue wiseden lof sanc Esaye
Het daghet inden oosteniiij. ps
Het waren twee ghespeelkens goetviij psalm
Het reghende seer, ende ick wert nat, bi mineniij. psalm
Het waren drie ghespeelkens vroech op ghestaenC.ix. psal
Het quam een ruyterken wt bosschayenC.xxxiiij psal
Op de selue wiseden lofsanc Abacuc
Het voer een knaepen ouer rijnxlv. Psalm
Het voer een ael out ruyterkijnlxxi. psalm
Het voer een scheepken ouer rijnC.xxx psalm
Het voer een maechdelijn ouer rijn, si hoede haers vaders lammerkijnsC.xlvi. psalm
Het mach een man sijns leuens lusten, die sijn lieflxij. psalm
Hoe coem ic hier in dit dangier vrou venus heeftlxx psal
Haer vroulijck sucht, haer edel duechtlxxxviij. psalm
Help God hoe wee doet scheyden.lxxxix. psalm
Hoe luyde sanck die leeraer opter tinnenxc psalm
Het soude een meysken halen wijnxcij. psalm
Het vlooch een cleyn wilt vogelkijn, tot mijnsxcvi. psalm
Het is goet pays goet vrede, in al mijns heeren landenC.xij. ps
Hoe soudick vruecht bedriuen, mijn leuen valt miC.xxxiij. psal | zuyl004sout02_01_2_7 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 9,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | I
In oostenrijck daer leyt een stadtvi. psalm
In oostlant wil ick varen, mijn bliuen is hier niet lanclxxxij. ps
Ie my mon cueurC.xxviij. ps
Il me souffit de tout mes malCxxxviij psalm
Ick arm scaepken aen die groen heyde waer sal icvij. psalm
Ic ghinc al ghister auont, so heymelijc eenen gancxi. psalm.
Ick ghinc al ghister auont, so heymelijc op een oortxxvij. psal.
Ick had een boelken wtuercorenxij psalm
Ick weet een vrouken amoreus si heeft mijn herte beuaen, denxxvi psalm.
Ick had een ghestadich minnekijn, gheen schoonderxviij. psal
Ick hadde een liefken wtuercoren die ic van herten minnexix. psal
Ick heb om vrouwen wille, ghereden so menighenxxxvi. psal.
Ic heb een wijf ghetrout (God weet oft mi beroutlij. psalm
Ic wil mi gaen verhueghen, verbliden minenxxxvij psalm
Ic quam aen eenen dansse, daer menich schoon vrouxxxix. psal
Ick quam ghereden in een dallxiij. psalm
Ick seg adieu, wi twee wi moeten scheydenlxv. psalm
Ick truer, ick sucht, ic belxxvi
Ick voer daer her, met hertsen
groten leydeC. psalm
Ick ben so sieck, van minnen also cranckC.xxi. psalm
Ick quam aldaer ick weet wel waer, met heymeC.xxxij. psal
Ick mach wel claghen minen nootC.xlij. psalm
Iesu saluatorSymeons sanc | zuyl004sout02_01_2_8 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 10,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | L
Lamour de moyxxxi. psalm
Languier my faultC.iij. psal
Le bergier et la bergierie sont a lumbre dung buysson Lijnken sou backen mijn heer sou kneenC.xxxv. psalm
Loouerkens dat sijn loouerkensC.xlv. psalm | zuyl004sout02_01_2_9 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 11,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | M
Mijn sinnekens sijn mi onttoghen, al van die alderxx. psalm
Mijn hert dat iaecht seer onuersaecht, in desen soeten coelen meyen tijt.psal .xxiiij.
Minen gheest heeft mi bedwonghenxxxix. psalm
Mijn liefken siet mi ouel aenlv. psalm
Mijn moerken gaf mi eenen manlviij. psalm
Mijns liefs aenscouwen, mijnder ionger herten medecijnxcvij. ps
Maria saert, van edelre aertC.xviij. psalm
Ma damme la regente cest nest pas la fachonC.xxi. psalm
Moeder lieue moeder mocht ic ter linden gaenlx. psalm
Machelen ghi sijt so schoonen prieelC.xl. psalm
Met lusten willen wi singen, ende louen dat roomscheC.xli. psal | zuyl004sout02_01_2_10 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 12,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | N
Nv hoort na mi ghi venus kinderenlxxviij. psalm
Nv wilt doch nae mi horen, die wel wilt sijn ghmintlxxx. psal
Nature heeft mi bedwonghen, te singen een vrolijcC xviij. psal
Noch is self dat alder beste cruytC.xxij. psalm | zuyl004sout02_01_2_11 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 13,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | O
O wreede fortune ghi doet my trueren nvxxxiiii. psalm
O wreet bediet, daer ic af sing dit lietxciij. psalm
O lustelike mey, ghi staet in saysoene, schoon ende groenelxxix. ps
Op v betrou ick heere, ghi sijt mijn toeuerlaetlxxxv. psal
Op eenen morghen stont, soe yst dat ick beghinnelxxxi. psalm.
Op dese vaert so lijde ick groot nootC.viij. psalm.
