meta
dict
text
stringlengths
0
710k
id
stringlengths
20
24
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 15, "section": 12 }
Toneel- en ander konstvermaak nieuws. Op den Nederduitschen Schouwburg , te Amsterdam, zal vertoond worden: Zaturdag 4 October. De Spilpenning, of Verkwistende Vrouw, Blyspel. Zemire en Azor, Zangspel. Maandag 6 dito. De Grote Bellizarius, Treurspel. Een Groot Ballet, Pantomime. Dingsdag 7 dito. De Burgerlyke Edelman, Blyspel. Pantomime als voren. Woensdag 8 dito. Het veranderlyk Geval, of Standvastige Liefde, Blyspel. Pantomime als voren. Donderdag 9 dito. De Cid, Treurspel. Pantomime als voren. Vrydag 10 dito. De Ingebeelde Zieke, met de Promotie, Blyspel. Pantomime als voren.
_alg004alge01_01_14_11
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 15, "section": 13 }
Narigten en byzonderheden, tot den handel en scheepvaart, land- en veebouw, als mede de huishoudkunde, handwerken en fabrieken, betrekkelyk. Het Kanaal van Faënza, tot aan Primaro, in den Kerkelyken Staat lopende, welk de Ridder Scipio Fanelli, thans bezig is te laten graven, is byna voltooid. Het zelve geeft niet alleen, aan een gedeelte van het Binnenland van Romagna, ene communicatie met enen Landweg naast het Apenynsche Gebergte, maar is tevens dienende, om de Vaart uit de Adriatische Golf naar de Middelandsche Zee gemakkelyker te maken. 'Er zal een ligte Tol op de Goederen, langs dit Kanaal vervoerd wordende, gelegd worden, waar van de inkomsten aan opgemelden Ridder en deszelfs Erven vergund zyn.
_alg004alge01_01_14_12
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 15, "section": 14 }
Geboorte- trouw- en sterflysten. Het getal der Doden, gedurende de laatstverlopene week, is geweest: te Amsterdam 216: in 's Hage 17, en aldaar de naastvoorgaande Week 16: en te Haarlem 4, welken laatsten alle beneden de 12 jaren. Te Haarlem by A. Loosjes.
_alg004alge01_01_14_13
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 1 }
Berigten. Denemarken. De Heer Profess. en Predikant Adler is tot buitengewoon Hoogleeraar in de Godgeleerdheid; Prof. Gamborg, in de Wysbegeerte; en de Magister Sneedorf, in de Geschiedenis, by de Universiteit, te Koppenhagen, aangesteld geworden. De uitgebreide en vermaarde Boekery van Otto de Thott staat in 't openbaar verkogt te worden. De veiling neemt een aanvang met 't begin van de maand October, en wel met dat deel, 't geen de fraaye Letteren inhoud, vervat in 4 Delen van de Katalogus, die in 't geheel uit 8 Delen, in 12mo. bestaat. De Godgeleerde Boeken, in het 1ste Deel vervat, zullen vervolgens, in het begin van April 1789 geveild worden: en de Verkoping zal, gedurende de Lente, voortgaan, en met den Herfst weder hervat worden.
_alg004alge01_01_15_0
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 2 }
Groot-Britannien. De Heer Thomas Scheridan, Zoon van wylen Dr. Scheridan, Boezemvriend van den Deken Swift, is den 24 Augustus in Murgate, werwaarts hy zig, uit hoofde zyner wankele Gezondheid, en om de Zeelugt te scheppen, begeven hadde, overleden: zynde in het Jaar 1720, in Ierland geboren. Hy studeerde in zyne vroegere Jeugd, en wydde zig vervolgens aan het Toneel. In Dublin, leefde hy als Schouwspeler en Direkteur van een Toneelgezelschap, het geen zeer geagt was. Hy gaf verscheidene Schriften over de Opvoeding uit: en leidde zig byzonder toe op de kennis zyner Moedertale en der Welsprekenheid. Hy had het geluk, zynen Zoon Brindley Scheridan, die nog onlangs in zyn meesterlyk pleit tegen W. Hastingh, zo veel roems behaalde, als den eersten Redenaar, den Cicero der Engelsche Natie, te horen roemen. Zyn voornaamste Werk is een Engelsch Woordenboek, waar in hy de Engelsche Taal, die, ten aanzien van de uitspraak, zo moeylyk is, voor Inboorlingen, zo wel als Vreemdelingen, veel gemakkelyker gemaakt heeft.
_alg004alge01_01_15_1
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 3 }
Duitschland en Naburige Ryken. De Koninglyke Akademie der Wetenschappen , te Berlyn, hield, den 25 Sept. laatstleden, ter gelegenheid van 's Konings Geboortefeest, ene openbare Vergadering; by welken de Kroonprins nevens de Prins Lodewyk, en de beiden Zonen van Prins Ferdinand, als mede de Hertog Frederik van Brunswyk, de Erfprins van Oranjen, en de Vryheer van Dählberg, Coadjutor van Maintz, tegenwoordig waren. De Zitting wierd geöpend door den aanhoudenden Secretaris en Geheimraad Formey, met ene gepaste Redenvoering over het Onderwerp van den dag: waar op de Curator, Grave van Hertzberg, ene korte Verhandeling voorlas, over het Buiten- en Binnenlands Ryksbestuur van den voorleden jare, dienende ten vervolge op de voorgelezene bredere Verhandeling van den 23 Aug., en te gelyk kennis gaf, dat de Heer Coadjutor van Maintz, met eenparige Stemmen, tot honorair Lid der Akademie benoemd was: 't geen, door dezen, dankelyk aangenomen werd, ontvangende tevens het deswegen vervaardigde Diploma. Zyne Excellentie van Wöllner, werkelyke Geheime Staats- en Justitie-Minister, las hier op ene Verhandeling, over: ‘het toenemend gebrek aan Eikenbast voor de Verweryen, en op welke wyze deze mangel misschien te verhelpen ware:’ kondigende tevens, op bevel van zyne Majesteit den Koning, een Prys van 100 Dukaten aan, welke den genen staat toegewezen te worden, ‘die, door ergens enige Bergstoffen te ontdekken, dit gebrek aan Eikenbas voor de Verweryen zal weten te gemoet te komen.’ De Heer Direkteur Achard las ene Memorie over de Elektrisiteit, nevens een ander Vertoog: ‘over enen, uit Tangermunde (ene kleine Stad in het Brandenburgsche) ingezonden, en om streeks die plaats, by het opdelven van den grond, gevonden Ader, van ene aardägtige zelfstandigheid, welke week en vettig is, dog, aan de lucht bloot gesteld, ene schone blauwe koleur aanneemd.’ Opgemelde Heer Achard, overreikte insgelyks, aan de aanzienlyke Vergadering, zyne weêrkundige Waarnemingen, van 1 December des vorigen, tot 1 Sept. dezes lopenden jaars, in den form van Tafelen gebragt. De Heer Denina deelde ene Verhandeling mede: ‘over de verdienste van het Huis Brandenburg Hohenzollern, en over den voortgang der Wetenschappen in Duitschland.’ De Heer Prof. Bode las ene Verhandeling voor: ‘over de Natuur van de door Hirchel en andere Sterrekundigen, ontdekte Sterrehopen, Nevel- en Ligtvlekken, als mede over derzelver verdeling in het Ruim:’ Hy lag tevens zyne algemene Hemelkaart voor, waar in hy over de 1100 dezer Lighamen, naar derzelver Classen, met stippen van onderscheidene koleur, aanwyst. Eindelyk besloot de Opper-Consistoriaal Raad Erman deze Zitting, met het voorlezen ener Verhandeling: ‘over den invloed der Taal- en Letterkundige misvattingen op de Mythologie der aloude Volkeren.’ De Heer Möller, voorheen Predikant in Lipstadt, is tot Hoogleeraar in de Godgeleerdheid, te Duisburg, aangesteld: ook is D. Bathe, tot buitengewoon Hoogleeraar in de Rechten, te Halle, benoemd geworden. De Heer Fr. Aug. Ludw. von Burgtdorf, Koningl. Pruissische werkelyke Geheimraad, is by het Koningl. Keurvorstel. Genootschap van Landbouw, te Celle, onlangs tot Medelid aangenomen. De beroemde de la Grange, een der voornaamste Buitenlandsche Medeleden van de Akademie, te Berlyn, die reeds in den Jare 1787 die Stad verlaten, en zig mer 'er woon naar Parys begeven hadde, is, kortlings, tot Directeur der Koningl. Akademie, in deze laatste Stad, verheven. Hy was reeds lang een der Buitenlandsche Leden derzelve. Te Magdenburg is, den 6 April dezes jaars, aan een verval van kragten, overleden, de Heer Johan Friedr. Schröter, Koningl. Pruissische Regerings- en Consistoriaal-Secretaris, hebbende den Ouderdom van 79 jaren bereikt, en gedurende den tyd van 52 jaren deszelfs post met alle getrouwheid waargenomen. Hy was een ongemeen braaf, menschlievend en arbeidzaam mensch. De voornaamste Schriften, door hem nagelaten, zyn de volgende: 1. Algemene Geschiedenis der Landen en Volkeren van Amerika, met ene Voorrede van Dr. Baumgarten, in 2 Delen, gr. 4to. welke 1757, te Halle, in 't ligt kwam, en deels ene Vertaling, deels eigen opstel van den Autheur, behelsd: 2. Ferreras, Geschiedenis van Spanje, in 6 Stukken, uit het Fransch overgezet: 3. Leven en Lotgevallen van Joseph Thompsons, 2 Delen, uit het Engelsch: 4. Vrouwelyke Vermakelykheden, 4 Del. 8vo. uit verscheidene Talen overgezet. De eertyds zo bloeyende, doch zedert in verval geraakte, Roomsch-katholyke Scholen, te Emmerik, op goedvinden des Konings, aan het Bestuur der Canonie van de Kruisheeren aldaar overgedragen zynde, beginnen thans het hoofd weder op te beuren. 'Er zyn niet alleen de nodige Leermeesters van alle de lagere Classen reeds by aangesteld; maar ook een bekwaam Hoogleeraar gekoren, die, tegen het einde dezer maand October, Lessen in de Wysgeerte, de Wis- en Aardrykskunde zal geven: terwyl ook, nog dit Jaar, openbare Lessen in het Kerkel. Regt staan gehouden te worden. Zaturdag den 27 September, heeft de Heer Blanchard, te Berlyn, in het aanschouwen van zyne Pruissische Majesteit, het gehele Hof, en ene ontelbare menigte uit allerleye Standen, zyne 33ste Luchtreis ondernomen en gelukkig volbragt. Des namiddags, 40 minuten na 3 uren, steeg de onverschrokken Reiziger, met zyn gevulde Bol, naar de hoogte: wordende door den wind, die uit het Zuidwesten kwam, Noordwaarts over de Spree ge-dreven. Omtrent 7 minuten na zyne opvaart, liet hy 2 Hondjes, aan ene Parachute vastgemaakt, van ene hoogte van ongeveer 3000 voet neder, die langzaam dalende, onbeschadigd beneden kwamen. Kwartier over 5 uren kwam de Hr. Blanchard zelve, tusschen de Dorpen Buch en Carow, omtrent 2 mylen van de plaats, waar hy opsteeg, weder op de Aarde. De Koning, die derwaarts enige Jagers te Paard gezonden hadde, liet hem vervolgens, met een Wagen uit deszelfs eigene Stal, te rug halen, en beschonk hem met een Gouden Snuifdoos, gevuld met 400 Gouden Frederiks Willemsz, gelyk mede de Prinsen en Prinsessen van 't Koninglyk Huis hem aanzienlyk presenten deedden.
_alg004alge01_01_15_2
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 4 }
Nederlanden. Haarlem . Het Utrechtsch Provintiaal, als mede het Bataafsch Genootschap, te Rotterdam, hebben den Heer Hofraad Gruner, Hoogler. in de Geneeskunde, te Jena, tot Medelid aangenomen. Wy hebben gemeend onzen Lezeren geen ondienst te zullen doen met de mededeling van de volgende korte
_alg004alge01_01_15_3
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 5 }
Levensbyzonderheden van wylen den Zwitzerschen Geleerden Abraham Trembley. (Getrokken uit de gedrukte Memoire Historique, van deszelfs Leven en Schriften, zedert, in 't Fransch, te Neuchatel, in 't ligt gekomen.) Deeze groote Natuurkundige was geboren te Geneve, en had zich, van zyn eerste jeugd af aan, met een gelukkig gevolg, op de Mathematische Wetenschappen toegelegd. Calandrini was zyn voornaamste Leermeester. Zyn geluk in andere Gewesten willende beproeven, geraakte hy naar Holland, en wierd aldaar Onderwyzer van den jongen Grave van Bentink. Zedert den Jare 1736 hield hy zich inzonderheid bezig met de Natuurlyke Historie, waar toe hy, door de Schriften van Reaumur, inzonderheid was aangelokt. Reeds in den Jare 1740 kwam hy op de ontdekking der Polypen; welke onderzoekingen hy zedert, onafgebroken, voortzette: ook zag hy dezelven met den gelukkigsten uitslag bekroond. De Heer Reaumur, dien hy zyn waarnemingen had medegedeeld, schatte ze op hare waarde, en moedigde hem aan daar mede bestendig voort te vaaren. Nu vertrok hy naar Engeland, waar men hem een pensioen van 300 Pstl. bezorgde; en in Frankryk ontmoette hy by de Heeren Reaumur en Jussien alle de achting, die hy zo billyk verdiende. Zyn omgang was zonder eenige gemaaktheid of hoogmoed, eenvoudig, edel, dienstvaardig, en vol gevoel voor al wat schoon, goed en nuttig was. Naderhand bevond hy zich in het gevolg van den Hertog van Richmond, op deszelfs Reize in Duitschland en Italie. Eindelyk huwde hy in zyn Geboortestad, en wierd, zo wel in het Physieke als Moreele vak, een uitmuntend Opvoeder zyner Kinderen. Getuigen daar van strekken zyn Instructions d'un Pere a ses Enfans, sur la Nature & la Religion; in 2 Delen. De oneenigheden, welke in de laatste dagen zyn Geboortestad verdeelden, en tot welker bevrediging hy onophoudelyk, hoewel vruchteloos, de ernstigste pogingen aanwende, bragten hem, eindelyk, den 12 May des jaars 1784, in een Ouderdom van 74 Jaren, ten Grave; terwyl 's Mans nagedachtenis nog lang in zegening zal blyven. Eerste Vervolg der PRYSVRAGEN, vastgesteld by de Algemene Vergaderinge des Oeconomischen Taks , van de Hollandsche Maatschappye der Wetenschappen, gehouden in 1787 en 1788.
_alg004alge01_01_15_4
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 6 }
Handwerken en fabrieken. Aan den genen, die binnen deze Republiek fabriceert de beste zogenaamde Schotse, als mede de beste Yslandsche Koussen, ten gebruike van den gemenen Man geschikt, in deugd en prys ten minsten egaal aan de bovengemelden, en in staat is om daar van binnen een Jaar, na dat hem de Praemie is geadjudiceerd, te leveren honderd douzynen, ten pryze bovengemeld; aan elk van de twee soorten ene Praemie van 50 Ducaten. De Monsters en Getuigschriften in te leveren voor ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die hier te Lande fabriceert Witte Zyde Koussen, egaal in prys en deugd aan de Buitenlansche, en waar toe de Zyde hier te Lande bereid is, en daar van, na de bekroning van zyn Werk, binnen een Jaar in staat is, zes douzynen Paaren af te leveren; ene Praemie van de Zilveren Medaille en 25 Ducaten: en vervolgens deze Fabriek op voorschrevene wyze continuerende, zodanig, dat aanneemt, des gerequireerd, twaalf douzynen Paaren van dezelfde Qualiteit en Prys ieder Jaar te leveren, nog 10 Ducaten jaarlyks gedarende de eerste drie Jaren. NB. Dit voorstel bedoelt voornamentlyk ene verbetering in het zuiveren en bereiden der Zyde. De Monsters van ten minsten drie Paaren met de Getuigschriften in te leveren voor of op ultimo Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die de beste Originele Patronen maakt voor Zyde Wevers, in een geheel nieuwe smaak, tot gebrocheerde Stoffen op geruit Papier van 400 Koorden, op 8, 10, 5 en 6 Spoelen stekens; een Praemie van de Zilveren Medaille en 20 Ducaten. In te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zich uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die binnen deze Republiek de beste Velverets fabriceert, in deugd en Prys gelyk aan de beste Buitenlandsche, een Praemie van 40 Ducaten voor het eerste Jaar, en nog voor de drie eerstvolgende Jaren dat de Fabriek in dier-voegen continueert, en in staat is 50 Stukken jaarlyks te leveren, voor ieder Jaar nog 15 Ducaten. De Proeven hier van in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die de beste Gekeperde Boezels, van 1 ½ El breedte, levert, welke in plaats van Kroon-Saayen voor Gordynen kunnen gebruikt worden, en na rato der qualiteit, niet hoger dan de Kroon-Saayen in prys uitkomen; ene Praemie van 20 Ducaten: en, indien deze Fabriek gedurende drie Jaren continueert, zodanig, dat 50 Stukken, van gewone breedte en lengte, ieder Jaar aanneemt te leveren, nog 10 Ducaten jaarlyks. De Monsters en bewyzen in te leveren voor uit. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die binnen de Republiek, van zo veel mogelyk Inlandsche Materialen, Harde Seep zal maken, en in staat is, om daar van 6000 Pond in een Jaar te leveren, egaal in deugd en prys aan de Buitenlandsche; 50 Ducaten: en nog drie Jaren continuerende, voor ieder Jaar 15 Ducaten. Een Monster van 20 Ponden, en de Getuigschriften, rakende de Materialen en de menigte Ponden, welken in dusdanige Fabriek gemaakt zyn, gelyk ook de Prys, waar voor dezelve by de 100 Pond gebiteerd word, in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die binnen de Republiek een Fabriek opricht van Vylen en Raspen, gelyk in prys en deugd aan de Buitenlandsche, en daar van in het eerste Jaar, na de vertoning van het Monster, van ten minsten 100 stuks in soorten, aanneemt 3000 stuks of meerder te leveren; een Praemie van 100 Ducaten: en daar en boven gedurende ieder van de vyf volgende Jaren, 40 Ducaten. De Monsters met gepaste Getuigschiften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot uit. Sept. 1791. Aan den Eersten, die aan den enen of anderen Fabrikeur volledige ontdekking zal doen van de wyze, op welke het Yzer op de Yzergietery, te Carron, in Schotland, gebezigd word, zo met opzicht tot de Specie van het Yzer, als tot deszelfs Vermenging en Smelting; als mede welke Stoffagien aldaar tot het maken van onderscheidene Vormen gebruikt worden, en zulks met dat effect, dat op deszelfs Yzergieteryen, binnen deze Republiek, daar van zodanig gebruik gemaakt word, dat dezelve daar door in staat geraken, om het Yzerwerk zo zuiver, zagt en dun te gieten, als op de gemelde Carron-Fabriek geschied, en dat het zelve teffens tegen sterke Vuuren, zo goed en zonder te barsten, bestand zy; ene Praemie van 300 Ducaten, of de Gouden Medaille en 250 Ducaten. In te leveren op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die aan ene Commissie uit H.H.D.D. na met dezelve over de waarde dezer ontdekkingen overeen gekomen te zyn, openbaart het Geheim om Blik te fabriceren, in prys en deugd egaal aan het beste Buitenlandsche; ene Praemie van 150 Ducaten: zullende daar en boven aan een Vreemdeling voor Reiskosten nog 100 Ducaten worden goedgedaan, blyvende H.H.D.D. gequalificeerd, om van dit Geheim ten nutte van het Vaderland behoorlyk gebruik te maken. De Proeven in dezen te doen, zullen in tegewoordigheid van ene Commissie uit H.H.D.D. met assumptie van des kundigen moeten geschieden voor of op ultimo Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Indien zig twee of meer ter ontdekkinge van dit Geheim te gelyk in persoon aanboden, zal de Praemie aan den genen, die het best aan zyne Proeven voldoet, toegewezen worden. Aan een ieder, welke by Certificatie van een Fabriekeur binnen de Republiek, aan de Commissie van Directie, in zyn of een naastby gelegen Departement voldoende vertoont enige Quinette Garens, van de beste soorten, onder zyn opzicht gesponnen, en in allen dele egaal aan zeker Monster, waar mede de Secretaris van het Departement, des gerequireerd, door Heren Directeuren zal worden voorzien, aan enen Fabriekeur geleverd te hebben; voor ieder Pond 1 ½ Stuiver. - Deze Praemie zal uitgedeeld worden tot ult. Sept. 1789. En strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. (Het vervolg hier na.)
