meta
dict
text
stringlengths
0
710k
id
stringlengths
20
24
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 57 }
[Convent van Brunswijk] CONVENT VAN BRUNSWIJK. Voor de oprigting der Orde van de Strikte Observantie hadden vele Loges van Duitschland, met name eene werkplaats van Unwürden en eene andere te Dresden, het Tempeliers-Systema aangenomen, en de Ritus, dien men verbeterde Orde regels van Dresden noemt, werd sedert 1766 in laatstgenoemde stad gevolgd. Daar de aanmatigingen van deze verschillende ligchamen aanleiding hadden gegeven tot oneenigheden, werd er den 22sten Mei 1775 te Brunswijk eene algemeene vergadering gehouden, om die bij te leggen.
_alg008alge01_01_3_56
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 58 }
[Convent] CONVENT. (Gallisch) te Lyon. De Loge Theodorus van den goeden Raad, die het Illuminismus had opgenomen, was in 1775 te Munchen gevestigd door de Moeder-Loge Roijal-York der vriendschap van Berlijn. Haar Reg∴ Meester was Professor baader. Weldra scheidde zij zich af van de authoriteit, die haar had daargesteld; zij schaarde zich bij de Loge der weldadige Ridders van Lyon, die het Martinismus beleed, en nam insgelijks dit stelsel aan. De Loge der weldadige Ridders had - men weet niet op wat grond - een overwigt gekregen op de Duitsche Loges; zij werd door de verschillende brokstukken der Strikte Observantie als Moeder-Loge der Broederschap beschouwd, en was dit ook het geval met die werkplaatsen, welke, hetzij geheel of ten deele, het Tempeliers-Systema volgden. Die Loge had het plan beraamd, om den Hertog ferdinand van Brunswijk, die in Duitschland reeds Grootmeester was van de voornaamste takken der Tempeliers-Maçonnerie, aan het hoofd van haren Ritus te plaatsen. Om tot dat doel te geraken, had zij te Lyon eene algemeene vergadering of convent beschreven, onder voorwendsel, van de Vrijmetselarij te hervormen, eenige punten van duistere leerstellingen op te helderen, en de in zwang zijnde Ritualen te verbeteren. De vergadering werd den 25sten November geopend, onder den titel van Gallisch Convent; haar voorzitter was de Broeder de villermoz, een rijk Lyonneesch handelaar, een man van veel geest en kunde; zij duurde eene geheele maand, en van al de zaken, die er behandeld zouden worden, kwam er slechts ééne ter sprake. Alles liep uit op het verbeteren der Ritualen, en de Tempeliersfabel werd er, ten minste oogenschijnlijk, uit weggenomen, want men wil dat deze wegneming slechts voor de leus, op bevel der policie, geschiedde. Er bestaat intusschen voor die onderstelling geenerlei deugdelijk bewijs, en waarschijnlijk is het, dat de verzaking der Tempelierbeginsels zuiver gemeend was, en dat het convent zich liet leiden door eene meening, die toenmaals den boventoon had in vele Loges buiten de hoofdstad, en wel bepaaldelijk in die der Parfaite Union te Rennes, met welke het Martinismus eene geregelde briefwisseling hield.
_alg008alge01_01_3_57
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 59 }
[Convent van Jena] CONVENT VAN JENA. In 1763 meldde johnson, een Duitscher van geboorte, maar die gaarne voor een' Engelschman doorging, zich bij de Metselaars der Strikte Observantie aan, voorgevende gezonden te zijn door het Kapittel der Tempelridders van Oud-Aberdeen, ten einde de Duitschers de ware geheimen der Vrijmetselarij te leeren. Op den 6den November doet hij onder trompetgeschal en krijgsmuzijk al de geschriften en rondgaande brieven verbranden, die door de Moeder-Loge der drie Wereldbollen, of door rosa, haren afgevaardigde, waren uitgegeven, als behelzende valsche en dwaalbegrippen. In de maand December zendt hij het verslag van deze verrigting aan de door rosa gevestigde Kapittels, en stelt hen voor, zijn stelsel aan te nemen. Eenige nemen zijnen voorslag aan, en zenden hem de doorgehaalde of verscheurde constitutiën, die zij van de Loge de drie Wereldbollen ontvangen hadden. In het volgende jaar, den 11den Junij, roept hij te Jena een Convent bijeen, waarop hij verklaart, dat hij-alleen het regt heeft Tempelridders te maken; dat hij die magt ontleent van de onbekende Overheden, in Schotland residerende; dat deze Oppersten der Orde de schatten der hoogere wetenschappen bezitten, en dat zij dezelve willen mededeelen, mits de Loges de regelen der Strikte Observantie willen volgen. Hij voegt er bij, dat èn in Italië èn in het Oosten nog andere onbekende Opperhoofden zijn, die zich zullen vertoonen, zoodra het tijd is. De Baron van hund (zie dat Art.) woonde deze algemeene vergadering bij; hij zag met verdriet, dat johnson eene belangrijke rol in de Loges zou gaan spelen, en hij-zelf bijgevolg op den achtergrond zou geraken. Nu begon hij de afkomst van dien man uit te vorschen, en alras ontdekte hij, dat zijn ware naam becker was; dat hij eertijds secretaris was geweest bij den Hertog van Bernburg, wiens vertrouwen hij had misbruikt; dat hij vervolgens, onder den aangenomen naam van leucht, vele jaren achtereen Duitschland had doorreisd en velen had opgeligt; dat hij laatstelijk aan de dienst van een' Koerlandsch heer was verbonden geweest, wiens papieren hij gestolen en daarmede nieuwe schurkerijen had gepleegd. De Baron van hund maakte dit alles openbaar, en nu werd johnson geregtelijk aangeklaagd, vervolgd en te Maagdenburg aangehouden. Hij werd veroordeeld, als schuldig aan het bestelen eener landskas en het maken van valsch geld. Opgesloten in het kasteel van Wartenburg, stierf hij daar plotseling in Mei 1775.
_alg008alge01_01_3_58
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 60 }
[Convent van Parijs] CONVENT VAN PARIJS. Verschillende wijzigingen hadden den zin der symbolen en de strekking der Broederschap in eenige landen uit het oog doen verliezen. Men moest dat alles op nieuw tot een voorwerp van studie maken, en er waren zoo vele dwalingen voortgeplant, dat niemand zich meer in staat gevoelde, om zulk een kluwen te ontwarren. Eenige onderzoeklievende mannen besloten een beroep te doen op alle kundige Vrijmetselaars, ten einde op eene algemeene bijeenkomst alle verzamelde inlichtingen kortelijk zamen te trekken. Dit was de aanleiding tot het Convent van Parijs, dat in 1785 door de Broederschap der Philaleten aldaar werd bijeen geroepen. Reeds in 1784 waren de beschrijvingsbrieven gezonden aan alle aanzienlijke Vrijmetselaars van Frankrijk en het buitenland, en zelfs aan alle personen, die, ofschoon niet tot het Maçonniek genootschap behoorende, echter de verborgen wetenschappen beoefenden, of zich aan nasporingen wijdden, die met de hoogere graden in verband stonden. Onder deze laatsten behoorden de kaartlegger eteilla en de magnetiseur mesmer. Bij de convocatiebrieven ging eene reeks vraagstukken, waarin men las: ‘Wat is de wezenlijke aard der Maçonnieke wetenschap? Welken oorsprong moet men haar toekennen? Welke genootschappen of bijzondere personen hebben die wetenschap oudtijds bezeten en ze tot ons overgebragt? Bij welke Broederschappen of bijzondere personen is zij thans inderdaad berustende? Staat de Maç∴ wetenschap in verband met de verborgene wetenschap-pen? Welke Ritus onder de thans bestaande, zou het meest geschikt zijn, om in de ware Maçonnieke wetenschap vorderingen te doen maken?’ Het Convent hield den 13den November 1784 eene inleidende vergadering. Het voorzitterschap van deze werd opgedragen aan den Broeder savalette de langes; tot Secretarissen werden benoemd de Baron von gleichen en de Markies chefdebien, de eerste voor de Hoogduitsche- en de andere voor de Fransche taal. Er werd voorlezing gedaan van de brieven van Prins ferdinand van Brunswijk, van den Markies de saint-martin en van Doctor mesmer, waarbij deze hunne weigering te kennen gaven, om deel te nemen aan de verrigtingen van het Convent. Later weigerde de Markies de larochefoucauld almede de vergadering bij te wonen, aangezien de Moeder-Loge van den wijsgeerigen Schotschen Ritus, waartoe hij behoorde, aan alle op zich zelve staande Broeders harer leer, verboden had, eenige inlichting te geven omtrent de door haar gevolgde stellingen. Den 19den Februarij 1785 had de plegtige opening van het Convent plaats. De reglementen, volgens welke de beraadslagingen moesten behandeld worden, waren het eerste, men kan zelfs zeggen het eenige onderwerp, waarmede men zich bezig hield. Er werd besloten, dat cagliostro in de vergadering zoude geroepen worden. Hij beloofde er te komen; doch weinige dagen daarna gaf hij een manifest uit, waarbij hij vorderde, dat men vóór alles de archieven ten vure zoude doemen. Ook ontving het Convent in de maand April een schrijven van de Sagesse Triomphante, Moeder-Loge van den Egyptischen Ritus te Lyon, geteekend door den achtbaren Meester saint-costart en de voornaamste Opzieners der Loge, waarbij zij er op aandrongen, dat het Convent, naar den wil van den Groot-Kopte cagliostro, den Egyptischen Ritus zoude aannemen en zijne archieven vernietigen. Het voorstel was netelig. Zich te laten inwijden in de mysteriën van cagliostro, ging nog aan, maar archieven te verbranden, die met zoo veel zorg, nasporing en tijd waren bijeenverzameld, daartoe konden de Philaleten in gemoede niet besluiten. Eene formele weigering zou hen beroofd hebben van het licht, dat zij bij de zittingen van het Convent, uit de mededeelingen van den Groot-Kopte, hoopten te ontvangen; zij onthielden zich dus van deze, en sloegen een bedekt zijpad in, waardoor alles had kunnen vereffend worden, zoo niet cagliostro eene zwarigheid had opgeworpen, die hij onoverkomelijk moest oordeelen, en welke hem ontsloeg van tegenwoordig te zijn bij eene vergadering, waar men hem zoo gemakkelijk had kunnen doorzien. Het Convent had aan de Loge der Sagesse Triomphante geantwoord, dat haar schrijven, als ook het manifest van cagliostro, wel konden gerigt zijn aan eene eigenlijk gezegde Loge, maar niet aan eene bijeenkomst van Vrijmetselaars van verschillende landen en ordesregelen, wier kortstondige vereeniging moest ophouden, zoodra haar bijzonder doel was bereikt; dat het Convent, volgens die bedenking, de beide stukken had gezonden aan de Loge der Amis Réunis, het middelpunt van den ordesregel der Philaleten, welke Loge alleen kennis van dezelve kon nemen en daarover beslissen, indien daartoe aanleiding was; dat niettemin de Loge der Sagesse Triomphante werd uitgenoodigd, om afgevaardigden te benoemen tot het bijwonen van de vergadering, en tot het geven van alle inlichtingen, die niet in strijd waren met hare pligten, en die de waarheid openbaar konden maken. Cagliostro, die slechts een voorwendsel zocht, om zijn woord te kunnen intrekken, vond het in dit antwoord. Hij schreef dus aan de vergadering, dat, aangezien zij een onderscheid zocht daar te stellen tusschen het Convent en den ordesregel der Philaleten, om aldus langs een' slinkschen weg de archieven van de verlangde vernietiging te redden, en zij bij gevolg weigerde, zich te onderwerpen aan de haar opgelegde voorwaarden, derhalve ook alle betrekkingen tusschen haar en hem, van dit oogenblik af moesten ophouden. Ofschoon de Leden van het Convent bijna algemeen van gevoelen waren, dat cagliostro niets anders, dan een kwakzalver was, had men echter niet geaarzeld, hem uit te noodigen, ten einde in staat te zijn, indien dit gevoelen gegrond was, hem te ontmaskeren, of, ingeval hij werkelijk de wetenschap bezat, waarop hij pochte, partij te trekken van de inlichtingen, die hij kon geven. Om eene dergelijke rede besloot men ook, ondanks zijn laatsten brief, met hem in ruggespraak te treden, en zelfs, zoo het noodig en niet met de eere in strijd was, hem eenige inwilligingen te doen. Tot dat einde zond men hem eenige Broeders. Hij ontving ze met onderscheiding, en bood aan, om eenige Leden van het Convent, die men hem zou aanduiden, in de mysteriën van zijn' Ritus in te wijden, ten einde zoo veel mogelijk het doel, hetwelk de vergadering beoogde, te bereiken. Maar op het eigen oogenblik, dat de vergadering zich gereed maakte, om de Metselaars te kiezen, die de inwijding tot den Egyptischen Ritus moesten ontvangen, bedacht cagliostro zich andermaal, schreef een nieuwen brief, waarin hij zich beklaagde, dat men zijne woorden verkeerd had uitgelegd, en verklaarde, dat hij vast hield aan hetgeen hij had besloten, en alzoo de Egyptische inwijding noch aan de vergadering, noch aan een gedeelte harer leden zoude geven, dan nadat de archieven, waarop men zoo veel prijs stelde, zouden verbrand zijn. Van toen af werd alle onderhandeling afgebroken. Dit voorval hield de zittingen van het Convent voor een goed deel bezig; het werd den 26sten Mei gesloten en had, gelijk wij reeds zeiden, geenerlei uitkomst. De Philaleten riepen in 1787 een tweede Convent bijeen. Daar beredeneerde men een hervormingsplan, door den Prins van Hessen-Darmstadt ingezonden, hetwelk, na vele debatten, werd verworpen; daar las men een verslag over eene nachtwandelaarster, die in hare magnetische crisis als een doctor geredeneerd had over bovennatuurkunde en theosophie. Het Convent hield 29 zittingen, bijna even nietsbeteekenend als die, welker onderwerpen wij daar noemden. Van dag tot dag verminderde het getal der aanwezigen. De Voorzitter, Broeder savalette de langes, wel voorziende, dat deze vergadering, gelijk de vorige, zou mislukken, sprak zelf de sluiting uit. Alzoo was niet een der vraagstukken, die aanleiding tot de bijeenkomst gegeven hadden, opgelost, en de oorsprong, de aard en het doel der Maçonnerie werden er niet eens aangeraakt en nog veel minder behandeld.
_alg008alge01_01_3_59
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 61 }
[Convent Wilhelmsbad] CONVENT WILHELMSBAD. Het Convent van Lyon was de voorlooper van dat, hetwelk den 16den Julij 1782 werd gehouden te Wilhelmsbad, onder het voorzitterschap van den Hertog ferdinand van Brunswijk. Het doel der bijeenroeping, reeds in September 1780 ontworpen, was, eene algeheele hervorming in de Vrijmetselarij daar te stellen. Onder de 10 voorgestelde vraagstukken waren deze de voornaamsten: ‘Is de Vrijmetselarij een genootschap van nieuweren oorsprong? Is zij integendeel aan een ouder genootschap ontleend? En indien dit het geval is, van welk genootschap is zij dan de voortzetting? Heeft de Vrijmetselarij algemeene Opperhoofden? Welke zijn die? Wat is hunne taak? Bestaat die in bevel te voeren of in te onderwijzen?’ Dit programma werd evenwel niet ter sprake gebragt; men verklaarde enkel, dat de Vrijmetselaars niet de opvolgers van de Tempeliers waren. Men stelde een' nieuwen Ritus in, onder den naam van Orde der weldadige Ridders van de heilige stad, en men benoemde Hertog ferdinand van Brunswijk tot algemeen Grootmeester van het verbeterd stelsel. Het Martinismus, waardoor dit Convent bedektelijk was uitgelokt, oefende er den meesten invloed uit; deszelfs leerstellingen dreven in de nieuwe Ritualen boven, en de naam van de Moeder-Loge der Martinisten, de weldadige Ridders, kwam zelfs in de benaming der hervorming voor; ook namen hunne Loges zonder uitzondering den verbeterden Ordesregel aan, in de plaats der Metselarij van saint-martin. Dit stelsel werd vooral in Frankrijk, Zwitserland en Italië verspreid, doch het maakte slechts luttel opgang in Duitschland, alwaar men nog lang de voorkeur gaf aan het tempelstelsel, in zijne verschillende onderverdeelingen. Terwijl de algemeene vergadering van Wilhelmsbad bijeen was, deed eene Duitsche Loge, Frederik van den gouden Leeuw, eene memorie voorlezen, verzeld door eenen brief van Prins frederik van Brunswijk; zij beloofde nieuwe kun-digheden aan het licht te brengen, de namen der onbekende overheden te openbaren, en het echte Rituaal der hoogere Maçonnerie mede te deelen; maar het Convent besliste, dat men omtrent dit voorstel tot de orde van den dag zoude overgaan. Overigens waren reeds vooraf al de punten beklonken, en de drijvers der vergadering hadden besloten, langs alle mogelijke wegen tot hun doel te geraken; ook werden al zulke personen, die, naar hunne meening, met andere of strijdige inzigten kwamen, zorgvuldig van de zamenkomst uitgesloten.
_alg008alge01_01_3_60
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 62 }
[Convocatie] CONVOCATIE. Berigt, wanneer de gewone of buitengewone vergaderingen gehouden zullen worden.
_alg008alge01_01_3_61
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 63 }
[Copthe of Kopte] COPTHE of KOPTE. (De Groot-) De titel, die cagliostro zich in de door hem daargestelde Vrijmetselarij gaf.
_alg008alge01_01_3_62
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 64 }
[Cordons] CORDONS. Deze wijzen den graad eens Broeders in de Vrijmetselarij aan, of de betrekking, die iemand als Officier bekleedt.
_alg008alge01_01_3_63
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 65 }
[Cordova. (Luis)] CORDOVA. (Don LUIS) Een jong Spaansch Officier, die met ferdinand VII, ten gevolge van den opstand in 1820, in Frankrijk de wijk had genomen, had zich als Vrijmetselaar te Parijs doen aannemen, en was in 1822 in de Loge la Clémente Amitie geaffilieerd. In Spanje teruggekeerd zijnde, werd hij als Secretaris gevoegd bij het gezantschap van den Hertog van villahermosa, aan het hof der Tuileriën. Zijne benoeming als zoodanig was officieel aangekondigd, en hij werd elk oogenblik te Parijs verwacht, toen een onbekende, versierd met het kruis van het Legioen van eer, zich als Fransch oud-Officier, aanmeldde bij Broeder de marconnay, achtbare Meester van de Clémente Amitie, en dezen vertelde, dat Br∴ luis cordova hem gelast had, zijn diploma te ligten, daar hij de Loges op zijnen weg, vooral die van Bordeaux, wenschte te bezoeken. Er werd oogenblikkelijk gevolg gegeven aan dit verzoek; het diploma had eene andere bestemming. Het werd naar Spanje gezonden, en aan ferdinand vertoond, als het diploma van den ouderen Broeder van Don luis, den Graaf cordova, die een' hoogen post aan het hof bekleedde, en bij den monarch in blakende gunst stond. Bij den eersten blik op het diploma gloeide ferdinand van toorn en verontwaardiging; hij liet den Graaf cordova ontbieden, en verweet hem in de grievendste bewoordingen, dat hij, door eene den duivel waardige verbindtenis, in eene Broederschap was getreden, die in openbaren strijd was met goddelijke en menschelijke wetten. De Graaf, zich zonder redding verloren achtende, zocht zich niet te verschoonen; maar, ter prooije aan de vreesselijkste wanhoop, was hij nog naauwelijks in zijn huis teruggekeerd, of hij schoot zich voor het hoofd. Met dit uitwerksel was men nog niet voldaan. Het diploma werd nu aan den Hertog villahermosa gezonden, die niet minder een afschuw van de V∴ M∴ had als ferdinand, en cordova voorloopig is zijn hotel gevangen zette en de vervolging begon. Eenige vrienden van den beschuldigde zeiden, dat het diploma welligt van een' anderen cordova was, van welken naam er onderscheiden Officieren bestonden. Van den anderen kant maakte men Br∴ marconnay, Reg∴ M∴ van de Clements Amitié, met het geval bekend, vóór hij voldeed aan den last van den Ambassadeur, om voor denzelven te verschijnen. Toen hij bij den Hertog kwam, zorgde deze, dat er een stuk huisraad tusschen hen beiden stond, om in geene aanraking met een V∴ M∴ te komen. De Hertog vraagde, of hij den persoon zoude herkennen, aan wien het diploma afgegeven was. Op het toestemmend antwoord werd cordova binnen gebragt. De Hertog vraagde nu: ‘Gelooft gij aan het Evangelie?’ ‘Ja.’ ‘Wilt gij dan daarop zweren, dat het diploma niet aan dien persoon is afgegeven, en dat gij hem niet kent?’ Waarop marconnay antwoordde: ‘Ik zweer op dat boek, dat ik het diploma, niet aan den mij voorgestelden persoon heb afgegeven.’ Cordova werd daarop in vrijheid gesteld, werd later gezant in Portugal, vervolgens Generaal der Christinos en bleef op het slagveld.