Op een so schonen fonteyne, daer vant icxse spelen gaenC.xxiij. ps
Och sal ick al mijn leuen in onghenoechte sijnlxxxiiij. psal
Om een die alder liefste mijn daer ic af singen wilC.ij. psal
O bloeyende iuecht, notabel, wijs van sinnenL. psalm | zuyl004sout02_01_2_12 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 14,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | P
Peysen, truren duchten, en hopenlxxxvij. psalm
Princesselijc lief wij moeten scheydenC.xxxix. psalm
Poura auoir mylxxiiij. psal. | zuyl004sout02_01_2_13 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 15,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | Q
Que maul dict soit ce faulx viellayrtxcv. psalm. | zuyl004sout02_01_2_14 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 16,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | R
Rooskens root seer wide ontlokenij psalm
Rijck God hoe is mijn boel dus wiltxiij. psalm
Rijck god gheeft mi goet auontuer, sprac daer lvij psalm
Rijck God wien sal ick claghen
dat heymelijc lijdenlxvij. psal
Rijck God hoe mach dit wesen dat ic dus truerichC.xlviij. ps.
Rosina waer was v ghestaltxxxv. psalm. | zuyl004sout02_01_2_15 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 17,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | S
Sorghe ghi moet besiden staenxxv. psalm.
Sur le pont dauingonlxxxi. psal
Si en sullens my niet verdrijuen, quade tonghen die mi benijden.C.xxvi. psalm
Schoon lief laet v ghedencken, so menighen swaren suchtxlix. psal | zuyl004sout02_01_2_16 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 18,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | T
Tyrannich werck vol erchs ghedronghenxli. psalm
Trueren so moet ick nacht ende dachlxxv. psalm
Te munster staet een steynen huys.lxxxiij. psalm
Ter eeren van allen ionghelinghen, die gaerne in venus armkens sijnxci. psalm
Ter eeren van haer, wil ick een liet beghinnenxciij. psalm
Troostlijcker troost, du hebtste verloostC.iiij. psalm | zuyl004sout02_01_2_17 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 19,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | U
Uenus Iuno Pallaslxxxv. ps.
Uol drucx soe is dat herte mijnC.xi. psalm
Urou venus ghi sijt soe schoonen wijf, ghi staet intC.xv. psalm | zuyl004sout02_01_2_18 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 3,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 20,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | W
Wt ganser allendigher herten, claech ickix. psalm
Waer machse sijn die liefste miin die ic met ooghenxxx. psalm
Waer so machse sijn die mi dick heeft verhuechtC.xiij. psalm
Waer is mijn alder liefste, die ic met ooghen aensachlxviij. psal
Wat sullen wi gaen beghinnen, wi ghilden al ghemeynliij. psalm
Wij sullen den mey ontfanghen met groter eerwaerdicheytliiij. ps
Wes sal ic mi gheneren, ic arme broederlijn.C.vij. psalm
Wel op laet ons gaen riden, en sadelt mi mijn peertC.xlvij. psal
Wie wil hooren een nieuwe liet dat Thantwerpen is gheschiet.C.xlix psalm.
§ Hier eynt die Tafel. | zuyl004sout02_01_2_19 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 1,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | A Den eersten.
DIe onbeulect hier leuen Beati immaculati in via qui ambulant in lege Domini.
Salich worden ghenaemt.
Die in Gods wet verheuen
Hier gaen so dat betaemt
Salich tot allen stonden Beati qui scrutantur testimonia eius: in toto corde exquirunt eum.
Die zijn ghetuyghen sijn
Doersoecken en doergronden
Nae hem seer ghierich zijn.
Want al die boosheyt plegen Non enim qui operantur iniquitatem in vijs eius ambulauerunt.
Met eenen valschen moet
Gaen niet int sheeren weghen
Heert, v gheboden goet
Beuaelt ghi te bewaren Tu mandasti mandata tua: custodiri nimis.
Wt gansser herten seer
V woerden, sonder sparen
Te vergheten nemmermeer.
Och oft men hier mocht leyden Utinam dirigantur vie mee: ad custodiendas iustificationes tuas.
Mijn weghen onperfect
Tot v gherechticheyden
Te bewaren onbeulect
Dan waer mijn schand onttoghen Tunc non confundar: cum perspexero in omnibus mandatis tuis
Als ick v gheboden al
Mach sien met minen oghen
Al hier in desen dal.
U sal ick Heer beliden Confitebor tibi in directione cordis: in eo quod didici iudicia iusticie tue.
Dat ghi my v gherecht
Leerde tot allen tiden.
V oerdeel dinen knecht
Ick sal seer wel behouwen Iustificationes tuas custodiam: non me derelinquas vsque quaque.
Die gherechticheyt seer fier
Wilt my ter goeder trouwen
Toch niet verlaten hier. | zuyl004sout02_01_120_0 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 2,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | B Den tweeden.
WAer in sal corrigeren In quo corrigit adolescentior viam suam in custodiendo sermones tuos.
Sinen wech een ionghen man
In v woerden te hanteren
Te bewaren soe hy can
Tot v was ick gheuloden In toto corde meo exquisiui te: ne repellas me a mandatis tuis.
Socht v met groot begheer
En wilt my van dijn gheboden
Veriaghen nyet te veer.
U woerden tot een oorconden In corde meo abscondi eloquia tua, vt non peccem tibi.
Gheprent zijn in mijn sin,
Dat ick met minen sonden
V niet rebellich bin
Ghebenedijt, ghepresen, Benedictus es Domine: doce me iustificationes tuas.
Sijt ghi o Heere soet
V gherechticheyt mids desen
Die wilt my maken vroet.
Met mijn lippen verclaren In labijs meis pronunciaui: omnia iudicia oris tui.