_alg004alge01_01_15_5
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 7 }
Nieuw uitkomende boeken, akademische en andere schriften. Zweden . Kongl. Vetenskaps Academens Nya Handlingar &c. Nieuwe Verhandelingen der Koningl. Akademie der Wetenschappen, voor de Maanden July, Augustus, Sept. 1787. met 3 koperen Platen. - Voor de Maanden Octob., Novemb. Decemb. - Deel IX. voor de Maanden Jan. Febr. Maart 1788. 79 bladz 8vo. met 2 koperen Platen. Stockholm, by J.G. de Lange. In het eerste Vierendeeljaarsstuk vind men de volgende Verhandelingen. 1. Gezigt. Natuurkundige Proeve over de warmte van enkele Zonnestralen, nevens andere daar toe behorende navorschingen, door Prof. Nordmark. 2. Beschryving van drieërlei Schildpadden, zynde de Tistitudo Japanica, Rostrata en Arenata. 3. Een nieuw Geslagt en 50 nieuwe soorten van Insekten, beschreven door Nils. S. Suederus. 4. Enige Proeven en Aanmerkingen omtrent den Berghaan, zo wel in deszelfs wilden als tammen staat, door E.G. Adlerberg. 5. Aanmerkingen over het water in de Stad Karlskrona, en de daar uit ontstaande Ziekten, door A. Faxe. 6. Over de hoogte van het Land van Noorwegen, boven de Zee, van J. Tornsteen, de grootste hoogte is 3326 ellen. 7. Berigt nopens een Slangenbeet, door ene zwangere Vrouw ontvangen, en het uitwerkzel daar van op haar Vrugt. 8. Berigt wegens een bruine verw van zekere Boomluizen. 9. Middel om de Muggen, in den Zomer, uit de Huizen te verdryven. Het roken met Kamfer word hier als nuttig aangeprezen. Met het 2de vierendeeljaars Stuk word het 8ste Deel der Akademische Verhandelingen besloten. Het zelve vervat, onder anderen, 1. Aanmerkingen tot de kennis der Zweedsche Plant-gewasschen, 1ste Stuk van A. Afzelius. 2. Vervolg der Beschryving van 50 nieuwe soorten van Insekten, door N.S. Suederus. 3. Solandra, een nieuw Plantensoort in de West-Indien, van O. Zuartz. 4. Beschryving ener nieuwe Slang van Java, door C.F. Hornstedt. 5. Beschryving der Levenswyze en Huishouding van zeker soort van Kraayen, Caraciae Garrulae, door C.N. Hellenius. In het eerste vierendeeljaars Stuk dezes jaars 1788. treft men de volgende Stukken aan: 1. Over twee, aan de Zweedsche Zeestranden waargenomen, verschynzels, door N.J. Wetterling. 2. Over zeker Zout uit sap van Kerssen, door P.J. Hielm. 3. Over een ongemeen kleine Vloo (Pulex penetrans proboscide Corporis Magnitudene), in de warme streken van Amerika, die in de Huid dringt, en daar hare Eyeren legt, 't geen de pynlykste gevolgen verwekt, indien zy niet by tyds daar uit geligd worden, van Swarz. 4. Trigla Rubicunda, ene onbekende en zonderlinge Visch, van C.E. Hornstedt, met ene Aftekening. 5. Beschryving van 3 Visschen, door B.A. Euphrasen. 6 tot 10. Bedekking van Jupiter door de Maan, den 14 Maart 1788. te Stockholm, Upsula, Abo, Lund en Skara waargenomen. 11. Over het flikkeren der Bloemen, van L.C. Haggren. 12. Tafelen over de dagelyksche afwykingen der Kompasnaald, op Ysland, van P. de Löweaörn. Denemarken . Fragmenta Patrum Graecorum, edidit et illustravit Fr. Munter, A.M. Fasciculus I. te Koppenhagen, by Prost, 1788. gr. 8vo. van 146 bladz. Deze Fragmenten zyn van Papias, Ireneus, Eusebius en Theodorus van Mopsuesta. Het Werkje munt uit in fraayheid van Letter en Papier, en doet der Deensche Drukpers niet weinig eers aan. Regii instituti Veterinarii Hafniensis brevem Historiam scripsit P.C. Abilgaard, M.D. artis Veterinariae Professor. Koppenhag. by Kracgen, 1788 8vo. Ene verdediging tegen zeker Schot schrift van enen Riegel, met ene korte aanwyzing van den tegenwoordigen staat dezer Leerschole, aan welker hoofd zig de Hoogleeraar bevind, en welke ook door Buitenlanderen schynt bezogt te worden. Italien . Filippo Strozzi, Tragedia, enz. Philippus Strozzi, Treurspel, van den C..... te Florenzen, in 8vo. 84 blz. De dood van Phil. Strozzi viel op een tyd voor, wanneer de vryheid der Republiek van Florence den laatste snik gaf, en heeft zeer veel overëenkomst met dien van Cato. Het onwaarschynlyke, 't geen hier en daar in de inmengzels van dit Toneelstuk voorkomt, ter zyde gesteld zynde, is het met oordeel en smaak opgesteld. De Gesprekken zyn zeer natuurlyk en belangryk, en de Vaerzen vloeyend en welluidend. Duitschland . Predigtbuch fur Christliche Landleute &c. Bundel van Leerredenen voor Kristelyke Landlieden, dienende om in Huis of in de Kerk voorgelezen te worden: op alle Zon en Feestdagen des gehelen jaars, volgens de Euangeliëen: uitgegeven door R. Dapp, Predikant te klein Schonebeck, by Berlyn. Te Berlyn en Stettyn, by Nicolai, 1788. 4to. 791 bladz. prys 1 Rthl. 16 gr. Deze Leerredenen worden door de Schryvers der Alg. Litt. Zeitung aangeprezen, besluitende dezen hunne bredere opgave daar van met deze Lofspraak op den Opsteller. ‘Van hem kunnen aankomende Predikanten leren, populair, zonder tot straattaal te vervallen, bondig, zonder geleerde talen en ophelderingen, stigtelyk, zonder slegts de Hartstogten te roeren, en zedenkundig, zonder droog, te prediken.’ Predigten, by besonderen Gelegenheiten. Leerredenen, by byzondere gelegenheden, gehouden door Dr. Joh. Georg. Rosenmuller. Leipzig, by de Wed. Haugs, 1788. 8vo. 284 bladz. prys 12 gr. [Twaalf Predikatien, in enen, niet enkel woordryken en windrigen, ook niet in den veel al gewonen slordigen, maar in enen populairen mannelyken styl, opgesteld, zo als billyker wyze alle Kerkredenen behoorden ingerigt te zyn.] Anatomisches Handbuch &c. Ontleedkundig Handboek, door Dr. J. Chr. Loders, Hofraad en Hoogl. te Jena; eerste stuk, behelzende Osteologie, Syndesmologie en Myologie, met platen, 8vo. 709 blz. te Jena, in den Akademischen Boekwinkel, 1788. prys 1 Rthlr. 8 gr. Indien beknoptheid, klaarheid, verzameling der nieuwste en uitkiezing der beste Schryveren, betrekkelyk elke Afdeling, zaken zyn, waar door ene Handleiding, welke inzonderheid ten grondslage van Akademische Lessen moet dienen, zig voornamenlyk moet aanpryzen, heeft de Schryver van het voor handen zynde Werk deze allen, in het zyne, verenigd. Algem. Litt. Zeitung.] Ueber Aüfklärung &c. Over de Verlichting; - of zy den Staat, den Godsdienst, of in 't algemeen gevaarlyk zy en wezen konne. Een woord tot nadenkinge voor Regenten, Staatspersonen en Kerkelyken. Een Fragment, 8vo. 72 bladz. Berlyn, te bekomen in de Koningl. Pruissische Akademische Konst- en Boekwinkel. Dit Stukje, 't geen, by gelegenheid van het bekende Religie Edict van July dezes jaars, opgesteld en met veel vuurs geschreven is, wordt in het bovengemelde Letterk. Dagschrift geprezen. - De Schryver heeft zedert, in antwoord op een Tegenschrift, een Twede Fragment, als een uitlegging van het eerste in 't ligt gegeven, onder enige verandering van Tytel; doch heeft zig, onder het opstellen daar van, te zeer door zynen yver laten weg voeren, en is zelfs daar in van onvoorzigtigheid en onbescheidenheid niet vry te pleiten. Ongelyk veel meer gematigheids, zeggen de Schryvers van het opgenoemd Blad, koelzinnigheid en geregeldheid van voordragt legt de Schryver van het volgende, by hen hoog geroemd, Geschrift aan den dag: Freymuthige Betrachtungen &c. Vrymoedige Bedenkingen over het Edict van 9 July 1788. nopens de inrigting van den Godsdienst in de Pruissische Staten; 8vo. 64 bladz. te Frankfurt en Leipzig. Waar in de Autheur, zo bondig als bescheiden, niet alleen de nutteloosheid en het gevaar, maar ook de onuitvoerlykheid van allen onredelyk bedwang omtrent Godsdienstige begrippen, aantoond, en zyne aanmerkingen hier omtrent, schoon met ene byzondere toepassing op de aanleidende oorzaak van zyn schryven, nochtans in dier voegen inrigt, dat zy overal, en by alle gelegenheden, der overweging waardig zyn: en zyne kunde en oordeel, zo wel als zyn hart, niet weinig eers aandoen. Nederlanden . Waarnemingen over de Aardrykskunde, de Natuurkunde, den aart en de zeden der Menschen, door Johan Reinold Förster , Hoogleraar in de Natuurkunde te Halle, Lid van verscheidene Geleerde Genootschappen: naar de Hoogd. vertaling, en met de aanmerkingen van zynen Zoon, en Reisgenoot Georg Förster, Hoogleraar aan het Carolinum te Cassel. Eerste stuk, gr. 8vo. te Haarlem, by A. Loosjes, 1788. De Naam en Verdienste van Förster zyn by allen, die gene volslagene Vreemdelingen in het Gemenebest der Letteren zyn, te wel bekend, om den Nederduitschen Vertaler van deze oordeelkundige en lezenswaardige waarnemingen genen dank te weten, voor zyne aangewende moeyte, om dezelve, daar zy reeds in drie onderscheidene talen het ligt zagen, ook ten nutte zyner Landgenoten, in een Hollandsch gewaad te steken. Dezelve zyn, op des Heren Försters bekende Reize om de Waereld, in den jare 1772 en enige volgenden, door hem verzameld, en hebben dus veelal, zo niet byna geheel, betrekking tot de Oorden en Plaatsen, door hem bezogt: byzonderlyk tot het zuiderlyk deel des Aardbodems. Men kan dezelve dus beschouwen als ene volledige Historie der Nature, in hare onderscheidene Ryken, zo als deze zig in de bezogte Wateren, Lugtstreken en Eilanden, welken voornamelyk die der Zuidzee zyn, voor den opmerkzamen beschouwer opdoet. Dit eerste Stukje, 't geen van nog twee anderen van soortgelyke grootte, met doorlopende Talletters der bladzyden, om die allen eindelyk zamen in een Deel te kunnen voegen; staat gevolgd te worden, handeld I. Over den Aardbodem en het Land, deszelfs verhevenheden, Laagen en Grondstoffen. II. Over het Water en den Oceaan. III. Over den Dampkring, deszelfs veranderingen en verschynzelen. IV. Over de veranderingen van den Aardbol, zo regelmatige als toevallige. en V. Over de Bewerk- of bezintuigde (organische) Lighamen. Zullende de Waarnemingen, in de twee volgende Stukken, zig tot het Menschelyk Geslagt bepalen: en gevolglyk de Geschiedenis opleveren der onderscheidene Bewoneren van de Zuidzeesche Eilanden, derzelver afkomst, gedaante, geaartheid, zeden en gebruiken, Godsdienstige begrippen en Plegtigheden, beschaving en vordering in de Konsten en Wetenschappen, enz. Daar dus het volgend deel van dit Werk wel het belangrykste is, hoe zeer het reeds voor handen zynde, dezer Vertaling, ook de aandagt van elken weetgierigen verdiene, mag men hopen, dat de verdienstelyke Overzetter ruimte van tyds genoeg zal vinden, om het geheel, binnen kort, aan zyne Landgenoten te kunnen schenken. Men kan 'er nog byvoegen, dat deze Nederd. Overzetting een voorregt heeft boven het oorsprongelyk Werk, 't geen door den Heer Förster in 't Engelsch geschreven was, als naar de Hoogd. Vertaling gevolgd, en met Aanmerkingen van deszelfs Zoon en Reisgenoot, gelyk mede met ettelyke ophelderende aantekeningen van den Nederduitsche Vertaler zelven, verrykt zynde. Stichtelyke Dichtstukjes van Mr. H. van Alphen, op Muziek gebragt door F. Nieuwenhuizen, Organist te Utrecht; te Utrecht, by de Wed. Jan van Terveen en Zoon en G. van den Brink Jansz. lang 4to. Staats- en Charakterkundige Byzonderheden, betreffende Frederik de IIde, Koning van Pruissen, uit 't Hoogduitsch, naar den 3de druk, 4de Deel, 8vo. te 's Hage, by l. van Cleef. Description Physique de la contrée de la Tauride Relativement aux trois regnes de la Nature, Traduite du Russe et enrichie de Notes, a la Haye, chez I. v. Cleef, gr. 8vo. Het Schouwtoneel voor jonge Lieden, door Mevrouw de Genlis, uit 't Fransch vertaald, door E. Bekker, Wed Ds. Wolff, 4de Deel, 's Hage, by I. v. Cleef. Leopoldus van Mansveld, eene Geschiedenis in Brieven, te Rotterdam, by Jan Meyer. Almanach der Natuur, voor November en December, Amst. by J. de Jongb, kl. 8vo. Adolph en Johanna, in Brieven, door Johan Thiard, naar 't Hoogduitsch; te Leyden, by Pluigers. De Beroerten in de Verenigde Nederlanden, van den Jare 1300, tot op den Tegenswoordigen tyd, 9de Deel. Amsterdam in zyne Geschiedenissen, Voorregten, Koophandel, Gebouwen, Kerkenstaat, Schoolen, Schutteryen, Gilden en Regeringen, beschreven om te dienen ten vervolge op het Werk van Jan Wagenaar, Historieschryver der Stad, 14de stuk. Te Amsterdam en Harlingen, by P. Conradi en V. van der Plaats 1788. als bezitters der uitgegevene 13 stukk. in 8vo. G. de Haas, Akademische Verhandelingen, uit het Latyn vertaald door J. Amersvoordt, te Amst. by Wessing en Allart. Merkwaardige Levensgeschiedenis van Frederik, Vryheer van der Trenck, beschreven door hem zelven, naar de nieuwe vermeerderde en verbeterde uitgave, die te Berlyn, met Privilegie van den Koning gedrukt is, uit het Hoogduitsch vertaald, en door enige aantekeningen opgeheldert, met platen, 2de Deel, te Amst. by de Bruin.
_alg004alge01_01_15_6
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 8 }
Tekeningen en prenten. Gezigt van de Heimans Wetering en Smolenaarsbrug, by Alphen, vertoond als een Avond-Gezigt, by het schynen der Volle Maan, in een bewolkten Hemel: Ene zwarte Konstplaat, vervaardigd door H. Kobell en R. Breokshaw. De prys is van de ord. Letterdr. 25 stuiv. en van de Proefdr. 36 st. van de laatsten zyn niet meer dan 20 Exemplaren. Dezelve zyn te bekomen, te Amsterdam, by G. Bom, J. Roos en Zoon, J. en W. Vermandel, J.W. Smit, W. van Vliet en W. Wynands.
_alg004alge01_01_15_7
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 9 }
Gouden en zilveren gedenkpenningen. In Engeland word thans, op order des Koningl. Ceremonie-Meesters, een Gedenkpenning, ter grootte van een Kroon, gemunt op het laatst verblyf zyner Majesteit te Cheltenham. Dezelve voerd aan de ene zyde dit Opschrift: Georgi III. Principi Optimo: zynde op den tegenkant de Gezondheidsbron verbeeld, met het volgend Randschrift: Ob salutem restauratam S. Moreau Arbit. Elegant. Cheltenham, excud. cur, 1788.
_alg004alge01_01_15_8
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 10 }
Toneel- en ander konstvermaak nieuws. Op den Nederduitschen Schouwburg , te Amsterdam, zal vertoond worden: Zaturdag 11 October. Monzongo, of de Koninglyke Slaaf, Treurspel. Een Groot Ballet, Pantomime. Maandag, 13 dito. Scilla, Treurspel. Een Ballet. Donderdag 16 dito. Het valsch Vooröordeel, of de Triompherende Vrouw, Blyspel. Een Ballet. Roosje en Colas, Klugtspel met Zang.
_alg004alge01_01_15_9
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 11 }
Narigten en byzonderheden, tot den handel en scheepvaart, land- en veebouw, als mede de Huishoudkunde, handwerken en fabrieken, betrekkelyk. Door een vreeslyken Storm, welke in de maand Augustus, in Maryland en Virginie heeft plaats gehad, zyn de Veldvrugten, inzonderheid de Tabak, neffens de Goederen in de Magazynen, aanmerkelyk beschadigd geworden; onder anderen heeft deze Storm te Baltimore, alleen aan Tabak, ene schade van niet minder, dan 60000 Pstl. veroorzaakt: te Dumfries en Alexandria, waren over de 4000 Vaten bedorven geworden, en men vreesde nog voor droeviger Berigten uit andere plaatsen. Zyne Keizerlyke Majesteit heeft bevolen, dat de Boeknegotie en Boekdrukkery, in de Keiz. Koningl. Erflanden, als vrye Ambagten en Konsten, voortaan zullen aangemerkt en beschouwd worden, en alleen aan de openbaare Politieke- en Censuur-Wetten onderworpen wezen. In de Provintie Limburg worden thans 7500 Werklieden geteld, die zig bezig houden met Linnen te Weeven voor de buitenlanders, en, maandelyks voor 60000 Guldens verwerken. Men rekend, dat het zesde deel der Engelsche Natie zig in behoeftige omstandigheden bevind, tot welker onderhoud de overigen een som van by de 3 Mill. Pstl. jaarlyks opbrengen.