_alg008alge01_01_3_64
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 66 }
[Corybanten] CORYBANTEN. Zie phrygië.
_alg008alge01_01_3_65
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 67 }
[Cosmopoliet] COSMOPOLIET. (Wereldburger.) De derde graad der Afrikaansche Bouwheeren.
_alg008alge01_01_3_66
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 68 }
[Cotytten] COTYTTEN. Zie thracië.
_alg008alge01_01_3_67
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 69 }
[Court de Gebelin. (Anton)] COURT DE GEBELIN. (ANTON) Uit de vermenging der leerstellingen van swedenborg en paschalis was in 1773, in de Loge der Amis Réunis te Parijs, de Ordesregel der Philaleten, of zoekers der waarheid. De uitvinders van dit stelsel waren de Broeder savalette de langes, Koninklijk Schatbewaarder, de Burggraaf van tavannes, de President d'hericourt, de Prins van Hessen; de Broeders van sainte-james en Broeder court de gebelin, schrijver van le Monde primitif. De kundigheden van hetzelve waren verdeeld in twaalf klassen, of kamers van onderrigt. De zes eerste klassen werden aangeduid onder den naam van kleine Metselarij; de zes laatste heetten hooge Metselarij. De klassen der eerste afdeeling waren die van Leerling, Gezel, Meester, Uitverkorene, Schot en Oostersche Ridder. Tot de tweede afdeeling behoorden de Rozenkruizen, de Tempelridders, de onbekende Philosophen, de verheven Philosophen, de Ingewijden, en eindelijk de Philaleten of Meesters in alle graden, die alleen de geheimen der Orde bezaten, en hare Opperhoofden en Beheerschers waren. Gelijk alle andere Maçonnieke hervormingen, strekte ook die der Philaleten, om den mensch te volmaken, en hem zijnen goddelijken oorsprong nader bij te brengen. Overigens waren de leerstellingen die zij hadden aangenomen, voor wijziging vatbaar, en de ingewijden poogden aanhoudend den kring hunner ontdekkingen in de verborgene wetenschappen uit te breiden. De Loge der Amis Réunis, het middelpunt van het stelsel, bezat belangrijke archieven en eene bibliotheek, waarin alles was zamengebragt, wat er over de verschillende geheime leerstellingen was geschreven. Zij had ook een zeer schoon kabinet voor natuurkunde en natuurlijke geschiedenis. Broeder savalette de langes was de bewaarder van al deze schatten. Bij zijnen dood, die in 1778 voorviel, geraakte alles verstrooid en verloren, terwijl het genootschap ophield bijeen te komen.
_alg008alge01_01_3_68
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 70 }
[Coustos, (Jan)] COUSTOS, (JAN) geboren te Bern, in Zwitserland, waar zijn vader Architect was, doch op aanzoek van eenen zijner vrienden met zijn huisgezin naar Engeland overstak, en zich te Londen met der woon vestigde, bleef zich op het vak der bouwkunde toeleggen bij zijnen vader, totdat hij den leeftijd van 22 jaren bereikt had. Toen verlangde hij de wijde wereld in te gaan, en, door middel der kundigheden, welke hij had opgedaan, elders zijne fortuin te beproeven. Zijn vader be-willigde in zijn voornemen, en van goede getuigschriften van andere lieden der kunst voorzien, verliet hij het ouderlijke huis en stak het kanaal over, zich naar Parijs begevende, alwaar hij aan de Galerie der Louvre werkte. Na een verblijf van 15 jaren te Parijs, gedurende welken tijd hij geene gelegenheid liet voorbij gaan, om meerdere kennis en ondervinding in zijn vak op te doen, verliet hij deze hoofdstad en begaf zich naar Lissabon, in de hoop, er gelegenheid en brieven van aanbeveling te vinden, om van daar naar Brazilië over te steken, alwaar hij zich voorstelde, beter vooruit te zullen komen, en welk land hij gaarne bezoeken wilde. Daar de gewenschte gelegenheid hiertoe zich niet zoo spoedig opdeed, als hij wel verwacht had, werd hij genoodzaakt, langer, dan hij had gedacht te Lissabon te blijven. Hij bevond zich hier in eenen der hoofdzetels van de gevreesde Inquisitie, een geregtshof, of liever eene zamenspanning van bijgeloovige beulen, vooral waakzaam ten opzigte van vreemdelingen, of zij ook met eenig geheim genootschap in betrekking stonden, hetgeen vooral plaats had ten aanzien van zulke vreemdelingen, die bekend stonden van tot de Protestantsche belijdenis te behooren. In weerwil en als ten spijt van al het argwanend toezigt van het zoogenaamd Heilig Officie, had men nogtans te Lissabon eene Loge van Broeders Vrijmetselaren weten tot stand te brengen, en waartoe hij, die tot eene der Engelsche Loges behoorde, ook als lid werd toegelaten. Gedurende meer dan een jaar, dat coustos zich te Lissabon ophield, ontweek hij het Argusoog van het kettergerigt, doch viel eindelijk in deszelfs handen. Den 5den Maart 1743, des avonds tusschen negen en tien ure werd hij gevat, terwijl hij zich in een koffijhuis bevond. Op eenigen afstand van het koffijhuis stond een rijtuig gereed, met twee muilezels bespannen. Na hem zijnen degen te hebben ontweldigd, dwong men hem, dit voertuig te beklimmen. Bij zijne aankomst in het gevangenhuis der Inquisitie werd hij door eene soort van Onderschout van de dienaars overgenomen. Deze leverde hem over aan eenige dienaren van minderen rang, en verliet hem daarop, zeggende, den Presi-dent van zijne aankomst te gaan verwittigen, en diens nadere bevelen omtrent hem te zullen vragen. Terug gekomen zijnde, gelastte hij den dienaren, de kleederen van den gevangene te doorzoeken, en dezen alles te ontnemen, wat hij bij zich had, zoo als geld, brieven, messen of wapenen, enz. Hij werd daarop in een hok gebragt, dat met verscheidene grendels achter hem gesloten werd, terwijl men hem ten scherpste vermaande, om niet hard of overluid te spreken, en dat hij zich zoude hebben te wachten van tegen de wanden zijner gevangenis te kloppen, of ander gedruis te maken; hem tevens te kennen gevende, dat, bijaldien hij de tegenwoordigheid der wacht of van den cipier mogt noodig hebben, hij zich alsdan had te bedienen van eenen klopper, dien hij konde bereiken, door zijnen arm tusschen de ijzeren traliën te steken, welke aan het achterbeschot der deur van zijne gevangenis zaten vast geklonken. Op den tweeden dag na zijne gevangenneming verscheen er een bediende der Inquisitie, die hem zeide in last te hebben, hem te scheren en het haar te snijden, om in eene betamelijke houding voor zijne regters te kunnen verschijnen. Deze zijn' arbeid verrigt hebbende, trad een ander dienaar het hok binnen, en hij werd onder geleide der wacht voor eene soort van regtbank gebragt, uit den Voorzitter en vier Raden Inquisiteurs bestaande. Hij moest blootshoofds voor hen verschijnen. Na drie verhooren ondergaan te hebben, werden de punten van beschuldiging opgemaakt, welke in de hoofdzaak hierop nederkwamen: Dat jan coustos zich schuldig had gemaakt aan verkrachting van de plaatselijke voorschriften en verordeningen, door zich te laten inlijven bij de Orde der Vrijmetselaren, als makende deze Orde eene afgrijsselijke zamenzwering uit tot het bedrijven van de snoodste heiligschennis, van onnatuurlijke wellust en de grofste schandelijkheden van allerlei aard, welk een en ander genoegzaam was op te maken uit de onschendbare geheimhouding, waartoe al de leden der Orde verbonden waren, als ook uit de verwijdering en uitsluiting van de andere sekse van het lidmaatschap der Orde. Dat alzoo de wandaden, welke in dezen schuilhoek van boosheid werden gepleegd, zoowel tegen de wetten van den Staat als van de Kerk aandruischten. Dat alzoo genoemde jan coustos, volhardende bij zijne weigering, om aan het Hof de ware strekking en het doel der Vrijmetselarij te openbaren, en blijvende bij zijn beweren, dat deze vereeniging in haren aard goed en deugdzaam was, de aanklager eischte, dat deze gevangene met alle gestrengheid zou worden vervolgd, en dat mitsdien het Hof verzocht werd, deszelfs volle magt en gezag daartoe aan te wenden, en zelfs door middel van pijnigingen, ten einde van den gevangene de noodige bekentenissen te verkrijgen, waardoor de beschuldiging gestaafd zoude worden.’ De President deed den gevangene deze aanklagte voorleggen, met bevel, om dezelve mede te onderteekenen; doch toen hij zulks volstandig bleef weigeren, werd hij naar zijne gevangenis terug gebragt. Na verloop van eenige dagen werd hij wederom voor de regtbank gebragt, bij welke de Kardinaal da cunha, Opper-Inquisiteur, het voorzitterschap bekleedde, die hem eene akte of een vonnis deed voorlezen, behelzende het goedvinden van het Hof, dat hij verwezen werd tot het ondergaan der pijniging, ten gevolge van zijne weigering, om de waarheid te zeggen en de eigenlijke strekking en bedoelingen van het snoode genootschap der Vrije Metselaren aan het H. Officie bekend te maken. Oogenblikkelijk daarna werd hij door twee sterke kerels aangegrepen en naar eenen kerker gesleept, die tot folterkamer diende. Weldra werd hij aangegrepen door zes vermomde beulen, die, na de werktuigen der pijnbank in gereedheid te hebben gebragt, hem naakt uitkleedden, aan eenen ijzeren halsband vastmaakten, en zijne voeten met ijzeren kluisters boeiden. Zij dwongen hem alstoen zijne beenen uit te strekken, en bonden hem vervolgens in de moeijelijkste houding vast. Zijne armen en beenen werden daarenboven nog met sterke koorden vastgemaakt, waarvan de einden door gaten gingen, die in het foltertuig gemaakt waren, en welke op een gegeven teeken door vier beulen gelijkelijk uit al hunne magt aangetrokken werden, waardoor zijne leden op eene zoo ongehoorde wijze werden uitgerekt, dat de koorden of touwen, door het sterke aantrekken, zoo diep in zijn vleesch drongen, dat zij schier het gebeente raakten, en het bloed hem uit acht onderscheidene wonden tegelijk afvloeide. Daar hij volstandig bleef weigeren, iets anders te zeggen, dan hij bij zijne vroegere verhooren gedaan had, werd deze ver-schrikkelijke foltering tot vier malen hervat. Na acht malen deze pijnigingen, van welke de laatste het hevigste waren, te hebben doorgestaan, bragt evenwel coustos er het leven af, tot verwondering zijner beulen, die, misschien om eenige houding aan de zaak te geven, hem, toen hij aan de betere hand begon te komen, tot vier jaren galeistraf veroordeelden. Deze beslissing van het geregtshof der Inquisitie hem bekend gemaakt, en hij naar de plaats zijner veroordeeling overgebragt zijnde, werd hij bedacht, zich van daar te verwijderen. Hij had namelijk een' zwager, die in dienst van den Graaf van harrington was. Aan dezen liet hij door een' zijner vrienden eenen brief schrijven, waarbij deze hem een omstandig verslag gaf van den beklagenswaardigen toestand, in welken zich coustos bevond. Hij deed hem verzoeken, de hulp en belangstelling van zijnen meester, die een vermogenden invloed op het Staatsbewind van Groot-Brittanje had, voor hem in te roepen. Zijn behuwdbroeder voldeed hieraan, en de Graaf van harrington beloofde hem, zijne goede diensten daartoe te zullen aanwenden. Hij maakte den Hertog van Newcastle, een der eerste Secretarissen van staat, met het deerniswaardig lot van coustos bekend, en deze staatsman wist bij den Koning van Engeland te verwerven, dat de Engelsche gezant bij het hof van Portugal gelast werd, zijne uitlevering en in vrijheidstelling als Britsch onderdaan te vorderen. De gezant, drong dienvolgens bij de Portugesche regering op zijne onmiddellijke invrijheidstelling aan. Aan dezen aandrang werd dan ook voldaan in het laatst der maand October des jaars 1744. Hij werd op nieuw voor den Inquisitieraad geleid; de Voorzitter gaf hem te kennen, dat de Kardinaal da cunha bevel gegeven had tot zijne in vrijheidstelling, en na vier dagen erlangde hij zijn ontslag uit het bagno, of den slavenkerker van Lissabon. Coustos zich alzoo weder op vrije voeten bevindende, begaf zich aan boord van een Hollandsch vaartuig, en kwam, na eene reis van eenige weken, den 15den December 1744 in den schoot zijner familie behouden te Londen aan.
_alg008alge01_01_3_69
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 71 }
[Crudeli] CRUDELI was een Florentijner, die sedert lang zuchtte in de gevangenis der Inquisitie te Florence, dewijl hij verdacht was van Vrijmetselaar te zijn. Hij werd op het aanhoudend en dringend verzoek der Loges van Engeland in vrijheid gesteld, wordende hem tevens een geldelijken onderstand van 20 pond sterling verstrekt.
_alg008alge01_01_3_70
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 72 }
[Culdeërs] CULDEëRS. Zie kuldeërs.
_alg008alge01_01_3_71
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 73 }
[Cureten] CURETEN. Zie dactylen.
_alg008alge01_01_3_72
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 74 }
[Cyferschrift] CYFERSCHRIFT. Zie geheimschrift en geheime getallen.
_alg008alge01_01_3_73
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 4, "section": 75 }
[Cyrus] CYRUS. Stichter der Perzische monarchie. Volgens de geschiedkundige overleveringen van eenige hoogere graden, had hij eenen droom, waarin God hem in de gedaante van eenen brullenden leeuw verscheen, hem bevelende, de gevangene Israëlieten vrij te laten, met bijvoeging, van aan dit bevel niet alleen te gehoorzamen, maar ook, om de terugkeerenden alle geroofde heilige goederen en schatten terug te geven. In de graden van de Ridders van het Oosten, van den Degen en Prins van Jeruzalem, voert de A∴ M∴ den naam van cyrus.
_alg008alge01_01_3_74
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 1 }
[Dagran (Lodewijk)] DAGRAN (LODEWIJK) zat voor als President in de algemeene vergadering, welke 13 Hollandsche Loges, op den 27sten December 1756, in den Haag hielden, om eene Groote nationale Loge tot stand te brengen, waartoe de Loge l'Union Royale het plan ontworpen had. De uitslag dezer bemoeijingen en der opgekomene algemeene vergadering was, dat de grond gelegd werd tot het bestaan van het tegenwoordig Groot-Oosten der Vereenigde Nederlanden, terwijl de keuze tot eersten Grootmeester derzelve viel op den Baron aerssen van beijeren tot hoogerheide. Zie aerssen en nederland.
_alg008alge01_01_4_0
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 2 }
[Dames] DAMES (De Schotsche) van het hospitaal van den berg Thabor, eene vrouwelijke Orde, die zich heeft vereenigd met de Loge des Commandeurs du Mont Thabor, te Parijs. Buiten het doel van onderhoudende bijeenkomsten, is weldadigheid jegens zieken en herstellenden haar hoofddoel. (Zie het Art. vrouwen maçonnerie.)
_alg008alge01_01_4_1
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 3 }
[Darius] DARIUS. De titel of naam van den Voorzitter in den graad van Prins van Jeruzalem.
_alg008alge01_01_4_2
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 4 }
[David I] DAVID I, Koning van Engeland, gaf in 1124 privilegiën aan de Vrijmetselaren in Schotland, en verklaarde zich tot hunnen Grootmeester.
_alg008alge01_01_4_3
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 5 }
[Decazes] DECAZES, (De Hertog) Elie decazes, Hertog van Glucksbierg, in Denemarken, werd geboren te St. Martin de Laye, bij Libourne, departement de la Gironde, op den 28sten September 1780, uit een oud geslacht, waarvan een lid adelsbrieven had bekomen van hendrik IV. Deze huwde in 1805 de tweede dochter van den Graaf muraire, eerste Voorzitter van het Hof van cassatie, Luitenant Souverein Groot-Kommandeur van het Schotsche systema, 35e. graad. Decazes werd Regter in de Regtbank van eersten aanleg en in 1810 Raadsheer in het Keizerlijk Hof. Ten gevolge van deze regterlijke posten, kwam hij ook later in staatkundige betrekkingen. De Prins lodewijk, Koning van Holland, had hem eenige jaren te voren benoemd tot Kabinetsraad, President van zijnen Raad, bijzonder te Parijs. Bij napoleons terugkomst van het eiland Elba behoorde hij onder het klein getal dergenen, die meende, niet ontslagen te zijn van den eed, aan lodewijk XVIII afgelegd. Bij de tweede herstelling werd hij benoemd tot Prefect van Policie, en betoonde in dezen post eene groote naauwgezetheid en een geest van regtvaardigheid, die hem de achting van het algemeen deden verwerven. Eene lijst van ban-nelingen, bevattende 68 namen, en geteekend door den Hertog van Otrante, werd door hem tot 38 gebragt. Onder de personen, die door decazes werden doorgehaald, behooren montalivet, de vader, en benjamin constant. Tot Gedeputeerde verkozen, trad hij als Minister van Policie in het Kabinet, bestuurd door den Hertog de richelieu. Door den heer de sesmaisons beschuldigd zijnde, van met de marbois, zegelbewaarder, in de vlugt van de la valette behulpzaam te zijn geweest, had hij zijn behoud alleen te danken aan zijne tegenwoordigheid van geest en aan de gevatheid des Konings, die de kommissie van de kamer, welke rapporteerde, dat de beide Ministers de achting van het volk verloren hadden, antwoordde: ‘Welnu, ik zal het gaan onderzoeken!’ Gedurende zijn bestuur begunstigde hij bijzonder den handel, de landbouw en nijverheid. Decazes, die ziekelijk en zwak was geworden, door de menigvuldige onaangenaamheden, welke hij gedurende zijn bestuur had ondervonden, werd opgevolgd door den Hertog de richelieu, terwijl decazes, Minister van Staat, Hertog en Ambassadeur van Engeland werd, welke betrekking hij in 1822 nederlegde. De Hertog decazes was in 1818 gehuwd met de dochter van den Graaf st. aulaire; de Hertogin decazes was door hare moeder, de kleindochter van den laatst regerenden Prins van Nassau-Saarbruck, en achternicht van de Hertogin van Brunswijk-Bevern, aan welke de Koning van Denemarken, voor het huwelijk van hare nicht, het Hertogdom Glucksbierg, in Holstein schonk, waarvan de titel, op den oudsten zoon uit dit huwelijk voortgesproten, den Broeder louis decazes van glucksbierg kwam. De jonge Hertog was behalve dat, Gedeputeerde van den Souverein Commandeur Grootmeester van den Suprème Conseil van Frankrijk, en daarna Souverein Grootmeester van Denemarken. Tot het jaar 1830 bekleedde hij de betrekking van Minister, doch bedankte toen, en in 1834 werd hem de betrekking van Groot-Referendaris opgedragen. Aangaande zijne betrekkingen als V∴ M∴ weten wij, dat decazes in 1808 lid van de Loge Anacreon was; dat hij den 18den Augustus 1818 benoemd werd tot President van eenen Areopogus der Ridders Kadosch (30e. graad); dat hij den 15den September daaraanvolgende door den Suprême Conseil van Amerika, werd benoemd tot Souverein Groot-Kommandeur van het oud en aangenomen Schotsch systema, tevens belast met het inwendig bestuur daarvan over Frankrijk. In deze betrekking bepleitte hij de zaak der V∴ M∴ voor lodewijk XVIII, en hield haar tegen alle vooroordeelen en dwalingen staande. Wij weten nog, dat den 17den September van hetzelfde jaar de Souverein Groot-Kommandeur, de Hertog decazes, en de Suprème Conseil de G∴ L∴ oprigtte der Propagateurs de la tolérance (Bevorderaars van verdraagzaamheid), voorgezeten door den Generaal Graaf de fernig. Den 2den December deszelfden jaars overhandigde hij, uit naam van den Suprème Conseil, den Koning eene medaille, geslagen ter gedachtenis der ontruiming van den Franschen grond door de vreemde troepen, die op de eene zijde het beeld des Konings draagt, met het opschrift: Aan lodewijk XVIII, Koning van Frankrijk, door de dankbare Schotsche V∴ M∴, en die aan de keerzijde dit opschrift droeg: Graaf decazes, zeer magtige uitverkoren Souverein Groot titulair Conservateur. Tempel ingewijd; Groote Loge geinstalleerd. Aftogt der Vreemdelingen, October 1818. De Vorst nam dezelve gretig aan, en beloofde deze medaille in gedachtenis te zullen houden, er bijvoegende, dat hij dezelve altijd bij zich zoude dragen, doordien zij hem zulke gelukkige en verblijdende voorvallen herinnerde. Hoezeer de VV∴ MM∴ ook in verscheidene moeijelijke omstandigheden bedreigd werden, heeft de Hertog decazes nooit gevreesd, hen voor te staan en te beschermen, tot in 1821, toen de VV∴ MM∴ in twee Maçonn∴ senaten werden verdeeld. De Hertog decazes schaarde zich onder den schepter der Groot-Kommandeurs, de Graven de valence en ségur. Maar na den dood van den Hertog de choiseul kwamen de leden van den Suprème Conseil hem smeeken, diens betrekking op zich te nemen, welke hij den 24sten Junij 1858 aanvaardde, en optrad als Groot-Kommandeur, Grootmeester. Onder zijn bestuur is de Suprème Conseil tot aan de verste punten des aardbols verspreid. De Hertog louis de glucksbierg, zoon van den Hertog decazes, mede V∴ M∴, door den Koning der Franschen aan dien van Denemarken gezonden zijnde, heeft hij vriendschappelijke betrekkingen aangeknoopt met de Deensche V∴ M∴, waarin deze Vorst zelve voorzit.