V oerdeelen al ghemeyn
Wou ick hier openbaren
Inden wech uwer woerden reyn In via testimoniorum tuorum delectatus sum: sicut in omnibus diuitijs.
Ick hier ghenuecht aenueerden
Meer dan in eenich ding
Oft rijckdom opter eerden
Verstaet wel dat ick sing.
Ick sal my exerceren In mandatis tuis exercebor: et considerabo vias tuas.
Int woort dat ghi gheboot
Ende oock considereren
V weghen cleyn en groot.
Dijn gherecht na mijn vermoghen In iustificationibus tuis meditabor: non obliuiscar sermones tuos.
Hou ick in mijn ghedacht
En stel in mijn ghehogen
Dijn woerden dach en nacht. | zuyl004sout02_01_120_1 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 3,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | C Den derden.
DInen knecht coemt doch te baten Retribue seruo tuo viuifica me: et custodiam sermones tuos.
En my hier leuen doet
V woorden bouen maten
Hou ick in mijn behoet.
Mijn ooghen wilt ontsluyten Reuela oculos meos: et considerabo mirabilia de lege tua
V wonder wercken veel,
V wet, en haer virtuyten
Sal ick aenmercken heel.
Want ick ben op aertrijcke Incola ego sum in terra non abscondas a me mandata tua.
Niet dan een mensch seer vreemt
V gheboden al ghelijcke
Van mi doch niet en neemt.
Mijn siel met groot verlanghen Concupiuit anima mea desiderare iustificationes tuas in omni tempore.
Nae dijn gherechticheyt
Heeft lust, die aen te hanghen
Goetwillich, en bereyt.
Al die zijn op gheblasen Increpasti superbos maledicti qui declinant a mandatis tuis.
Woudt ghi bestraffen fel,
Vermaledijt, en dwasen,
Die gaen van v beuel.
O Heer wilt van mi halen Aufer a me opprobrium et contemptum quia testimonia tua exquisiui.
Versmaetheyt ende schandt
Nae dijn gheboden talen
Wou ick, met mijn verstant
Die princen daer gheseten Etenim sederunt principes et aduersum me loquebantur seruus autem tuus exercebatur in iustificationibus tuis.
Teghens my spraken sy
V knecht heeft hem ghequeten
Hy bleef v gherechten by
V woert, mijn meditacie Nam et testimonia tua meditatio mea est: et consilium meum iustificationes tue.
Is hier, vroech ende laet:
En dijn iustificacie
Is altijt minen raet | zuyl004sout02_01_120_2 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 4,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | D Den vierden.
AEn stof heeft willen cleuen Adhesit pauimento anima mea: viuifica me secundum verbum tuum.
Mijn siel (dees reden hoort)
O Heere doet my leuen
Al doer v heylich woert
Mijn weghen ick vertelden Uias meas enunciaui: et exaudisti me: iustificationes tuas. doce me.
En ghi my hoorden aen
V gherechten wilt vermelden
En leeren mi verstaen.
Om rechtueerdich te maken Uiam iustificationum tuarum instrue me: et exercebor in mirabilibus tuis.
Den wech my openbaert
V wonderlike saken
Hanteer ick onghespaert.
Mijn siel versmelt van rouwe Dormitauit anima mea pre tedio: confirma me in verbis tuis
Seer groot is minen last
Als ic dijn woort aenschouwe
Dan wilt my maken vast.
O Heer, die boose paden Uiam iniquitatis amoue a me et lege tua miserere mei.
Ick bid v van my set
Wilt my met v ghenaden
Ontfermen doer v wet.
Ick heb den wech vercoren Uiam veritatis elegi: iudicia tua non sum oblitus.
Al van der waerheyt fijn
V oerdeel coemt my te voren
Ick sal dyes ghedachtich zijn
Dijn woorden Heer bi namen Adhesi testimonijs tuis Domine: noli me confundere.
Wou ick aenhanghen, siet:
En wilt my niet beschamen
Noch brenghen in verdriet
Ick heb den wech ghelopen Uiam mandatorum tuorum cucurri: cum dilatasti cor meum.
Die tot v gheboden leydt
Mijn hert hebt ghi met hopen
Met groter vruecht verbreydt.
§ Dese drie voergaende diuisien singt op de wijse van Beati immaculati. Ende op dese nauolgende wise singt die ander diuisien totter naester wise toe. &cetera | zuyl004sout02_01_120_3 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 5,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | E Den vijfsten Legem pone mihi. Na die wise van Maria laert, van edelre aert
STelt mi een wet Heer onbesmet, Legem pone mihi Domine viam iustificationum tuarum & exquiram eam semper.
Een wech wilt my bereyden
Recht als een schat: dat rechte pat
Van dijnre gherechticheyden:
Op dat ick mach, nacht ende dach
Altijt die ondersoecken.
Wilt mijn verstant vercloecken Da mihi intellectum & scrutabor le. &c.
V wet ick dan, doersoecken can
Wt gansser hart, in mijn regart
Sal ic die wel ontfangen.
Leyt mi o Godt, tot v ghebodt
Daer na staet mijn verlanghen.
Mijn hert doch buycht, tot dat ghi tuycht Inclina cor meum in testimonia tua: & non in auariciam.
Niet tot een ghierich wesen.
Keert mijn ghesicht, van ydelheyt licht Auerte oculos meos ne videant vanitatem: in via tua viuifica me.