_alg004alge01_01_15_10
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 12 }
Huishoudelyke Narichten, nopens het Koningryk van Napels. (Getrokken uit een Italiaansch Werk, getyteld: Reflessione, del Sign. Marchese Palmeiri, Consigliere delle Reali Finanze di Napoli, sulla publica Felicita, relativamente al Regno di Napoli: in 't jaar 1787. in 8vo. aldaar in 't ligt gekomen.) ‘De volkrykheid van het Koningryk Napels zou veel groter zyn, by aldien het bederf der Zeden en de Weelde in de Stad, nevens de zwaarheid der belastingen, gevoegd by de nadelige wyze van inzameling op het Land, de geneigtheid tot den Echt niet tegen gingen en verhinderden. Des niet te min zou de bevolking, zo als dezelve thans is, een genoegzaam aantal van menschen opleveren, ter vermeerdering en verbetering van den Landbouw, de Zeevaart, en alle andere nuttige Kunsten. Indien zulks geen plaats heeft, zo is de oorzaak niet gelegen in volkomen gebrek aan Volk, maar aan gebreken in het gebruik dat daar van gemaakt, en de Classen, waar in het verdeeld wordt. Al vermeerderde het getal des Volks tot het dubbel, zou, by de onevenredige verdeling der bezigheden, waartoe het gebruikt wordt, de staat der Natie dezelfde blyven. En zo de vermeerdering alleen plaats had in de onnutte Classen, zouden dezen het overschot, dat tot onderhoud der Natie diend, en haar rykdom uitmaakt, nog verteeren, en dus was elende en ondergang onvermydelyk en blykbaar. Het is derhalven voor het welzyn der Natien noodzakelyk, dat het Volk toeneeme in de nuttige Classen, of door vermeerdering in het geheel, of door verbetering in de evenredigheid der verdeeling. Om dit einde te bereiken, moesten daar toe Wetten, Instellingen en Zeden ingericht zyn. Gene Natie bezit zo vele liefdadige Gestichten als de onze, die gedenktekenen zyn van de menschlievenheid en Godsvrucht, maar geenszins van het doorzicht onzer Voorvaderen: zulke inrichtingen strekken alleen om het getal der nutteloze en lediglopende Classe te vermeerderen. Zo de rykdom ener Natie afhangt van de vrugt aanbrengende Classen, zo haar geluk bestaat in de bezigheid van elk Individu, dan is het klaar, dat die afzonderlyke Gestichten armoede, en elende, moeten baaren. Men heeft wyslyk Instellingen gemaakt voor het onderhoud der Vondelingen. Men had de zorg moeten uitstrekken tot derzelver opvoeding, en de middelen, om ze nuttig te maken voor zich zelven en de Maatschappy. Onze Zeden strekken nog ter vermeerdering van deze onheilen. De Adelyken en de Burgers, weten geen weg met hunne Zonen, dan dien, waar door of de wanorde, die uit het onmatig groot aantal van menschen in zommige Classen ontstaat, nog vermeerd word, of die hen doet kwynen in ledigheid, ten nadeele der openbare veiligheid. Ondertusschen ontbreekt het den Koophandel aan handen, en de Kunsten aan bestier en onderneming. Het voordeel en vreemde voorbeelden nodigen ons te vergeefsch uit, om zo vele ledige posten te vervullen: en slegts weinige bieden zich daar toe aan. Het lager gemeen, waar aan de Handwerken en de Landbouw gebrek hebben, bevindt zich in overtollige menigte in Livery of Kloostergewaad: het behoort tot schande en last der Natie in groten getale tot de bende der Bedelaren. Het bevindt zich tot groot nadeel en overmaat, in menigte onder de Classe der mindere bedienden, die in de zo zeer vermenigvuldigde onderscheidene takken van publiek bestier geplaatst zyn, en eindelyk, maakt eer groot gedeelte daar van door het gansche Land ene hoop Lediglopers uit, die de openlyke rust en veiligheid storen.’
_alg004alge01_01_15_11
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 13 }
Over de Veehoedery in Napels. Niet alleen leveren de Provincien van Apulie en Abruzzo voedzel op voor talryke kudden van groot en klein Vee; maar 'er is gene Provincie van het gehele Ryk, waar men niet in het een of ander gedeelte kudden Vee aantreft; ondertusschen is het groot Vee niet talryk genoeg, om de behoeften der Natie te vervullen, ter oorzaak van het gebrek aan kunstig toebereide Weiden, van de zware belastingen, en van het verbod tegen den uitvoer van Rundvee uit het Ryk, zonder byzonder verlof. Men heeft, door naauwkeurige telling, ondervonden, dat de vryheid, om uit zekere districten jaarlyks 2000 stuks Vee uit te voeren, het getal van Rundvee niet verminderd, maar aanmerkelyk vermeerderd hadde.’ ‘De Marquis Alexander Quinzi, te Aquila, heeft Proeven genomen met Rundvee, dat byna het gehele jaar in wel verzorgde, naar de onderscheidene Saisoenen geschikte, Stallen gehouden, en met Hooi gevoed werd. Dezelve zyn, de evenredigheid van het voedsel en van de voordelen van Boter, Kaas, Mest, enz., in acht genomen zynde, zeer wel geslaagd.’
_alg004alge01_01_15_12
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 14 }
Geboorte- trouw- en sterflysten. Het getal der Doden, gedurende de laatstverlopene week, is geweest: te Amsterdam 216: en te Haarlem 8, onder welken laatsten 4 beneden de 12 jaren. Onlangs is in Ierland, in de Kerk van Ferns, een man begraven, Kirwan geheten, die den Ouderdom van 127 Jaren bereikt hadde. - Nog is, kort geleden, zekere Ann. Mallison, te Midhop, by Scheffield, in haar 109de Jaar Overleden; hebbende, tot aan haar dood, het volkomen gebruik van haar geheugen en uitterlyke Zinnen behouden.
_alg004alge01_01_15_13
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 16, "section": 15 }
Bekendmakingen en prys-opgaven van in- en uitlandsche boeken en geschriften. Upsal . Daar het schatbaar, dog uitgebreid Werk over de Insekten van den Zweedschen Baron de Geer, zo schaars thans te bekomen is, hebben de Heeren Adam Afzelius en Nic. Sam. Swederus, ondernomen om daar uit een Kort begrip, in de Latynsche taal, met verscheidene verbeteringen, te trekken; waar aan Profess. Thunberg zyne hulpe beloofd heeft te zullen verlenen. Dit Werk zal in 4to. in 24 Nommers uitgegeven worden: inhoudende 238 Platen, en omtrent 90 Vellen Letterdruk, waar van 3 of 4 gedurende den loop van dit Jaar staan uit te komen, en het geheel voor het einde van 1790 zal geleverd worden. De prys voor de Intekenaren is 5 Hollandsche Dukaten, en de Intekening staat tot het laatst van October open. *** Het voor alle Kristenen zo belangryk, en byzonderlyk voor Kristen Leeraars, en die tot den Predikdienst zig bekwaam maken, zo ongemeen nuttig, ja volstrekt onontbeerlyk Werk: Inleiding in de Goddelyke Schriften des N. Verbonds , door den Geleerden en verdienstelyken Ridder, en Göttingschen Hoogleeraar J.D. Michaëlis , uit het oorspronglyk Hoog- in het Nederduitsch, met overleg van den Schryver, en onder het opzigt van een zyner Vrienden, den Wel Eerw. zeer Gel. Here Rutz, Luthersch Predikant, in 's Hage, vertaald, en bestaande in 5 Stukken, gr. 8vo. die, behalven het Voorwerk en de Registers, ruim 2500 bladz. beslaan, word thans, by gelegenheid der uitgave van het 1ste Stuk der Inleiding tot de Schriften des Ouden Verbonds, van denzelfden beroemden Schryver, door de Eigenaars, aan den Liefhebberen der Gewyde Letterkunde, voor de verminderde Prys van ƒ8:10:- in plaats van ƒ13:10:- onder de volgende Voorwaarden aangeboden: 1. Deze Afgave zal geschieden, by inschryving of bespreking, welke open staan zal tot den 15 November, dezes Jaars 1788. 2. Ingevalle het getal der aangegeven of besproken Exemplaren 200 bedraagt, zal de Aflevering, vastelyk, voortgang hebben, en, in dien gevalle, met 1 December beginnen. 3. Zo egter, tegen verwagting, gene 200 Exemplaren besproken waren, behouden de Uitgevers het regt aan zig, om de Aflevering al, of geen voortgang te doen hebben: waar omtrent zy zig verbinden, het publiek, by Advertentien, in de Couranten, kennis te geeven. 4. By de aangave of bespreking word geen geld gevorderd, maar alleen by de Aflevering, die, op boveng. tyd, in eens geschieden zal. 5. Na den 15 November zullen gene opgave van Exemplaren tot den verminderden Prys worden aangenomen. Verbindende zig de Uitgevers wyders ten plegtigsten, om buiten de aangegevene of besprokene Exemplaren, geen, aan iemand, af te leveren, dan tot den gewonen prys van ƒ13:10:- De Aflevering geschied, te Haarlem, in den Boekwinkel van A. Loosjes: en de Exemplaren kunnen besproken worden, by de voornaamste Boekhandelaars, in alle de Steden van ons Vaderland: alwaar een gedrukt breder Berigt, Gratis, te bekomen is. Te Haarlem by A. Loosjes.
_alg004alge01_01_15_14
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 1 }
Berigten. Groot-Britannien. Den 27 Jan. van dit Jaar, is, te Londen, in Great Eastcheap, een Kapel, de Kerk van 't Nieuw Jerusalem geheten, voor de eerstemaal betrokken, door ene Secte van Mistyken, die den berugten Baron van Swedenborg voor een Profeet houden, door God gezonden, om de regte Leerstellingen van 't Kristendom aan te wyzen, en te bepalen. Zy bedienen zig van een bepaald Formulier van Gebeden, op den leest van dat der Hoofdkerke geschoeid: en lezen tot onderlinge stigting en onderwys enige Hoofdstukken uit de Schriften van Swedenborg. Volgens de berekening van den Heer Maskelyne, Koningl. Sterrekundige, te Greenwich, zal de grote Comeet of Staartster , die omtrent 129 Jaren tot deszelfs omloop om de Zon besteed, en welke allereerst in den Jare 1532, door Appius ontdekt, in den Jare 1661, op nieuws door Herelius is waargenomen, wederom boven onzen Noordlyken Horizont verschynen, in het laatst der aanstaande maand December, en wel den 23 dier maand en vervolgens: zullende egter merkelyk vroeger aan de Kaap de Goede Hoop, of de Falklands Eilanden te zien wezen. Dezelve zal in zyn Perihelium, of naasten stand aan de Zon, op den 1 January 1789 zig bevinden. Vrydag, den 26 Septemb. overleed, te Newington Butts, de Heer George Robertson, Landschapsschilder: en daags daar aan ontviel ons de brave en door kundige Heer Robert Taylor, vermaard Bouwmeester en Opzigter over de Bank: de eerste in zyn 41ste, en de laatste in omtrent het 74ste Jaar des levens. Ziet hier enige Levensbyzonderheden van deze beiden Konstenaren. ‘George Robertson wierd in het Jaar 1747 te Londen geboren. Een sterke natuurlyke Genie voor de Tekenkonst in zig bespeurende, ging hy, in zyne vroege jeugd, naar Romen, om zig daar in te oeffenen: van waar hy, na een langen togt door Duitschland, Holland, enz. in Gezelschap van den Hertog van Dorset; W. Beckfort, Schildknaap van Somerly, in Suffolk, (zyn braven Patroon en Vriend) en enige andere Heren, omtrent 18 Jaren geleden, in Engeland te rug keerde. Zyne Tekeningen naar 't leven, als mede enige weinige Schilderyen, uit de Kabinetten van Dresden en anderen gecopieerd, die hy op zyne Reize maakte, zyn in het bezit van den Heer Beckford: alle Stukken, zo wel als zyn overige Kryttekeningen, naar Claude en andere Landschapsschilders (die ene aanmerkelyke plaats in de Gaandery van den Alderman Boydell beslaan), welken geen we-dergade hebben. Robertson was niet zeer bekend in de waereld: zyne zedigheid en zugt naar stilte deed hem meest alleen t'huis zitten, of zyne verkering tot den kring van weinige uitgekozen vrienden bepalen: schoon hy egter niet onbekend was by verscheidene van de eerste Familien. Byzonderlyke leidde hy zig toe op het Schilderen met Water-verw; waar in hy ene ongemene bekwaamheid en behendigheid verkregen hadde, arbeidende, in dien trant, met een spoed en gemak, hem alleen eigen. Zyne Stukken van deze soort doen het zelfde effect als of zy met Oly-verw geschilderd waren. Zyne Beelden en Beesten, dog vooral zyne Bomen, zyn uitstekend.’ ‘De Heer Robert Taylor was geboren in 't Jaar 1714. Zyn Vader, een voornaam Metzelaar van zyn tyd, schoon veel gelds winnende, liet hem, wegens zyne ruime levenswyze, gene goederen na. Hy bevond zig te Rome, om zig in de Konsten te oeffenen, toen de oude man overleed: van waar hy zig, op het ontvangen van tyding hier omtrent, terstond naar Engeland te rug begaf: zig van stonde aan met yver toeleggende, om, door het geen hy geleerd hadde, een eerlyk bestaan te krygen. Zyne vrienden hielpen hem aan de benodigde penningen, om zyne Konst voort te zetten, en hy zelve deed al wat hy konde, om zyne verkregene kundigheden en bekwaamheden meer en meer uit te breiden. In korten tyd was hy zo verre gevorderd, dat, toen het Monument van Cornwall stond opgeregt te worden, men algemeen verlangde dat Taylor de maker daar van mogt wezen. Zyn beste werk, als Beeldhouwer, was het Praalgraf van Guest, naast de Noorder deur der Abdy. De Britsche Maagd aan de Bank, en het Basrelief boven het Deurkosyn van het Mansion huis, zyn van zyn maakzel. Zedert liet hy het Beeldhouwen varen; nu en dan slegts, by gelegenheid, zig tot Huisversierzels verledigende; en leidde zig geheel en al toe op de oeffening der Bouwkunde, in welke hy de grootste vorderingen gemaakt hadde. Een groot aantal van fraaye Huizen en Gebouwen zyn, onder zyn opzigt, en naar zyne Bestekken en Tekeningen, gemaakt. Ook bouwde hy voor zig zelven een ongemeen schoon Huis, in Springgarden, 't geen, zo met opzigt der bezuiniging van grond, als wegens vindingryke inrigting en veelvuldige gemakken, alles overtreft, wat Londen opleverd en waardig is, om door Vreemdelingen bezigtigd te worden.’ ‘Voor zyn grootste Werk mogen de bygevoegde Gebouwen aan de Bank gehouden worden: die, toen de Heer Calonne, een man van den eersten smaak, dezelve bezigtigde, door dezen, voor het eerste bouwkundig Werk in Londen, buiten de St. Paulus Kerk, verklaard wierden.’ ‘Buiten het opzigt, 't geen hy voerde over ontelbare Gebouwen en Landgoederen van afzonderlyke Personen, onder welke laatste dat van Pultney, het geen voor het voornaamste Goed in het Ryk gehouden word, boven al uitstak, was hy ook opzigter over het Admiraliteits-en het Vondelinghuis, als mede, zedert den dood van A. Stuart, over het Hospitaal van Greenwich.’ Zo vele voordelige posten, gepaard met ene spaarzame levenswyze, en bezuiniging zo van tyd als geld, (schoon men hem den lak van gierigheid niet mag aanwryven, als levende, byzonderlyk in de laatste Jaren, zeer gastvry, hoe matig en zober ook voor zig zelven, en ongemeen mildadig zynde,) konden niet missen, hem een aanzienlyken schat te doen opleggen: gelyk dan ook zyne Nalatenschap die van enigen zyner Voorgangeren, en Mededingeren, verre overtrof. Kent liet na 10,000 Pstl. Gibbo omtrent 25,000 Pstl. de Heer C. Wien 50,000 Pstl. schoon deze, behalven het grote Paleis, het groot Gasthuis, de Hoofdkerk St. Paulus, het Hospitaal te Greenwich en Hampton-Court, vyf-en vyftig Kerken, het Monument en andere openbare Gebouwen, gemaakt hadde. De Nalatenschap van den Heer Taylor word op niet minder dan 180,000 Pstl. begroot. Deze verbazende opstapeling, van niets begonnen, was inzonderheid de overwinst van de laatste 40 Jaren zyns Levens. - Men verzekerd dat zyne bezitting, in het Jaar 1768 40,000 Pstl. waardig was. Dog hy had reeds van dien tyd af, zo uit de renten van zyne uitstaande Gelden, als uit de winsten van zyn beroeps-bezigheid, een jaarlyks inkomen van 8000 Pstl. Ondertusschen verteerde hy langen tyd niet boven de 800 Pstl. in 't Jaar: en het was niet voor 't Jaar 1773 dat hy Rytuig begon te houden, en ene meer kostbare levenswyze aan te vangen. Zyn Zoon en Erfgenaam, de Heer A. Taylor, die buiten een uitzet van 20,000 Pstl., nevens nog een rente van 2,000 Pstl. jaarlyks, zedert zyne komst in 't Huis der Gemeente, hem door zyn Vader geschonken, veel schats met zyne Vrouw behuwelykt heeft, is tegenwoordig Lid van 't Parlement, wegens Pool, in Dorsetshire.’
_alg004alge01_01_16_0
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 2 }
Frankryk. De Koningl. Akademie der Wetenschappen, te Parys, heeft den Abt Tesier, nevens de Heeren le Roi en Buache benoemd, om een naauwkeurig onderzoek te doen, nopens den toedragt en alle byzonderheden van den geweldigen Storm en verwoestende Hagelbui, die den 13 July dezes jaars, in een gedeelte van Frankryk, gevallen is: ten einde, uit de ingekomen Berigten en gedane Ontdekkingen, daar omtrent, een verhaal van alles, met ene Kaart der verwoeste Landen, in 't ligt te geven. Met den dood van den onlangs in het 92ste Jaar zyns Ouderdoms Overleden Hertog van Richelieu, heeft de Fransche Akademie een harer Veertigen verloren.
_alg004alge01_01_16_1
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 3 }
Duitschland en Naburige Ryken. Om den verdienstelyken Direkteur der Akademie der fraaye Kunsten en werktuiglyke Wetenschappen, te Berlyn, de Heer Rode, in zyne klimmende Jaren te hulp te komen, heeft de Koning goedgevonden den Secretaris Chodowiecky denzelven toe te voegen, en tot Vice-Direkteur aan te stellen; zynde hier op de post van Geheimschryver aan den Heer Predik. Riem, tot hier toe honorair Lid en Assessor, opgedragen. Voorts zyn tot honoraire Leden dier Akademie aangenomen, de Hr. Coadjutor van Maintz, nevens de Heren Geheim Opper-Financie-Raad Gerhard, te Berlyn, de Legations-Raad Bertuch, te Weymar, Justitie-Raad Hirschfeld, te Kiel, en Hofraad Pfeffel, te Colmar. De Heer Prof. Pott, in Helmstad, is tot gewoon Hoogleraar in de Godgeleerdheid, met ene vermeerdering van 200 Ryksd. zyner jaarwedde, benoemd. De Heer Amschel, voorheen Hoogl. in de Natuurkunde, te Laibach, is, by een Hofdecreet, tot Hoogleeraar in die zelfde Wetenschap, aan de Universiteit te Wenen beroepen. De aanzienlyke Boekery, van de opgeheven Abdye Sittich, staat eerlang, nevens ettelyke Handschriften uit de Wener Hof-Bibliotheek, naar Laibach vervoerd, en by de Boekery van het Lyceum, aldaar, ten gebruike der openbare Leerscholen, gevoegd te worden.