_alg008alge01_01_4_4
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 6 }
[Degen] DEGEN (De) maakt in vele Fransche en Nederlandsche Loges nog een wezenlijk deel van de kleeding des Vrijmetselaars uit. In vele Duitsche Loges daarentegen wordt dezelve niet meer gebruikt. Voormaals mogt hij (6e. gr. N.R., 15e. en 16e. gr. Sch. R.) welligt dienen tot verdediging van de gewijde plaats, in navolging van de werklieden van den tempelbouw van Jeruzalem, onder zerubbabel, die in de eene hand met den troffel, en in de andere hand met het zwaard arbeidden, om hunne vijanden te verjagen, en ongestoord hun heilig werk te kunnen verrigten. De Broeders vormen met hunne degens het stalen gewelf. Zie kleeding.
_alg008alge01_01_4_5
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 7 }
[Degen] DEGEN. (Ridder van den) Zie ridder van het oosten.
_alg008alge01_01_4_6
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 8 }
[Degen- of Zwaarddrager] DEGEN- of ZWAARDDRAGER. Zekere betrekking, in de Schotsche Loges gebruikelijk.
_alg008alge01_01_4_7
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 9 }
[Dekken] DEKKEN is, den ingang eener Loge, voor het indringen van oningewijden te bewaren; gedekt zijn, is buiten gevaar te verkeeren van door Profanen gezien of gehoord te worden. Eene Loge dekken is ook, dezelve voor eenen bepaalden of onbepaalden tijd verlaten.
_alg008alge01_01_4_8
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 10 }
[Dekker] DEKKER, of wachthebbende Broeder, is dat lid eener Loge, welke binnen of buiten aan de poort staat, en zorg draagt, dat niemand in den tempel kome, welke bij hem niet als Vrijmetselaar bekend is, zonder dat hij zich door W∴, T∴ en A∴ heeft doen kennen.
_alg008alge01_01_4_9
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 11 }
[Delille (Jacques Montanier)] DELILLE (JACQUES MONTANIER) werd in het jaar 1738 in Aigue-Perse, eene kleine stad in Auvergne, geboren. Hij was de natuurlijke zoon van eenen Advokaat van Clermont, den Heer montanier, die hem jaques montanier liet doopen, en hem bij zijn sterven een pensioen van honderd kroonen naliet. Delille werd vroeg tot den geestelijken stand opgeleid, en droeg zijn gansche leven den titel van Abt. Reeds in zijne vroege jeugd studeerde hij te Parijs, in het kollegie van lisieux, waar hij zijn' smaak vormde. Bij zijn vertrek uit hetzelve werd hij Hoogleeraar bij dat van Amiens, waar hij den geleerden delambre onder zijne kweekelingen telde. Hier ondernam hij zijne vertaling der Georgica, die, in 1769 voor de eerste maal bekend gemaakt zijnde, hem van den letterkundigen frederik II, Koning van Pruissen, de loffelijke getuigenis verwierf, dat dit het eenige oorspronkelijke werk was, hetgeen hij sedert langen tijd gezien had. Deze vertaling verdient buiten twijfel niet alleen bewondering, uithoofde der menigte van overwonnen hinderpalen en vooroordeelen, maar is ook van dien aard, dat zij onder alle gedichten, sedert meer dan eene eeuw uitgegeven, voor de Fransche dichtkunst de ongekendste en nieuwste rijkdommen heeft aan het licht gebragt, om welke reden voltaire hem publius virgilius delille noemde. In 1774 lid van de Fransche Akademie geworden, en sedert dien tijd lid van het Instituut en onderwijzer der Latijnsche dichtkunde aan het Collège de France, voltooide hij, weinige jaren daarna, zijn gedicht les Jardins, hetwelk bijna in alle talen is overgezet. Eenigen tijd later vergezelde hij den Heer choiseul gouffier, eenen zijner vrienden, naar Konstantinopel, begaf zich vervolgens naar Athene, en schreef van daar, door het gezigt der aloude gedenkstukken verrukt, eenen brief aan Mevrouw de vaines te Parijs, die grooten opgang maakte. Van Athene te Konstantinopel teruggekeerd, bragt hij daar den winter en genoegzaam den zomer door op het bekoorlijke landgoed Tarapea, over den mond der Zwarte Zee gelegen, en arbeidde hier aan zijn gedicht l'Imagination. Na zijne terugkomst in zijn vaderland, vervulde delille, met even goed gevolg, zijnen post als Hoogleeraar in de fraaije letteren bij de Universiteit, en dien in de poëzy, zijnenthalve bij het Collège de France, daargesteld, en had talrijke toehoorders, die hem Juvenalis, Horatius en bovenal zijnen geliefden Virgilius hoorden verklaren. In het jaar 1794 verwijderde zich delille van Parijs, en begaf zich naar St. Diez, in Lotharingen, waar hij, in den schoot der diepste eenzaamheid, de vertaling van den Aeneas voltooide, welke hij reeds voor dertig jaren ondernomen had. Ten tijde der omwenteling vervaardigde hij, op last van den Procureur der gemeente, de fraaije Dithyrambe sur l'immortalité de l'ame, welke ten voordeele der gevangenen werd uitgegeven, en waarvan in 1803 eene goede dichtmatige vertaling, onder den titel: de onsterfelijkheid der ziel, werd uitgegeven door j. immerzeel, jun. De algemeene onrust in Frankrijk, en de elkander snel opvolgende omwentelingen, deden hem de wijk naar Bazel nemen, van waar hij in 1796 naar het bevallig Zwitsersch dorp Gleiresse, regt tegenover het eiland St. Pierre, vertrok. Hier vond hij alles, wat zijne zucht voor de schilderachtige tooneelen der natuur konde streelen, en voltooide hij zijn gedicht l'Homme des Champs, door bilderdijk vertaald onder den titel van het Buitenleven. In 1798 begaf hij zich naar Duitschland, vertoefde inzonderheid in den omtrek van Hamburg, en schreef in deze streken zijn gedicht la Pitié, waarvan eene Nederduitsche vertaling bestaat, onder den titel van het Mededoogen, door j. immerzeel, jun. uitgegeven in 1804. Hij stak hierop naar Engeland over, bleef twee jaren te Londen, en bragt in dien tijd het verloren Paradijs, van milton, in Fransche verzen over. Na de herstelling der rust in Frankrijk keerde delille in 1801 naar Parijs terug met de vruchten van zijnen arbeid, en vond hier op nieuw ware vrienden en talrijke lezers. Hij was een man van beschaafde, zachte zeden en vol van geleerdheid; hij was het vermaak van al de gezellige kringen waarin hij verkeerde, en niemand sprak zoo bevallig, of luisterde op zijne beurt met zoo vele inschikkelijkheid als hij. Als Vrijmetselaar schitterde hij als eene ster van de eerste grootte. De Loge les neuf Soeurs telde hem onder hare leden. Wij moeten evenwel erkennen, dat de schrijver van het naauwkeurig geschiedverhaal der Vrijmetselarij, sedert haar ontstaan in Frankrijk tot in 1829, zich heeft bedrogen, daar waar hij zegt, dat delille reeds lid was voor de hervatting harer werkzaamheden in 1806. Er bestaat een woordelijk afschrift van de beschrijving van dit tijdvak, zoo als het in het G∴ O∴ van Frankrijk bestond. Men vindt daarin geenszins den naam van delille. Daarentegen vindt men in 1783, in de archieven der Loge la Clemente Amitié, den naam van den Abt delille, lid van de Fransche Akademie, wonende in het Collège Royal. De daarvan bestaande teekenpl∴, welke 108 namen bevat, geeft delille slechts den Leerlingsgraad. Dit stuk voert ook de namen van pastoret, choffard, cormenin, la lande, franklin, cubières, chailhava, sebastien lemercier, piccini, françois de neufchateau, fontanes, paul jones, cabanis, boucher, greuze, lacépède, vernet, houdon, garat, dupaty, lays, guinguené, candeille, allen het puik der kunsten en wetenschappen. Eene bijna volslagen blindheid belette den waardigen man eindelijk, zijnen post bij het Collège de France verder waar te nemen, en zijne krachten toe te wijden aan de K∴ K∴, terwijl vier aanvallen van beroerte hem, den eersten Mei 1813, voor den O∴ B∴ d∴ H∴ deden verschijnen. Zijn lijk werd eenige dagen in eene der zalen van het Collège de France ten toon gesteld, en vervolgens op eene zeer plegtige wijze ter aarde besteld.
_alg008alge01_01_4_10
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 12 }
[Deltha] DELTHA. De Grieksche letter D (Δ), door welke figuur aangewezen wordt de stralende driehoek, die reeds bij de Egyptenaren het beeld der Godheid was, en ook in de Vrijmetselarij dezelfde beteekenis heeft. Zie driehoek.
_alg008alge01_01_4_11
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 13 }
[Denemarken] DENEMARKEN. Het tijdstip van de vestiging der Vrijmetselarij in Denemarken ligt in duisternis gehuld. Volgens laurie zou de Groote Loge van dit Koningrijk in 1742 te Koppenhagen zijn ingesteld, terwijl, volgens smith, de eerste Deensche Loge niet vroeger dan 1743 in die stad zou zijn opgerigt. Dit is zeker, dat er in 1747 een Provinciale Grootmeester voor Denemarken werd benoemd door de Groote Loge van Engeland, onder het Grootmeesterschap van Lord byron. Het is waarschijnlijk, dat, zoo er al in deze eerste tijden Maçonnieke werkplaatsen in Denemarken ontstonden, zij er geen langdurig bestaan hadden; want in 1754 bleef er geen spoor van dezelve over. In dit jaar rigtte de Groote Loge van Schotland eene Loge te Koppenhagen op, onder den titel van het Klein Getal, en stelde ter zelfder tijd eenen Provincialen Grootmeester aan, die zij met de magt bekleedde, om nieuwe werkplaatsen te constitueren en ze met zijne Groote Loge te vereenigen: op voorwaarde, van de opperheerschappij der Groote Loge van Schotland te erkennen. Er werd inderdaad een Maçonniek middelpunt gevormd, dat zich later van de Moeder-Loge afscheurde en onafhankelijk verklaarde. Een Koninklijk bevelschrift, toenmaals uitgegeven, besliste, dat elke werkplaats, die niet door de Nationale Groote Loge zou zijn erkend, beschouwd en behandeld zou worden als eene geheime Societeit, in strijd met de wetten. Sedert dien tijd heeft de Vrijmetselarij in dit land eene onafgebrokene toelating gevonden, zelfs werd zij in 1792 bij eene Koninklijke ordonnantie officieel erkend. Tegenwoordig maakt zij er eene instelling van den staat uit, en de regerende Koning christiaan VIII is haar Grootmeester.
_alg008alge01_01_4_12
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 14 }
[Deputatie] DEPUTATIE (Eene) is een zeker aantal van 3, 5, 7, 9 of 15 Broeders, welke door eene Loge met eenen last ergens heen gezonden wordt.
_alg008alge01_01_4_13
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 15 }
[Deputatie-Loge] DEPUTATIE-LOGE is de benoeming eener afdeeling van eene Loge, die voor medeleden, welke op eene afgezonderde plaats wonen, in last van de Groote Loge, den Logearbeid in eenen wettigen vorm kunnen houden.
_alg008alge01_01_4_14
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 16 }
[Dervent Waters] DERVENT WATERS was de eerste Grootmeester der Orde van Vrijmetselaren in Frankrijk, die in het jaar 1725, van welk jaar de Fransche Vrijmetselarij dagteekent, met nog eenige andere Engelsche personen, uit het gevolg van den Pretendent, te Parijs eene Loge oprigte, welke hare constitutie van de Groote Loge van Engeland had bekomen, waarop spoedig eenige andere Loges in Frankrijk werden opgerigt. Hij verliet Frankrijk in 1635, en keerde naar Engeland (zijn va-derland) terug. Lord harnwester werd in 1736, na hem, uitverkoren Grootmeester, wordende de laatste jare 1738, door den Hertog van Antin opgevolgd. Lord dervent waters werd te Londen, den 19den December 1746, onthoofd, wegens zijne gehechtheid aan den Pretendent.
_alg008alge01_01_4_15
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 17 }
[Desaguliers] DESAGULIERS was geneesheer, en hoewel Franschman van geboorte, werd hij in 1719 verkoren tot Grootmeester der Groote Loge van Engeland, welke post hij tot in 1720 bekleedde, toen hij door den Br∴ payne werd opgevolgd.
_alg008alge01_01_4_16
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 18 }
[Diaken] DIAKEN (Een) is de bewaarder van de Orde in de Schotsche graden.
_alg008alge01_01_4_17
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 19 }
[Dienende Broeders] DIENENDE BROEDERS zijn bezoldigde dienstboden van de Loges, die evenwel door hunne aanneming dezelfde regten als de andere Broeders hebben. In eenige hoogere graden worden in het geheel geene dienende Broeders toegelaten, en vervullen de medeleden zelven alle diensten. Dit besluit werd in den jare 1721 vastgesteld, dewijl er geene Profanen tegenwoordig mogten zijn.
_alg008alge01_01_4_18
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 20 }
[Diepte (Maçonnieke)] DIEPTE (MAÇONNIEKE) eener Loge gaat van de oppervlakte der aarde tot haar middelpunt.
_alg008alge01_01_4_19
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 21 }
[Dieu le veut] DIEU LE VEUT of Dieu le volt (God wil het). De oude krijgsleus der kruisvaarders, welke ook in de meeste der hoogere tempelgraden aangenomen is geworden.
_alg008alge01_01_4_20
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 22 }
[Dignitarissen] DIGNITARISSEN worden in de Fransche Loges alleen de vijf eerste Officieren genoemd, namelijk: de achtbare Meester, de eerste en tweede Opzieners, de Redenaar en de Secretaris. In de Groote Loges heeten zij Groot-Dignitarissen.
_alg008alge01_01_4_21
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 23 }
[Diploma] DIPLOMA. Certificaat. Een stuk door eene Loge of een Kapittel bezegeld, waardoor bevestigd wordt, dat deszelfs bezitter op eene wettige wijze in de Broederschap is aangenomen in den opgegeven graad. Voormaals was alleen het geven van het woord toereikend, om als Vrijmetselaar erkend te worden en de vergaderingen te mogen bijwonen. Op den 24sten Julij 1755 besloot de Groote Loge van Engeland (van de nieuwere Vrijmetselaren) tot de invoering van het Diploma, en in 1768 volgde de Groote Loge van Schotland dit voorbeeld.
_alg008alge01_01_4_22
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 24 }
[Diploma van het Gr∴ O∴] DIPLOMA VAN HET GR∴ O∴ Dit Diploma in Frankrijk onderscheiden van dat eener gewone L∴, is gelijk aan dat der Loge; maar de vorm is minder veranderlijk. Hetzelve geeft, als dat van het vorige Art., de Broederen vrijheid, om zonder eenigen hinder ergens te visiteren, ja zelfs verschaft het hem den toegang tot alle werkplaatsen van vreemde Groot-Oostens.
_alg008alge01_01_4_23
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 25 }
[Doel] DOEL. Zie strekking.
_alg008alge01_01_4_24
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 26 }
[Dolk] DOLK (Een) is het wapen en het kleinood der Uitverkorenen en der Kadosch-Ridders.
_alg008alge01_01_4_25
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 27 }
[Don Gratuit of Support] DON GRATUIT of SUPPORT. Onder dezen naam is elke Loge verpligt, aan het Groot Oosten eene zekere som af te staan, ter bestrijding der kosten.
_alg008alge01_01_4_26
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 28 }
[Doorgang] DOORGANG. Ordewoord, om al de deelen of plaatsen aan te wijzen, die naar den Tempel geleiden.
_alg008alge01_01_4_27
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 29 }
[Doorluchtig] DOORLUCHTIG. De 13e. graad van het Mitzraimitisch systema.
_alg008alge01_01_4_28
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 30 }
[Dormer Stanhope, (Philippus)] DORMER STANHOPE, (PHILIPPUS) Graaf van Chesterfield, geboren 1694, overleden 1775, beroemd als staatsman, als redenaar, en vooral ook door zijne uitmuntende brieven aan zijnen zoon, was Engelsch gezant in de Nederlanden, en bekleedde als zoodanig in 1731 het voorzitterschap in de Loge, in welke frans I, Groot-Hertog van Toskane, als Vrijmetselaar werd ingewijd.
_alg008alge01_01_4_29
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 31 }
[Dorson] DORSON is de naam van eenen der negen Meesters, welke salomo afzond, om het lijk van den uitverkoren Meester hiram te zoeken.
_alg008alge01_01_4_30
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 32 }
[Dresden] DRESDEN zag binnen hare muren in 1738, door de zorgen van den Maarschalk rutowski en den Baron d'ecombes, Raadsheer der Fransche legatie bij het Berlijner Hof, eene Loge verrijzen, onder den naam van de drie witte Adelaars. Deze schonk in hetzelfde jaar het aanzijn aan de Loge der drie Zwaarden, en later aan nog eene derde Loge, de drie Zwanen geheeten. Deze werkplaatsen, vormden in 1741 eene Groote Loge van Saksen, tot welker Grootmeester Graaf rutowski werd verkoren. De Loge Minerva bij de drie Palmboomen, in 1741 te Leipzig gevestigd, schaarde zich weldra onder de banieren der Groote Loge van Saksen. Het eerste proces-verbaal van deze Loge, hetwelk bewaard is gebleven, is in de Fransche taal opgesteld. Sedert de invoering der Vrijmetselarij in het tegenwoordig koningrijk Saksen, was te Dresden ten minste eene Loge onafgebroken werkzaam, en de Broederschap aldaar heeft onder anderen, in 1772, eene armenschool opgerigt, welke een jaar later zeer is uitgebreid, en, namens de L∴ de drie Zwaarden, bestuurd wordt door VV∴ MM∴, welke veel zorg aan die stichting ten koste leggen. Het instituut voor blinden aldaar, wordt door de tweede Loge (de gouden Appel), met aanzienlijke sommen ondersteund, en de jongste Loge, Astrea bij de groenende ruitplant, heeft eene zondagsschool voor ambachtsleerlingen opgerigt, in welke zelfs eenige leden der Loge gedeeltelijk in persoon onderwijs geven. De Groote Lands-Loge van Saksen, in 1812 opgerigt, heeft haren zetel in Dresden, en telt tien Loges onder haar beheer.