In dinen wech ghepresen
My leuen doet: V woerden goet Statue seruo tuo secundum eloquium tu &c
Dinen knecht laet wederuaren
Om dijn vrees te bewaren.
Snijdt af, bedect mijn schandt suspect. Amputa opprobrium meum quod suspicatus sum, quia iudi.
Want vrolijck zijn, v gherechten fijn.
Siet, ick heb willen haken Ecce concupiui mandata tua: in equitate tua viuifica me.
Nae dijn beuel: Wilt ghi mi snel
O Heer leuendich maken. | zuyl004sout02_01_120_4 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 6,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | F Den sesten.
EN dijn genaey: laet vroech en spaey Et veniat super me misericordia tua Domine salutare tuum secundum eloquium tuum.
Op my v salicheyt cleuen
Nae v sermoen: Ick sal seer koen Et respondebo exprobrantibus mihi verbum quia speraui in sermonibus tuis.
Mijn bespotters antwoert gheuen
Mijn hoep was, hoort: Heer in v woort
Wilt van mijn mont niet halen Et ne auferas de ore meo verbum veritatis vsquequaque: quia in iudicijs tuis super
Dijns heylighe waerheyts talen.
In v gherecht heb ick ghehecht
Mijn hoep certeyn: V wet seer reyn Et custodiam legem tuam semper: in seculum, et in seculum. &c.
Sal ick tot allen stonden
Bewaren seer, eewich lieue Heer
Eewich tot een oorconden.
Ende laet my gaen: ter ruymer baen Et ambulabam in latitudine, quia mandata tua exquisiui.
Want ick socht v gheboden.
En sprac seer bout, van v woerden stout Et loquebar de testimonijs tuis in conspectu regum: et non confundebar.
Voer die Coninghen, in mijn noden.
In v ghebot, ick sonder spot
Stelde mijn hert, mijn sinnen, Et meditabar in mandatis tuis: que dilexi.
Want ick wou die beminnen.
Mijn handen pleyn: Hief ick ghemeyn Et leuaui manus meas ad mandata tua que dilexi: et exercebor in iustificationibus tuis.
Tot v beuel, verstaet dit wel
Dat ick had wtuercoren.
V gherechticheyt, daert al aen leyt
Sal ick brenghen te voren. | zuyl004sout02_01_120_5 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 7,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | G Den seuensten.
GHedenct v woort, (so dat behoort) Memor esto verbi tui seruo tuo: in quo mihi spem dedisti.
Dat ghi dijn knecht woudt gheuen
Daer in ghi my: deedt hopen vry Hec me consolata est in humilitate mea: eloquium tuum viuificauit me.
Dit heeft my vertroost, verheuen,
V woort my hier: gaf leuen fier
Men sach hier boosheyt pleghen Superbi inique agebant vsquequaque: a lege autem tua non declinaui.
Den hooueerdighen, in haer weghen
Ick niet en ghing, hoort wat ick sing
Heer van v wet: maer heb gheset
V gherechten in mijn ghedachten Memor fui iudiciorum tuorum a seculo Domine et consolatus sum.
V troost volmaect, heeft my ghenaect
Als ick v const verwachten.
My gruwelt siet, voer dit boos gediet Defectio tenuit me: pro peccatoribus derelinquentibus legem tuam.
Die uwe wet verwerpen
V gerechticheyt vroet: was een liedeken soet Cantabiles mihi erant iustificationes tue: in loco peregrinationis mee.
My pelgrim opter herpen
Op dinen naem, o Heer heylsaem Memor fui nocte nominis tui Domine: et custodiui legem tuam.
Des nacht wou ick ghedencken
V wet, die ghi woudt schencken
Heb ick bewaert: mi toe ghepaert
Is die: want ick, seer neerstelijck Hec facta est mihi quia iustificationes tuas exquisiui.
Heb v gherechticheyden
Ghesocht, begheerdt, op deser eerdt:
Wilt my daer toe gheleyden. | zuyl004sout02_01_120_6 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 8,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | H Den achtsten.
GHi zijt mijn deel, o Heer gheheel Portio mea Domine: dixi custodire legem tuam.
V wet yst dat ick houwe.
V aensicht claer, ick badt voerwaer Deprecatus sum faciem tuam in toto corde meo: miserere mei secundum eloquium tuum.
Met gans mijns herten betrouwe
Nae dijn verbont, maect my ghesont
Ick dacht Heer op mijn paden Cogitaui vias meas: et conuerti pedes meos in testimonia tua.
Mijn voeten tot v ghenaden
Tot v promis, ghetuyghenis
Ick keerde ras: bereyt ick was. Paratus sum non sum turbatus: vt custodiam mandata tua.
Om v gheboden vol eeren
Met grooter haest, gans onuerbaest
Te moghen obserueren.
Der sondaers bant, heeft mi gheuant Funes peccatorum circumplexi sunt me & legem tuam non sum oblitus.
V wet ick hielt in ghetoghen
Ter middernacht, wt al mijn cracht Media nocte surgebam ad confitendum tibi: super iudicia iustificationis tue.
Ick rees: om nae mijn vermoghen
Te louen dy: v gherechten bly
Van v rechtueerdicheyden
Ick sal met haer toe reyden Particeps ego sum omnium timentium te: et custodientium mandata tua.
Met al de gheen, die v vreest alleen
En v mandaet, hout vroech en laet
Vol van v goede gracy Misericordia tua domine plena est terra: iustificationes tuas doce me.