_alg004alge01_01_16_2
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 4 }
Nederlanden. Brussel . De Installatie der uit Leuven herwaarts overgebragte drie Faculteiten, namelyk: der Rechtsgeleerdheid, Geneeskunde en Wysbegeerte, heeft, den 2den dezer lopende maand October, plaats gehad. De Rector der Universiteit, nevens de Leden der opgenoemde Faculteiten, begaven zig, na alvorens, in de Parochie-Kerk van Caudenberg, ene plegtige Misse bygewoond te hebben, naar het Theresiaansch Collegie, welks Vertrekken voor dit nieuw gebruik, alvorens, bekwaam gemaakt waren. Terstond daar op begaf zig ook derwaarts Zyne Excellentie de Gevolmagtigde Minister, wordende, by zyne aankomst door den Rector en de Leden ontvangen en begroet. Hy bezag de Zalen, voor het openbaar Onderwys geschikt, en gaf zyn genoegen deswegen te kennen. - Zyne Excellentie vertrokken zynde, wierden de Patenten en Instructies, welken door het Gouvernement ingezonden waren, aan de Faculteiten voorgelezen. - Des anderdaags wierden de eerste Lessen gegeven. De nieuwe Direkteurs en Professoren der overgebragte Faculteiten zyn de volgenden: In die der Beiden Rechten , van der Heiden, Direkt. Goessens, Leplat, Lambrechts en van Cutsem, Profess. In die der Geneeskunde , de Heeren Melli, Direkteur: Jacquelart, van Bouchante, Smidt, Matusca, Jacobs, Brabander en Cokx, Profess. In die der Wysbegeerte , de Heeren Meyer, Direkteur: Hermans, Minkelers en Ferry, Profess. Hahn, adjunct; zynde de Heer Thysbaert, Deken van St. Jakob, te Leuven, tot Opzigter over het Kabinet van Natuurkundige Werktuigen benoemd, en tevens tot de waardigheid van Vice-Kanselier der Universiteit verheven. - Van deze nieuwe inrigting voorspeld men zig het meeste algemeen nut, uit die der Geneeskundige Faculteit: welke, aan de Leuvensche Universiteit, enigermate in verval geraakt was, dog waar aan men thans, zo door het vermeerderen der Leerstoelen, als door het vaststellen van de aanzienlykste Jaarwedden aan de Professoren, een nieuwen en best mogelyken luister heeft getragt by te zetten. Twede Vervolg der PRYSVRAGEN, vastgesteld by de Algemene Vergaderinge des Oeconomischen Taks , van de Hollandsche Maatschappye der Wetenschappen, gehouden in 1787 en 1788.
_alg004alge01_01_16_3
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 5 }
Handwerken en fabrieken. Aan hun, welke aan een of meer Godshuizen binnen deze Republiek, van welke Gezindheid zy mogen wezen, Inlandsche Carsaayen, tot kleding der Kinderen, zullen hebben geleverd, na den eersten Juny 1788. zal de Oeconomische Tak ene vergoeding geven van een halve stuiver per El, en daar en boven nog een halve stuiver aan het Godshuis, ten behoeve van het welke de Carsaayen zyn geleverd. Deze Praemie zal worden betaald van de Carsaayen, welken tot primo Maart 1789. Zullen afgeleverd zyn. De Verhandelingen, benevens onwedersprekelyke Bewyzen, dat de geleverde Carsaayen binnen deze Republiek gesabriceert zyn, en dat de Godshuizen declareren gezien te hebben, dat aan de Carsaayen, by hen gekogt, het Lood op de Stads Halle was geslagen, moeten ingeleverd worden voor of op den laatsten Maart 1789. by dat Departement, alwaar de Levering geschied is. Deze Praemie zal voor eerst gegeven worden tot de somma van 10000 Guldens. Aan den genen, die de Aarde, uit de Beddingen onzer Rivieren gebaggerd, zo weet te bereiden, dat daar van Pannen kunnen gebakken worden, die in deugd en prys gelyk zyn aan zulken, die thans van Aarde, uit het vaste Land gegraven, worden gemaakt; een Gouden Medaille of 50 Ducaten. En, zo tevens het Geheim, en de manier van behandeling, voldoende word opgegeven, zo, dat daar van een genoegzame Quantiteit voor handen is, om in de Pannebakkeryen met voordeel te kunnen worden gebruikt, noch daar en hoven 50 Ducaten. De Monsters van ten minsten 50 stuks Pannen, met de Rewyzen en Getuigschriften in te leveren voor ultimo Sept 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die de Aarde voor Grof Aardewerk, zodanig kan bereiden, dat de daar van gemaakte Stukken bekwaam zyn, om in dezelve scherpe Vochten en andere Scheikundige Ontbindingen te doen uitdampen en te zuiveren, zonder enig nadeel aan gemelde Vochten en Ontbindingen te veroorzaken, en vervolgens van zulk Aardewerk, tot een' billyken prys, allerleye Potten, Pannen, Schalen enz. van zodanig Fatsoen als begeert word, kan maken; ene Praemie van 50 Ducaten: mits dat hy, na dat deze uitvinding bekend is gemaakt, van voornoemde Aardewerk een getal van 500 Stukken geleverd zal hebben, en aanneemt ten minsten een getal van 1500, des gerequireerd wordende, te bezorgen. De Monsters en Getuigschriften in te leveren voor ult. Sept. 1789. en strekt zig uit tot Sept. 1792. Aan den genen, die de Aarde tot Grof Aardewerk, zodanig, kan bereiden, dat de daar van gemaakte Smelt-Kroezen een genoegzaam sterk Vuur, zonder spoedig te barsten, kunnen doorstaan, en in het gebruik niet minder als de Buitenlandsche bevonden worden; ene Praemie van 50 Ducaten; mits dat hy, na dat zyn uitvinding bekend is gemaakt, van deze Kroezen 500 zal geleverd hebben, en aanneemt een aantal van ten minsten 1000 stuks, voor een' billyken Prys, des gerequireerd wordende, te leveren. De Monsters en Getuigschriften in te leveren voor ult. Sept. 1789. en strekt zig uit tot ult. Sept. 1792. Aan den genen, die in de Republiek bekwaame Aarde, en ter genoegzame hoeveelheid, zal ontdekt hebben, om daar uit een Fabriek van Aardewerk, egaal in deugd prys aan het beste Engelsche, Witte of Geele, tot Tafel en Theeserviesen, of beste Rode of Zwarte tot Ornamenten, te formeeren; de Gouden Medaille en 50 Ducaten of 75 Ducaten. De Bewyzen rakende de ontdekte Aarde, met de Monsters, in te leveren voor of op den laatsten Sept. 1798. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die binnen de Republiek Drinkglazen fabriceert, of doet fabriceren, gelyk in prys en deugd aan de Buitenlandsche, en in staat is, om daar van binnen het Jaar, na de vertoning van het Monster, ten minsten 6000 Stuks te leveren, 100 Ducaten; mits zich verbindende, om met zyne Fabriek binnen de Republiek te blyven, ten minste voor zes Jaren. De Getuigschriften met de Monsters te vertonen voor of op ultimo Sept. 1789 Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den eersten, die den Inlandschen Tabak, binnen de Republiek kan bereiden tot Carotten, in qualiteit, prys en deugd, egaal aan de Duinkerksche, en de behandeling daar van bekent maakt, een Praemie van 50 Ducaten. De Monsters en Getuigschriften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den eersten, die binnen deze Republiek het Koper, door middel van Plet rollen, tot zodanig ene dunheid weet te brengen, zo goed als het beste Buitenlandsche, zo als het vereischt word tot het bekleden van den huid der Schepen; een Praemie van 100 Ducaten. Een Bericht met Proeven gestaafd in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die met Proeven, voldoende Bewyzen en Berekening, de beste behandeling en het voordeligste gebruik aantoont, dat men van de Inlandsche, en wel byzonder de Noordhollandsche Wol, in de Fabrieken zou kunnen maken, van dat dezelve onder handen genomen word, tot de volle bereiding, en het dagelyks gebruik ingesloten, een Praemie van 50 Ducaten. In te leveren voor ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die het beste binnen deze Republiek het Incarnaat Rood, op Garen, van Katoen of Vlas gesponnen, zo vast en duurzaam kan Verwen, dat het in het wasschen en gebruik niet van koleur verandere, en zich verbinde, tot een gelyken prys met het tegenwoordige, de Fabriekeurs en Kooplieden, des begerende, daar van ter goeder trouw te bedienen; een Praemie van 50 Ducaten, voor die naast daar by komt 25 Ducaten, en die daar op volgt 12 Ducaten. Ene Proeve van deze koleur op Katoen of Garen, van ieder 6 pond, moet met de nodige Bewyzen worden ingeleverd voor ultimo Sept. 1789. En strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, welke binnen de Republiek op Garen, uit Vlas en Katoen gesponnen, de schoonste blaauwe Koleur, en teffens zo vast, dat in het werken, door de gewone behandeling der scheering, 't zy deze koleur alleen, of met witte en andere Garens vermengd, zy, niets van het blaauw of gele afgeven, verwen kan tot de gewone pryzen, naar rato de verscheidenheid van ligt en donker; en zulks vervolgens, ten minsten voor den tyd van 6 Jaren, zonder enige vermindering van deugd, ten dienste der Fabrieken, continueren; en daar van tot ene Proeve van het Katoene Garen, in de hoogste koleur 6 pond, en van het Vlassen Garen in het ligt, helder en donkerste koleur ieder 2 pond, met de genoegzame bewyzen, vertoont voor of op ultimo Sept. 1789. een Praemie van 150 Ducaten, zullende 50 Ducaten aanstonds; en na expiratie van de 6 Jaren de andere 100 Ducaten betaald worden. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die binnen het Territoir van deze Republiek, of van de Colonien van den Staat, Vollers Aarde, gelyk in deugd en prys aan die, welke in onze Fabrieken gebruikt word, ter quantiteit ten minsten van 10 Vaten, ieder een Aam houdende, zal ontdekt hebben, en in staat is te leveren, 50 Ducaten. Het Monster en de Getuigschriften in te leveren voor of op den laatsten Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die aanwyst zodanige Aarde, binnen de Republiek, of in de Colonien van dezen Staat vallende, welke, in Eigenschappen en gebruik, met de Doorniksche Aarde, dewelke als een Inmengzel in de Fabrieken van Aardewerk word gebruikt, in zo verre overeen kwame, dat die, in plaats van dezelve, met voordeel kan worden geëmployeerd, en daar door de Fabriek, even goed en deugdzaam als thans geschied, geheel met Inlandsche Aarde kon worden geëxerceerd; mits dat de Aarde van die plaats, daar dezelve gevonden word, in zodanige quantiteit kan worden bekomen, dat de Aarde-werks-Fabrieken daar van genoegzaam konden worden voorzien; een Praemie van 100 Ducaten. Het Monster en de vereischte Getuigschiften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. En strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die binnen de Republiek het beste Wit of Geel Aardewerk fabriceert, egaal aan het Engelsche in Deugd, Fatsoen en Glans, en voldoende Bewyzen geeft, dat zyne Fabriek in prys niet hoger zal wezen dan de Engelsche, mits zich verbindende, ten minsten daar van het eerste Jaar 10 Tafelserviesen, ieder van 250 stukken, het tweede Jaar 25, en voorts Jaarlyks 50 dito Serviesen, des gerequireerd, ten voor schreven pryze te leveren; voor het eerste Jaar de Gouden Medaille en 200 Ducaten, en voor de negen volgende Jaren 100 Ducaten voor elk Jaar. De Monsters en Bewyzen in te leveren voor ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. (Het vervolg hier na.)
_alg004alge01_01_16_4
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 6 }
Nieuw uitkomende boeken, akademische en andere schriften. Frankryk . Nouveau Systeme &c. Nieuw Stelzel van Mythologie, door P.A. Girardet, Kanunnik van Nozeroy, 4to. Te Dyon, 1788. Het begin van een groot Werk, het geen de Schryver voornemens is geheel uit te geven, by aldien het tegenwoordig Stuk wel ontvangen word. Het voorname onderwerp van dit Deel is Bethelismus, welk woord de Heer G. van her Hebreeuwsche Bethel afleid. Hy vind ook zulk ene overeenkomst in den Griekschen eigennaam Homeros, en het Hebreeuwsche zelfstandig woord Homeroz, welk woorden betekend, ene benaming gewoonlyk aan Dichterlyke verhalen gegeven, dat hy 'er gelegenheid uit neemd, om in ene Aantekening zyn twyfel, nopens het bestaan van den ouden Griekschen Dichter, aan den dag te leggen. De Schryvers van het Journal Encyclopedique ondertusschen beschouwen het als een zeer geleerd en fraai Werk. Memoires sur les Hospitaux de Paris. Verhandelingen van de Hospitalen van Parys, door den Heer Tenon, 4to. 546 bladz. en 15 plat. Parys 1788. De Heer Tenon was een der Commissarissen, door de Akademie, ingevolge 's Konings onder, belast, om de Memorie, door den Heer Cogneau, in 1785 in 't ligt gegeven, met een daar by gevoegd Plan van den Bouwmeester Poyct, over het verplaatsen en op nieuw opbouwen van het Hotel Dieu, te onderzoeken, ten einde zyne Majesteit van den besten raad daar omtrent te dienen. Hy beschouwde en onderzogt ten dien einde alle de Godshuizen, zo van Parys, als in de Provincien: won de vereischte narichten in, nopens die van andere Ryken en Landen, van Schotland af tot Italie: en stak in persoon over na Engeland, om aldaar de Hospitalen te bezigtigen, en zig van alles, daar toe betrekkelyk, naauwkeurig te onderrigten. De voor handen zynde Memories vervatten een verslag van alles, 't geen door de Commissie allereerst aan de Akademie is overhandigd, en vervolgens, op haar goedvinden, door den druk gemeen gemaakt. Tot dus verre bepaald zig de Heer Tenon tot de Hospitalen van Parys: in een volgend Stuk zal hy over de Buitenlandschen handelen. Het Werk is oorsprongelyk in zyn soort: ongemeen klaar en bondig geschreven, en van algemeen belang voor alle Natien. Le Francois a Constantinople. De Franschman in Konstantinopolen; een Werkje dienende om een klaar en naauwkeurig denkbeeld aan de hand te geven, nopens de Turksche Natie, hare Zeden, Gewoontens en Manieren, de Konsten, Godsdienst, Wetten, Form van Regtspleging, Land- en Zeemagt, Koophandel, Ryks-inkomsten, Aardryksbeschryving zo oude als hedendaagsche, met een woord, alles wat het Ottomannisch Ryk betreft, in 8vo. Parys, by Buisson 1788. prys 1 Liv. 4 f. De tegenwoordige omstandigheden, maken dit Stukje, welk spoedig en met vermaak kan doorbladerd worden, belangryk. Duitschland . Disputatio de Quaestione: quae fuerit Artium Magicarum Origo? Quomodo illae ab Asiae Populis ad Graecos atque Romanos, et ab his ad Ceteras Gentes sint Propagatae, quibusque rationibus adducti fuerunt ii, qui ad nostra usque tempora easdem vel defenderent vel oppugnarent? Ene bekroonde Prysverhandeling by de Societeit der Wetenschappen, te Göttingen, ab D. Tielemanno, Philos. in Acad. Marp. Proff. 4to. 158 bladz. te Marburg, in de nieuwe Akadem. Boekwinkel, 1788. Prys 1 Rthl. Deze voortreffelyke Verhandeling, waar in het bygeloof van vroegere en latere tyden zo mannelyk te keer gegaan word, en welken dus byzonderlyk in oorden, waar nog vele menschen met dit euvel besmet zyn, met vrugt kan gelezen worden, is onderscheiden in 3 Afdelingen. De Eerste handeld over de Natuur der Toverkonst; de Tweede vervat het voornaamste van derzelver Geschiedenis; en in de Derde worden de bewyzen getoetst, welke voor en tegen de mogelykheid, het bestaan en de waardy dezer Konst ter bane gebragt worden. Algemeine Geschichte der Christlichen Kirche &c. Algemene Geschiedenis der Kristl. Kerke, naar tydvervolg. Een Akademische Handleiding van Dr. H. Ph. Canr. Henke, Hoogl. in de Godgeleerdheid te Helmstad, 1ste Dl. 1788. 8vo. 290 bladz. Brunswyck. De Schryvers der Göttische Gel. Anzeigen maken met lof van dit Werk gewag. Neue vermischte Schriften &c. Nieuwe Mengelschriften van Joh. Aug. Eberhard, Hoogl. in de Wysbeg. te Halle, 8vo. 402 bladz. te Halle, by J.J. Gebaner 1788. prys 1 Rthl. De meesten der hier voorkomende Stukken, zyn reeds uit het Berliner Monatschrift bekend: onder de tot nog onuitgegevene behoren: 1 Over het Melodrama. II. Over waarheid en doling. III. Over de Sterrekunde van Thales en Pythagoras. IV. Onderscheidene Vertogen over de Vryheid van den Wil, door Mendelsohn, Klewitz, en den Schryver. V. Over den zedelyken Zin, of het zedelyk Gevoel. De Heer Eberbard is bekend voor een zo geleerd en schrander als waarheidlievend Schryver. Geographie der Griechen und Römer &c. Aardrykskunde der Grieken en Romeinen, uit derzelver Schriften opgemaakt, van Mr. Konrad Mannert, Lektor aan de St. Sebaldusschool te Neurenberg, gr. 8vo. 413 bladz. te Neurenberg, by Grattenauer, 1788. Een lang gewenscht en nuttig Werk of liever een begin van het zelve: behelzende slegts ene proeve, van een bredere Verhandeling. Dit eerste Deel bepaald zig, na ene voorafgaande Inleiding tot de Aardrykskunde der Ouden, en de opgave van derzelver voornaamste stelzels, alleen tot Spanje, als het eerste Land in Europa. Het vervolg, 't geen met verlangen te gemoet gezien word, staat flukswyze uit te komen: zullende de Autheur in het naast komende over Gallie en Britannien, voorts over Duitschland en de overige Noordlyke Landen van Europa handelen. Der Zustand des Staats &c. in Grootbritannien &c. Gesteldheid van den Staat, Godsdienst, en der Geleerdheid en Konsten in Grootbritannien, op het einde der 18de Eeuwe, door Dr. Gerh. Fr. Aug. Wendeborns, Pred. te Londen, 4de en laatste Stuk, met een volledig Register over het gehele Werk, 8vo. 554 bladz. Berlyn, by C. Spener 1788. Prys 1 Rthl. 12 gr. Dit Werk, waar van de drie eerste Stukken, gene geringe toejuiching in Duitschland ontmoetten, is de vrugt van een 16 jarig vertoef in Engeland; gedurende welk de Schryver, al het merkwaardige, de drie Ryken en de Britsche Natie betreffende, met zeer veel oplettendheid en yver verzameld, en vervolgens in enen geregelde order op het papier gebragt heeft. Ene Engelsche Overzetting, door den Schryver zelven, staat eerstdaags in 't ligt te komen. Neues Geographisches Magazin &c. Nieuw Aardrykskundig Magazyn, van J. Ernst Faber, 1,2, 3de Deel, nevens 1 en 2de Stuk van het Vierde, 1785-1788. te Halle, in het Wees huis, de prys van ieder Stukje is 9 gr. De beste Duitsche Journalisten spreken met lof van dit Werkje; 't geen ene Verzameling behelsd van eigenhandige berigten, beoordelingen van Boeken, Kaarten Gezigten, platte Gronden en korte gemengde Aantekeningen; welke laatsten veelal van belang zyn. Ueber den Thierischen Magnetismus, van C. Meiners, 8vo. 340 bladz. te Lemgo, by Meyer, prys 16 gr. ‘Zelfs het gematigd Magnetismus, zo als het in zommige oorden van Duitschland in praktyk gebragt is, ontdekt reeds terstond zeer veel, 't geen aan de gewone manier van denken by alle verstandige en geoeffende lieden, noodwendig, zeer veel aanstoots moet geven: en ik houde my verzekerd, dat, schoon ook de geheimvolle nevel, welke over het Magnetismus verspreid ligd; nimmer opklaren mogte, deze nieuwe Geneeswyze egter zeer bezwaarlyk op den duur, by dat deel der Natie, welk gewoon is op haar zelve te denken, ingang zou verwerven. Alle Tovermiddelen, waar van men onder woeste en onbeschaafde Volkeren droomde, zouden, by aldien ze gelyktydig by de hand genomen konden worden, naauwlyks aan zo veel misbruiks onder hevig zyn, en zulke verwarringen in de gehele menschelyke Maatschappy, en in alle zaken, het gemene Leven betreffende, aanregten, als de Magnetische Stoffe, zo als zy van hare Voorstanders beschreven word.’ Op deze wyze denkt de Schryver over het Magnetismus; en de gronden zyner meninge zyn vervat in het voor handen zynde Werk, waar in men den van alle dweepery vervreemden, den door ondervinding en uitgebreide belezenheid geholpen Natuurkenner, op elke bladzyde aantreft. [Algem. Litter. Zeitung.] Nederlanden . Handboek voor Hoefsmits, Koetziers, Landlieden, en voor alle Liefhebbers van Paarden en Veehouders, of Verzameling van de voornaamste Genees- en Heelmiddelen in de Vee-Artzenykunde, getrokken uit de Werken van de Heer Bourguelat, Stalmeester des Konings van Frankryk en bestierder van deszelfs Academie te Lyon, &c. &c. Te Deventer, by G. Brouwer. Verhandeling over de voornaamste Kwetzuren die den Heelmeesteren in de Legers, in Belegerde Steden, en op Schepen van Oorlog en elders kunnen voorkomen, door gevallen dien aangaanden gesterkt; mitsgaders over het niet of al nodig afzetten der Leden, door G. ten Haaf, 2de en vermeerderde druk, te Rotterdam, by G.A. Arrenberg. Werken van het Dicht- en Letterlievende Genootschap, onder de Spreuk: Studium Scientiarum Genitrix, in Prysvaersen, 1ste Deel, 1ste Stuk, te Rotterdam, hy A.G. Arrenberg. J.D. Michaelis, N. Overzetting des O. Testam. met Aanmerkingen voor Ongeleerden, in 't Nederduitsch overgebragt, door W.F. de Perponcher, 8ste Deel, behelzende 't Boek van Ruth en der Richteren; te Utrecht, by de Wed. van Schoonboven. Placaat der Negotiatie, by wyze van de vyf en twintigste Penning, van Hun Ed. Groot Mog. 4to. 's Hage, by J. Scheltus.