_alg008alge01_01_4_31
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 33 }
[Drie] DRIE. Dit getal werd reeds in de vroegste oudheid als heilig beschouwd. Bij de Egyptenaren (zie dat Art.) werden de evene getallen als ongelukkig, maar daarentegen de onevene, en vooral de drie, als gelukkig aangezien; dit laatste getal, omdat, gelijk plutarchus zegt, dit het eerste onevene en desniettemin volkomene getal is, en de verhevenste werkingen der goddelijke Almagt uit drie bestaan, te weten: de geest, de stof en het uit beide zamengestelde heelal. Daarom vergelijken de Egyptenaars het Heelal bij eenen driehoek. In de Vrijmetselarij is dit getal evenzeer het hoogst vereerde en meest gebezigde getal. Alles geschiedt door drie, alles wordt drievoudig voorgesteld. Er zijn drie voorname Officieren. De Leerl∴ moet zich gedurende drie jaren vormen, om bevorderd te kunnen worden; hetzelfde getal komt bij hunnen symbolischen ouderdom in aanmerking. De Johannes-V∴ M∴ bestaat uit drie graden. De L∴ wordt verlicht door drie groote en drie kleine lichten; drie slagen openen en sluiten haar; zij rust op drie hoofdzuilen. Door drie schreden betreedt de V∴ M∴ het heiligdom; enz. De Pythagoreërs leerden, dat een geen getal was, maar dat het evene en onevene de grondbestanddeelen (elementen) van alle getallen zijn. Zij namen aan, dat het evene onvolkomen en onvolmaakt was, terwijl het onevene integendeel volkomen en volmaakt was; want, zeiden zij, het onevene brengt met het evene, oneven, en met oneven, even voort, terwijl op den anderen kant even met even, nooit oneven geeft; bovendien heeft alleen het onevene tevens een begin, een midden en een einde, welke eigenschappen zijn, van wat volmaakt geheeten wordt. Eindelijk is drie het eindgetal der eerste reeks, want om de verhouding tusschen de verschillende getallen eener reeks te weten, heeft men ten minste drie getallen noodig; zoodat drie (oulings dry) zoo veel is, als d'ry of de ry (of reeks) bij uitnemendheid. Het getal drie herinnert aan het oude gezegde: drie vormen een kollegie; drie is scheepsregt. Drie is het aantal der afmetingen, lengte, breedte en dikte. In het Heelal bestaan ruimte, stof en beweging. De tijd wordt in drie deelen verdeeld, de verledene, de tegenwoordige en de toekomende tijd. De mensch heeft drie voorname geestkrachten, het geheugen, het begrip en den wil. Onder de kleuren zijn er drie oorspronkelijke, namelijk geel, rood en blaauw. Er zijn drie natuurrijken, het rijk der dieren, planten en delfstoffen. De kolom, van welke er bij de Grieken slechts drie orden, de Dorische, Jonische en Corinthische, bestonden, wordt in drie deelen verdeeld, en is zamengesteld uit de basis, de schacht en het kapiteel. In den tijd heeft men het begin, midden en einde; morgen, middag en avond, opgang, culminatie-punt en ondergang. In de ruimte, boven, midden en beneden; regts, midden en links. Bij de ontwikkeling der denkbeelden, de thesis, (stelling), antithesis, (tegenstelling) en synthesis (zamenstelling), enz. Geen wonder dan ook, dat een zoo algemeen vereerd getal bij de meeste volken, ook in het godsdienstige, eene gewigtige rol speelde. Bij de Grieken sprak de mythenleer, dat het opperbestuur der wereld onder drie koningen stond, als: jupiter, de vorst des hemels, neptunus, god der zee, en pluto, meester der hel; er waren drie razernijen, alecto, megera en tisiphone; drie helregters: minos, eacus en rhadamantus; drie schikgodinnen: clotho, lachesis en atropos; drie bevalligheden: aglaja, thalia en euphrosine, en driemaal drie zanggodinnen. Bij de Indiërs had men bramah, vishnoe en siva. Bij de Parsen zeruané akeréné, ormuzd en mithra. Bij de Scandinaviërs en Batavieren odin, freija en thor. Bij de Egyptenaars osiris, isis en horus. Bij de Kureten ouranos, rhea en jasion, enz.
_alg008alge01_01_4_32
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 34 }
[Drie en twintig] DRIE EN TWINTIG is een getal, dat in zekere hoogere graden van veel beteekenis is.
_alg008alge01_01_4_33
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 35 }
[Driehoek] DRIEHOEK. Deze is eene meetkundig figuur, in hetzelfde vlak gelegen, en door drie ligte lijnen omvat, die elkander aan de uiteinden ontmoeten, en op die wijze drie hoeken vormen. De gelijkzijdige driehoek staat in de V∴ M∴ in bijzondere achting. Reeds in de Egyptische mysteriën was die het zinnebeeld der Godheid (volgens plutarchus was de gelijkzijdige driehoek het zinnebeeld der Godheid, de gelijkbeenige dat van een' genius, en de ongelijkzijdige dat des menschen), en werd door de vereeniging van den water- en den vuur-driehoek de zespuntige ster gevormd, die de goddelijke kracht in de natuur voorstelde. De vuur-driehoek, die met den tophoek naar boven stond, was den Hebreeuwen als beeld der Godheid dierbaar, en is in dien zin ook bij de Christenen overgebleven. Nog in de latere scheikunde beteekent een gelijkzijdige, met den top naar boven staande driehoek het vuur, en een dergelijke, doch met de punt naar beneden gekeerde driehoek, het water. Volgens de begrippen, welke zich de Egyptenaars van het ontstaan der wereld uit den chaos of bajert vormden, hielden zij water en vuur voor de krachtigste middelen voor dit ontstaan. Plutarchus, die de geschiedenis van osiris, isis en horus als eene allegorische schildering van de werkingen der natuur beschouwt, bevestigt dit door de verzekering, dat de vochtigheid der natuur, of het water, het grondbeginsel der stoffelijke voorwerpen, en een bestanddeel der aarde en der lucht zij. Volgens hem is het vuur daarentegen, als eene drooge grondstof, aan het water tegenovergesteld, verwant met de zon, maar niet hetzelfde als deze, en, even als de Egyptenaren een goed en een slecht grondbeginsel aannamen, zoo is ook het water, dat alles bevochtigt, en onmisbaar is voor het worden en ontwikkelen der voorwerpen, als het ware een uitvloeisel van den weldadigen osiris; het vuur daarentegen, dat alles vernielt, eene eigenschap van typhon. Reeds in het Egyptisch hieroglyphenschrift bezigde men den driehoek, het vierkant, de ruit, den cirkel, de ellips en het ovaal als meetkundige grondvormen, in verschillende betrekkingen en in eene beteekenis, welke met het Maçonnieke verwant is. Volgens plutarchus beduidde de driehoek de natuur van het Heelal. De eene zijde deszelven beteekende het mannelijke, de andere het vrouwelijke wezen, en de grondlijn het voortbrengsel. Volgens palin (in zijne lettres sur les Hieroglyphe, Dresde 1802) beteekenen in dat schrift, twee naast elkander staande winkelhaken, zon en maan. Het vierkant verbeeldde het ligchamelijke Heelal en de opvolging der gebeurtenissen, welker beeld de regte lijn is; de oneindige strekking van den vierhoek werd aangetoond door de elkander doorkruisende diagonalen, wier uiteinden naar de vier hemelstreken gerigt waren. Pythagoras bediende zich zoowel van den driehoek als van het vierkant, een zijner gewigtigste teekens, om stellingen, ten opzigte zijner godsdienstleer, der natuurleer en zedekunde te verzinnelijken. In zijne leer werden driehoek en vierkant met elkander verbonden en in onderlinge betrekking gebragt, zoo als dit ook in de Vrijm∴ geschiedt. Gelijk het oude Vrijmetselaarsverhoor en de Yorksche Constitutie (zie dat Art.) ons bij uitnemendheid naar pythagoras verwijzen, zoo vinden wij ook in oude Ritualen sporen van Pythagoreesche leerstellingen, b.v. het zoogenaamde Triangel, de figuur Y. Naar men zegt, verbond pythagoras met de letter Y de zedekundige beteekenis, dat die het leven van den mensch aantoonde, die in het begin, in zijne onschuldige kindschheid, een' effen en regten weg voor zich had, doch die, zoodra hij den ouderdom der ontwikkeling was genaderd, den kruisweg van deugd en ondeugd voor zich zag liggen, en dat hij alsdan moest overwegen en besluiten, welken van de twee hij zoude kiezen, nademaal zij tot geheel verschillende einden voerden. Uit dien hoofde is de Y de Pythagoreesche letter genoemd geworden. Volgens anderen duidt die letter op de Trias (het geheiligde drietal), welke den Pythagoreërs heilig was. Pythagoras schijnt overigens de grondstelling te hebben gehad, om te zorgen, dat zijne leerlingen, bij de meest gewone, schijnbaar onverschilligste zaken, zich de verhevenste waarheden zouden herinneren, en in dien zin is ook het geheele oud-Engelsche Rituaal daargesteld, en alzoo geheel in den geest van pythagoras. De Pythagoreesche Pentalpha (Pentalf, eene uitdrukking, welke nog in de wapenkunde voorkomt) is eene figuur, die vijf door elkander geslingerde, en met een' enkelen trek gevormde A of Alpha vertoont, en daarom Pentalpha (vijf-A) heet. Het is eene regelmatige stervormige figuur, welker punten hoeken van 36 graden vormen. Pythagoras heeft de Pentalpha, vermoedelijk wegens het regelmatige terugkeeren tot zich zelve, om het getal der punten, en vooral uithoofde der drie door elkander geslingerde driehoeken, als een zinnebeeld van gezondheid Hygiea) gebezigd, uit welker hoofde het ook het gezondheidsteeken van pythagoras genoemd wordt. Welligt was die ook bij de Druïden bekend. Het is een teeken van overvloed, waarom het in Duitschland soms als uithangbord van herbergen en logementen wordt gebruikt. Overigens bestaan er onderscheidene soorten van Polyalpha (veel-A), of veelhoekige, regelmatige, stervormige figuren, b.v. twee stervormige zevenhoeken (Heptalpha), van welke eene scherphoekig en de andere stomphoekig is; voorts een stervormige achthoek (Octalpha), die in de hoogere graden van eenige Maçonnieke stelsels voorkomt. De Esseërs (zie dat Art.) hadden in hunne vergaderingen het zoogenaamde davids-schild of salomons-zegel geplaatst, zijnde hetzelfde als het Pythagoreesche zinnebeeld der schepping, en bestaande uit twee in elkander geslingerde gelijkzijdige driehoeken, door zonnestralen omgeven; bevattende dienvolgens de mystieke en latere chemische teekens voor de zoogenaamde hoofdstoffen, zijnde het vuur, het water, de lucht en de aarde, uit welke de Schep-per, met hulp des lichts, de wereld volgens maat, getal en gewigt geometrisch had gebouwd.
_alg008alge01_01_4_34
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 36 }
[Drietand] DRIETAND. Dus noemt men de vork bij de Tafelloge.
_alg008alge01_01_4_35
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 37 }
[Drievuldigheids-Ridder] DRIEVULDIGHEIDS-RIDDER. (De) Deze graad is in drie klassen, Leerling, Medgezel en Meester, verdeeld, en maakt de 14e., 15e. en 16e. graad van het Mitzraïmitisch systema uit.
_alg008alge01_01_4_36
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 38 }
[Drotten] DROTTEN. Zie druïden.
_alg008alge01_01_4_37
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 39 }
[Druïden] DRUïDEN. Zoo wel als de ingewijden bij de Egyptenaren, waren bij de Celten de Druïden, de Priesters en uitsluitende bezitters van alle wetenschappen, die onder een volk van zulke ruwheid, als de Celten waren, konden plaats vinden. Hun aanzien en hunne magt was onbepaald. Zij gaven wetten, verkozen overheden, die zich naar hen moesten schikken, gaven orakelspreuken, en waren geneeskundigen, waarzeggers, sterrenwigchelaars, enz. De mysteriën der Druïden werden eene halve eeuw voor christus geboorte, bij de volksverhuizingen der Cimbren, naar Noord- en West-Europa ingevoerd. De opperhoofden dezer mysteriën werden in het land der Gaulers, Druïden genoemd. Zij waren verdeeld in drie klassen of graden. De leden der eerste waren zij, die belast waren met het burgerlijk bestuur (eubagen); de tweede werd gevormd door de zangers (of barden), en de derde of hoogste klasse bestond uit hen, die de geheimen der godsdienst bezaten, en de plaatsen van Priesters en Regters vervulden (vaceën). Zij stonden onder het bestuur van eenen Opperpriester, die uit en door de eerste klasse was gekozen. Zij leefden afgezonderd, en kwamen alleen dan met het volk in aanraking, als een of andere oorzaak dit noodzakelijk maakte. Zij vulden hunne rangen aan, door leden der lagere klasse in hunne geheimen in te wijden, tot welke inwijding een tijdverloop van twintig jaren gevorderd werd, en alleen bij monde gedaan werd, zonder dat er geschreven onderrigt bestond. Waren de Kandidaten, na het verstrijken van dien proef- en leertijd, genoegzaam onderrigt, dan werden zij ingewijd, en genoten van toen af al de regten, aan hunnen nieuwen stand verknocht. Zij hadden twee voorname zetels, namelijk: in Gallië, in het bosch van Dreux, en in het tegenwoordige Engeland, op het eiland Man. Bij hunne inwijdings-ceremoniën maakten zij gebruik van een driehoekig altaar, van een geheimzinnig koffertje en van het zwaard van belinus, hun zonnegod. Deze mysteriën gingen te niet bij de overheersching van Brittanje en Gallië, door de Romeinen, hoezeer men er nog langen tijd naderhand sporen van vindt. Derzelver hoofdzetel werd echter toen verplaatst naar Scandinavië. (zie dat Art.) Druïden beteekende in de Celtiche taal wijze mannen, die, even als bij de Perzische Magiërs, te gelijk wijsgeeren en Priesters waren. Hunne godsdienstige stellingen waren: één God, geen tempel, geene beeldtenis, een altaar van zoden, of van steen en offers van de voortbrengselen der kudden, of van het veld, met een rein hart en onbevlekte handen gebragt; en deze godsdienstige stellingen hielden aan, tot hunne godsdienst met die van andere volken werd vermengd. Zij hadden drie voorname leerstellingen: vereer de Godheid; onthoud u van het kwade; wees onverschrokken en dapper. De eerste was de stelregel hunner godsdienst; de beide andere strekten ter dienste van een ieder in de burgerlijke maatschappij en voor den krijgsman. De plaatsen voor hunne godsdienstvereering waren gevormd als een', hetzij grooteren, hetzij kleineren kring van groote, steenen, op afstanden geplaatste zuilen zonder dak, van welke er in Engeland merkwaardige overblijfsels bestaan. De Druïden namen alleen zulke mannen in hunne mysteriën of Orde op, welke geest toonden te bezitten, en die hunne geschiktheid daartoe hadden gestaafd door eene reeks van goede en groote daden. Waren zij eens ingewijd, dan bragten zij ook een goed gedeelte van hunnen levenstijd, met wetenschappelijke oefeningen door. Hunne bijeenwoning in maatschappijen of kollegiën oefende een' zeer voordeeligen invloed op hunne kundigheden en wederkeerig onderwijs. Van de kundigheden, welke zij onder anderen van de werktuigkunde bezaten, getui-gen hunne groote loodregte en waterpasse steenen, en vooral de gebouwen, of liever ruïnen van Stonehenge, in de vlakte van Salisbury. Overigens beschouwden zij de menschen toen als nog niet rijp genoeg, om de wetten alleen in het belang van deze op te volgen, en kregen hieruit aanleiding voor hunne grondstelling, uit alles een geheim te maken, en hunne ontdekkingen in een' digten sluijer te wikkelen. Zoowel hierdoor, als door hun achtingswaardig gedrag en wezenlijke verdiensten ten opzigte hunner medemenschen, verwierven zij zich een' zoodanig uitgebreiden invloed, en behielden dien gedurende een zoo langen tijd in Gallië en Brittannië.
_alg008alge01_01_4_38
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 40 }
[Druzen] DRUZEN. Eene sekte onder de Turken. Hunne geheime vergaderingen worden des nachts gehouden. Ofschoon zij voor het uiterlijke de plegtigheden der verschillende godsdiensten uitoefenen, volgen zij in hunne bijeenkomsten bijzondere leerstellingen. Hunne bijeenkomsten worden tegen het overvallen door oningewijden, beschermd door uitgezette wachters, die elken zoodanigen indringer dadelijk dooden. Zij hebben onderscheiden graden, die elk op eene andere plaats bijeen komen en verschillende herkenningswoorden hebben.
_alg008alge01_01_4_39
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 41 }
[Dublin] DUBLIN. Zie ierland.
_alg008alge01_01_4_40
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 42 }
[Duchenteau (Touzay)] DUCHENTEAU (TOUZAY), een beroemd mysticus en theosooph te Parijs, omstreeks het midden der achtiende eeuw. Hij gaf eene mystieke kaart van de zoogenaamde verborgen wetenschappen in het licht; zij bestond uit vier bladen, voerde ten titel: Carte philosophique et mathematique, en bevatte, behalve zijne eigene combinatiën, ook de beide kaarten van tycho de brahe en sabatier. Hij stierf in 1786, aan de gevolgen van de proeve, welke hij aan zich-zelf had genomen met de door cagliostro voorgeschreven handelwijze, om tot de wedergeboorte des ligchaams te geraken.
_alg008alge01_01_4_41
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 43 }
[Duinkerken] DUINKERKEN. De eerste Loge, welker vestiging in Frankrijk historisch bewezen is, is die, welke de Groote Loge van Londen, ten jare 1721, te Duinkerken instelde onder den titel van l'Amitié et la Fraternité. Op de lijsten van het Groot-Oosten van Frankrijk komt deze Loge voor als geconstitueerd in 1756; dit is echter de tijd harer reconstitutie, door de Groote Loge van Frankrijk.
_alg008alge01_01_4_42
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 44 }
[Duistere Kamer] DUISTERE KAMER. Zie kamer.
_alg008alge01_01_4_43
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 45 }
[Duisternis] DUISTERNIS noemt men den staat, waarin de Profanen zich bevinden.
_alg008alge01_01_4_44
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 46 }
[Duitsche Heeren of Duitsche Ridders] DUITSCHE HEEREN of DUITSCHE RIDDERS. Zie heeren.
_alg008alge01_01_4_45
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 47 }
[Duitschland] DUITSCHLAND. Volgens preston zou de oudste Vrijmetselaars-Loge in Duitschland gesticht zijn te Hamburg, in 1733, door eenige Engelsche afgevaardigden. Hij voegt er echter bij, dat er reeds in 1730 een Grootmeester-Provinciaal voor Neder-Saksen bestond, alhoewel dit land nog geene Loges telde. Hoe dit zij, deze eerste werkplaats bestond slechts weinige jaren, zij smolt in 1740 ineen met de Loge Absalom, welke in dezelfde stad door de Groote Loge van Engeland was gesticht. Eenige leden der Loge Absalom, die zeer talrijk was geworden, zonderden zich in 1743 van haar af, en rigtten naast haar eene nieuwe werkplaats op, onder den naam van St. George. De Graaf van schmettau had, in 1741, te Hamburg de Loge Judica gevestigd. Later beijverden zich de stedelijke regeringen in Duitschland, om de Maçonnieke vergaderingen te verbieden en te ontbinden, en daar hare eerste pogingen niet den gewenschte uitslag hadden, namen zij eindelijk hare toevlugt tot de allerstrengste maatregelen. Zoo lieten de Regenten van Dantzig, onder anderen, op den 3den October 1745 een besluit afkondigen, waarbij aan ieder' burger, herbergier of tapper, hoegenaamd, verboden werd, voortaan, op wat wijze ook, de vergaderingen der Vrijmetselaars toe te staan, of hen eene Loge te laten oprigten, op straffe van gevangenschap; tevens werd ieder ingezeten gelast, de Reg∴ Meesters, Officieren en bedienden der Loges, de vergaderplaatsen, de bergplaatsen der archieven, kisten, Maçonnieke meubelen en gereedschappen aan te brengen; terwijl den aanbrengers geheimhouding werd beloofd. Na aldus de aanvallen der burgerlijke magt te hebben uitgestaan, zag de Vrijmetselarij zich ten doel aan de vervolgingen der geestelijken. Deze vervolgingen later gematigder wordende, hielden eindelijk geheel op; doch nu ontstonden er beroeringen van eenen geheel anderen aard. Terwijl de verdeeldheden den vrede der Vrijmetselarij in Frankrijk stoorden, genoot de Broederschap ook in de Duitsche staten geene betere rust. De vestiging van de Kapittels van Rozenkruis, van die der Strikte Observantie, en van al de stelsels, die in deze landen op het Maçonniek tooneel verschenen, was de bron van duizenderlei beroeringen. De aanmatiging der Groote Loge van het rituaal van zinnendorf (zie dat Art.), om alle Loges van Duitschland te besturen, aan welke die Loges zich aanvankelijk onderwierpen, werd in 1785 het voorwerp van luide klagten. De andere Maçonnieke vereenigingen, die zich verbeeld hadden, dat die opperheerschappij louter nominaal zoude zijn, en hare onafhankelijkheid niet kon benadeelen, bemerkten toen, dat de Nationale Groote Loge het in ernst had opgenomen, en over haar een werkelijk gezag uitoefenen, hare werkzaamheden regelen en beoordeelen wilde. Er volgden van hare zijde tegenstand en protesten; van dien der Nationale Groote Loge veroordeelingen en banvonnissen. Intusschen werden al die verschillen in 1788 vereffend. De Nationale Groote Loge liet hare aanspraak varen, de andere Maçonn∴ vereenigingen behielden een afzonderlijk bestaan en eene volledige onafhankelijkheid. Tegenwoordig hebben de drie Groote Loges te Berlijn, ofschoon onderscheiden, voor zoo veel de oppergraden aangaat, eene soort van verbond gesloten, waarbij met gemeen overleg alles wordt geregeld, wat tot de wetgeving en het beheer der Loges van de blaauwe Metselarij betrekking heeft. Zie verder de onderscheidene Staten.
_alg008alge01_01_4_46
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 48 }
[Dunstan] DUNSTAN, (De Heilige) Aartsbisschop van Canterbury, werd in 959 door Koning edgar tot Patroon of Opperhoofd van de bouwlieden in Engeland benoemd.