Yst aertrijc Heer: gheeft my dijn leer
Van v iustificacy. | zuyl004sout02_01_120_7 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 9,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | I Den .neghensten.
DInen knecht vermaert, veel duechden verclaert Bonitatem fecisti cum seruo tuo Domine secundum verbum tuum.
Hebt ghi Heer tallen terminen
Heer nae v woort, goetheyt oorboort:
Leert my wijsheyts disciplinen. Bonitatem et disciplinam et scientiam doce me: quia mandatis tuis credidi.
Want ick heb stout, op v woort betrout
Eer ick ben cleyn gheworden Priusquam humiliarer ego reliqui, propterea eloquium tuum custodiui.
Die sonden my om gorden.
Daer om gheuielt, dat ick behielt
V woort seer puer: goet van natuer Bonus es tu, & in bonitate tua doce me iustificationes tuas.
Sijt ghi Heer wilt my leeren
Die gherechticheyt, van v maiesteyt
Aenhoort doch mijn begheeren.
Met loghens sy, oueruielen my Multiplicata est super me iniquitas superborum ego autem in toto corde meo scrutabor mandata tua.
Die houaerdighe tallen stonden
Maer ick heb, siet met alle vliet
V gheboden willen doergronden
Als melc gherempt, was haer hert gestrempt Coagulatum est sicut lac cor eorum: ego vero legem tuam meditatus sum.
In v wet was mijn ghepeysen
Twas goet tot dyer reysen
Dat ghi vercleynt, hebt liden gheseynt Bonum mihi quia humiliasti me: vt discam iustificationes tuas.
My dinen knecht, dat ick v gherecht
Mocht leeren, en versinnen Bonum mihi lex oris tui: super milia auri et argenti.
V wet menichfout, bouen siluer en gout
Wil ick lieuer beminnen. | zuyl004sout02_01_120_8 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 10,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | K Den thienden.
U Handen playsant, hebben mi gheplant Manus tue Domine fecerunt me et plasmauerunt me da mihi intellectum vt discam mandata tua.
Wilt my verstant doch gonnen
Om v beuel, te leeren wel
Al die v vreesen connen
Die sullen my, aenschouwen bly Qui timent te videbunt me et letabuntur quia in verba tua supersperaui.
Op v woort const ick verlaten.
Ick bekende bouen maten
Dat goet, en fijn, v gherechten zijn. Cognoui Domine quia equitas iudicia tua et veritate tua humiliasti me.
Ghecorrigeert, te recht verneert
Ben ick doer uwer trouwen Fiat misericordia tua vt consoletur me secundum eloquium tuum seruo tuo.
Dus laet my troost, nae v propoost
Doer v goetheyt behouwen.
U goetheyt schoon, op my uwen zoon Ueniant mihi miserationes tue et viuam: quia lex tua meditatio mea est.
Laet comen, en ick sal leuen.
Seer groot ick acht, in mijn ghedacht
V wet: in schanden laet sneuen Confundantur superbi, quia iniuste iniquitatem fecerunt in me ego autem exercebor in mandatis tuis.
Die boosheyt doen, in mi seer koen.
Ick sal my exerceren Conuertantur mihi timentes te: et qui nouerunt testimonia tua.
In v gheboden verkeeren.
Laet keeren nv, die vreesen v
Die uwen voos, bekennen altoos.
Mijn hert seer reyn wilt maken Fiat cor meum immaculatum in iustificationibus tuis: vt non confundar.
Op dat ick vry, van schanden sy
In v rechtueerdighe saken. | zuyl004sout02_01_120_9 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 11,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | L Den .xi. Defecit in salutare tuum. Na die wise Op een schoon fonteyne, daer vandt icxse spelen gaen.
Mijn siel in dijnre salicheyden Defecit in salutare tuum anima mea: et in verbum tuum supersperaui.
Was al van haer seluen ghegaen
Mijn hoep ic in v woert verbreyden
En mijn oogen waren beuaen Defecerunt oculi mei in. &c
Al doer v soete talen
Sy spraken tot v Heere
V troost laet op mi dalen
Ic bidt v seere.
Want siet ick ben alhier ghescapen Quia factus sum sicut vter in pruina: iustificationes tuas non sum oblitus.
Recht ghelijc een flesch certeyn,
Die moet van droochten altijt gapen.
V gherechticheyt seer reyn
En heb ick niet vergheten
Die daghen dijnre knechten Quot sunt dies serui tui?
Tghetal ick begheer te weten
Als ghi sult rechten.
Wanneer suldy o Heer bestraffen hier Quando facies de persequentibus me iudicium.
Al die my veruolghen veel
Noch sy v wet, noch oock v woerden fier Narrauerunt mihi iniqui fabulationes: sed non vt lex tua.
Spraken niet dan loghenen gheheel.
V gheboden vol van eeren Omnia mandata tua veritas, iniqui persecuti sunt me: adiuua me.
Sijn trou, end oock warachtich.
Die boose my persequeeren
Heer helpt my crachtich.
Sy hebben mi bi na te grondt gebracht Paulominus consummauerunt me in terra: ego autem non dereliqui mandata tua.
V gheboden verliet ick niet
Nae v bermherticheyt, en nae v macht Secundum misericordiam tuam viuifica me: et custodiam testimonia oris tui.
My te leuen hier ghebiet.
Ick sal v woorden houwen
Van dinen mont ghecomen
Altoos in mijn betrouwen
Dat sal my vromen. | zuyl004sout02_01_120_10 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 12,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | M Den twelfsten
U Woort Heer inder eewicheden blijft In eternum Domine verbum tuum permanet in celo.