_alg004alge01_01_16_5
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 7 }
Land- en zeekaarten. Atlas Historique et Geographique &c. Historische en Geographische, zo oude als hedendaagsche Atlas, door een Genootschap van Geleerden: 5 Delen, in folio, bevattende 332 Kaarten, door den Heer Bay de Mornas. Parys, by Desnos. Rue de St. Jaques, du Globe, No. 254. De Prys is 250 Liv. afgezet op gr. pap., 200 Liv. op Mediaan en 160 Liv. op klein papier, postvry te zenden.
_alg004alge01_01_16_6
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 8 }
Tekeningen en prenten. Parys. La Visite au Grand-Pere: Konstplaat in de manier der Engelschen, naar Smith, door le Coeur, 3 Liv. met koleuren 6 Liv. Erigone & Ariane, abandonnée par Thérsée: Twee Platen, in de manier der Engelschen, getekend door le Roy, en in 't koper gebragt door le Grand, 6 Liv. 't stuk. De Heer Helman, Plaatsnyder van Madame, Rue St. Honoré, tegen over het Hotel de Noailles, geeft thans uit vier nieuwe Chineesche Konstplaten, tegen 12 Liv. verbeeldende, ‘de eerste: Een Festein, door den Keizer Kien Long aan alle Grysaarts van zyn Ryk gegeven; de Tweede: Het Vertrek van dien zelfden Keizer om de Graftomben zyner Voorvaderen te bezigtigen; de Derde: Deszelfs plegtige verrigtingen voor die Graftomben; en de Vierde: Denzelfden Keizer, Lofdigten ter eere van deze zyne Voorvaderen opzeggende.’ Aan den Voet van deze Platen, vind men ene korte en nette aanwyzing ter Verklaring van de daar in voorkomende onderwerpen.
_alg004alge01_01_16_7
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 9 }
Parys. La Visite au Grand-Pere: Konstplaat in de manier der Engelschen, naar Smith, door le Coeur, 3 Liv. met koleuren 6 Liv. Erigone & Ariane, abandonnée par Thérsée: Twee Platen, in de manier der Engelschen, getekend door le Roy, en in 't koper gebragt door le Grand, 6 Liv. 't stuk. De Heer Helman, Plaatsnyder van Madame, Rue St. Honoré, tegen over het Hotel de Noailles, geeft thans uit vier nieuwe Chineesche Konstplaten, tegen 12 Liv. verbeeldende, ‘de eerste: Een Festein, door den Keizer Kien Long aan alle Grysaarts van zyn Ryk gegeven; de Tweede: Het Vertrek van dien zelfden Keizer om de Graftomben zyner Voorvaderen te bezigtigen; de Derde: Deszelfs plegtige verrigtingen voor die Graftomben; en de Vierde: Denzelfden Keizer, Lofdigten ter eere van deze zyne Voorvaderen opzeggende.’ Aan den Voet van deze Platen, vind men ene korte en nette aanwyzing ter Verklaring van de daar in voorkomende onderwerpen.
_alg004alge01_01_16_8
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 10 }
Nieuw uitgevonden werktuigen en konstgevaarten. De Heer Lenz, Hoogl. der Wysbegeerte, aan het Lyceum, te Klagenfurt, heeft een Snaphaan uitgevonden, en met eigen handen vervaardigd, waar mede 6 a 7 malen kan geschoten worden, zonder meer dan eens te laden. - In zyn Hof heeft hy, door middel van een door hem zelven gemaakt Werktuig, twee gemetzelde Kolommen, van de ene plaats op de andere verzet.
_alg004alge01_01_16_9
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 11 }
Toneel- en ander konstvermaak nieuws. Op den Nederduitschen Schouwburg , te Amsterdam, zal vertoond worden: Zaturdag 18 October. Alzire, Treurspel. Een Ballet. Roosje en Colas, Klugtspel met Dans. Maandag 20 dito. De Vrouw Regter en Party van haar Man, Blyspel. Een Ballet. De Deserteur, Zangspel. Dingsdag 21 dito. Het Eiland van Verwarring, Blyspel. Een Ballet. De Deserteur, Zangspel.
_alg004alge01_01_16_10
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 12 }
Narigten en byzonderheden, tot den handel en scheepvaart, land- en veebouw, als mede de huishoudkunde, handwerken en fabrieken, betrekkelyk. 'Er zyn in Parys 48 Hospitalen of Godshuizen, waar van 22 voor Zieken, 20 tot andere Liefdadige einden: en 6 voor ongelukkigen van onderscheidene soort. Het getal der noodlydenden, in die allen, word gerekend op ongeveer 6,236 Zieken, 14,105 andere ongelukkige Voorwerpen, en 15,000 Vondelingen. Dus verlenen de Gasthuizen in Parys een dagelykschen onderstand aan 35,341: een getal 't welk tot het geheel der Stads Ingezetenen staat, als 1 tot 18 2/5. De Vondelingen daar van af gerekend, is de evenredigheid als 1 tot 33 ½: en de Zieken alleen geteld is dezelve als 1 tot 105 4/5. Het getal van deze laatsten, welken in het Hotel-Dieu, opgepast worden, met dat der andere Gasthuizen vergeleken, is als 5 tot 12. In Henegouwen en het Doorniksche, rouleren thans Valsche Fransche Kronen, die, zo 't schynt, afgevormt zyn, op de Kronen, in 1774 te Pau geslagen. - Dezelven zyn ligt kenbaar, zo aan den omtrek als het Gewigt, welk omtrent ¼ van ene once ligter is, dan dat der goede Kronen; ook hebben dezelven een gestippelde grond, en gene Letters om den rand. Vervolg en Slot der Huishoudelyke Narichten, nopens het Koningryk van Napels. Visschryen. De Zee, welke dit Ryk omringt, levert gene byzondere soort van Visch in overvloed op, waar van men enen Tak van Handel zou kunnen maken, zo als by voorbeeld, Haring of Kabeljaauw. De soorten, welke de Zee hier oplevert, zyn naauwlyk genoegzaam voor het dagelyks gebruik der Natie. Ik weet niet of de oorzaak hier van gelegen is in de geringe Vischrykheid der Zee of in gebrek aan Visschers. Daar zyn gene anderen dan de Napolitanen en de Tarentynen. Men heeft dus, op andere plaatsen, geen goede Visch, dan wanneer deeze Lieden aldaar komen Visschen. Mooglyk is gebrek aan vryheid om te Visschen, gevoegd by bezwarende lasten, daar van ene oorzaak. Op zommige plaatsen moet men die vryheid kopen. De betaling daar van neemt een gedeelte van den ontvangst der Visschers weg. De Knevelaryen der opzichters en invorderaars, en de Impositien, ter plaatse daar de Vis verkogt wordt, verslinden byna al het overige. Het geringe, dat 'er overschiet, na zo veel aftreks, is niet genoegzaam, om by zodanig ene handtering te bestaan, en kan dus niet vele menschen aanlokken, om zich daar mede bezig te houden. De elendige staat zelf van die genen, die 'er zich op toeleggen, is ene voorname oorzaak van de bovengemelde schaarsheid. Om de Visschery ter hand te nemen, zyn 'er vooraf uitgaven nodig, voor Schuiten, Netten, enz. en zeer weinig zyn in staat om die uitgaven te doen. En al ware het bewezen door de ondervinding, welke tot nog toe daar omtrent niet geraadpleegd is, dat de Visschery in dit Ryk geen aanmerkelyken tak van Koophandel zou kunnen opleveren, dezelve zou nogthans, tot meerder volkomenheid gebragt zynde, aan de behoeften der Natie kunnen voldoen, en dus niet alleen haar gemak en genoegen, maar ook hare Rykdommen vermeerderen. De ondervinding bewyst, dat zo 'er al genen zo grote overvloed van Visch is om aazienlyken uitvoer aan het Ryk te bezorgen, 'er nogthans veel kleine takken zyn, die niet behoorden verwaarloosd te worden. Van dien aart zyn de Tonynen (il tonna,) de Sardynen, de Anchovis, nog eene soort van Visch, Castardella genaamd, naar Paling gelykende, die op zommige plaatsen zo talryk is, als de Haring in den Oceaan, en die, gezouten zynde, den Handel van zeer veel voordeel zou kunnen zyn. Doch de Visscheryen, in plaats van voorwaards te gaan, raken meer en meer ten agteren. De Vischrykste Meeren zyn die van Lesina, van Varano, en van Versentino, allen in Apulie. Het drogen en zouten van Visch was weleer een voorname tak van bestaan voor deze Provincie, doch thans is die kunst aldaar byna gantsch in verval. Zeevaart, Koophandel, Wetten, enz. Het is door geheel Europa bekend, met hoe veel yver de Koning van Napels zyne Zeemagt verbetert. Men is dit verschuldigd aan het beleid van den schranderen Staatsminister Ridder Acton. Daar de bevolking toeneemt, naar mate de middelen van bestaan vermeerderen, kan de Zeevaart niet anders dan de zelve bevorderen: iets, dat op reden gegrond is, en door de ondervinding bevestigd wordt. Molfetta, Giovenazze en Mola, kleine Plaatsjes in de Provincie van Bari, konnen hare bewoners binnen de Muren niet meer bevatten, uit hoofde van derzelver vermeerderd aantal, door middel van de Zeevaart, en dus heeft men Voorsteden aangelegd, uitgestrekter dan de Steden zelve. Over 't algemeen, heeft men ten dezen opzichte de heuglykste vooruitzichten in het toekomende. Het opheffen der belasting te Villafranca, gedeeltelyke vryheid tot uitvoer van Graan, volkomene vryheid van andere Waren, zyn zo vele blyken van de wyze en weldadige oogmerken der Regering, die ene verderen bloei aan de Zeevaart beloven. Het vermeerderd aantal Oorlogschepen belooft haar veiligheid en bescherming: ook is 'er geen twyffel aan of de verdere beletzelen, die den Handel te Land stremmen, de onbruikbare en onveilige wegen, de belastingen, de onregtmatige en geweldige afperssingen van dezelven enz. zullen insgelyks worden uit den weg geruimd.
_alg004alge01_01_16_11
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 13 }
Vervolg en Slot der Huishoudelyke Narichten, nopens het Koningryk van Napels. Visschryen. De Zee, welke dit Ryk omringt, levert gene byzondere soort van Visch in overvloed op, waar van men enen Tak van Handel zou kunnen maken, zo als by voorbeeld, Haring of Kabeljaauw. De soorten, welke de Zee hier oplevert, zyn naauwlyk genoegzaam voor het dagelyks gebruik der Natie. Ik weet niet of de oorzaak hier van gelegen is in de geringe Vischrykheid der Zee of in gebrek aan Visschers. Daar zyn gene anderen dan de Napolitanen en de Tarentynen. Men heeft dus, op andere plaatsen, geen goede Visch, dan wanneer deeze Lieden aldaar komen Visschen. Mooglyk is gebrek aan vryheid om te Visschen, gevoegd by bezwarende lasten, daar van ene oorzaak. Op zommige plaatsen moet men die vryheid kopen. De betaling daar van neemt een gedeelte van den ontvangst der Visschers weg. De Knevelaryen der opzichters en invorderaars, en de Impositien, ter plaatse daar de Vis verkogt wordt, verslinden byna al het overige. Het geringe, dat 'er overschiet, na zo veel aftreks, is niet genoegzaam, om by zodanig ene handtering te bestaan, en kan dus niet vele menschen aanlokken, om zich daar mede bezig te houden. De elendige staat zelf van die genen, die 'er zich op toeleggen, is ene voorname oorzaak van de bovengemelde schaarsheid. Om de Visschery ter hand te nemen, zyn 'er vooraf uitgaven nodig, voor Schuiten, Netten, enz. en zeer weinig zyn in staat om die uitgaven te doen. En al ware het bewezen door de ondervinding, welke tot nog toe daar omtrent niet geraadpleegd is, dat de Visschery in dit Ryk geen aanmerkelyken tak van Koophandel zou kunnen opleveren, dezelve zou nogthans, tot meerder volkomenheid gebragt zynde, aan de behoeften der Natie kunnen voldoen, en dus niet alleen haar gemak en genoegen, maar ook hare Rykdommen vermeerderen. De ondervinding bewyst, dat zo 'er al genen zo grote overvloed van Visch is om aazienlyken uitvoer aan het Ryk te bezorgen, 'er nogthans veel kleine takken zyn, die niet behoorden verwaarloosd te worden. Van dien aart zyn de Tonynen (il tonna,) de Sardynen, de Anchovis, nog eene soort van Visch, Castardella genaamd, naar Paling gelykende, die op zommige plaatsen zo talryk is, als de Haring in den Oceaan, en die, gezouten zynde, den Handel van zeer veel voordeel zou kunnen zyn. Doch de Visscheryen, in plaats van voorwaards te gaan, raken meer en meer ten agteren. De Vischrykste Meeren zyn die van Lesina, van Varano, en van Versentino, allen in Apulie. Het drogen en zouten van Visch was weleer een voorname tak van bestaan voor deze Provincie, doch thans is die kunst aldaar byna gantsch in verval.
_alg004alge01_01_16_12
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 14 }
Zeevaart, Koophandel, Wetten, enz. Het is door geheel Europa bekend, met hoe veel yver de Koning van Napels zyne Zeemagt verbetert. Men is dit verschuldigd aan het beleid van den schranderen Staatsminister Ridder Acton. Daar de bevolking toeneemt, naar mate de middelen van bestaan vermeerderen, kan de Zeevaart niet anders dan de zelve bevorderen: iets, dat op reden gegrond is, en door de ondervinding bevestigd wordt. Molfetta, Giovenazze en Mola, kleine Plaatsjes in de Provincie van Bari, konnen hare bewoners binnen de Muren niet meer bevatten, uit hoofde van derzelver vermeerderd aantal, door middel van de Zeevaart, en dus heeft men Voorsteden aangelegd, uitgestrekter dan de Steden zelve. Over 't algemeen, heeft men ten dezen opzichte de heuglykste vooruitzichten in het toekomende. Het opheffen der belasting te Villafranca, gedeeltelyke vryheid tot uitvoer van Graan, volkomene vryheid van andere Waren, zyn zo vele blyken van de wyze en weldadige oogmerken der Regering, die ene verderen bloei aan de Zeevaart beloven. Het vermeerderd aantal Oorlogschepen belooft haar veiligheid en bescherming: ook is 'er geen twyffel aan of de verdere beletzelen, die den Handel te Land stremmen, de onbruikbare en onveilige wegen, de belastingen, de onregtmatige en geweldige afperssingen van dezelven enz. zullen insgelyks worden uit den weg geruimd.
_alg004alge01_01_16_13
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 15 }
Geboorte- trouw- en sterflysten. Het getal der Doden, gedurende de laatstverlopene week, is geweest: te Amsterdam 199: in 's Hage 21, en aldaar de naastvoorgaande Week 16: en te Haarlem 9, onder welken laatsten 6 beneden de 12 jaren.