_alg008alge01_01_4_47
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 49 }
[Du Puy (Raymund)] DU PUY (RAYMUND) was in het begin der twaalfde eeuw, de stichter der Malthezer Ridders in Jeruzalem. Zie malthezer ridders.
_alg008alge01_01_4_48
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 50 }
[Duret] DURET, lid der oude Groote Loge van Frankrijk, te Parijs, was met peny en l'eveillé van 1767-1771 de hoofdoverwel-diger van de magt der toenmalige Groote Loge van Frankrijk.
_alg008alge01_01_4_49
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 51 }
[Dutch. (Willem)] DUTCH. (WILLEM) Een Engelschman, die geplaatst was bij het Engelsche gezantschap in 's Gravenhage, en die de plaats van tweeden opziener vervulde in de Loge, in 1731, onder voorzitterschap van den Graaf van Chesterfield (zie dormer stanhope) gehouden, en in welke de Groot-Hertog van Toskane, later Keizer frans I, ingewijd werd.
_alg008alge01_01_4_50
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 5, "section": 52 }
[Dweeperij] DWEEPERIJ is iets, dat men in de Vrijmetselarij niet te vreezen heeft, wanneer zij zich met geene vreemde leerstukken en beginselen bemoeit, en aldus de fakkel van het fanatisme in den Vredetempel niet wordt ontstoken. De Loges, welke aan de echte overgeleverde en oude grondstellingen getrouw blijven en gebleven zijn, hebben nimmer den verderfelijken invloed der dweeperij bespeurd.
_alg008alge01_01_4_51
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 1 }
[Edda] EDDA. Aldus worden twee verzamelingen genoemd, betrekkelijk de noordsche godenleer en heldengeschiedenis. De oudste dezer verzamelingen bestaat uit eene reeks van gezangen der Skalden en uit zeer oude legenden, vanwaar de naam van Edda, d.i. moeder der poëzy. Deze verzameling was meer dan 400 jaren verborgen en vergeten, en werd van deze in 1643 door Bisschop brijngulf svenson te Skaholt slechts een gedeeltelijk handschrift op perkament gevonden. Uit deze verzameling is, ruim eene eeuw later, een prozaïsch uittreksel (de tweede Edda genoemd) uitgegeven door snorro sturleson. Dit laatste werk bestaat thans uit drie deelen, waarvan het eerste leerstellig en het tweede verhalend is, terwijl het derde, Skalda genaamd, een alphabetisch uittreksel van poëtische uitdrukkingen bevat, welke in de beide eerste deelen voorkomen. Dit werk, voor oudheid en geschiedenis, ook van onze' voorouders, hoogst be-langrijk, is door onderscheiden vreemde geleerden uitgegeven, en met noten en verklaringen verrijkt. Onder onze landgenooten heeft Br∴ d. buddingh er in 1829 (te Utrecht) een werk over uitgegeven, dat getiteld is: de Eddaleer, en om deszelfs uitstekende behandeling allen lof verdient. Ook in een Maç∴ opzigt is de Edda hoogst belangrijk, als een overblijfsel van de inwijding der Scandinaviërs (zie verder dat Art.), wordende in een der eerste zangen zelfs eene zoodanige inwijding beschreven
_alg008alge01_01_5_0
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 2 }
[Edgar] EDGAR. Onder de regering van edgar bloeide nog de kunst der Vrijmetselaren, waarvan toen de Bisschop dunstan Grootmeester was. Gedurende de oorlogen tegen de Denen viel hij in ongenade, maar macbeth, kleinzoon van malcolm en Koning van Schotland, zocht hem, volgens anderson, in 1040 te herstellen. Engeland werd gedeeltelijk veroverd in 1013, door canut, Koning der Denen, terwijl willem I, Hertog van Normandië, de verovering in 1066 volvoerde. Hij benoemde den Bisschop van Rochester gandulf en rogier de montgommery als Grootmeesters der Vrijmetselaren. Zij deden onder het bestuur van den Graaf van schrewsbury, den Tower te Londen en vele andere sterke kasteelen bouwen; zij lieten ook uit Normandië opzettelijk werklieden komen.
_alg008alge01_01_5_1
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 3 }
[Edimburg] EDIMBURG. Zie schotland.
_alg008alge01_01_5_2
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 4 }
[Edom] EDOM. (Rood of bloedig) Een Hebr. woord, in de hoogere graden van veel beteekenis. (Sch. R. 11e. gr.)
_alg008alge01_01_5_3
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 5 }
[Eduard III] EDUARD III, Koning van Engeland, eindigde zijn leven in 1377. Een document uit zijne regering geeft kostbare inlichtingen over de geschiedenis der Maçonnieke gezelschappen in Engeland, in de tiende eeuw. Men leest daarin, dat athelstan, kleinzoon van alfred den Grooten, gebruik makende van de rust des vredes, vele groote gebouwen deed oprigten, en eene bijzondere bescherming aan de Broederschap der Metselaars verleende. Hij riep vele leden der Fransche vereenigingen naar Engeland, en stelde hen aan als opzigters der bouwkundige werkzaamheden. Bovendien gelaste hij hen de bijeenzameling der statuten, reglementen en verpligtingen, door welke de Romeinsche of bouwcollegiën bestuurd werden, en welke onder de Maçonnieke genootschappen van het vaste land in kracht waren gebleven, met oogmerk, om daaruit een wetboek voor de Metselaars in Engeland zamen te stellen. Dit gewigtig werk had plaats in eene algemeene vergadering der Broederschap, die in de maand Junij 926 werd gehouden, en in welke edwin, de jongste zoon des Konings, vooraf in de Metselarij ingewijd, in den rang van Grootmeester voorzat (zie constitutie van York). Van dit oogenblik af had de Broederschap in Engeland, onder den naam van Groote Loge, een regelmatig bestuur, welks hoofdplaats de stad York was, en dat in zijne jaarlijksche bijeenkomsten vaststelde, wat het genootschap betrof. Het getal Metselaars groeide aan, de Loges vermenigvuldigden, en het land werd met zeer vele kerken, kloosters en andere groote gebouwen verrijkt. De statuten uit de regering van athelstan van het jaar 1358, werden onder eduard III, aan eene herziening onderworpen, gelijk men daarvoor het bewijs vindt in een monument van dat tijdstip, zijnde eene soort van aanhangsel tot de herziene statuten, waarin men reeds benamingen en vormen ziet voor den dag komen, welke in latere documenten duidelijker worden vermeld. De tekst der statuten, waartoe dit stuk betrekking heeft, schijnt met andere handschriften in 1720 te zijn vernietigd, om redenen die men nimmer regt gekend heeft. Dan, dit verlies is in zeker opzigt hersteld, door het onlangs ontdekken van een Anglo-Saksisch dichtstuk van de veertiende eeuw, bestaande uit 794 verzen, en in 1840 in het licht gegeven door james orchard halliwel (zie dat Art.), lid van de genootschappen der oudheidkenners te Londen, Parijs, Edimburg, Koppenhagen, Oxford, enz. onder den titel: de oudste geschiedenis, of het oudste historisch gedenkschrift der Vrijmetselarij in Engeland. Het stuk behelst de reglementen, ten gebruike van de Broederschap der Engelsche Metselaars. Naar alle waarschijnlijkheid heeft de maker van dit dichtstuk in hetzelve de statuten van 1358 in rijm gebragt, om ze daar-door te ligter door de Metselaars, voor wie zij bestemd waren, te doen onthouden. Wat men in hetzelve leest over de zamenstelling der Maçonnieke broederschap, en over de regelen, waaraan zij op dit afgelegen tijdpunt was onderworpen, heeft eene treffende overeenkomst met datgene, wat men in de constitutiën vindt, die in 1723, op bevel van de Groote Loge te Londen, zijn gedrukt. De Broederschap der Metselaars vond in Engeland niet immer die bescherming, welke zij onder athelstan en eduard III had genoten. Ten jare 1425 werd door het Parlement een edict tegen haar uitgevaardigd, op aandrijven van den Bisschop van West-Minster, voogd van den toen minderjarigen hendrik VI. Deze bill verbood de Kapittels en vergaderingen der Metselaren, op straffe van gevangenis, en eene boete, of losgeld, naar het welgevallen des Konings. Dan, het blijkt niet, dat deze wet ooit is toegepast. Men ziet daarentegen in het Latijnsche register van william mollart, Prior van Canterbury, dat er in het jaar 1429, toen Koning hendrik nog minderjarig was, eene Loge werd gehouden te Canterbury, onder de bescherming van den Aartsbisschop henri chicheley, welke werd bijgewoond door thomas stapylton, Reg∴ Meester, john morris, Custos van de Loge Latomorum, of Opziener van de Loge der Metselaren, en vijftien Gezellen met drie Leerlingen, wier namen worden opgegeven.
_alg008alge01_01_5_4
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 6 }
[Edwin] EDWIN, (Prins) Broeder van Koning athelstan van Engeland. Hij leerde zelf de bouwkunde, en liet zich in de vereeniging der bouwlieden aannemen, welke zijn broeder uit Frankrijk en andere landen had laten komen. Hij wist van zijnen broeder te verkrijgen, dat deze bouwlieden, behalve meer andere voorregten, hun eigen regters bekwamen. Hij werd hun Grootmeester, en riep in 926 eene algemeene vergadering te York bijeen, bij welke zich de Gedeputeerden van alle toenmaals bestaande Engelsche Loges voegden, en in welke vergadering hij hen eene constitutie, pligten en wetten gaf. Zie yorksche constitutie en oorsprong der vrijmetselarij.
_alg008alge01_01_5_5
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 7 }
[Eed] EED (De) is de van elken nieuw aangenomen Vrijmetselaar met voorgeschrevene woorden en gebruiken gevorderde verpligting tot stilzwijgendheid, aangaande alles, wat de Orde betreft, en tot beoefening van algemeene menschen- en broederliefde. Het oude voorschrift van den eed was juist overeenkomstig met den ouderdom van het ontstaan der Vrijmetselarij, maar heeft tegenwoordig vele wijzigingen ondergaan. Elk systema heeft haren bijzonderen eed, in welken van tijd tot tijd veranderingen en verbeteringen gebragt zijn geworden.
_alg008alge01_01_5_6
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 8 }
[Eerbewijzen] EERBEWIJZEN. Deze verschillen naar den graad of de ambten, welke de BB∴ visiteuren eener L∴ bekleeden. Indien de BB∴ eenvoudig Meesters zijn, laat men hen binnenkomen in de gewijde vormen, en de Meester rigt eene korte toespraak tot hen, op welke een hunner antwoordt; voorts, nadat hunne tegenwoordigheid op Metselaarswijze is begroet, laat men hen aan eene der beide kolommen plaats nemen. Wanneer de Visiteur, die de L∴ der hooge graden in vreemde landen bezoekt, met de hoogere graden is bekleed, scharen zich de leden der L∴ op zijnen doorgang, en vormen het stalen gewelf. Onderwijl slaan de achtbare Meester en de Opzieners beurtelings met hunne M∴, en staken dit eerst, wanneer de Visiteur in het O∴ is gekomen. Dan gaan de BB∴ weder naar hunne plaatsen. Zoo de Visiteur tot de Maçonnieke gezagvoerders behoort, zendt men hem in het voorportaal eene bezending van zeven Broeders te gemoet, die zwaarden en sterren dragen. De Ceremoniemeester, welke aan hun hoofd is, neemt hem bij de hand, en leidt hem tot aan de Tempelpoort. Aldaar vindt hij den Reg∴ Meester, die hem op een kussen de drie M∴ van de werkpl∴ aanbiedt, en eene redevoering, op de omstandigheden passende, uitspreekt. De Visiteur neemt de M∴, en gaat onder het stalen gewelf door naar het O∴, verzeld door den Meester, de Opzieners, den Ceremoniemeester en de zeven leden der bezending. Aan den Tr∴ gekomen zijnde, geeft hij de M∴ aan den achtbaren Meester en de Opzieners terug, terwijl hij tot ieder hunner eenige verpligtende woorden spreekt. De grootste eerbewijzingen vallen den Grootmeester te beurt. Wanneer deze zich als Visiteur in eene L∴ aanmeldt, dan zendt men hem terstond in het voorvertrek twee Ceremoniemeesters, vergezeld van zeven Broeders met sterren. Daarop begeeft zich de Meester, voorafgegaan van de Standaard- en Zwaarddragers, omringd van de beide Opzieners en twaalf Broeders met sterren, derwaarts, spreekt hem aan, biedt hem op een kussen de drie M∴ met de sleutels van de schatkist en de L∴ aan, en geleidt hem voorts naar het O∴ door eene dubbele rij van Broeders, die op zijnen weg het stalen gewelf vormen. Daar vinden dezelfde pligtplegingen als in het vorige geval plaats. Wanneer de Grootmeester wil heengaan, wordt de stoet, die hem heeft ingeleid, op nieuw gevormd, en vergezelt hem weder tot in het voorportaal des T∴ De Reg∴ Meester en de Opzieners blijven daarbij op hunne plaatsen, en slaan met hunne M∴ tot hij vertrokken is. Men bewijst ook eer aan de Reg∴ Meesters der L∴ wanneer zij zich als Visiteurs aandienen, en wel op dezelfde wijze, welke den BB∴ van de hoogere graden ten deel vallen, en die wij boven hebben beschreven.
_alg008alge01_01_5_7
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 9 }
[Eerens (D.J. de)] EERENS, (D.J. DE) geboren te Alkmaar, den 17den Maart 1781, scheen, van deszelfs bakermat af, bestemd te zijn, om het vaderland in gewigtige betrekkingen te dienen. Nog was de negentiende eeuw niet aan den horizon gestegen (1798), of de B∴ de eerens gordde de wapenen voor het vaderland aan. Als zeventienjarig jongeling schitterde hij reeds in de rijën der dapperen. Wars van bloote vertooning, kenmerkte zich de jeugdige held al spoedig door een gewigtig wapenfeit, en de geschiedrollen van 1800 mogten reeds den edelen dominique jaques de eerens, benevens zijne daad, vermelden, als waardoor de bevrijding uit 's vijands handen van eenen zijner Officieren werd bewerkt, en zijne spoedige benoeming tot Officier op het slagveld ten gevolge had. De velden van Noordholland, in 1799; van Duitschland, in 1800 en 1801; de kusten van Zeeland, 1803; Hessen en Pruissen, 1806; Zeeland en Braband, 1809; de gewesten van Spanje, 1810 en 1811; die van Portugal en Rusland, 1812; de omstreken van Dantzig, 1813; die van Grave, 1814; en Frankrijk, 1815, waren dan ook achtereenvolgend getuigen van den meer en meer aanwakkerenden heldenmoed van dezen verdienstelijken Broeder, terwijl de wonden, bij die veldtogten door hem bekomen, het zegel op deszelfs daden drukten. Zoowel de rasse bevorderingen van de eerens, in 1807 tot Kapitein, in 1809 tot Luitenant-Kolonel, later tot Kolonel en Generaal-Majoor, in 1826 tot Luitenant-Generaal, en in 1829 tot Directeur-Generaal voor de zaken van oorlog in het vaderland, als ook de hooge onderscheidingsteekenen, welke hem te beurt vielen, (in 1807 zijne benoeming tot Ridder der Unie-Orde van Holland, in 1812 zijne benoeming tot Ridder der Keizerlijke Reunie-Orde van Holland, van het Legioen van Eer, als Chevalier de l'Empire of Ridder des Rijks, in 1819 tot Ridder der derde klasse van de Militaire Willemsorde, in 1820 tot Ridder van den Nederlandschen Leeuw, en in 1831 tot Kommandeur van gemelde Orde), al deze uitstekende verheffingen en onderscheidingen moeten van 's mans gewigtige diensten getuigen, terwijl eindelijk deszelfs benoeming tot Gouverneur-Generaal van Neêrlands Indië het hooge vertrouwen bevestigde, hetwelk de eerens zich verworven had, bij het vaderland en bij den Koning. In welk eene hooge mate de Broeder de eerens de leer der Orde van de Vrijmetselarij voorstond, staafde hij gedurende zijnen ganschen levensloop, maar vooral bij zijn verblijf in Spanje, ten tijde, dat onze verhevene Orde aan de hevigste vervolgingen was blootgesteld. Toen was de eerens in dat land Reg∴ M∴ eener L∴, en, met de zucht in het hart, tot verspreiding van licht en waarheid, en buiten staat, om zulks in openlijke tempelen te verrigten, getuigen de onderaardsche gewelven van den onvermoeiden ijver in het belang der Orde, en van den verlichten geest van dien Broeder. Hij stichtte elders, als het ware, in het donkere der aarde, geholpen en bijgestaan door twee Roomsch-Katholijke Geestelij-ken, van de Orde der Kapucijnen, als opzieners, het helderste redelicht. Ook op Java deed de Br∴ de eerens zich steeds als een waar en opregt voorstander der Vrijmetselarij op het edelst kenmerken. Immers, hoe hoog ook in rang in het maatschappelijk leven verheven, trad hij meermalen den Tempel binnen, en vervulde in het midden der Broederen als Meester van Eer zijne plaats. Ja, die geest van verlichting en trouw aan de Orde bleef hem ook op zijne sponde bij, en de laatste oogenblikken van het leven diens Broeder droegen het onloochenbaar kenmerk, dat, gelijk hij als een waar Vrijmetselaar had geleefd, hij ook als een trouw lid der Orde de eeuwigheid is ingegaan, om zijn loon van den O∴ B∴ d∴ H∴ te ontvangen. De Br∴ de eerens ontsliep den 15d∴ d∴ 4e∴ m∴ van het j∴ d∴ W∴ L∴ 5840.
_alg008alge01_01_5_8
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 10 }
[Eerwaardig] EERWAARDIG (ook zeer eerwaardig) is de titel van den achtbaren Meester in de St. Johannes-Loge; daarentegen zijn Waardig en Hoogwaardig de titels der medeleden van de verschillende graden.