Inden hemel: en van tgheslacht In generatione et generationem veritas tua fundasti terram et permanet.
Tot den gheslachten, v waerheyt beclijft
Het aertrijck is van v ghewracht
Haer nae dijn ordinancy
Men siet perseuereren Ordinatione tua perseuerant dies quoniam omnia seruiunt tibi.
Alle dinc met obseruancy
Vwen dienst vseren.
Ten waer dat ick v wet bedacht altijt Nisi quod lex tua meditatio mea est forte perijssem in humilitate mea.
Ick bi auontuer verghinck
En v gherechticheyt ghebenedijt In eternum non obliuiscar iustificationes tuas: quia in ipsis viuificasti me.
Ick altijt seer vast ghedinck
Daer in doet ghi my leuen
Wilt my v kint salueeren.
V gherechticheyt te aencleuen Tuus sum ego saluum me fac quoniam iustificationes tuas exquisiui.
Was mijn begheren.
Die zondaers hebben mi al hier verwacht Me expectauerunt peccatores vt perderent me: testimonia tua intellexi.
En wilden bederuen mijn
Ic heb bemint v woorden hooch gheacht
V ghetuyghenissen fijn.
Ick sach een eyndt der dinghen, Omnis consummationis vidi finem latum mandatum tuum nimis.
Mer v gheboden bleuen
(Wilt hooren nae mijn singhen)
Seer wijdt ghedreuen. | zuyl004sout02_01_120_11 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 13,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | N Den .xiij.
HOe heb ick dijn wet vercoren Quomodo dilexi legem tuam Domine, tota die meditatio mea est.
Want ick die bedencke altoos
Ghi brengt mi wijsheyt Heer te voren Super inimicos meos prudentem me fecisti mandato tuo, quia in eternum mihi est.
Meer dan op mijn vyanden boos.
V ghebot can dat volbrenghen
Het is my tot een oorconden
Het is my nae dijn verhenghen
Eewich ghesonden.
Bouen mijn meesters die mi leerden siet Super omnes docentes me intellexi quia testimonia tua meditatio mea est.
Heeft gheweest hier mijn verstant
Want v ghetuyghenis met alle vliet
Was in minen sin gheplant.
Ick heb bouen den ouwen Super senes intellexi, quia mandata tua quesiui.
Verstandich connen wesen
V gheboden hier ghehouwen,
Ghesocht, ghepresen.
Ick heb mijn voeten ooc beuolen Ab omni via mala prohibui pedes meos vt custodiam verba tua.
Om te schouwen die weghen quaet:
Dat ick v woerden onuerholen
Sou bewaren metter daet
Ick ben niet als die rebellen A iudicijs tuis non declinaui, quia tu legem posuisti mihi.
Van dijn gherecht gheweken
Want ghi my een wet woudt stellen
Om niet te breken.
Hoe soet zijn v woorden in mijn kele Quam dulcia faucibus meis eloquia tua super mel ori meo.
Bouen honich in mijn mont,
Ic hadt verstant van v beuele A mandatis tuis intellexi, propterea odiui omnem viam iniquitatis.
Daer om heb ick talder stont
Alle weghen vanden quaden
Altijt hier willen haten
Die boose die v versmaden
Die v verlaten. | zuyl004sout02_01_120_12 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 14,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | O Den .xiiij.
U Woort is mijn voeten een lanterne Lucerna pedibus meis verbum tuum et lumen semitis meis
En mijn paden tot een licht
Ick heb ghesworen, also gherne Iuraui et statui, custodire iudicia iusticie tue.
Te bewaren v ghericht.
Ick ben te grondt gheslaghen Humiliatus sum vsquequaque Domine, viuifica me secundum verbum tuum.
Vercleynt in al mijn saken
My (nae dijns woorts behaghen)
Wilt leuendich maken,
Laet v die offerhant ghenoeghen Uoluntaria oris mei beneplacita fac Domine et iudicia tua doce me.
Die ick willich sprekende bin
Wilt mi dijn leering hier toe voeghen
V gherechten planten in
Mijn siel is in mijn handen Anima mea in manibus meis semper & legem tuam non sum oblitus.
V wet ick wou ghehoghen
Sy stelden my groote banden
Nae haer vermoghen.
Die zondaers stelden mi veel stricken swaer Posuerunt peccatores laqueum mihi et de mandatis tuis non erraui.
V gheboden ick niet en liet
Ick creech te erue v ghetuyghen claer Hereditatem acquisiui testimonia tua in eternum, quia exultatio cordis mei sunt.
Daer mijn hert vruecht wt gheschiet
V gherechticheyt te pleghen
Ick heel mijn hert toe stelden Inclinaui cor meum ad faciendas iustificationes tuas in eternum propter retributionem
Tot dat ghi dijn woort ter deghen
Ons sult verghelden. | zuyl004sout02_01_120_13 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 15,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | P Den .xv.
ICk heb ghehaet die boosheyt deden Iniquos odio habui et legem tuam dilexi.
En ick heb bemint v wet
Ghi zijt mijn hulper hier beneden Adiutor & susceptor meus es tu et in verbum tuum supersperaui.
Mijn hope was op v woort gheset.
Ghi boose tallen stonden Declinate a me maligni: et scrutabor mandata Dei mei.
Weest ver van my gheuloden
En ick sal hier doergronden
Mijns Gods gheboden.