_alg004alge01_01_16_14
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 17, "section": 16 }
Bekendmakingen en prys-opgaven van in- en uitlandsche boeken en geschriften. *** Het Letterlievend gedeelte onzer Natie kan zig thans voorzien van een Werk, waarin de eerste beginzelen van den gehele kring der Algemene Geleerdheid, beknoptelyk en op een zeer aangename en onderhoudende wyze, in Samenspraken, vervat zyn; waarom dit Werk den naam draagt van: Catechismus der Weetenschappen, schoone Kunsten en fraaye Letteren . Het gehele Werk is, volgens het uitmuntend Plan van den doorgeleerden Baron van Bielfeld, bewerkt, en wel, na deszelfs Schets, die hy daar van in zeker Fransch Werk, betyteld: Premiers traits de l'Erudition Complette, ontworpen heeft. 'Er zyn thans reeds 3 Delen van in 't ligt, welke de Wetenschappen van den Geest en des Vernufts bevatten, onder welke eersten die der Godgeleerdheid, Rechtsgeleerdheid, Geneeskunde en Wysbegeerte, gerangschikt zyn; daar de schoone Kunsten, als alleenlyk in de Werkzaamheid des Vernufts bestaande, den tweeden rang beslaan. Het derde Deel, dat nu reeds op de Pers is, zal de Wetenschappen des Geheugens bevatten, onder welke men de fraaye Letteren, Oudheid-, Penning- en Geschiedkunde, begrepen heeft, met alle de Hulpwetenschappen, die tot de Historiekunde betrekking hebben. Het Werk is doorgaans voorzien van de nodige ophelderende Afbeeldingen, onder welke een fraaye Ordinantie van den grooten Picard, dienende om het schoone in het ordineeren in de Schilderkunst aan te wyzen; en ene uitmuntende Kunstplaat van J. de Witt en J. Punt, dienstig om de uitdrukking van het teder verhevene in de Dichtkunst zinnelyk te doen gevoelen, uitmunten. - Voorts is dit Werk nog voorzien van Anatomische, Physiologische en andere Platen, tot deszelfs opheldering dienende: Onder andere van een fraaye nieuw geïnventeerde en geïllumineerde Mathematisch Geographische Waereldkaart, en een insgelyks fraay afgezet Hemelsplein, waarop de nieuw ontdekte Sterrebeelden op derzelver plaats aangewezen zyn. De prys des gehelen Werks is ƒ10: 10: - in drie nette halve Engelsche banden ƒ12: - Men kan het by den Uitgever dezes in voorraad vinden: gelyk ook te Amsterdam, by A Fokke Sz. 's Hage Wynands en Thierry, Utrecht A. v. Paddenburg, Otterloo enz., Rotterdam van den Dries, D. Vis, Leyden Onnekink, Delft de Groot, Zwol Hoogop, Breda Oukoop, 's Hertogenbosch Palier, Middelburg Abrahams, Gillissen, Keel, Dordrecht Blussé, van Braam en de Haas, Harlingen van der Plaats, en Vlissingen Corbelyn. De ondergetekende, van verscheiden kanten gehoort hebbende, dat zommige luiden hem houden voor enen der Schryveren of Handlangeren van het bekende Werk, de Recensent genoemd, heeft zeer gewigtige redenen, om het Nederlandsch Publiek, met opzigt op dit ongegrond vermoeden, te desäbuseeren; en verklaart hier mede openlyk, op zyne eer, welke hem zo dierbaar als zyn leven is, dat hy geen deel ter waereld aan het gemelde Geschrift heeft, en nimmer, het zy directelyk, het zy indirectelyk, zyne Pen daar aan geleend, of iets, hoe genaamd, daar toe bygedragen heeft. PAULUS van HEMERT. Utrecht, 11 October 1788. Te Haarlem by A. Loosjes.
_alg004alge01_01_16_15
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 18, "section": 1 }
Berigten. Groot-britannien. Het Kabinet en daar by gevoegd Observatorium van onzen beroemden Hirchel, by Windsor, wierd, dezer dagen, door de Koninglyke Familie bezogt: wanneer men deze en gene Proeven nam en waarnemingen deed. De Verzameling van Sterrekundige Werktuigen, welken zig daar bevinden, word hoe langs hoe meer kostbaar en pragtig, en gaat byna alle beschryving te boven. De nieuwe Telescoop, van verbazende grootte, waar aan de Heer Hirchel zedert enigen tyd bezig was, is byna in gereedheid. Hy heeft alrede twee der Manen van Uranus ontdekt; en men heeft reden om te verwagten, dat hy weldra in staat zal wezen, een derde voor 't gezigt te brengen. Onder de Natuurlyke Zeldzaamheden, mag gerekend worden een Ros-Kastanjeboom (Castanca Equina), op de Buitenplaats van den Heer Hester, te Surbiton, by Kingston, aan den Theems, die thans in bloei staat. Het verdiend opmerking, dat deze Boom, zedert ettelyke Jaren reeds, in den Herfst een voorkomen van de Lente heeft, en nieuwe bladen en bloeisems draagt, terwyl alle andere Kastanjebomen, by denzelven, zig naakt en doodsch vertonen. De Overleden Heer R. Taylor) heeft aan vier zyner Leerlingen en Adsistenten in de Bouwkunde, ieder 500 Pst. by uittersten Wille besproken, en voorts een som van niet minder dan 120,000 Pst. bepaald, tot het Stigten van een afzonderlyk Collegie aan de Universiteit te Oxford, die van zyne ryke Nalatenschap moet uitgekeerd worden, ingevalle zyn enige Zoon en Erfgenaam, zonder Kinderen na te laten, mogt komen te overlyden.
_alg004alge01_01_17_0
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 18, "section": 2 }
Duitschland en Naburige Ryken. De Keurvorst van Saxen heeft, uit zugt voor de Wetenschappen, de som van 300 Ryksd., welke tot dus verre jaarlyks besteed wierd tot vergroting der Keurvorstelyke Boekery, tot op 3000 Ryksd. jaarlyks vergroot, en het der zorge van den Opper-Biblothekaris, den Heer Hofraad Adelung, aanbevolen, om deze kostbare Boekenschat, welke reeds 140,000 Boekdelen bevat en thans op de eerste en twede Verdieping van het Japansche Paleis ten toon staat, tot de eerste Boekery van geheel Duitschland te maken, Ingevolge hier van heeft opgemelde Hofraad onlangs, de schone Verzameling van den Heer Appelat. Gericht-Secretaris Grundmanns, welke uit ettelyke honderde Saxische Documenten, zeldzame Handschriften, en Staats-Registers, als mede uit de voornaamste gedrukte Werken over de Saxische Vaderland-sche Geschiedenis, met byvoegzels, verbeteringen, uit oorsprongelyke Papieren, en andere geschrevene Aantekeningen, versierd, bestaat, voor 1600 Ryksd. gekogt. Wyders beloven zig de Liefhebbers der Waarheid en Letterkunde, te Dresden, niet weinig goeds van den toegang, die aldaar thans geopend is, tot lang bedekt gehouden ryke bronnen van Wetenschap; daar de Opper-Kamerheer, Graaf Martolini, gaarne de kostbaarste Codices en andere Handschriften, ten algemenen gebruike, tegen behoorlyke borgtogt, laat uitreiken. De Heer Dr. Hofmann, Hoogl. in de Geneeskunde, te Altorf, heeft aldaar, als Stads-Doktor, om trent 2 jaren geleden, ene Stigting ten behoeve van arme Kranken, ingevoerd, waar uit deze noodlydenden, zo in als buiten de Stad, voor niet genezen, en van Artzeny middelen voorzien worden. - Een tweledig nut is aan deze liefdadige Stigting verbonden, daar te gelyk de Studenten in de Geneeskunde aldaar, hier door gelegenheid hebben, om, ter betere oeffening in de praktyk, deze Kranken, onder het opzigt der Heren Professoren, te gaan bezoeken. Een gedrukt Berigt, nopens het getal, de Ziekte en Geneeswyze, der bediende Kranken, nevens opgave van ontfangst en uitgave, komt jaarlyks in 't ligt. Van de 79 Zieken, gedurende dit Jaar, by deze Stigting aangenomen, zyn 'er slegts 4 gestorven. Zyne Koningl. Majesteit heeft den Heer Hofraad en Göttingsche Hoogl. Michaëlis tot Justitie-Raad, Dr. Miller, Hoogl. in de Godgeleerdheid tot Konsistorie-Raad, en de Heren Profess. Lichtenberg, Meiners, Gmelin, Blumenbach en Spittler, tot Hofraden benoemd. Den 21 Sept. overleed, te Lunenburg, in het 41ste Jaar zyns Ouderdoms, de Heer Protosyndikus, Alb. Jakob Kraut, een man van grote bekwaamheden en veel verdiensten: hy was een der Schryveren van de Brunswyks-Lunenburgsche Annalen; en heeft verscheidene Stukken, in 't Hanoversche Magazyn en audere Tydschriften, geleverd. Ook stierf den 22 dier maand, de Heer Dr. Ernst G. Bose, Deken der Geneeskund. Faculteit en Hoogl. te Leypzig: gelyk mede, enige dagen te voren, de Heer Dokt. en Stads Geneesheer te Bauzen, G.C. Feller; de laatste, die zig door ettelyke kleine Geneesk. Schriften bekend gemaakt heeft, in het 32ste Jaar zyns Ouderdoms.
_alg004alge01_01_17_1
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 18, "section": 3 }
Nederlanden. Brussel . Het Gouvernement heeft den Ingezetenen van de Provincie Limburg vergund, om Lessen in de Wysbegeerte, by de Professoren te Luxemburg, te nemen, zullende de Studenten van daar, op een gunstig getuigenis van dezen, tot de hogere Faculteiten, te Brussel, toegelaten worden. 's Gravenhage. Het Genootschap , tot verdeediging van den Christlijken Godsdienst tegen deszelfs hedendaegsche Bestrijders, opgericht in 's Graevenhaege , heeft deszelfs Algemeene Vergadering gehouden, op Donderdag den 2. October 1788. In deeze Vergadering, welke vereerd werdt met de hooge tegenwoordigheid van Zyne Doorl. Hoogheid, den Heere Prinse Erfstadhouder , heeft de Heer J.W. te Water , Professor der H. Godgeleerdbeid en Kerkelijke Geschiedenis aen 's Lands Hooge School, en Predikant der Gemeente, te Leiden , eene Redenvoering gedaen, behelzende aenmerkingen ‘over de wijze der bevestiging en verdediging van den Christelijken Godsdienst, zoo verre die verschillen moeten, naer maete de wijze, waer op de Waerheden van denzelven bestreden worden, verschilt van die der vorige tijden;’ en vervolgens verslag gedaen van de voornaemste verrichtingen des Genootschaps, sedert de vorige Algemeene Vergadering. Nae het eindigen deezer Redenvoering is de plegtige uitspraek geschied over de ingekomen Andwoorden op de eerste Prijsvraeg, uitgeschreven in 't Jaer 1786. In hoe verre zijn de aenvallen der hedendaegsche Bestrijderen van de gewichtige Waerheden, en in 't bijzonder van de Verborgenheden van den Christelijken Godsdienst, dezelvde met die der vorige, en in hoe verre verschillen zij daer van? en is de Eerprijs van een Gouden Medaille of honderd Dukaeten toegewezen aen den Schrijver der Verhandeling, welke ten Spreuke hadt: Accipe nunc Danaûm insidias & crimine ab une Disce omnes. Virg . welker Schrijver bij opening van 't Billet bleek te zijn: de Heer Theophilus Caelestinus Piper , S.S. Theologiae in Academia Gryphiswaldensis Doctor & Professor, & ad oedem St. Jacobi Pastor. Op het eerste Voorstel, in 't verleden Jaer opgegeeven, om voor den eersten April deezes Jaers te worden beandwoord, luidende: ‘Vermits de tegenwoordige Bestrijders van den Christlijken Godsdienst hunne gevoelens trachten te veraengenaemen, door het voorgeeven, dat zij de Leere van Jesus zoeken weder te brengen tot haere oorspronkelijke eenvoudigheid, gezuiverd van alle menschelijke bijvoegselen, zoo vordert het Genootschap eene duidelijke en volledige opgaeve van de Leere van Christus en de Apostelen, uit vergelijking van hunne eigene voorstellingen in de Schriften des N. Test. afgeleid:’ zijn geen voldoende Andwoorden ingekomen, waerom het Genootschap andermael een ijgelijken noodigt ter beandwoording van 't zelve Voorstel, voor den 1. September 1789. Op het tweede Voorstel: ‘Naerdien de Belijders van het Christendom, aen den verderfelijken invloed der verleiding blootgesteld, voornaemlijk in het leezen van Gods Woord hunne sterkte en beveiliging vinden kunnen, verlangt men eene Verhandeling, in welke het onderzoek der H. Schrift den Christenen, zoo voor zich zelven, als met hunne Huisgenooten, aengeprezen, en tevens getoond wordt, hoe hetzelve op de meeste gevoeglijke wijze, tot recht verstand en troost volle bevestiging der Waerheid, kan worden in 't werk gesteld:’ zijn mede geen voldoende Andwoorden ingekomen. Echter heeft het Genootschap twee Verhandelingen ontvangen, de een onder de Spreuk: Zie, zij hebben des Heeren woord verworpen; wat wijsheid zouden zij dan hebben? Jer. VIII: 9. en de andere met het Opschrift: ᾿Ορύσσοντες τὸν θηςαυρὸν τ̔ 'γνώσεως ἑυρήσομεν. Damascenus ; Waerin veele goede aenmerkingen over het leezen der H. Schrift gevonden worden, maer welker Schrijvers niet genoeg in 't oog gehouden hebben, dat het Genootschap eene Verhandeling vorderde, in welke het onderzoek der H. Schrift den Christenen, zoo voor zich zelven, als met hunne Huisgenooten, wordt aengeprezen, en tevens wordt aengetoond, hoe hetzelve op de meest gevoeglijke wijze tot recht verstand en troostvolle bevestiging der Waerheid kan worden in 't werk gesteld. Hierom noodigt het Genootschap een ijgelijken, ook de Schrijvers der genoemde Verhandelingen, nochmaels ter beandwoordinge van hetzelve voorstel, zoo, dat de twee gemelde bijzonderheden worden in 't oog gehouden, en verwagt de Andwoorden op het zelve voor den eersten April 1789, ten einde daer over in de Algemeene Vergadering van dat Jaer uitspraek te doen; gelijk ook dan geschieden zal over de Verhandelingen, welke ingekomen zijn ter beandwoording der Voorstellen en Vraegen, tegen den eersten September deezes Jaers uitgeschreven. Voorts noodigt het Genootschap, een ijgelijken, die daer toe lust en vermoogen heeft, om, voor den eersten September 1789, te beandwoorden de volgende Prijsvraegen en Voorstellen: 1. Daer veele hedendaegsche Bestrijders van het Christendom de zeer verschillende wijzen, waerop onderscheidene Menschen en Volken God zoeken te dienen, genoegzaem keuren ter verkrijging eener waere gelukzaligheid; verlangt het Genootschap een voldoend Antwoord op deeze Vraeg: Moet de weg tot waere gelukzaligheid, in deezen staet van algemeen bederf, voor alle menschen wat het wezenlijke betreft, een en dezelfde zijn, en door eene Godlijke Openbaering bekend worden? 2. Ook begeert het Genootschap een oordeelkundig Vertoog over het vereischt gebruik, en hedendaegsch misbruik der Critiek, in de behandeling der H. Schriften, gestaefd door voorbeelden van onzen tijd. 3. Benevens eene kortbondige verdediging van de echtheid dier Boeken des O. en N. Testaments, welke in onze dagen meest bestreden worden. 4. Alsmede eene voldoende Proeve over de beste manier, om de Christelijke Jeugd, in de geopenbaerde Geloofs- en Zedenleere, zoo te onderwijzen, dat zij al vroeg, tegen de verleiding der dwaelingen deezer eeu we, gesterkt en beveiligd worde. Men biedt den geenen, die eene deezer Vraegen of Voorstellen 't best, en aen het oogmerk meest voldoende, beandwoord hebben, een Gouden Medaille, op den stempel des Genootschaps, of vijftig Dukaeten, ter keure der Schrijveren, aen. Het Genootschap verzoekt, dat de Schrijvers hunne Andwoorden, leesbaer geschreven, en liefst in 't Latijn of Nederduitsch opgesteld, voor den bepaelden tijd, vragtvrij, gelieven te zenden aen D. Adrianus van Assendelft , Predikant te Leiden, Secretaris van het Genootschap. De Schrijvers moeten hunne Naemen niet bij de Verhandelingen stellen, maer dezelve met een Spreuk onderschrijven, en 'er bijvoegen een verzegeld Briefje, dezelfde Spreukten opschrifte hebbende, waer in de Naemen en Woonplaetsen der Schrijveren gemeld zijn. IJder, de Dirigeerende Leden alleen uitgezonderd, zal naer den Prijs moogen dingen, ook de Correspondeerende Leden, die echter verplicht zullen zijn hunne Verhandelingen, door eene andere hand geschreven, aen het Genootschap toe te zenden. De Prijzen zullen aen de Schrijveren der best gekeurde Verhandelingen worden uitgegeeven, onder voorwaerde, dat zij dezelve noch afzonderlijk, noch in eenig ander werk, zullen moogen uitgeeven, zonder bewilliging des Genootschaps. Het Genootschap behoudt aen zich het recht, om, naer goedvinden en ten algemeenen nutte, gebruik te maeken van alle de Andwoorden, en dezelve, schoon er de Prijs niet aen toegewezen is, geheel of ten deele gemeen te maeken, 't zij met bijvoeging der Zinspreuken, door de Schrijvers gebruikt, 't zij met uitdrukking van hunne Naemen, indien zij, daer toe verzogt wordende, dezelve gelieven te openbaeren. En, hoewel het Genootschap, in vorige Progammata, kundige liefhebbers en voorstanders van het Christendom, niet zonder vrucht, heeft uitgenoodigd, om door hunnen arbeid de belangen der Waerheid te helpen bevorderen, en daer van eerlang eenig bewijs zal geeven door eene of andere wel bewerkte Verhandeling, met de naemen van derzelver Schrijveren, in 't licht te geeven; vindt het zelve echter goed, tot meêr aenmoediging van alle buiten- en binnenlandsche Godgeleerden, die lust en bekwaemheid tot het opstellen van vereischte Verhandelingen hebben, om eene Zilveren Medaille, op den stempel van het Genootschap geschroefd, of eene Premie van tien Gouden Dukaeten, ter keuze der Schrijveren, uit te looven. 1. Voor eene voldoende Verhandeling over eenig voornaem leerstuk des Christendoms, 't welk in onze dagen door de zoogenaemde nieuwe hervormers bestreden wordt. 2. Voor eene bondige wederlegging van eene der dwaelingen, welke thans door die zelfde worden aengepreezen, en veld winnen. 3. Voor eene oordeelkundige opheldering en handhaeving van eene of meer der voornaemste bewijsplaetsen uit het O. of N.T., bekend onder den naem van Loca Classica. 4. Voor eene voldoende bescheidene en duchtig wederleggende Recensie van eenig nieuwlings uitgekomen Waerheid ondermijnend of Godsdienst hoonend geschrift. 5. En voor een uitneemend Vertoog over een of anderstuk van de beoefenende Godgeleerdheid. Welke Opstellen aen den Secretaris van het Genootschap vrachtvrij moeten gezonden worden, op dezelvde wijze, als ten opzigte der Prijsvraegen gemeld is, voor den eersten September 1789. Men verwacht, dat de Schrijvers zich zoo digt mogelijk zullen houden bij het bijzonder Plan en voornaem oogmerk van dit Genootschap, en deszelfs inrichting. Haerlem . De zogenaamde Herftsdraden vlogen den 15 dezer lopende Maand October, te Amsterdam, in zo grote menigte door de lugt, dat men de Landen rondom die Stad, met dezelven, als met sneeuw bedekt zag, en de zou haar schynbeeld, daar in, als in het water te rug kaatste. By deze gelegenheid heeft de Heer C. Pereboom , Med. Dokt. aldaar, ontdekt, dat de Herfstdraden, welken men tot dus verre, in 't algemeen, als een verhuizing van Spinnen hield, aan Torren moeten worden toegeschreven. Opgemelde Geneesheer bezit thans een Tor, met derzelver Herfstdraad, levendig en werkende, om die nog te vergroten. Deze Tor heeft op den rug een Blaas, waar uit, ter wederzyden, na agteren, twee Draden voortkomen, die over het agter einde van den rug heen lopen, en in enen dubbelen Draad eindigen, zomtyds ter lengte van 10 of meer Ellen. Dag en nagt is de Tor aan haar werk bezig. Gevangen wordende, was zy verzeld van 4 Vliegen, waar van slegts een nog levend overig is, die allen insgelyks een Blaas op den rug hebben, en door den Heer Peereboom, als gedaante verwisselingen der Torren beschouwd worden. De Eyeren en Vliegen meend hy, op andere Herfstdraden, gevonden te hebben. Derde Vervolg der PRYSVRAGEN, vastgesteld by de Algemene Vergaderinge des Oeconomischen Taks , van de Hollandsche Maatschappye der Wetenschappen, gehouden in 1787 en 1788.