_alg008alge01_01_5_9
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 11 }
[Egypte] EGYPTE. Even duister, als het met dat land en deszelfs bewoners tegenwoordig overal ten opzigte der beschaving en verlichting uitziet, in dezelfde mate schitterde dit gedeelte van Afrika reeds voor meer dan 3000 jaren als de zetel van vele kunsten en wetenschappen, die aan de latere volken tot grondslag van het uitbreiden hunner kundigheden hebben gediend. Het waren echter alleen de verschillende klassen van de ingewijden in de mysteriën, voor welke in Egypte de kennis dier kunsten en wetenschappen toegankelijk waren. Volgens de meening van vele geschiedschrijvers stammen de Eleusinische geheimen (zie dat Art.) in Griekenland van deze af, en zelfs zijn er veel Maç∴ schrijvers, die aannemen dat de oorsprong der tegenwoordige V∴ M∴ in de Egypt. mysteriën gelegen is. De ingewijden waren in zeven graden of klassen verdeeld, en kwamen aldus trapsgewijze tot de verschillende kundigheden, in die mysteriën geleerd. Zij moesten zich zoowel bij hunne inwijding, als bij den overgang van de eene klasse tot de andere, aan de hardste proeven onderwerpen. Het gedrag van eenen ingewijde in de laagste klassen diende den opperhoofden tot rigtsnoer, om hem naar gelang te bevorderen, of te laten staan op het punt, dat hij reeds had bereikt. In den eersten graad verkreeg de ingewijde den naam van Pastophoros, en ontving hij onderrigt in de symbolische taal, het hieroglyphenschrift, de beginselen der natuurleer, der genees- en ontleedkunde. De priester der tweede klasse heette Neocoris, en werd geleid tot de kennis der wis- en bouwkunde. In de derde, Melanophoros genoemd, ging hij over tot de verhevener mysteriën; hij werd alsdan onderwezen in de zedekunde, in het geloof aan een leven na den dood, in de wetgeving, in de grondslagen der geschiedenis, der sterre- en aardrijkskunde, en eindelijk in de welsprekendheid. In de vierde klasse gekomen, en Kistophoros genoemd, keerde de ingewijde voor het eerst weder in het profane leven terug, terwijl hij tot hiertoe in het geheime en onderaardsche gebouw der mysteriën had geleefd. Hij werd nu verklaarder der wetten en regter van het volk, verkreeg toegang tot den Koning, en moest zich in al de verschillende onderdeelen der wijsbegeerte oefenen. De vijfde klasse, of de Balahata, onderwees hare medeleden de scheikunde. In de zesde werd de bevorderde Astronomos genoemd, en in de hoogere wiskundige wetenschappen onderwezen. In de zevende en laatste klasse eindelijk werd de Priester Propheta of Saphenath Paneach (een man die de geheimenissen kent), genoemd, en kreeg hij kennis van al de mysteriën; alle geheimen werden hem medegedeeld, zonder dat hem iets verborgen bleef. Van het oogenblik, dat de Kandidaat ter inwijding ingeleid werd, mogt hij geen' wijn drinken, tot hij daartoe in een' hoogeren graad verlof bekwam; hij moest, gedurende eenige maanden in een onderaardsch hol verblijven, en zich aan overdenkingen overgeven; hij moest verder een' eed van trouw en geheimhouding doen, bij welke de zon, maan en sterren als getuigen werden aangeroepen. Hierna ontving hij het herkenningswoord (Amoun, d.i. zwijg), en werd hem eene soort van puntige muts opgezet; zijne heupen werden omgord met eene soort van kleedingstuk, Xylon genaamd; om den hals droeg hij een kraag, die glad op de borst sloot, en van nu af moest hij op zijne beurt eene der poorten bewaken. Vóór zijne verdere bevordering moest hij streng vasten, waarna hij zich door keur van spijzen mogt verkwikken. Hij werd uitgelokt, om zich aan zingenot over te geven; weerstond hij die aanloksels, dan werd hij gewasschen, en na eene zware proef met slangen werd hij tusschen twee hooge zuilen gevoerd, waar hij den graad ontving. De derde graad, de poorten van den dood genaamd, werd den Kandidaat eenigen tijd daarna gegeven. Men voerde hem in een vertrek, dat vol was van lijken, op verschillende wijze gebalsemd, terwijl al de muren behangen waren met gelijksoortige afbeeldingen. In het midden stond de kist van osiris, die nog, uithoofde zijner verstikking, met bloed bedekt was. Men vraagde den aannemeling, of hij deel had genomen, aan den moord van zijnen heer, en voerde hem, als hij dit had ontkend, in eene zaal, waar al de aanwezigen in rouwgewaad waren gekleed. De Koning-zelf, die deze inwijding steeds bijwoonde, zeide hem op een' vriendelijken toon, dat hij de kroon, welke hij hem toereikte, zoude aannemen, als hij geloofde, de verdere proeven niet te kunnen doorstaan. De aannemeling wierp die echter, tot bewijs zijner volharding, weg, en trad dien met voeten. Dadelijk schreeuwde de Koning: beleediging, wraak, hief eene offerbijl op, en sloeg den aannemeling daarmede zachtkens op het hoofd. Twee priesters vatteden hem aan, wierpen hem neder, omzwachtelden hem met banden, en bragten hem naar eene plaats, waar boven den ingang stond geschreven: heiligdom der geesten, en uit welke plaats hem, bij het openen van den ingang, donder en bliksem tegensloegen. Hier werd hij streng onderzocht omtrent zijnen levenswandel, en veroordeeld daar te blijven, de zwachtels werden los gemaakt, en werd hem onder anderen ingescherpt, nooit naar bloed te dorsten, zijne medebroeders in levensgevaar steeds bij te springen, en te hopen op eene opstanding der dooden en een toekomstig oordeel. Op deze plaats bleef hij gewoonlijk anderhalf jaar, en wanneer hij geene geschiktheid bezat voor de verdere wetenschappen, levenslang. Voor zijne inwijding in den vierden graad, de slag der geesten, kwam een Priester tot hem, groette hem vriendelijk, zeide hem, dat hij mede moest gaan, en gaf hem een zwaard en schild. Zij traden door donkere gangen, waar zich eensklaps schrikbarende gedaanten met fakkels en slangen aan hem vertoonden en hem aangrepen; zijn geleider ried hem, zich dapper te verdedigen en alle gevaren te verachten. Hij werd echter overwonnen en geblinddoekt, waarna men hem een strik om den hals bond. Men sleepte hem naar de zaal, waar hij bevorderd zou worden, waarop zijne overwinnaars verdwenen. Geheel uitgeput werd hij naar binnen gedragen; men hergaf hem het gezigt, en hij bevond zich in eene schoone en rijk versierde zaal, waar zich met de andere priesters ook het opperhoofd (Demiurgos) en de Koning bevonden. Zij droegen alle een ordeteeken (Alydei genaamd, van Ἀληδεια, waarheid). Een der ambtenaren wenschte hem met zijn voornemen geluk, maar verwittigde hem, dat hij nog meer proeven moest ondergaan. Nadat hij een' bitteren drank had gedronken, gaf men hem het schild van isis, (der Grieken minerva), deed hem de laarzen van anubis aan (gelijk staande met mercurius), een' mantel met eene kap om, en gaf hem eindelijk een zwaard. Hierna ontving hij den last, een persoon, die zich in een nabijzijnd hol bevond, het hoofd af te houwen en aan den Koning te brengen. In dat hol was eene zeer schoone vrouw, die levend scheen, doch dat slechts eene pop was, op het kunstigst uit fijne blazen en vellen vervaardigd. Wanneer de Kandidaat aan dien last had voldaan, dan prezen hem de opperhoofden, en verhaalden hem, dat hij het hoofd had afgeslagen van gorgo (de Egyptische naam van medusa), die gehuwd was geweest met typhon, en aanleiding had gegeven tot den moord van osiris. Men zeide hem, dat hij aanhoudend de wreker van het kwaad moest zijn, en veroorloofde hem, voortdurend de ontvangen kleeding te dragen. Zijn naam werd ingeschreven in een boek, dat al de regters des lands bevatte. Hij ontving alle wetboeken des lands, en een ordeteeken, dat hij slechts in dien graad, of in de stad Saës mogt dragen, en hetwelk Isis (of Minerva) in de gedaante van eenen uil voorstelde. Men geef hem hiervan de volgende verklaring. Bij zijne geboorte is de mensch zoo blind als een uil, maar door beproeving en wijsbegeerte wordt hij mensch. De helm beteekende den hoogsten graad der wijsheid; het hoofd van gorgo het onderdrukken der hartstogten; het schild de bescherming tegen spotternijen; de zuil de standvastigheid. De kruik duidde op de zucht naar wetenschappen; de koker met pijlen op de welsprekendheid; de lans was de overreding in de verte, nademaal men door zijnen goeden naam anderen kon overwinnen; de palm- en olijftakken beteekenden den vrede. Eene zoodanige vergadering werd Pyxon geheeten, en de ingewijde begon thans de Ammanische taal te beoefenen, welke de geheiligde was, doch welker beginselen thans medegedeeld werden, omdat hij thans bijna op het punt was, al de geheimen te leeren kennen. De priester der vierde klasse kon zijne bevordering tot de vijfde (Balahate) vorderen, zonder dat men hem die toelating mogt weigeren. De Kandidaat werd naar de plaats der bijeenkomst gebragt, waar hij door alle medeleden ontvangen en in de zaal geleid werd. Alstoen werd er eene soort van schouwspel vertoond, dat hij slechts moest aanzien, en van hetwelk men hem op het laatst de verklaring mededeelde. Een persoon, aangeduid onder den naam van orus, ging, verzeld door eenige Balahaten, die alle fakkels droegen, in de zaal rond, terwijl zij naar iets schenen te zoeken. Eindelijk trok orus zijn zwaard. Men bemerkte toen in een hol, daar vlammen uitsloegen, typhon, geheel treurig, als een moordenaar zitten. Orus naderde hem. Typhon stond echter op en vertoonde zich in eene verschrikkelijke gedaante, honderd koppen zaten op zijne schouders. Zijn geheel lijf was met schubben bedekt, en zijne armen hadden eene verwonderingbarende lengte. Desniettemin ging orus op hem toe, wierp hem op den grond en versloeg hem. Nadat men het hoofd had afgehouwen, wierp men het ligchaam in het hol, uit hetwelk nu schrikkelijke vlammen barstten. Hierna toonde men het hoofd aan allen, zonder dat er, echter een enkel woord werd gesproken. Na het einde van dit schouwspel deelde men den nieuwen Balahate mede, dat typhon het vuur beteekende, dat een der schrikbarendste grondstoffen was, zonder hetwelk niets ter wereld kon worden ten uitvoer gebragt. Orus, de arbeid en vlijt, konden het zich echter grootelijks ten nutte maken, als zij deszelfs magt aan zich onderwerpen, en die, om zoo te zeggen, konden dooden. Eindelijk werd den Balahate eene handleiding tot de scheikunde gegeven, en als hij daartoe lust gevoelde, mogt hij, zoo dikwijls hij wilde, de navorsching der gewijden bijwonen. De zesde klasse, of de astronomus voor de poort der goden. Deze graad ging met eenige voorbereidselen gepaard, en de Kandidaat werd, bij het binnentreden in de zaal, dadelijk geboeid, en door zijnen geleiders teruggevoerd naar de poort des doods, naar welke men langs vele trappen moest afklimmen, om dat het hol, bij de inwijding in den derden graad, met water gevuld was. Hier zag hij lijken liggen, welke als verraders der Broederschap omgebragt waren. Men dreigde hem met een dergelijk noodlot, en voerde hem dan weder terug, om een' nieuwen eed te doen. Na het afleggen van denzelven werd hem de oorsprong van de geheele godenleer medegedeeld, en hem eene handleiding gegeven tot de werkdadige sterrekunde. Hij moest de nachtelijke observatiën bijwonen, en in den arbeid behulpzaam wezen. Men waarschuwde hem voor de Astrologen (sterrewigchelaars) en de horoskopen; want voor deze voedden zij een' wezenlijken afschuw, dewijl die de aanleiding en oorzaak waren van alle afgoderij en bijgeloof. Dadelijk na zijne inwijding voerde men hem naar de poort der goden en opende die. Binnengetreden zijnde, zag hij daar al de goden afgeschilderd, waarbij het opperhoofd-zelf hem de geheele uitlegging hunner geschiedenis bekend maakte, zonder hem iets te verzwijgen. Ook vertoonde men hem de reeks van alle vorige opperhoofden en de lijst van hunne heinde en ver verspreide medeleden. Men leerde hem ook eenen priesterlijken dans, in welks toeren de loop der sterren was afgebeeld. Het herkenningswoord was ibis, dat kraanvogel beteekende, en het zinnebeeld der waakzaamheid voorstelde. De zevende klasse, zijnde de Propheta of Saphenath Paneach (een man, die der geheimenissen kent), was de laatste en voortreffelijkste graad, in welken alle geheimen naauwkeuriger werden verklaard. De leden der zesde klasse konden dezen graad niet bekomen, dan na voorafgegane toestemming en goedkeuring van den Koning , den Demiurgos en al de verhevene medeleden van dezen graad. Hierna deed men een' openbaren omgang (Pamylach, of besnijdenis der tong genaamd), in welken omgang de heiligdommen aan het volk werden getoond. Na den afloop dezer omgangen verlieten zij des nachts heimelijk de stad, buiten welke zich eenige huizen bevonden, die in een vierkant gebouwd waren, en onderscheidene vertrekken bevatteden met prachtige schilderstukken, die het menschelijk leven voorstelden. Deze huizen werden Maneras (lijk- of doodenhuizen) genoemd, omdat het volk geloofde, dat de gewijden een' bijzonderen omgang hadden met de afgestorvene Manes. Wanneer zij aankwamen in deze huizen, die omringd waren door vele zuilen, bij welke beurtelings een Sphinx en eene doodkist was geplaatst, dan ontving de nieuwelings aangenomene een' drank, oimellas genaamd, welke uit wijn en honig was zamengesteld, en berigtte hem tevens, dat al de proeven ten einde waren. Daarna ontving hij een kruis van eene bijzondere beteekenis, dat hij altijd moest dragen, en een wit gestreept wijd kleed, Etangi genoemd. Het hoofdtooisel was vierkant. Een zijner voornaamste kenteekens was, dat hij gewoonlijk zijne handen kruiswijze in zijne wijde mouwen stak. Hierna werd hem het haar afgeknipt. Eindelijk ontving hij verlof, alle geheime boeken te lezen, welke in de Ammanische taal waren geschreven, en daartoe den sleutel der cijfers, welke koninklijke bouwbalk genaamd werd. Het grootste voorregt, dat zij bezaten, was, dat zij mede konden helpen in het kiezen van den Koning. Na een' zekeren tijd kon hij ook ambten in de vereeniging bekleeden en zelfs opperhoofd van deze worden. De Demiurgos, of het opperhoofd, droeg een hemelsblaauw gewaad, waarop sterren geborduurd waren, en dat bevestigd was door een' gelen gordel. Om den hals droeg hij een safier, met andere edele steenen omzet, die aan eene gouden keten hing. Tevens was hij de hoofdregter in het geheele land. De Hierophant was bijna gekleed als de Demiurgos, met dit onderscheid, dat hij een kruis droeg. De Stolistas, of waterdrager, droeg een wit gestreept kleed en eene bijzondere soort van laarzen. De Hierostolitas droeg eene veder of pluim op den hoed en eene soort van cylindrischen inktkoker. De Thesmosphores was diegene, welke al de ingewijden moest binnenleiden. De Zacoris voerde de kas. De Komastis zorgde voor de tafel. De Odos was de redenaar en zanger. Alvorens aan tafel te gaan moesten allen zich wasschen. Zij mogten geen' wijn, maar wel bier drinken. Onder den maaltijd werd een geheel geraamte, of een Butoi (Sarkopeja), of doodkist, in het rond getoond, waarbij de Odos het Maneros, d.i. o, dood! verschijn ter juister uur! aanhief, dat door al de leden mede werd gezongen Na het einde van den maaltijd verrigtten zij hunne zaken, gaven zich aan beschouwingen over, gingen ter ruste, of openden de Godenpoort (Biranta), in welk geval zij den geheelen nacht met beschouwingen en oefeningen doorbragten. De Kandidaten moesten zuiver zijn van hart, en eene symbolische reiniging ondergaan, door middel van gewijd water; ook moest hij zich vóór zijne inwijding van zekere spijzen onthouden. Van het oogenblik, dat zijne inwijding een aanvang nam, was alles berekend, zoowel om zijne zedelijke kracht en zijne standvastigheid te beproeven, als om zijn gemoed langzamerhand voor te bereiden tot de diepzinnige leeringen, die hem medegedeeld zouden worden. Na behoorlijk voorbereid te zijn, begaf hij zich midden in den nacht met een' ingewijde, die hem den weg moest wijzen, naar eene der piramiden. Daar aangekomen, ontstak men eene medegenomen lamp. Na het doorkruisen van een' naauwen doorgang, kwam hij aan een' put, wiens bodem zijn oog niet konde bereiken, en in welken hij moest afklimmen, zonder bij het flaauwe en flikkerende lamplicht de treden te bemerken. Op zekere diepte afgedaald, kwam hij aan een' kronkelenden gang, in welken zich eene metalen deur bevond, die met groot gedruisch weder achter hem digt viel, als hij ze eens had geopend. Binnen getreden zijnde, had hij eene reeks van gangen voor zich; in de verte klonken welluidende lijkzangen, door muzijk verzeld, welke geluiden zijne overdenkingen opwekten, aan welke hij eenigen tijd werd overgelaten. Nóg konde de Kandidaat terugkeeren, maar bleef hij bij zijn voornemen, dan verliet hem zijn geleider, en hij moest, naar hij dacht, onverzeld verder gaan, nadat hem zijn gids had medegedeeld, dat hij zich aan groote gevaren moest blootstellen, zonder een oogenblik te wankelen, en dat het hem tot op dat oogenblik vergund bleef terug te keeren, wanneer hij die niet wilde wagen, maar dat hij, eens teruggekeerd nimmer ingewijd mogt worden. Bij het verder gaan kwam hij aan eene poort, door drie gewapenden bewaakt, die hem waarschuwden, dat hij na den doorgang, ingeval hem den moed ontzonk, nimmer weder het daglicht zoude aanschouwen. Bleef hij volharden, en ging hij verder, dan kwam hij weldra in een vertrek, waar de boven zijn hoofd zamenslaande vlammen eene vuur-allée vormden, welke hij door moest gaan, en waar na hij aan een snelvlietend water kwam, dat hij met moeite overzwom. Had hij dit volbragt, dan kwam hij aan eene poort, welke van twee ringen voorzien was. Na vruchtelooze pogingen, om deze te openen, trok hij, om dat doel te bereiken, aan de ringen, maar alsdan zonk de vloer plotseling onder hem weg, en hij moest zich stevig aan de ringen vast houden, wilde hij niet nederzinken in den onder hem gapenden peilloozen afgrond, waarbij zijne inmiddels nog brandende lamp, door den sterken togt, uitging. Had deze ijzingwekkende toestand eenige oogenblikken aangehouden, dan kwam de weggezonken vloer weder naar boven; de poorten openden zich, en gaven hem toegang tot een' schitterend verlichten tempel. Deze was rondom versierd met zinnebeelden van verschillende natuurkrachten en natuurverschijnselen, en bevatte de ingewijden met hunne mystieke zinnebeelden van gelijke beteekenis. Men omarmde en begroette hem en reikte hem een' verkwikkenden dronk, waarna liefelijke lofzangen weêrgalmden. Na zekeren rusttijd, in welken hij zich kon herhalen van de doorgestane vermoeijenissen, begonnen de voorbereidingen en proeven voor de verdere inwijdingen. Onder deze behoorden eerst een streng vasten, en vervolgens een zwijgen van tweemaal negen dagen, gedurende welke hij zijne overdenkingen wel mogt ter neder schrijven, maar met woorden, teekens, noch gebaren mogt antwoorden op de vragen, die hem gedaan werden, met oogmerk, hem het zwijgen te doen afbreken. Op den negentienden dag vergunde men hem te spreken. Men wiesch hem en deed hem nieuwe symbolische kleederen aantrekken. Hij legde zijne gelofte af, en werd in de geheimen der goden-, natuur- en zedeleer, benevens in de bovennatuurkunde, enz. ingewijd. Was dit alles in onderscheiden tijdperken verrigt, dan had hij de zevende klasse bereikt, en hij nam deel aan den bovengemelden schitterenden en plegtigen omgang, bij welken hij een' witten sluijer over het hoofd had; hij droeg een wit kleed, met een' gordel, die met goud geborduurd was, daarbij een zwaard aan een' witten en zwarten draagband. Gedurende den geheelen optogt bestrooide hem het volk met bloemen, en besprengde hem met reukwateren. In den tempel aangekomen, nam hij plaats op een' hoogen troon, voor welken een gordijn gehaald werd. Onder het zingen van lofgezangen, door de Priesters, werden hem de sluijer en prachtige gewaden afgenomen, en het priesterkleed aangetrokken, dat hij van nu af moest dragen, waarna het gordijn weggetrokken, en hij aan het volk werd vertoond, dat een luid jubelgeschreeuw aanhief. De strekking der Egyptische mysteriën was, om de ingewijden met de hoogere wetenschappen bekend te maken en hen te veredelen.
_alg008alge01_01_5_10
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 12 }
[Egyptenaren] EGYPTENAREN. Het was eene algemeene gewoonte bij de volkeren der oudheid, geheim onderrigt te geven in de wetenschappen, kunsten en handwerken. Zoo maakten, bij voorbeeld, bij de Egyptenaren, de Priesters afzonderlijke volksklassen uit, welke zich allen aan het onderwijs van eenen bijzonderen tak der menschelijke kundigheden wijdden. Elke klasse liet hare leerlingen eene bepaalde reeks van oefeningen, tot hare eigene kunst of wetenschap behoorende, doorloopen, en onderwierp hen daarenboven, voor elken graad, in den leertijd aan zekere proefnemingen, die ten doel hadden, om zich van hunne geschiktheid voor het vak te verzekeren. Door deze proeven werd de geheimzinnigheid, waarin dit onderwijs voor het volk gehuld was nog vermeerderd. (zie egypte.)
_alg008alge01_01_5_11
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 13 }
[Egyptische Vrijmetselarij] EGYPTISCHE VRIJMETSELARIJ. Zie cagliostro en vrijmetselarij (egyptische).
_alg008alge01_01_5_12
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 14 }
[El] EL. (God.) Dit Hebr. woord bevat, door eenige bijvoegingen, nog andere beteekenissen, die gezamenlijk in de hoogere graden als herkenningswoorden voorkomen, zij zijn: elchai. (Levendige God.) eliab. (Sterke God.) eliël. (Sterkte des Heeren.) eliah. (God de Sterke.) eloah. (God.) elohim. (De Godheid.) elignam. (God des volks.)
_alg008alge01_01_5_13
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 15 }
[Elchanan] ELCHANAN (Barmhartigheid van God) is een beteekenend woord in vele hooge graden.