Ontfangt mi na v woort, so leef ic dan Suscipe me secundum eloquium tuum et viuam & non confundas me ab expectatione mea.
Gheeft mi van mijn wacht gheen scandt
Helpt mi, so ben ic dan een salich man Adiuua me et saluus ero: et meditabor in iustificationibus tuis semper.
En ick sal met mijn verstandt
Altijt v gherechticheyden
In mijn ghedachten scriuen.
Die van v gherechten scheyden Spreuisti omnes discedentes a iudicijs tuis.
Sult ghi verdriuen.
Want haer gedachten zijn van quaden aert Quia iniusta cogitatio eorum.
Ick acht als ouertreders stout Preuaricantes reputaui omnes peccatores terre ideo dilexi testimonia tua.
Die sondaers: mer ic heb mijn liefte verclaert
V ghetuyghenis seer bout
Mijn vleesch laet v doch vresen Confige timore tuo carnes meas: a iudicijs enim tuis timui.
Met vrees was ick behanghen.
Van v gherecht mids desen
In al mijn ganghen. | zuyl004sout02_01_120_14 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 16,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | Q Den .xvi.
ICk heb iusticy en gherecht ghedaen: Feci iudicium et iusticiam: non tradas me calumniantibus me.
My den spotters niet en stelt,
Wilt mi, v knecht, o Heer int best ontfaen Suscipe seruum tuum in bonum: non calumnientur me superbi.
Laet mi hier zijn onghequelt
Van die hooueerdich spreken.
V salicheyt te naken
Mijn ooghen my gans besweken Oculi mei defecerunt in salutare tuum: & in eloquium iusticie tue
V woort te smaken.
Doet met v knecht na v ghenade soet Fac cum seruo tuo secundum misericordiam tuam: et iustificationes tuas doce me.
V gherechticheyt mi leert
Ick ben v knecht o Heere, vader goet. Seruus tuus sum ego: da mihi intellectum vt sciam testimonia tua.
Mijn verstant doch my vermeert
Dat ick weet dijn sermoene
En v ghetuyghenissen
This tijt die hier te doene Tempus faciendi Domine: dissipauerunt legem tuam.
V wet si splissen
Uer bouen gout dat alder best bekent Ideo dilexi mandata tua: super aurum & topazion.
Had ick v gheboden lief
Daer in heb ic mijn ganghen hier ghewent Propterea ad omnia mandata tua dirigebar: omnem viam iniquam odio habui.
En gheleydt na mijn gherief.
Ick wou den wech der bosen
Hier haten, wilt dit mercken
Op dat ick also mocht losen
Haer boose wercken. | zuyl004sout02_01_120_15 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 17,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | R Den .xvij. Mirabilia testimonia. Na die wise van Dies est leticie.
WOnderlijc Heer v woerden zijn
Die ghi ons hebt ghesonden
Daer om so wou die siele mijn
Die neerstelijc doergronden
Tverclaren van v woert verlicht
Den cleynen haer verstant het sticht
Mijn mont ic wou ontsluyten
En ic mijn adem heb gehaelt
Na v gheboden seer ghetaelt
Van binnen en van buyten
Weest ghenadich, siet op my Aspice in me et miserere mei secundum iudicium diligentium nomen tuum.
Laet mi v gonst doch winnen
In sulcker voeghen, recht als si
Die uwen naem beminnen.
En nae v woort mijn ganghen leydt Gressus meos dirige secundum eloquium tuum: et non dominetur mei omnis iniustitia.
Dat alle onrechtueerdicheydt
My niet en mach domineren
Verlost mi van dat boos ghetal Redime me a calumnijs hominum: vt custodiam mandata tua
Op dat ic dijn gheboden al
Altijt mach obserueren.
Heer verlicht dijn aensicht soet Faciem tuam illumina super seruum tuum: et doce me iustificationes tuas.
Op uwen knecht vercoren
V gherechticheyden goet
My leert, en brengt te voren.
Die wateruloeden menich fout Exitus aquarum deduxerunt oculi mei: quia non custodierunt legem tuam.
Hebben mijn ooghen seer bedout
Met tranen die verclaerden
Hoe dat si niet al nae Gods woort,
En leefden, soe dat toe behoort
V wet niet en bewaerden. | zuyl004sout02_01_120_16 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 18,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | S Den .xviij.
REcht zijt ghi: recht v gherecht Iustus es Domine: et rectum iudicium tuum
V woort wout ghi beuelen Mandasti iusticiam testimonia tua: et veritatem tuam nimis.
V iusticy my, dijn knecht
V waerheyt niet te helen.
Bi na had mi mijn ialoersy Tabescere me fecit zelus meus: quia obliti sunt verba tua inimici mei.
Bedoruen: om dat mijn party
V woerden heel vergaten
V woort dat is seer vierich Heer Ignitum eloquium tuum vehementer: et seruus tuus dilexit illud.
Dat dine knecht beminde seer
Ick sal daer op verlaten.
Ick ben een ionghelinck voerwaer Adolescentulus sum ego & contemptus: iustificationes tuas non sum oblitus.
Versmaet, veracht, verbeten,
V gherechticheyden claer
En heb ick niet vergheten.
V iusticy onghescheyndt Iusticia tua iusticia in eternum: et lex tua veritas.
Die is, en blijft al sonder eyndt:
V wet is sonder loghen
Niet anders dan die waerheyt reyn
Die ons gheset is al ghemeyn
Ghestelt voer onsen oghen.