_alg004alge01_01_17_2
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 18, "section": 4 }
Handwerken en fabrieken. Aan den genen, die de beste manier zal aanwyzen, om ons Inlandsch Plateelbakkers Goed zodanig te maken, dat het Verglaasd daar op vaster hegte, en in het gebruik blyke niet aan het afschilferen onderhevig te zyn, het zy zulks gevonden worde in het maken van een Verglaassel, of wel in ene specie van Aarde, daar het Verglaas der Plateelbakkers vaster op hegte; ene Praemie van 100 Ducaten. Het Bericht, de Monsters en Getuigschriften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den eersten, die een beter en voordeliger gebruik aanwyst, dan tot nog toe in ons Land plaats heeft, van ene der onderscheidene soorten van Inlandsche Wolle in de Manufacturen, en het zelve met voldoende Proeven aantoont; ene Praemie van 50 Ducaten, voor of op den laatsten Sept. 1789. Deze Praemie strekt zich uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die in een Jaar tyds binnen deze Republiek Ruw Linnen, breed een en 5 agtste Ellen, zal hebben gefabriceerd, egaal in deugd en prys aan het Flaamsche Linnen, het welk tot ligte Zeilen voor Scheppen by ons gebruikt word; voor elk stuk, ten minsten 80 Ellen lang, 4 Gulden. Aan die de meeste Stukken gefabriceerd zal hebben, of onder zyn opzicht zal hebben doen fabriceren, ten minsten 200 Stukken, 50 Ducaten boven dien. De Getuigschriften en Monsters in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zich uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die 50 Stukken Linnen, ieder ten minsten 100 Ellen lang, egaal in prys en deugd aan het Osnabrugsche, voor Kleding van Slaven in de West-Indiën dienende, ten platten Lande, of in de Steden van de Republiek, laat Weeven, 50 Ducaten; en voor elk der 6 eerst volgenden Jaren, dat zodanige Fabriek word aangehouden, 25 Ducaten. De Bewyzen te vertonen voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zich uit tot ult Sept. 1791. Aan den genen, die binnen de Republiek zal fabriceeren enige Baayen, egaal in prys en deugd aan de beste Buitenlandsche, en daar van de beste Monsters levert, mits zich verbindende, van die zelve Manufacturen 100 Stukken, van gewone breedte en lengte, te leveren binnen 't Jaar na het vertoonde Monster; voor ieder soort 50 Ducaten: de 4 volgende Jaren insgelyks 50 Ducaten, ten zy vallen in de Termen van de vorige Prysvrage van de Handwerken, als wanneer die beloning zal kunnen verkiezen. De Bewyzen en Monsters in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zich uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die binnen de Republiek de beste Saayen en Flenellen fabriceert, welke gedrukt en veel tot Mans Japonnen gebruikt worden, egaal in deugd en prys aan de beste Schotsche; een Praemie van 50 Ducaten; mits aannemende daar van 50 Stukken voor het eerste Jaar te leveren, en daar mede continuerende, zal dezelve nog genieten, geduurende de 6 eerstvolgende Jaren, voor ieder Jaar 10 Ducaten. De Monsters en Getuigschriften in te leveren voor of op ultimo Sept. 1789. En strekt zich uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die ene voldoende Stoffagie, tot nog toe voor de Hoede-Fabrieken niet bekend of in gebruik, aanwyst, en waar van ene genoegzame Quantiteit te bekomen is, en het zelve met Proeven staaft, of het beste Middel aan de hand geeft, om de tegenwoordig in gebruik zynde Stoffagie zo te verbeteren, dat de Hoeden zo goed als thans of beter koop kunnen gemaakt worden; 30 Ducaten of meer, naar mate van het gewigt der ontdekking. De Proeven en Getuigschriften in te leveren voor ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die zal aantonen een Fabriek te oeffenen van een of meer soorten van Yzerwerk, met den Handhamer gewerkt, dat anders van buiten word ingevoerd, en daar mede een geheel Jaar door, ten minsten aan 6 Knegts werk gegeven te hebben, een Praemie van 20 Ducaten, aan 12 Knegts 40 Ducaten, aan 20 Knegts 60 Ducaten, en aan 30 Knegts 100 Ducaten. De Berichten en Getuigschriften in te leveren voor of op ultimo Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die binnen deze Republiek het Hoorn fabriceert, in dunte, wit en doorschynendheid, mitsgaders in grootte en prys, egaal aan het beste Buitenlandsche, mits zig verbindende om, des gerequireerd, binnen het Jaar na vertoning van het Monster, daar van 1000 Stukken ten zelfden pryze te leveren; een Praemie van 50 Ducaten; en gedurende de tien eerstvolgende Jaren, dat hy dezelve Fabriek op gelyke wyze continueert, voor elk Jaar 10 Ducaten. De Getuigschriften en een Monster van ten minsten 12 Stukken, in te leveren voor of op ultimo Sept. 1789 en strekt zig uit tot ult. Sept 1791. Aan den genen, welke met genomene Proeven het beste en voldoende zal aantonen, op welke wyze het Inlandsch Vlas, door ene tot hier toe onbekende behandeling, zodanig kan worden versynt, dat het zelve van meerder waarde, en in het gebruik aanmerkelyk verbeterd worde; een Praemie van 25 Ducaten. De Berichten en Getuigschriften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den Fabriekeur, die een Stuk Gevlamde Zyde Taf, binnen de Republiek geverwd en geweven, zo goed als die van Lions, zal vertoond hebben, en aanneemt, om van dezelve ten minsten 25 Stuks van dezelfde qualiteit in het eerste Jaar te leveren; een Praemie van 60 Ducaten en de Gouden Medaille. De vertoning van een Stuk en de Getuigschriften moeten ingeleverd worden voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, welke uit Inlandsch Materiaal Viool- of andere Snaaren hier te Lande zal bereiden, welken de beste Vreemden in deugd naast by komen, mits voldoende bewyzen de, dat zy door hem zelve gemaakt zyn; de tweede Gouden Medaille, of 25 Ducaten. De Monsters en Getuigschriften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ul. Sept. 1791. Aan zulk enen, die ene Fruit Drogery, even als in Frankryk gebruiklyk, binnen deze Republiek opricht, en daar van ten minsten jaarlyks 1000 Pond leveren kan; een Praemie van 25 Ducaten, of de tweede Gouden Medaille De nodige Berichten en Monsters in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die, met daar toe dienende Bewyzen en Monsters, zal kunnen aantonen. Garene Kanten, van gelyke deugd en waarde als de Brabandsche, binnen deze Nederlanden te kunnen werken of doen werken, en daar van voor denzelfden Prys, waar voor de Brabandsche kunnen gekogt worden, aanneemt jaarlyks 1000 Ellen, ten minsten ter breedte van ⅓2 Ellen, te leveren; een Praemie van 50 Ducaten. De Monster en Getuigschiften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. En in cas van Mededinging zal de Praemie verdeeld worden. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. De Prysvraag, over de Inlandsche Winkels boven de 6000 Guldens, is by deze Vergadering tot het Jaar 1791 gecontinueerd. (Het vervolg hier na.)
_alg004alge01_01_17_3
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 18, "section": 5 }
Nieuw uitkomende boeken, akademische en andere schriften. Grootbritannien . Philosophical Transactions of the Royal Society of London, vol. LXXVIII. part. 1. for the year 1788. 4to. 218 pag. 2 plat. Price 8 s. - Dit Deel bevat in zich: Art. 1. Of the methode of manifesting the Presence, and ascertaining the quality, of small quantities of natural or Artificial Electricity. Over de manieren om het aanwezen te ontdekken, en de hoedanigheid te bepalen van kleine hoeveelheden, zo van natuurlyke, als door konst gemaakte Elektriciteit, door T. Cavallo F.R.S. Na een Historiesch verhaal tot de Electrometers, den condensateur van Volta, en het werktuig ter verdubbeling der Elektriciteit, onlangs door Bennet opgegeven, betrekkelyk, gaat de Geleerde Schryver van dit eerste Stuk voort met zyne eigene proeven, die hy met het laatstgenoemde Werktuig genomen heeft, den beöeffenaren van dezen zeer voornamen tak der Natuurkunde medetedelen. Zy kunnen niet dan voor den zodanigen hoogst belangryk beschouwd worden. Ons bestek duld byna niet, dat wy van al dergelyke wydlopige Geschriften meêr, dan dat zy in 't ligt gebragt zyn, berichten; ware het anders, wy zouden gaarne enigen van dezelven onzen Nederduitschen Lezeren mededelen: zeker althans zouden wy de Beschryving van het Werktuig, dat den Heer Cavallo tot het doen van zyne proeven aanleiding gaf, en de veranderingen, die, door hem, daar in zyn gemaakt geworden, hier overnemen; daar (hoe wel men niet ontkennen kan, dat enig spoor van het zelve by vroegere Schryvers gevonden wordt) het zelve voor het meerder deel der Liefhebberen van dezen tak nog onbekend voorondersteld mag worden. Art. 2. The Croonian Lecture on Muscular Motion. Voorlezing over de beweging der Spieren, door George Fordyce, M.D.F.R.S. Wy mogen ons met den Doctor, aan wien de Koninglyke Maatschappye dit Stuk te danken heeft, beklagen, dat zo veel, als van tyd tot tyd over dit onderwerp geschreven is, nog dat niet heeft kunnen uitwerken, dat het zelve, ten minsten voor zulk ene Maatschappy, een onwaardig onderwerp geworden is. Des niettegenstaande is het, inzonderheid wanneer het zo behandeld wordt, als door den A. gedaan is, de aandagt daar van ten hoogste waardig. Hy maakt de bewegingen tweesoortig, en noemt dezelven oorsprongelyke, die zonder uitwendige aandryving of prikkeling veroorzaakt worden; en medegedeelde, die door werking van andere lighamen van buiten worden te wege gebragt: - en het gebruik, dat hy van deze onderscheiding maakt, kan men niet zeggen, of is verstandig, en daarom die verdeling zelve wel uitgedagt. De beweging der Spieren wil hy tot de eerste klasse van oorsprongelyke beweging gebragt hebben, en wyl hy derhalve daar toe zulke hulpmiddelen niet nodig heeft, beweert hy dat de Hypothesis van een aangenomen Zenuwvogt, de trilling der deeltjes, of de werking van ene naar Elektriciteit gelykende Stoffe, op loutere hersenschimmen neerkomt, die geheel door gene proeven of zekere bewyzen gebouwd zyn. - Alles geschied op ene wyze, die zekerlyk verdient, dat men dit Geschrift den Geleerde Lezer ter onderzoeking aanpryze. Art. 3. An Account of a mass of native Iron fount in North-America. Een Bericht van een klomp natuurlyk Yzer gevonden in Noord Amerika, door Don Michaël Rubin de Celis. De A. van dit Artykel wil dit product aan ene voor lang gebeurde Volcanische explosie hebben toegeschreven. Art. 4. Frigorific Experiments on the Mechanical Expansion of Air, explaining the cause of great Degree of Cold sommets of high mountains, the sudden condensation of aërial Vapor, and of the perpetual mutability of athmospheric Heat. Proeven over de werktuiglyke uitzetting van de Lucht, ter uitlegginge en verklaringe van de oorzaak dier groote graad van koude, welke men op de toppen van hoge Bergen waarneemt, van de schielyke verdikking der luchtachtige dampen, en van de gedurige veranderlykheid van de warmte in den dampkring, door Erasmus Darwin, M.D.F.R.S. Dit in de daad schone Stuk, behelst voornamelyk een nauwkeurig onderzoek, hoe ver, en onder wat omstandigheden, de zuiver mechanische uitzetting, of verdikking van de lucht, als een lighaam beschouwd, op deszelfs gematigdheid kan invloed hebben. Art. 5. Some observations on the Heat of Wells and Springs in the Island of Jamaica, on the Temperature of the Earth below the Surface in different Climates. Enige waarnemingen op de warmte van Bronnen en Fontynen op het Eiland Jamaica, en op de gematigdheid van de Aarde, onder den bovengrond in verschillende Climaten, door John Hunter, M.D.F.R.S. De opgave van een aantal wel ingerichte Proeven, op de temperatuur of gematigdheid der Bronnen en Fontynen in Jamaica, maakt het hoofdzakelyke van dit Stuk uit, welke inzonderheid aanmerking waardig is, om de gevolgen, welke de schrandere Schryver hier uit getrokken heeft, en die voornamelyk op deze beide, die hoogst nuttig zyn, nederkomen. Voor eerst: dat deze gematigdheid aan de gemiddelde jaarlykse hette van de plaats, daar de waarneming geschied, beantwoord: en ten anderen, dat de vooronderstelling van enige andere hette, die uit de geheele massa der Aarde zoude voortkomen, en welken men daarom de middelpunts-hette genoemd had, ongegrond en valsch is; wyl het klaarblyklyk is, dat, zo de gematigdheid van de inwendige delen der Aarde, in 't algemeen, door enige andere hette, als die der Zonne aangedaan wierde, dat de Fontynen hier de ware gemiddelde hette van 't Climaat niet zouden volgen; maar zeker veel heter zyn, dan men door gedane proefnemingen bevonden heeft. Moesten wy alleen de voortreffelykheid van dit Stuk in 't oog houden, wy zouden 'er breder van gewagen. Art. 6. A Table of the mean Heat of every month for Ten years in London, from 1763 to 1772 inclusively. Een Tafel in de middelbare hette van ieder maand, gedurende tien jaren, van 1763 tot 1772 ingesloten, gemaakt te London, door William Heberde, M.D.F.R.S. en A.S. De naam des waarnemers laat niet toe dat men de volkomene nauwkeurigheid van dezen Tafel enigzints in twyffel trekke. Art. 7. On Centripetal Forces. Over de middenpuntzoekende kragten, door Eduart Waring, M.D.F.R.S. Dit Geschrift schynt ingericht om over de reeds door Newton en andere gedane ontdekkingen, op die onderwerp ene meerdere duisterheid te verspreiden; niettegenstaande het zeker is, dat men hier omtrent nog wel ene meerdere verlichting nodig had. Art. 8. Experiments on local Heat. Proeven op de plaatselijke warmte, door James Six, Esq. Uit deze Proefnemingen blykt het, dat 'er dikwils by nacht ene grotere vermindering van hette digt by den grond plaats heeft, dan op ene meerdere hoogte in den dampkring, zo verre die onder het bereik der hier gedane Proeven gevallen is, zynde daar by de grootste graad van koude altoos het naast by de oppervlakte der Aarde waargenomen; ja zelfs dat dit in alle Jaarsaisoenen, onder bepaalde omstandigheden, als ene standvaste en geregelde werking der natuur mag worden aangenomen. Om dit verschil van graden, naar de meerdere of mindere hoogte, enigzints van belang te doen zyn, moet de lucht stil en volmaakt onbewolkt zyn, niet tegenstaande de vogtigste dampen, zo als de A. meent opgemerkt te hebben, gelyk de daauw en mist, niets doen om die verkoeling te verhinderen, maar veeleer mede werken om dezelve te vermeerderen. De waarneminge zelven, op dit onderwerp gedaan, zyn bevat in 8 of 9 Tafelen; en verdienen de aandagt van ieder, die zig op Meteorologische onderzoekingen toelegt. Art. 9. Observations on the Manner in which Glas is charged with the Electric fluid, and discharged. Waarnemingen op de manier, waar op 't Glas met Elektrike stof geladen en ontladen wordt, door Eduart Withaker Grag, M.D.F.R.S. Hoe zeer het onder de Beminnaren der Elektriciteit ene aangenomene grondwet zy, dat het Glas op de ene zyde van deszelfs oppervlakte gene de minste hoeveelheid van Elektrike stoffe kan aannemen, zo niet te gelyker tyd ene gelyke hoeveelheid van de tegen overgestelde zyde van het zelve afgaat; schynt echter de A. van deze waarnemingen daar aan te twyfelen, en stelt desaangaande een geheel overgesteld denkbeeld voor. Hy wil, namentlyk, dat de lading ener vles niet bestaan zoude in de ophoping der stoffe aan de ene zyde van dezelve, terwyl daar toe de andere zyde geheel van Electrike stof ontledigd word, zo dat die stoffe van daar, door middel van geleiders, met die zyde gemeenschap hebbende, van de Vles word weggevoerd: maar dat dezelve, zonder dit laatste, alleen door ene zekere verschikking, van kleine hoeveelheden dezer Elektrike stoffe, van de beiden zyden onderling, zouden veroorzaakt worden. - De ontlading wil hy op gelyke wyze in ene tegen overgestelde verschikking gezogt hebben; wyl 'er anders (zo als hy beweert) by de ontlading ener Vles, altoos een zeker ogenblik zyn moet, waar op de Vles zelve zonder enige Elektrike stof aan beiden de zyden wezen moet, en wyl anders de gehele lading ener Battery, op dit ogenblik in den conduktor, die tusschen de beiden zyde communicatie maakt, en die maar zeer klein behoeft te zyn, bevat moet wezen. Ons bestek duld niet hier meer te zeggen, de beoordeling van dit gevoelen, laten wy gaarne aan de Liefhebbers der Elektriciteitkunde over. Art. 10. Experiments on the cooling of Water below its freezing Point. Proeven op de verkoeling van 't Water, beneden deszelfs Vriespunt, door Karel Blagden, M.D. Sec. R.S. en F.A.S. De hier beschreven Proeven en daaruit ontleende gevolgen, welke derzelver A. eer aan doen, verdienen de aandagt van ieder Natuurkundigen, en zeker is 't, dat enige zwarigheden dit onderwerp drukkende, door denzelven zyn weggenomen en opgeklaard. Art. 11. Experiments and observations relating to the Principle of acidity, the composition of Water, and Phlogiston. Proeven en waarnemingen tot het zuurachtig beginzel, de zamenstelling van Water en Plogiston, betrekkelyk, door J. Priestley. Deze Proeven en waarnemingen voldoen aan het denkbeeld, dat men, derzelver Autheur kennende, van dezelven moet koesteren. Art. 12. Some observations on the Irritability of Vegetables. Enige Waarnemingen omtrent de irritabiliteit der Planten, door J.E. Smith, M.D.F.R.S. Deze Waarnemingen verdienen ten hoogste de aandagt der Kruidkundige niet alleen, maar van ieder, die het op een redelyk onderzoek aangaande de huishouding der georganizeerde of bewerktuigde wezens toelegt. Art. 13. An Account of Experiments made by Mr. John Mac Nab, relative to the freezing of nitrous and Vitriulic acids. Bericht van enige Proeven, door J. Mac Nab op de bevriezing van 't Salpeter en Vitriool zuur, door H. Cavendish. Een belangryk onderwerp, een bredere opgave, als wy hier doen kunnen, overwaardig. Duitschland . Oeuvres posthumes de Frederik II. Roi de Prusse. Berlin, chez Vosset et Fils, et Decker et Fils, XV vol. gr. 8vo. 1788. met het Pourtrait des Konings, van den Hofschilder Frisch en den Heer Berger. Het zelfde Werk, in het Hoogduitsch vertaald, onder den Tytel: Hinzerlassene Schriften, Friederiks II. Konings von Preussen, kost in 't Fransch 18, en in 't Hoogd. 15 Ryksd. Geheel Europa heeft met het grootste verlangen deze nagelatene Schriften des overledenen Konings te gemoet gezien, en niemand kan twyffelen of zy zullen volkomen aan de algemene verwagting beantwoorden: hebbende zig de Vorstelyke Schryver, boven een Horatius zelfs, daar in een Gedenkteken AEre Perennius operigt. De 5 eerste Delen van het Werk houden Geschiedschriften in, welken een tydperk van 1740 tot 1778 bevatten. Frederik verzwygt in dezelven zo min zyne eigene misslagen, als die zyner Medevorsten, doet zelfs zynen Vyanden, op de edelaartigste wyze, regt, en beoordeeld dezen en derzelver Schriften zo onzydig als verstandig. Buiten ene getrouwe opgave van Gebeurtenissen, welke reeds algemeen bekend zyn, vind men hier ook nog de geheime Onderhandelingen der Kabinetten, in de verscheidene tydsperken, ten volle ontwikkeld. De verdeling van Polen in 't byzonder, word hier, met alle de beweegredenen, en aanleidene oorzaken, in het klaarste ligt gesteld. Behalven de Historische, vervat deze Verzameling ook nog afzonderlyke Verhandelingen, deels van enen Staatkundigen, deels van Wysgerigen inhoud, die ongemeen belangryk zyn. Hier op volgen de Gedichten, zo ernstige als schertsende. De eersten zyn ongelyk ryker van gedagten, dan de voorheen gedrukte Poesies diverses: terwyl de laatste blyken opleveren van dat bevallig en treffend vernuft, 't geen den Koning even zeer als zyne overige uitstekende Talenten kenschetste. Eindelyk volgd 's Konings Briefwisseling. Men vind hier dikwyls zyne geheimste aandoeningen geuit: gelyk by voorb. in de Brieven aan den Marquis d'Argens, gedurende den 7 jarigen Oorlog, waar onder verscheidene, die een gevoelig hart niet zonder tranen lezen kan. Zelfs de Brieven van later tyd, waar van de jongste van 21 May 1786 is, gaan niet enkel over Letterkundige, maar ook over Wysgerige onderwerpen, waar omtrent de Koning even onbewimpeld zyn gevoelen uitdrukt, als of hy dagt onder vier ogen zig te bevinden. De Brieven der Heren Jordan, d'Argens, d'Alembert, zyn grotendeels Meesterstukken, en verdienen, schoon ook niet aan enen Koning gerigt, als de fraayste Modellen van goede Brieven beschouwd te worden. Nederlanden . Oden en Gedichten van Mr. J.P. Kleyn, en Vrouwe A Kleyn, geb. Ockerse, gecomponeerd voor de Zang en het Clavier of Fluit, Viool en Bas, door C.F. Ruppe te Leiden, by A. en J. Honkoop, 1788. Pharmacopaeia Collegii Regalis, Medicorum Londinensis, editie Nova. Lugduni Batavorum, apud A. en J. Honkoop. Uitlegkundig en Godgeleerd Magazyn van Dirk Cornelis van Voorst, Predikant te Hien en Dodewaerd, 1e Stuk, te Leyden, by A. en J. Honkoop. Geschiedenis van alle Volken, door A.J. Roustan, Predikant te Londen. 4e. 5e. en 6e. Deel, te Amst. by Holtrop. De School voor de Vaders, Blyspel, in 5 bedryven, uit het Fransch van den Weere Pieyra, Lid van de Koninglyke Academie te Nimes, te Amsterdam, by W. Holtrop. Geloofsbelydenis van zyn Koninglyke Hoogheid Prins Frederik Willem, Kroonprins van Pruissen, benevens de aanspraken en de Leerreden, by deze gelegenheid gedaan. Op hoog gunstig bevel in 't licht gegeven, door Fr. Sam. Godsr. Sack, Koninglyken Hofprediker, Opper Consistoriaal en Kerkenraad, uit het Hoogduitsch vertaald, in 's Gravenhage, by J. du Mee, 1788. Wysgerige Verhandelingen, Brieven en Gesprekken, van Mozes Mendelszoon, uit het Hoogduitsch vertaald, en met aantekeningen, en het leven van den Auteur, verrykt, door G. Brender a Brandis, 2e; Deel, met het Pourtrait van den Auteur, te Leiden, by P. Pluigers. P. Vaa, Christelyk Kinderschool en Huisoeffeningen, vierde druk, te Leyden, by David du Mortier en Zoon. Gemengde Dichtproeven van enige Letterlievende Vrienden te Dordrecht, by A. Blussé en Zoon. Adeline of aangetekende Byzonderheden ener jonge Juffer op hare driejarige Reize, door Frankryk, door haar zelve beschreven, 1ste Deel. Maria of het bekoorlyke der Deugd, en de schadelyke gevolgen der Ondeugd, met platen, geen Roman, te Amsterdam, by J. Kok. Tafel, aanwyzende den Vervaltyd der Wisselbrieven, dewelke op een zeker getal van dagen of weken getrokken of geaccepteerd zyn, te Amsterdam, by J. Kok, 1787.