_alg008alge01_01_5_14
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 16 }
[Eleusiniën] ELEUSINIëN. (De) Deze geleken naar de Egyptische geheimen, hoewel zij welligt andere betrekking op de Vrijmetselarij hebben, als dat zij onder de geheime vereenigingen behooren. Niettemin willen eenige schrijvers, dat zij de wieg van de eerste en van de tegenwoordige Vrijmetselarij zijn. De Eleusiniën dragen hunnen naam van Eleusis, eene stad van het oude Griekenland, in de nabijheid van Athene, waar zij hunnen zetel en tempel hadden, die 30,000 menschen kon bevatten, en gewijd was aan de geheime diensten ter eere van ceres en hare dochter proserpina. Hun oorsprong klimt tot de vroegste tijden van Griekenland op, doch is geheel onbekend; onwaarschijnlijk is het echter, dat zij eene voortzetting of navolging waren der Egyptische geheimen, aan isis gewijd. De mysteriën waren verdeeld in kleine en groote; de kleine dienden ook tot noviciaten voor de laatste. Om zich tot dezelve voor te bereiden, moesten de Kandidaten zich met allerlei aandachtsoefeningen en heilige gebruiken bezig houden, en eene reiniging ondergaan. Aan den ingang des Tempels moesten zij het hoofd met mijrten omkransen, hunne handen met gewijd water wasschen, en zekere woorden of een formulier uitspreken, hen bij de reiniging als teeken derzelve, medegedeeld, en tegelijk betrekking hebbende op mystische handelingen, gedurende de reiniging; ook werd hen openlijk toegeroepen, dat zij de mysteriën met reine handen, reine ziel en reine Grieksche uitspraak moesten naderen. Na deze voorbereidingen konden zij aan de mysteriën deel nemen. Niet alleen mannen uit elken stand, maar ook vrouwen en kinderen van Griekschen oorsprong, in het vervolg ook uitlanders, die men barbaren plagt te noemen, werden in de kleine mysteriën toegelaten, en dan mystae genaamd. Daarentegen op de inwijding in de grootere durfde slechts een klein getal aanspraak maken, dewijl zij de openbaring behelsden van waarheden, die boven de algemeene begrippen verheven, en daarmede in strijd waren. De groote mysteriën hadden, volgens het algemeene gevoelen, de leer tot onderwerp, die van de volksgodsdienst afweek, van de erkenning van een hoogste wezen in de natuur, en de voorschriften van de reinste en edelste zedeleer. Het is waarschijnlijk, dat de kleine mysteriën eene soort van verstandiger veelgoderij voorstelden; dat men in deze de leer voordroeg van de belooningen en straffen, in eenen toekomstigen toestand na den dood, welke echter de grenzen van de heerschende godsdienst niet overschreed; dat daarentegen in de grootere, de Epopten (zoo heetten de daarin ingewijdden), meer juiste begrippen erlangden van de Godheid en de betrekkingen van de menschen tot haar; van de oorspronkelijke waarde der menschelijke natuur en de middelen, om de menschen, niettegenstaande den zondenval met de Godheid te hereenigen, van de onsterfelijkheid der ziel en van den toestand na den dood. Het openbare feest van deze Eleusiniën werd jaarlijks slechts eenmaal gevierd, en duurde negen dagen en negen nachten, waarbij de grootste pracht en feestelijkheid heerschte, en hetwelk door heilige ceremoniën, inwijdingen, offers, omgangen, dansen, spelen, voorstellingen en gastmalen verzeld werden. De personen, die de Eleusinische mysteriën bestuurden, waren: 1.) de Hierophant (vertooner van het heiligdom), of Mystagoog (geleider der ingewijden), die slechts uit de oude en de edele geslachten der Eumolpiden mogt gekozen worden. Het hoofd met een diadeem getooid, en in zijne kleeding het beeld van den Demiurgos, of oppersten wereldschepper daarstellende, voerde hij bij de kleine mysteriën de Kandidaten in den tempel, en wijdde degenen, die te voren genoeg beproefd waren, in de laatste en grootste geheimen in. 2.) De Opperfakkeldrager was met de symbolische attributen van de zon getooid. Zijn ambt bestond daarin, dat hij de Kandidaten moest reinigen, en in den vijfden nacht van het feest, waarin men het omdwalen van ceres bij de Etna voorstelde, de overige fakkeldragers aan te voeren. 3.) De Heraut, of Uitroeper, droeg de attributen van hermes (mercurius). 4.) De Altaardienaar, met het zinnebeeld van de Maan. Buiten deze ter inwijding, of ter verrigting van offers en andere feestelijkheden bestemde personen, had nog een der Archonten, die den titel van koning voerde, in last, gedurende het feest alle wanorde te verhoeden; in naam van het geheele volk te offeren, en deszelfs wenschen en gebeden aan de Goden voor te dragen. Na het sluiten der mysteriën hield hij nevens zijne vier, door het volk gekozen bijzitters, regt over de misdadigers, die de feesten gestoord hadden. De aan den tempel van ceres behoorende priesteressen werden bijen genaamd, en de voornaamste van haar was koningin, die de gemalin was van denzelfden Archont, die het opzigt over de mysteriën voerde. Men noemde deze mysteriën te gelijk de verschrikkelijkste en de vrolijkste feesten, en zelfs mannen, als socrates en cicero, zeiden van de Eleusinische mysteriën, dat men daarin niet alleen leerde gelukkig en vergenoegd te leven, maar ook onderwijs verkreeg, met de beste hoop te sterven. In den jare 381, na christus geboorte, werden zij door Keizer theodosius I bij de strengste straffen verboden, en sedert zijn de sporen van hun bestaan geheel onzeker. (Zie mysteriën.)
_alg008alge01_01_5_15
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 17 }
[Elizabeth] ELIZABETH. Den 27sten December 1561 hield de Broederschap der Metselaars in Engeland hare jaarlijksche vergadering te York, onder het voorzitterschap van thomas sackville, toen men, te midden der beraadslagingen, vernam, dat de Koningin, vertoornd, door dat men haar om hare sekse de inwijding en het opengevallen Grootmeesterschap niet had aangeboden, krijgsvolk had afgezonden, om hen uiteen te jagen. De Gr∴ M∴ en zijne Opzieners gingen dadelijk deze bende te gemoet, en het gelukte hen, de bevelvoerende Officieren over te halen, de uitvoering hunner bevelen op te schorten, totdat zij met eigene oogen zich zouden hebben overtuigd, of hunne vergadering zoo misdadig was, als de Koningin voorgaf. Daarop werkelijk in de Loge geleid zijnde, werden zij, met hunne toestemming, aan de proeven onderworpen, en in de geheimen der Metselarij ingewijd. Zij woonden daarna de beraadslagingen der Groote Loge bij, welke na hunne aanneming waren hervat. Thans volkomen ingelieht zijnde omtrent hetgeen er in deze vergaderingen voorviel, haastten zij zich dit der Koningin te berigten, en hun verslag werd in zulke voordeelige en vurige bewoordingen gegeven, dat elizabeth niet alleen afzag van alle vervolging der Metselaars, maar hen bovendien van toen af aan onder hare bijzondere bescherming nam, en het volgende jaar, het vijfde van hare regering, eene verordening uitgaf, waarbij het parlements-edict van 1425 al zijne kracht verloor.
_alg008alge01_01_5_16
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 18 }
[Eloel] ELOEL is de zesde maand van het burgerlijk en de elfde van het kerkelijk jaar der Hebreeuwen. Zie verder almanak.
_alg008alge01_01_5_17
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 19 }
[Elus-Coëns] ELUS-COëNS. Deze Orde was eertijds zeer verspreid in Duitschland. In bijna al de groote steden vond men genootschappen, onder den naam van Loges van Coën. Zij werd ingevoerd door martinez paschalis. Eenigen schrijven het woord met een K, anderen met eene C, en weder anderen Cohen. (Het is het Hebreeuwsche woord ןהכ, Priester.) De Elus-Coëns hebben zich eenen grooten naam verworven; zij namen slechts een klein getal uitgezochte personen aan, en deze werden dan nog met buitengewoon vele omstandigheden ingewijd. Dit was een middel, om der instelling waarde bij te zetten, en om het geheim der inwijding meer en meer te bewaren. Zij zouden dit doel zekerlijk hebben bereikt, indien zij niets over hunne geheimen geschreven hadden. De ondervinding heeft bewezen, dat alles, wat aan het papier wordt toevertrouwd, vroeg of laat wordt ontdekt, en het erfdeel van menschen wordt, die geene reden hebben, om het geheim te honden. Dit heeft ook plaats gehad met de Elus-Coëns. Na den dood van saint-martin heeft men de cahiers der graden, als ook de instructiën en geschrevene reglementen gevonden. De familie deed daarvan afstand, ten behoeve van eenen vriend, die geene zwarigheid maakte, deze aan eenige Broeders mede te deelen, die daarvan afschriften bekwamen. Savalette de langes, die tot dit genootschap behoorde, had dezelve ook; men weet, dat zijne manuscripten met zijne bibliotheek verkocht zijn, en daaruit is voortgevloeid, dat de Orde der Elus-Coëns, zoowel als menig ander systema, is openbaar geworden, waardoor wij in staat zijn, hieromtrent het een en ander te kunnen mededeelen. Het stelsel van dezen Ritus, dat tegenwoordig niet wordt bearbeid, omvat de schepping van den mensch, zijne straf, de smarten van ligchaam, ziel en verstand, die hij ondergaat. Het doel, dat de inwijding zich voorstelt, is de wedergeboorte van den mensch, zijne herstelling in zijne oorspronkelijke onschuld, in zijne regten, die hij door de eerste zonde verloor. Zij wordt in twee verschillende deelen gescheiden. In de eerste is de Kandidaat in de oogen der inwijders slechts een klomp aarde en slijk. Hij krijgt het leven alleen op voorwaarde, dat hij zich wachten zal, de vruchten van den boom der wetenschap te proeven. De Kandidaat belooft dit; maar hij wordt verleid; hij wordt ontrouw aan zijne belofte, en wordt gestraft en in de vlam-men geworpen. Indien hij evenwel door nuttige werkzaamheid en een heilig en voorbeeldig gedrag zijne fout herstelt, wordt hij tot een nieuw leven herboren. Dit alles wordt hem in de klasse, der graden van Leerling, Medgezel en Meester, onderwezen, waarvan men alles in het eerste boek van mozes lezen kan. In het tweede gedeelte wordt de neophiet door den adem der Godheid bezield; hij wordt geschikt, om de verborgenste geheimen der natuur te kennen; de hoogere scheikunde, de Cabbala, de waarzegkunde, de kennis der onligchamelijke wezens, dat alles wordt hem gemeenzaam. Deze bevoorregte wezens vormen de tweede klasse in de Orde van Elus-Coëns. Deze klassen worden in vele andere verdeeld, in welke men de ingewijden, naar hunnen smaak, genie en bekwaamheden, de Cabbala en de meest verborgene wetenschappen in al hare deelen onderwijst. De graden zijn dus in de eerste klasse: Leerling, Medgezel, Meester, Groot-Elu (of Groot-Uitverkorenen). In de tweede kiasse: Leerling-Coën, Gezel-Coën, Meester-Coën, Groot-Bouwmeester en Ridder-Kommandeur. Volgens dit plan ziet men, dat de Orde van Elus-Coëns niet alleen alle personen heeft moeten vereenigen, die smaak voor de bovennatuurlijke wetenschappen hadden, maar ook die, welke zich door bijzondere gedachten in het stuk der godsdienst kenmerkten, als: martinez paschalis, swedenborg, enz. Ieder weet, dat saint-martin, officier bij het regement van foix, welke zijn begonnen werk voortzette, en zich beijverde, om het stelsel van zijnen meester te hervormen; de Baron d'holbach, schrijver van het stelsel der Natuur; duchanteau, wien men mystieke tafereelen, zeer gezocht bij de liefhebbers, heeft te danken, en vele andere lid dezer Orde waren. Martinez paschalis voerde dezen Ritus eerst in sommige Loges van Marseille, Toulouse en Bordeaux in. Later, in 1767, bragt hij dien naar Parijs, alwaar hij eenige op zich zelve staande aanhangers kreeg. Eerst in 1775 werd zijn stelsel door enkele Loges aangenomen. Het is blijkbaar, dat uit deze school vele philosophische werken zijn gekomen, die meer vol geest zijn dan doeltreffend. De Elus-Coëns hebben zich altijd, zoo in Frankrijk als elders, als zedige menschen onderscheiden; gehecht aan hunnen vorst, het vaderland, de regtvaardigheid en de menschelijkheid. Degene, die aangenomen wil worden, is verpligt, zich zelven aan de Orde voor te stellen. In het voorportaal ingeleid zijnde, maakt men hem bekend aan de deur van den ingang. Personen worden gezonden, om onderzoek te doen naar zijnen naam, zijn vaderland en zijne godsdienstige denkbeelden. Daarna laat men hem den eed afleggen, 1e. van geheimhouding; 2e. om de ongebondenheden en de publieke spelen te vermijden; 3e. om geene publieke vrouwen te bezoeken, geen overspel te bedrijven, en eindelijk getrouw te zijn aan de statuten der Orde. Hierop heeft de receptie met de gebruikelijke plegtigheden plaats.
_alg008alge01_01_5_18
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 20 }
[Elus de la verité] ELUS DE LA VERITÉ. De Loge der Parfaite Union te Rennes, die uit verdienstelijke mannen bestond, stelde in 1775 een nieuw systema: het Rituaal van de Uitverkorenen der waarheid, daar, waaruit zij alles had gebannen, wat naar zwarte kunst, alchimie of cabbala zweemde. De Ritus bevatte veertien instructiegraden, in drie klassen verdeeld. De eerste klasse, die der mindere graden, bestond uit den Leerling, den Gezel, den Meester en den volmaakten Meester. In de tweede klasse, die der hoogere graden, behoorden de Uitverkorene der negen, de Uitverkorene der vijftien, de Uitverkoren Meester, de kleine Bouwmeester, de tweede Bouwmeester, de groote Bouwmeester, de Oostersche Ridder en de Rozenkruiser. Deze graden, ontleend aan het Rituaal der volmaking, hadden, hetzij in hunne leer, hetzij in de aannemingsformulieren, wezenlijke veranderingen ondergaan. De derde klasse, die van de eigenlijk gezegde Uitverkorenen der Waarheid, werd beheerd door een opperkapittel, dat constitutiën afgaf aan vele Loges, zoo te Parijs als in de Provinciën. De Heer de mangourit, dezelfde, die later de Metselarij van adoptie der dames van den berg Thabor invoerde, was de voornaamste daarsteller van het Rituaal der Uitverkorenen van de waarheid.
_alg008alge01_01_5_19
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 21 }
[Emanuel] EMANUEL. (God is met ons.) Een Hebr. woord, in eenige hoogere graden van veel beteekenis.
_alg008alge01_01_5_20
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 22 }
[Emerech] EMERECH. (Welsprekend.) Een Hebr. woord, van veel beteenis in de hoogere graden.
_alg008alge01_01_5_21
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 23 }
[Emunah] EMUNAH. (Waarheid.) Een Hebr. woord, van veel beteekenis in de hoogere graden.
_alg008alge01_01_5_22
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 24 }
[Engeland] ENGELAND. Toen Engeland in de vijfde eeuw eene prooi der barbaren van het noorden werd, ging er veel goeds verloren, dat reeds begon te ontkiemen. Uitmuntende inrigtingen, welke de Romeinen sedert 400 jaren als heeren des lands tot stand gebragt hadden, verdwenen geheel en al. De beschaving verachterde evenzeer, als elders in andere gedeelten van het ten val neigende Romeinsche rijk. De half wilde veroveraars, de Angelsaksen en hunne medgezellen, zochten alles te verwoesten, waarvan zij de waarde niet kenden. Na de omhelzing des Christendoms werden de Angelsaksen handelbaarder, en bevlijtigden zich hunne Koningen, om datgene weder te herstellen, wat door hunnen ruwen moedwil omver gerukt was. Deze zucht nam blijkbaar toe, sedert de vereenigingen der kleine koningrijken, in het jaar 824, onder egberts kroon, en de inwendige rust, welke deze gebeurtenis ten gevolge had. Men gevoelde inzonderheid eene dringende behoefte, om de openbare gestichten en woonhuizen, die door den tijd en den oorlog verwoest waren, weder op te bouwen en te vermeerderen. Alfred de Groote (872-900) had Rome in eigen persoon bezocht, en deed zijn best, om het navolgenswaardige, hetwelk hij op deze reis had leeren kennen, bij zijn volk in te voeren. Zijne pogingen, om wetenschappen en kunsten uit derzelver diep verval weder op te beuren, bleven niet zonder gevolg. Hij stichtte de universiteit van Oxford, die sedert zoo veel licht verspreid heeft, en zocht ook inzonderheid de bouwkunst te verbeteren. Alfred's opvolger, eduard de Oudere, moest van 900-924 onophoudelijk de Denen bevechten, waardoor hij zich op de kunsten des vredes niet kon toeleggen. Maar alfreds kleinzoon, de Koning athelstan, die van 924-940 regeerde, verdreef de ongenoode gasten, en kon toen met vrucht het voorbeeld van zijnen grootvader volgen. Hij deed vele groote gebouwen oprigten, en verleende eene bijzondere bescherming aan de Broederschap der Metselaars, riep vele leden der Fransche vereenigingen naar Engeland, stelde hen als opzigters der bouwkundige werkzaamheden aan, en droeg zijnen jongeren broeder edwin het opperbestuur op. Bovendien deed hij de statuten, reglementen en verpligtingen, door welke de Romeinsche kollegiën bestuurd werden, en welke onder de Maçonnieke genootschappen van het vaste land in kracht waren gebleven, bijeen verzamelen, en daaruit, in eene algemeene vergadering der Broederschap, in de maand Junij 926 gehouden, een wetboek voor de Metselaars in Engeland zamenstellen. Van dezen tijd af te rekenen, had de Broederschap in Engeland, onder den naam van Groote Loge, een regelmatig bestuur, welks hoofdplaats de stad York was, en dat in zijne jaarlijksche bijeenkomsten, al wat het genootschap betrof vaststelde. Zie constitutie. Onder de regeringen, welke op die van athelstan volgden, werd de Broederschap insgelijks aangemoedigd en ondersteund. Personen van den hoogsten rang, Kerkvoogden, Prinsen en zelfs Koningen, lieten zich in dezelve opnemen, en de meeste hunner prijkten op de lijst der Grootmeesters. In 1155 werden de Loges bestuurd door de Orde van den Tempel, die dit beheer behield tot in 1199. Drie eeuwen later plaatste zich de Orde van Malta aan het hoofd der Broederschap, en gaf haar al den luister weder, dien zij gedurende de bloedige twisten der huizen van York en Lancaster had verloren. In 1492 onttrok zij zich aan de bescherming dezer Ridders, en koos tot Grootmeester john islip, Abt van Westminster. Van toen af tot de laatste tijden werd zij beurtelings bestuurd door Lords, Bisschoppen en vermaarde Bouwmeesters, zoo als inigo jones en christophorus wren (zie dat Art.). In het begin der zeventiende eeuw hervindt men in Enge-land de Maçonnieke Broederschap met eene oorspronkelijke en eenvoudige inrigting en bedoeling. Zij was toenmaals, uit bouwende werklieden zamengesteld, die door een mysterie verbonden waren, en gezamenlijk de oprigting van publieke gebouwen ondernamen. Hare leden hadden eene eigendunkelijke magt, om zich tot Loges te vormen, in den omtrek van ieder in aanbouw zijnde gesticht, met de goedkeuring van den opzigter des arbeids, alsmede om den gang van de werkzaamheden, het aantal der arbeidslieden en de werkuren te bepalen. Men was toen nog niet op het denkbeeld gekomen, om achtbare Meesters en opzieners der Loges aan te stellen, die als Groote Loge vergaderden, of eenen Grootmeester, die het regt had, om constitutionele patenten uit te reiken aan afzonderlijke vereenigingen van Broeders, waardoor deze het regt verkregen, om op zekere plaatsen en onder bepaalde voorwaarden te vergaderen. Geene beperking van dien aard belemmerde nog de vrijheid der Broederschap. De leden waren, ieder voor zich, alleen verpligt tot de naleving van reglementen, omtrent voorwerpen van gemeen belang of innerlijk beheer, die door de Broederschap in eene algemeene vergadering, een- of tweemaal 's jaars, waren vastgesteld, en het gezag van den Grootmeester strekte zich niet uit buiten de deuren der vergaderzaal. Elke Loge stond onder het bestuur van eenen Meester of Achtbare, wiens gezag ophield met de zitting, voor welker doeleinden hij was verkoren. Indien eene Loge ergens voor een' bepaalden tijd was gevestigd, gold een getuigschrift der tegenwoordige Broeders, dat in het register der werkzaamheden was ingeschreven, als een in hunne oogen voldoend bewijs van de regelmatige constitutie der werkplaats. Ofschoon al de leden der vereeniging werkelijk Metselaars waren, wijdden zij niettemin tot hunne mysteriën mannen in van allerlei beroep, van wie de vereeniging eenig nut of eenigen steun kon verwachten. Zoo werd, bijv. in 1641, robert moray, Kwartiermeester-Generaal