Druck, en tribulacy groot Tribulatio et angustia inuenerunt me: mandata tua meditatio mea est.
Die hebben my gheuonden
Ick heb o Heer dat ghi gheboot
Bedacht tot allen stonden.
Oprecht, ghelijck al van natuer Equitas testimonia tua in eternum intellectum da mihi et viuam.
Sijn eewich v ghetuyghen puer
Wilt ghi doer v ghenaden
My gheuen sinnen, dat ick mocht
Int leuen doer v zijn ghebrocht
V gonst wilt my beraden. | zuyl004sout02_01_120_17 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 19,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | T Den .xix.
ICk heb gheroepen hertelick Clamaui in toto corde exaudi me domine iustificationes tuas requiram.
O Heer wilt my verhoren
Nae v gherechticheyden ick
Sal altijt neerstich sporen.
Ick riep tot v, maect mi ghesont Clamaui ad te saluum me fac vt custodiam mandata tua.
Dat ick bewaer Heer v verbont
Seer ripelijck gheroepen Preueni in maturitate et clamaui quia in verba tua super speraui.
Ick heb: en in v woerden fijn
Ghestelt mijn hert, in sulcken schijn
Dat ick daer in const hopen.
Ick vroech mijn ooghen open de Preuenerunt oculi mei ad te diluculo: vt meditarer eloquia tui
V woerden te ghedencken
Nae dijn goetheyt verhoort met vre Uocem meam audi secundum misericordiam tuam Domine & secundum iudicium tuum viuifica me.
Mijn stem: en wilt my schencken
Na dijn gherecht te leuen hier.
Seer boos, en fel was haer manier Appropinquauerunt persequentes me iniquitati: a lege autem tua longe facti sunt.
Die mi hier persequeerden
Al van v wet ghebenedijt
Sy liepen hier met allen wijt
En ver van v si keerden.
Heer, ghi seer nae bi ons zijt Prope tu es Domine: et omnes vie tue veritas.
Wilt ghenade pleghen.
Warachtich zijn tot alder tijt
V wercken, al v weghen,
Ick heb bekent al int beghin Initio cognoui de testimonijs tuis quia in eternum fundasti ea.
Al van v woorden (hoort den sin)
Hoe datse eewich waren
Ghestelt recht als een fundament
Die ghi ghetuychde excellent
En woudt ons openbaren. | zuyl004sout02_01_120_18 |
{
"Unnamed: 28": "",
"_jaar": 1540,
"achternaam": "Zuylen van Nyevelt",
"bibliotheek": "gent_001univ01",
"categorie": 1,
"chapter": 121,
"druk": "1ste druk",
"edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Souterliedekens van Willem van Zuylen van Nyevelt in de eerste druk uit 1540. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.",
"geb_datum": "",
"geb_land_code": "",
"geb_plaats": "Utrecht",
"geb_plaats_code": "utrec001",
"genre": "poëzie",
"jaar": "1540",
"jaar_geboren": "?",
"jaar_overlijden": "1543",
"language": "nl",
"maand": "2013_12 ",
"overl_datum": "",
"overl_land_code": "",
"overl_plaats": "",
"overl_plaats_code": "",
"pers_id": "zuyl004",
"ppn_o": "394966694",
"revision_date": "2013-12-11 00:00:00.000",
"section": 20,
"text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=zuyl004sout02",
"ti_id": "zuyl004sout02",
"titel": "Souterliedekens",
"url": "https://dbnl.org/tekst/zuyl004sout02_01",
"vols": "",
"voornaam": "Willem",
"voorvoegsel": "van",
"vrouw": 0
} | U Den .xx.
SIet mijn cleynheyt, maect mi vry, Uide humilitatem meam et eripe me: quia legem tuam non sum oblitus.
V wet heb ick onthouwen
Wilt mijn recht hanteren ghy Iudica iudicium meum et redime me propter eloquium tuum viuifica me.
Om dijns woorts aenschouwen
Verlost mi, en mi leuen doet.
V salicheyt die ons behoet Longe a peccatoribus salus: quia iustificationes tuas non exquisierunt.
Die is seer wijdt verscheyden
Al vanden boosen opter eerdt
Om dat seer cout is haer begheerdt
Tot v gherechticheyden.
U ghenaden zijn seer veel Misericordie tue multe: secundum iudicium tuum viuifica me.
Dus wilt my laten leuen
Dat bid ick v nae dijn oordeel
Veel drucx coemt my beneuen
Veel zijnder die mi doen ghequel, Multi qui persequuntur me et tribulant me a testimonijs tuis non declinaui.
Ick en weeck niet van dijn beuel
Ick sach (dwelck mi seer deerden) Uidi preuaricantes et tabescam: quia eloquia tua non custodierunt.
Haer ouertreden dijn ghebodt
Want sy v woorden Heere Godt
En hielden, noch en eerden.
Siet, want ick heb v mandaet Uide quoniam mandata tua dilexi Domine: in misericordia tua viuifica me.
Bemint in allen saken.
In v goetheyt en charitaet
Wilt my leuendich maken. Principium verborum tuorum veritas in eternum omnia iudicia iusticie tue.
Tbeghinsel van v woerden is
Niet dan warachticheyt ghewis.
En v gherechten bliuen.
Van dijn gherechticheyt certeyn
Eewich o Heer met v ghemeyn
Ghi sult die niet verdriuen. | zuyl004sout02_01_120_19 |