van het Schotsche leger, door de Loge la Chapelle de Marie van Edimburg ingewijd, en werden de geleerde Oudheidkenner elias ashonole en de Kolonel mainwaring van kerthingham, in 1648 te Warington, in het graafschap Lancaster in het genootschap opgenomen. Op gelijke wijze werden nog den 11den Maart 1682 de Ridder william wilson en andere lieden van rang te Londen door de Company der Metselaars toegelaten, en woonden het banket bij, waarmede de zitting werd besloten. De naam van Metselaar, dien de personen, aan dit ambacht vreemd, ontvingen, was slechts een eeretitel, en gaf geenerlei aanspraak op de voorregten, die de wezenlijke werklieden genoten. Men duidde hen in het bijzonder aan met den naam van accepted Masons, aangenomen, toegelaten Metselaars, terwijl de andere als operative Masons, werkelijke Metselaars, bekend stonden. De onlusten, waaraan Engeland, op het einde der regering van karel I en in de daarop volgende tijden, ter prooi was, bragten de Broederschap een aanzienlijk nadeel toe. De accepted Masons, welke tot de partij des Konings behoorden, trachtten haar over te halen, zich met staatkundige kuiperijen in te laten, en mede te werken tot de herstelling van de monarchie der stuarts. Maar ofschoon karel II, die gedurende zijne ballingschap als Metselaar was opgenomen, bij zijne komst tot den troon eene bijzondere bescherming aan de vereeniging schonk, blijkt het echter geenszins, dat hij, ten herkrijging van de oppermagt, van dezelve eenige krachtdadige ondersteuning genoten hebbe. Het is veeleer waarschijnlijk, dat de kunstgrepen zijner aanhangers de vredelievende en verstandige Metselaars uit de vergaderingen verwijderden; want van dit oogenblik af te rekenen, werd het aantal der Loges, ondanks den ijver, welke de Grootmeester christophorus wren vele jaren achtereen aan den dag legde, telkens geringer, en de weinige werkplaatsen, die nog waren overgebleven, stonden in 1705 bijna geheel onbezocht. In dit jaar nam de Loge St. Paul, te Londen (tegenwoordig l'Antiquité, No. 2), een besluit, hetwelk het voorkomen der Broederschap ten eenemale veranderde; zij bepaalde namelijk: de voorregten van de Metselarij zullen voortaan niet langer het uitsluitend deel zijn der Metselaars van beroep, maar mannen van allerlei stand zullen die kunnen ge-nieten, mits zij regelmatig zijn goedgekeurd en in de Orde opgenomen. Deze nieuwigheid, welke veelligt geen ander doel had, dan het steeds afnemend getal der leden te doen aangroeijen, ten einde later aan de Broederschap haar eerste gewigt en hare oorspronkelijke werkzaamheid te hergeven, had echter gevolgen, welke de invoerders geenszins voorzagen. Er lag toch in de leerstellingen der Metselarij een beschavend grondbeginsel, dat slechts verlangde, zich te ontwikkelen; en toen de hinderpalen, waardoor die kiem binnen de enge grenzen eener werktuigelijke vereeniging besloten bleef en verstikte, waren weggenomen, toen gehoorzaamde ook de Orde der Vrijmetselaren aan haar uitzettend vermogen; zij drong in een oogenblik tot in het inneriijke deel des maatschappelijken ligchaams door, en bezielde het, als 't ware, met een nieuw leven. Ofschoon dan ook de Orde onder Koningin anna, die toen de teugels van het bewind in handen had, veel van haren luister moest derven, was toch dit tijdvak van hoog belang voor hare zedelijke ontwikkeling. Haar kortstondig verval strekte alleen, om de slagboomen te doen vallen, die tot op dezen tijd toe door verschil van maatschappelijken stand, kerkelijk geloofsbegrip of staatkundige denkbeelden, aan eene algemeene verbroedering waren in den weg gelegd. Van dit besluit der Loge van St. Paul moet men alzoo den aanvang der hedendaagsche Vrijmetselarij, of liever van hare tegenwoordige gedaante dagteekenen. Gedurende de staatkundige verdeeldheden en godsdienstige twisten, welke het einde der regering van Koningin anna en de komst van george van brunswijk, Keurvorst van Hanover, tot den troon van Engeland, verontrustten, alsmede de opstanden, welke kort daarna uitbarstten, ten voordeele van frans eduard stuart, bekend onder den naam van Pretendent, verhinderden aanvankelijk, dat het besluit der Loge van St. Paul die gevolgen had, welke men er van verwachtte. Vele Loges hielden zelfs op bijeen te komen, en de jaarlijksche vergaderingen en feesten werden geheel en al veronachtzaamd. Wat dezen toestand der Metselarij nog hagchelijker maakte, was de hooge ouderdom en de zwakheid van christophorus wren, die sedert 1702 was genoodzaakt geweest zijn ambt van Grootmeester neder te leggen, waardoor de Broederschap, zonder opperhoofd, geheel aan zich zelve was overgelaten. In dien staat waren de zaken, toen de Metselaars van Londen en omstreken besloten, eene nieuwe poging te doen, om hunner waggelende instelling eenige kracht bij te zetten. De eenige Loges, welke toenmaals in Zuid-Engeland bestonden, waren zij, die vergadering hielden in de herbergen de Gans en de Rooster, in St. Paul's Church-gard; de Kroon, in Parker's-lane; de Appelboom, in Charles-street, Covent-Garden; de Beker en de Druiven, in Channel-Row, Westminster. De vier Loges, aan welke zich eenige afzonderlijke Metselaars aansloten, vergaderden in de maand Februarij 1717, in de herberg de Appelboom. Hare eerste zorg was, zich als tijdelijke Groote Loge te constitueren, en na beslist te hebben, dat de gemeenschap der kwartieren of driemaandelijksche bijeenkomsten, alsmede de jaarlijksche feesten van St. jan, voortaan hunnen geregelden loop zouden hernemen, bepaalden zij hunne eerste vergadering op den 24sten Junij eerstvolgende, ten einde eenen Grootmeester te verkiezen en de aangevangene werkzaamheden voort te zetten. De zitting had plaats in de herberg de Gans en de Rooster, in het lokaal der Loge van St. Paul, de oudste der vier. De werkzaamheden geopend zijnde, onder het voorzitterschap van den oudsten Deken, maakte men eene lijst van Kandidaten voor het Grootmeesterschap, uit welke bij meerderheid gekozen werd antony saijer, die onmiddellijk in zijne waardigheid werd geinstalleerd door den Meester van den Stoel, en de gelukwenschingen ontving van de vergadering, die hem hare hulde bragt. Nadat in het jaar 1717 de nieuwe Engelsche Gr∴ Loge opgerigt geworden, en voor de eenig geldende oppermagt der Broederschap verklaard was, waardoor zij allezins een fakkel der tweedragt in het verbond wierp, die bijna honderd jaren achtereen den vrede stoorde, verkondigde de Groote Loge van York, welke het naaste regt op zulk eene verklaring had gehad, luide, dat zij van hare oude voorregten geenen afstand doen wilde. Dit deed insgelijks de Groote Loge later, en vele Engelsche Loges verklaarden zich ten gunste der oude Groote Loge van York. Daarom vereenigden zich vele werkplaatsen, om het plan der Londensche Groote Loge te begunstigen. Eensdeels was het de keuze der hoofdstad, anderdeels ontwikkelde zij eene groote werkzaamheid in de grondlegging van nieuwe Loges, en ten derde werd het haar gemakkelijk, voorname personen tot Grootmeesters te benoemen, dat van grooten invloed was. Hier tegen verklaarden zich alle Schotsche Loges en ook vele Engelschen voor afhankelijk aan de oude Loge te York, doch de Groote Loge van Londen had het meerendeel Loges aan zich getrokken, ook zelfs dan nog, toen zij door de eigenmagtige veranderingen van het Maçonniek gebruik, van vele willekeurigheden verbreid werd door jacob king en Lord viscourt kingston, die in 1729 Grootmeester der Engelsche Loge in Londen was geworden, en in het daarop volgende jaar (1730) voor zich een onafhankelijk Grootmeesterschap van Ierland, in Dublin, naar de constitutie en gebruiken der oude VV∴ MM∴ had opgerigt. Buiten de Groote Loge door Prins edwin in 926 te York opgerigt, had Schotland de oudste Loges aan te wijzen. Als de wieg der Schotsche Vrijmetselarij is Kilwinning te beschouwen, want naar men wil, zouden volgens de stedelijke archieven, reeds in 450 door vreemde bouwlieden eene abdij gebouwd en eene Loge opgerigt zijn, welker bestaan zich, onafgebroken tot aan het einde der vijftiende eeuw zou laten aantoonen. De eigenlijke Groote Loge van Schotland werd eerst in 1736 opgerigt, en wel te Edimburg, waarheen de Loge van Kilwinning in 1744 haren zetel overbragt, onder den naam van Koninklijke Groote Loge en Groot-Kapittel der Orde van herodom, en zich met de Edimburger Gr∴ Loge vereenigde, zoodat zij aan deze het bestuur der St. Johannes-Loges overliet, en voor zich de leiding en het bestuur der Kapittels van de hoogere graden behield. Over de geschiedenis en de tegenwoordige werkzaamheid der Groote Loge van Ierland, in Dublin, zwij-gen zelfs de Engelsche berigten, en wij vinden naauwelijks iets verder over dezelve, dan dat zij in 1730 is opgerigt, en zich voor de gebruiken der oude Metselaren verklaard heeft. Eindelijk kwam op den 27sten December 1813, tusschen de beide Engelsche Groote Loges te York en te Londen, eene vereeniging tot stand, tot welke ook de Groote Loge van Schotland, te Edimburg, zoo als ook de Groote Loge van Ierland, te Dublin, hare afgevaardigden zonden, en wel gene haren Groot-Secretaris lawrie, en deze den Groot-Secretaris w.f. graham. Sedert dien tijd hebben de verschillen onder de Groote Loges van Brittanje, welke 96 jaren bestaan hebben, opgehouden, en broederlijke eendragt en liefde heerschen overal. Behalve de verwarringen, die ten deele uit ijverzucht, ten deele uit godsdienstverschil ontstaan waren, had de Vrijmetselarij in Groot-Brittanje hare oorspronkelijke reinheid behouden. Den Jezuiten was de gelegenheid benomen, daar het verbond te vervalschen en tot hun doel te bezigen, zoo als zij, na de vlugt van jacobus II, uit Engeland naar Frankrijk, in het kollegie van Clermont deden; bedriegerijen vonden geenen ingang, de alchemie werd verbannen, en de beoefening van ijdele kunsten afgeschaft. De vrije staatsregeling, over welke zich de Britten mogten verheugen, en de vrijheid van de drukpers, gaven hen gelegenheid, zich ongehinderd over godsdienstige aangelegenheden uit te drukken. Vrijgeesterij pastte niet aan het Engelsche karakter, en de Fransche praal en pronkzucht werd spoedig door hare talrijke hoogere graden en blinkende decoratiën belagchelijk gemaakt. Veeleer kon men der Engelsche Vrijmetselarij met grond ten laste leggen, dat hare zamenkomsten meer gezelligheid, dan Maçonnieke verbreiding van het doel ten grondslag hadden, en dat in de ondersteuning van milddadige inrigtingen de geheele Maçonnieke werkzaamheid bestond. In betrekking op Schotland moet nog bijzonder worden aangewezen, dat de Vrijmetselarij hoofdzakelijk, eerst sedert den jare 1736, regt levendig is voortgekomen, dat de Ridderorde van den Heiligen andreas, door Koning jacobus II in 1540 gesticht, ofschoon men van hare nietigheid overtuigd is, nog immer, ofschoon ook afgezonderd van de symbolieke Vrijmetselarij, bestaat, en dat het bijna schijnt, alsof de drie Johannes-graden als eene voorbereiding tot de zoogenaamde hoogere Schotsche graden, van welke de Engelsche Vrijmetselarij niets weten wil, beschouwd moet worden. Staatswetten en verbod van de Overigheden zijn nimmer in Groot-Brittanje tegen de Vrijmetselaren uitgevaardigd geworden. Alleen vaardigde het Parlement, den 12den Julij 1799, eene acte uit, verontrust door de verschrikkelijke pogingen, die barruel, robison en anderen hen toeschreven, die tot de geheime vereenigingen der Jacobijnen in Frankrijk en tot de Illuminaten in Beijeren behoorden, en van hoog verraad beschuldigd waren; maar de geheime vereenigingen der Vrijmetselaren waren hiervan uitgesloten, dewijl deze heilzame oogmerken beoogden, en al heeft men zulks op de toen bestaande Loges willen toepassen, zoo heeft zulks zich nimmer tot de oprigting van nieuwe Loges uitgestrekt, noch is sedert dien tijd eenig mistrouwen door de Overheid tegen de Vrijmetselarij ontstaan. Voornamelijk heeft in Schotland de Broederschap immer in een zeer hoog aanzien gestaan, hetwelk in lateren tijd ten duidelijkste gebleken is. Zoo is, bij voorbeeld, openlijk geen groot gebouw ondernomen, zonder dat men de Groote Loge heeft verzocht bij het leggen van den eersten steen. Niet zelden hadden bij zulke of andere feestelijke gelegenheden tegelijk openlijke processiën in Maçonnieke orde plaats, en ook in de tegenwoordige eeuw zijn zij nog met groote pracht en met al hare ordeteekenen gehouden. Zoo werd, bij voorbeeld, na lawrie's aanstelling, op den 30sten November 1802, eene processie van meer dan 1200 Broederen in Edimburg gehouden, die van het Parlementshuis naar Kingsarms-tavern gingen, en op den 23sten September 1819 werd, volgens de dagbladen, ook te Bath, in het Engelsche Graafschap Sommervelt, eene processie gehouden, waarbij de Iersche Grootmeester, de Hertog van leicester, de Engelsche Grootmeester, de Hertog van sussex, benevens vele andere Provinciale Grootmeesters en 900 Broeders bijeen waren, om eene nieuwe Loge in te wijden, bij welke gelegenheid zij zich vertoonden in hunne Maçonnieke kleeding en teekenen, en openlijk over de straten der stad gingen. De Groote Loge van Engeland, die te Londen haren zetel heeft, had, gedurende een tijdverloop van 30 jaren (van 1813), den onlangs overleden en algemeen beminden en hooggeschatten Br∴ Hertog van sussex als Gr∴ M∴ aan het hoofd. Onder dezen stonden een eerste en tweede gedeputeerd G∴ M∴, de Graaf van zetland en de Markies van salisbury. Het Logewezen in gewesten en landen, onder het Engelsche Gouvernement staande, of welker Loges onder de G∴ L∴ behooren, wordt bestuurd door Provinciale Grootmeesters. Onder het besturend ligchaam der G∴ L∴ staat een Raad van algemeene zaken, bestaande meestal uit gewezen of nog regerende Meesters van Loges. De Groote Loge bezit, behalve eene prachtige vergaderzaal, ook eene boekerij, bevattende Maçonnieke, geschiedkundige en wetenschappelijke werken, deze boekerij is dagelijks geopend voor de Groot-Officieren, de verschillende Meesters, Oud-Meesters en Opzieners van Loges. In het jaar 1843 telde de Gr∴ L∴ van Londen 716 Loges onder haar beheer, van welke er tot zelfs in Australië gelegen zijn, en waarvan er zich te Londen alléén 107 bevinden. Onder de inrigtingen van weldadigheid, door de Engelsche Vrijmetselaars gesticht, behooren: 1o. Eene school, tot onderwijs en verzorging van dochters van minvermogende Vrijmetselaars. 2o. De Maçonnieke instelling van weldadigheid. Door deze instelling worden de zoons van minvermogende of overleden BB∴ van zeven tot twaalf jaren op verschillende scholen onderwezen, op ambachten besteed en van kleeding voorzien. 3o. Het Maçonnieke fonds, waaruit arme, oude en ziekelijke BB∴ ondersteuning ontvangen. Twee andere instellingen voor BB∴ en hunne weduwen, een oude mannen- en vrouwenhuis, zijn op het punt van daargesteld te worden. Wat het wetenschappelijke betreft, bestaan er negen Maçonnieke vereenigingen in Londen, in welke men zich eens per week bezig houdt met Maçonniek of wetenschappelijk onderrigt. Het stelsel der Gr∴ L∴ van Engeland, de oudste der geheele wereld, bearbeidt alleen de drie Johannes-graden, met toevoeging van Royal-Arch; eene soort van wetenschappelijke graad. Buitendien bestaan er nog daar enkele beoefende zoogenaamde Riddergraden, als van den Tempel, van Maltha, van Calatrava, van Alcantara, van de Teutonische Orde, van de Ster, van den Dierenriem, enz., welke echter geen wettig bestaan hebben, als zijnde niet erkend door de Gr∴ L∴, die ze echter, door de weinige deelhebbers, ongestoord laat beoefenen.
_alg008alge01_01_5_23
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 25 }
[Engelhardt] ENGELHARDT. Den 14den Junij 1823 wordt gekenmerkt door een gedenkwaardig voorval, in de jaarboeken der algemeene Vrijmetselarij. Het Hollandsch koopvaardijschip Minerva, van 400 tonnen last, keerde van Batavia naar Europa terug, en had vele rijke en bekende passagiers aan boord. Onder anderen de Broederen engelhardt, een eerbiedwaardig grijsaard, oud Gedeputeerd Meester Nationaal in Neêrlandsch Indië; kilian, enz. Op de hoogte van de Braziliaansche kusten ontmoette dit schip, in den vroegen morgen, een' kaper, onder Spaansche vlag, en voorzien van de noodige kaperbrieven der Cortes. De Minerva werd aangevallen, en verpligt, zich, na een bloedig gevecht, over te geven. De hitte van het gevecht had den kapitein woedend gemaakt, en hem bevel doen geven, de geheele bemanning over de kling te doen springen. Reeds hadden de woestelingen een gedeelte van het scheepsvolk aan den mast gebonden, toen de passagiers bevel ontvingen, om aan boord van den kaper te komen. Zij kwamen; smeeken, jammerklagten, aanbiedingen, alles was vergeefs, en niets kon den kapitein verbidden. Eensklaps treft eene spoedige ingeving den Br∴ engelhardt. Hij meent in den Spaanschen kapitein Maçonnieke gebaarden te herkennen; hij blijft niet besluiteloos; hij noemt zich en maakt zich als V∴ M∴ bekend, hem zijne waardigheid en betrekking te kennen gevende. De kapitein, vroeger ongevoelig voor alles, schijnt nu verstomd en bewogen; hij twijfelt; hij vordert bewijzen. De teekens en woorden stemmen niet naauwkeurig overeen, en onze Broederen vreezen met regt nieuwe vervolgingen van de zijde eens volks, dat zij als vijan-den der Vrijmetselarij beschouwden. Zij hadden gedurende den strijd hunne Maçonnieke decoratiën in zee geworpen, maar gelukkig, werden er op hetzelfde oogenblik eenige overblijfselen, die nog drijvende waren, opgevischt, onder anderen een in tweën gescheurd diploma op perkament, versierd met Maçonnieke zinnebeelden, en dat onder de oogen gebragt werd van hem, die dit verhaal met de levendigste en onwedersprekelijkste bewijzen bevestigt. Op dit gezigt houdt allen twijfel op. De Spaansche kapitein herkent zijne Broederen, omhelst hen, geeft menschen en goederen vrij, herstelt de geledene schade, gebruikt alle voorzorg, om hen voor de mishandelingen van zijn scheepsvolk te vrijwaren, waarvan het grootste deel, even als hij, tot eene Loge, in het O∴ van Ferrol, in het jaar 1821 georganiseerd, behoorde, en waar zij gedurende eenige maanden, en zelfs den avond voor hun vertrek, gearbeid hadden; hij weigert elke belooning, en geeft hen een geschrift, dat hen veiligheid op hunne gansche reis beloofde. Men leest ook verder, dat de Ex-Ged∴ Grootm∴ Nat∴ engelhardt, die sedert 1799 dien post in de Indiën bekleedde, werkelijk in het vaderland is aangeland. Hij had zijne hooge betrekking voor altoos nedergelegd, waarmede hij zoo lang en in zoo velerlei omstandigheden des levens bekleed was, doende de Vrijmetselarij in een ander werelddeel bloeijen; echter besloot hij weder naar de Indiën terug te keeren, om er zijne laatste dagen te eindigen, en volbragt dit besluit in het laatst van 1824.
_alg008alge01_01_5_24
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 26 }
[Enoch] ENOCH. Een beteekenend woord in de hoogere graden.
_alg008alge01_01_5_25
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 27 }
[Epopt] EPOPT (Priester Illuminaat) was de zesde graad der Illuminaten in Beijeren.
_alg008alge01_01_5_26
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 28 }
[Erkenningsgraden] ERKENNINGSGRADEN. Zie graden. (wetenschappelijke)
_alg008alge01_01_5_27
{ "ti_id": "_alg008alge01", "titel": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1", "vols": "", "jaar": "1844", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001dbnl01", "categorie": 1, "_jaar": 1844, "pers_id": "_alg008", "voornaam": "Anoniem", "voorvoegsel": "", "achternaam": "Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg008alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg008alge01", "maand": "2012_03 ", "genre": "non-fictie", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2012-02-21T00:00:00", "edition": "Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Algemeen wijsgeerig, geschiedkundig en biographisch woordenboek voor vrijmetselaren. Deel 1 uit 1844.", "language": "nl", "chapter": 6, "section": 29 }
[Ernst II] ERNST II, Hertog van Gotha. Zie gotha.
_alg008alge01_01_5_28