_alg004alge01_01_17_4
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 18, "section": 6 }
Toneel- en ander konstvermaak nieuws. Op den Nederduitschen schouwburg , te Amsterdam, zal vertoond worden: Maandag 27 October. Melanide, Blyspel. De Gewaande Tovery, Zangspel. Dingsdag 28 dito. Clementina, Treurspel. De Gewaande Tovery, Zangspel.
_alg004alge01_01_17_5
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 18, "section": 7 }
Narigten en byzonderheden, tot den handel en scheepvaart, land en veebouw, als mede de huishoudkunde, handwerken en fabrieken, betrekkelyk. De 58 Schepen, dit Jaar voor Holland, naar Groenland, ter Walvischvangst geweest zynde, kwamen allen behouden te rug, en hebben gevangen 167 Visschen 2944 Vaten Spek. - Van de 11 Hollandsche Schepen, die naar Straat Davids geweest zyn, is 'er een voor Amsterdamsche Redery verongelukt. - Dezen hebben gevangen 21 Visschen 903 Vaten Spek. - De Walvischvangst is dus voor de Reders hier ten Lande, over 't geheel, slegt geweest, en op verre na geenzins toereikende ter goedmaking van de kosten der uitrusting. Het verlies zou zelfs, voor verre het grootste deel der daar by belang hebbende, aanmerkelyk wezen: zo niet de Praemie van den Staat daar aan, op ene gepaste wyze, te gemoet kwame. De Engelschen, die een ongelyk groter aantal Schepen, zo naar de ene als andere Vischplaats gezonden hadden, zyn, naar evenredigheid, gelukkiger geslaagd. Door 34 Schepen van Hamburg, die dit Jaar ten Walvisch- en Robbenvangst uitgerust waren, zyn gevangen 40 ¾ Visschen, 821 Vaten en 1217 Vaten Robbenspek, en door 9 van Altona, 16 Visschen, 272 Vaten, en 648 Vaten Robbenspek. De Regering van Madrid, heeft den uitvoer van Vreemde Lakens, naar de Spaansche Bezittingen in Amerika, verboden. De Keurvorst van Saxen heeft tot meer aanmoediging van Nationale Industrie, van Handwerken en Koophandel, 58 onderscheidene Praemien uitgeloofd, waar van de hoogste 200 Ryksd. beloopt: en hier van het noodig berigt, by openlyk aangeplakte Biljetten, alom in zyn Keurvorstendom doen verspreiden.
_alg004alge01_01_17_6
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 18, "section": 8 }
Geboorte- trouw- en sterflysten. Het getal der Doden, gedurende de laatstverlopene week, is geweest: te Amsterdam 196: in 's Hage 16; en te Haarlem 12, onder welken laatsten 7 beneden de 12 jaren. Onlangs overleed te Romaldkirk, een klein Dorp in het Noorden van Yorkshire, zekere Mary Wilkinson, in den Ouderdom van 109 Jaren: hebbende dus onder de Regering van 4 Koningen geleefd: op haar 90ste Jaar, was zy nog zo sterk, dat zy van haar Woonplaats naar Londen, zynde een afstand van 290 mylen, in 5 dagen en weinige uren, te voet, wandelde.
_alg004alge01_01_17_7
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 18, "section": 9 }
Openbare verkopingen van boekeryen en konstverzamelingen. De Heer Dokt. A. Houttuyn, te Amsterdam, is van oogmerk, in 't voorste des volgende Jaars, of eerder, aldaar in publique Veylinge te Verkoopen: Het Restant zyner uitmuntende Collectie Naturalien van allerlei soort, namelyk: Oost en West-indische Gedierten en Planten, in Flessen, Uit en Inlandsche Capellen, en andere Insecten, Hoorens, Schulpen en Zeegewassen; Japansche, Javaansche, Ceylonsche, Kaapsche Herbariussen, met vele nog onbekende Plantgewassen, ene menigte Uitheemsche Zaden en Vrugten; veelerlei Houten, Petrefakten of versteende Zaken, Jaspissen, Achaten, Edele Stenen, Krystallen en Mineralen, benevens enige Rariteiten, Mathematische, Physische en Chemische Instrumenten, Kaarten, Prenten, &c. alles volgens Catalogus, die daar van in tyds zal uitgegeven worden; zynde inmiddels deze Collectie geheel of gedeeltelyk uit de Hand te koop. Luzac en van Damme, Boekverkopers te Leyden, zullen op den 17 en 18 November aanstaande (en niet in de Maand October, zo als op de Catalogus gesteld is) Verkopen: De uitmuntende Verzameling van Physische, Mathematische en Werktuiglyke Instrumenten , Nagelaten door wylen den Hooggel. en vermaarden Heere J.N.S. Allamand , Philos. Doct. en A.L.M. Hoogleeraar in de Wiskunde, de Wysbegeerte en Proefnemende Natuurkunde, op 's Lands Universiteit te Leiden, Lid van meest alle de In- en Uitlandsche Maatschappyen en Geleerde Genootschappen. Het voornaamste Gedeelte van deze Verzameling bestaat uit de Werktuigen, door de beroemde 's Gravesande en Musschenbroek, beschreven en afgebeeld, met vele nieuwe uitgevondenen van andere Geleerde Mannen. Byzonder munten uit verscheiden Modellen van Wind- en Watermolens, Heiwerken, enz. Voorts enige Prisma's van Yslandsche en andere Chrystallen, verscheidene byzondere Stukken van Konst Magneten, van allerleie grootte; insgelyks Natuurlyke Magneten, waar onder een uitmunt van ongemene grootte, trekkende, als dezelve wel gevoed word tot 100 Ponden, Rhynl. Gewigt, zynde zeer wel geconserveerd. Op Woensdag den 29 October 1788, zal, ten Huize van Will Vermandel, in de Gasthuismolensteeg, te Amsterdam, verkogt worden, ene zeer pretieuse Verzameling van Prenten en Portraiten, betreffende de Geschiedenis der Nederlanden, waar onder die extra raar zyn: allen door de voornaamste Nederlandsche Meesters, uitmuntend van Druk en Conditie, liggende in Konstboeken met maroquine banden: vervolgens Prenten en Portraiten , door Fransche, Engelsche en Nederlandsche Meesters, als: Juff. Kauffman, Bombury, West, Knigt, Vernet, Wouwerman, C. de Visscher, enz. en daar onder verscheiden in de manier van Tekening: laatstelyk een Atlas van Amsterdam , en enige losse Prentwerken: breder by Catalogus, die by bovengemelden te bekomen is. Te Haarlem by A. Loosjes.
_alg004alge01_01_17_8
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 1 }
Berigten. Italien. De Hoogl. Mascagni, te Sienna, heeft zyne Ontleedkundige Tafelen uitgegeven, die met ongemene graagte ontfangen zyn. De Groot-Hertog van Toscanen heeft hem, ter beloning van zynen arbeid, een geschenk van 500 Dukaten of Zechinen doen ter hand stellen, en zyne Jaarwedde verdubbeld. De Prys dier Tafelen is 25 Zechinen. Italie heeft, in dit Jaar, ettelyke voorname Geleerde Mannen verloren, als Pompei, den Grave Betti, te Verona, den Marquis van Vavano, te Ferrara, den Ridder Filangieri, te Napels. Vader Fontana, Hoogl. by de Adelyke School in Mailand, heeft het Leven van Pompejus beschreven, 't geen in de Verzameling van Fabron, Vitae Italorum, staat in 't ligt te komen.
_alg004alge01_01_18_0
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 2 }
Duitschland en Naburige Ryken. De Heer Job J.H. Wild, in het Wynhuis, den Roomschen Keizer, te Neurenberg, heeft, ten behoeve van In- en Uitlandsche Konstminnaren, een Konstkabinet aangelegd, welk dagelyks, op alle uren, voor een Convent. Gulden te zien is. Het zelve bevat uitmuntende Schilderyen van Italiaansche, Nederlandsche en Duitsche Meesters: originele Tekeningen van beroemde Konstenaren; voorts verscheidene gesneden en geboetseerde Beelden, Basreliefs en Groepen, zo van Hout, Yvoor als Steen en Was: als mede antieke Urna's, gebronste Beelden en andere oude Zeldzaamheden: onder anderen ene Egyptische Mumie: en eindelyk, nog ene aanmerkelyke Verzameling uit de drie Ryken der Natuur, namel. Delfstoffen, Petrefakten, Hoorns en Schelpen enz. Dat zelfs Edellieden van goeden Huize, naar Hoogleeraarsplaatsen staan, schynt iets zeldzaamst op te leveren, vooral wanneer deze Posten zo weinig voordeel aanbrengen, als in de Keiz. Kon. Staten. Ondertusschen is de Graaf Schatgotsch, Keizerl. Koningl. Landraad, een doorgeoeffend man in de Wiskunde, één der Mededingers naar de opengevallen plaats van den Overledenen Hoogl. Tessanek, te Praag. Aan de Universiteit aldaar, staat een nieuw Professor voor de Huishoukunde, en mogelyk ook een voor de Vaderlandsche Geschiedenis te komen. Thans is reeds de beschikking omtrent de Buzowsche Hoogleeraren gemaakt. De Heren Justitieraden Martini en Toze, uit de Regtsgeleerde-; Prof. Grau- mann, uit de Geneeskundige Faculteit, en de Heren Hofr. Tychsen, Hoogl. in de Oostersche Talen, Hofr. Witte, Hoogleer. in het Recht der Natuur en der Volkeren, Hacker, Prof. in de Natuur- en Wiskunde, en Karsten, Prof. in de Huishoudkunde en Finantie Wetenschap, gaan, in deze zelfde Hoedanigheden, met Paschen, tot de Rostocksche Akademie over. Daar en tegen zullen de Geestelyke Heren, Konsistoriaal-Raden en Hoogl. in de Godgeleerdheid, Dr. Döderlein, Mauretie en Muller, nevens den Hoogl. in de Verloskunde, met behoud van derzelver Jaarwedden, tot nader order, in Buzow blyven: gelyk reeds te voren de Hofraad Spangenberg, mede met behoud van Tractement als Prof. als Lyfarts der Hertoginne Weduwe naar Rostock vertrokken is. De Heer Joh. H.O. König, tot dus verre buitengewoon Hoogl. in de Rechten, is tot gewoon Hoogl. in de zelfde Wetenschap, als mede tot Byzitter der Rechtsgeleerde Faculteit, te Halle, benoemd. De Heer G.E. Schulze, Adjunct der Philosophische Faculteit, te Wittenberg, gaat als gewoon Hoogl. der Wysbegeerte naar Helmstadt: Prof. Eggers is tot Hoogler. in het Staatsregt, te Koppenhagen, beroepen. Den 9 July is het Ontleedkundig Toneel, te Wurzburg, plegtig geopend. De Vorst, het Domkapittel, het gehele Hof, nevens de Leden der Universiteit waren 'er by tegenwoordig. De Candidaten van de Geneeskunde ontvingen den Vorst in den Kruidhof. De Zon van Prof. Siebold, deed enen fraaye Aanspraak aan Hoogstdenzelven. Siebold, de Vader, las ene Verhandeling voor over het nut en de noodzakelykheid der Ontleedkundige Oeffening, en verhandelde daarby tevens de Geschiedenis dier Wetenschap aan de Hoge School. De beiden Broeders A.L. Möglich, Tekenmeester en Plaatsnyder te Neurenberg, en F. Möglich, Konst- en Portraitschilder, te Romen, zyn, by een Diploma van 20 Sept. tot Medeleden der Konst-Akademie te Augsburg, aangenomen. De Opper Konsistoriaal-Raad Busching heeft, met het thans in 't ligt gekomen 22sten Deel, deszelfs Magazyn besloten: van de Bydragen tot de Levensbeschryving van beroemde Mannen, heeft men ook niets meer te wagten. Reeds in den voorledene Jare zyne wekelyksche Narigten besloten hebbende, schynt hy zig, in zynen toenemenden Ouderdom, enkel by het afwerken van zyne Aardrykskunde te zullen bepalen.
_alg004alge01_01_18_1
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 3 }
Nederlanden. Utrecht . De Hooggel. en Hoog Eerw. Heer Ds. Philippus Joannes Bachiene, heeft, den 9 dezer maand October, zynen nieuwen Post van gewoon Hoogleeraar in de H. Godgeleerdheid, aan de Hoge Schole dezer Stad, plegtig aanvaard, met het houden ener Openbare Redenvoering: de Jesu Christo, Praeceptorum, informandis Euangelii Praeconibus, Exemplo. Alkmaar . Den 23sten dezer Overleed, alhier in den Ouderdom van ruim 52 Jarer, de Heer en Mr. Rutgerus Paludanus, Oud Burgemeester en Raad dezer Stad, enz. Lid van verscheiden Geleerde Genootschappen; een man die niet alleen uit hoofde van zyn braaf Karakter en bekwaamheden ene algemene achting verworven, maar ook door zyne kundigheden, byzonderlyk in het Vak der Geschied-, Oudheid- en Staatkunde, zig in het Gemenebest der Letteren niet weinig verdienstelyk gemaakt hadde. Zyne Oudheid- en Natuurkundige Verhandelingen, in den Jare 1776 in gr. 8vo. in druk uitgekomen, zyn met ongemene graagte ontvangen. Zyne nagelaten nette en uitgestrekte Boekery bevat, onder anderen, ene keurige Verzameling van Handvesten, Privilegien, Octroyen enz. aan welks completering hy thans nog bezig was, terwyl hy ook nog voornemens was verscheidenen Ontwerpen te voltoyen, waar door hy zyne Landgenoten niet weinig nut zoude toegebragt hebben. Haerlem . De Heer Dokt. Pereboom, heeft ons zedert de uitgave van ons laatste No. wel gelieven te vereeren met het volgend. Nader Berigt wegens de Herfstdraden. ‘De Tor ging by my voort aan haren draad te spinnen, tot op den 18 October, wanneer zy in een Pop veranderd en ingekrompen was. Inmiddels hadde zy alle de Vliegen opgevangen, en tot spyze genuttigd. Na drie dagen kwam 'er uit de Pop een Vlieg, als de voorgaande, ten voorschyn, die zig op den gesponnen draad plaatste, dog aldaar, zekerlyk by gebrek aan Voedzel, schielyk stierf: en dusdanig door my bewaard word. Voor 't overige zie ik de Herfstdraden van die aangelegenheid aan, dat ik aan de nyverheid der Natuuronderzoekeren den voorslag wage, om ze niet alleen in derzelver oorsprong verder na te sporen, maar ook, zo mogelyk, aan te kweken, ten einde Proeven te kunnen nemen, om 'er Zyde van te winnen.’ Vierde Vervolg en Slot der PRYSVRAGEN, vastgesteld by de Algemene Vergaderinge des Oeconomischen Taks , van de Hollandsche Maatschappye der Wetenschappen, gehouden in 1787 en 1788.
_alg004alge01_01_18_2
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 4 }
Nader Berigt wegens de Herfstdraden. ‘De Tor ging by my voort aan haren draad te spinnen, tot op den 18 October, wanneer zy in een Pop veranderd en ingekrompen was. Inmiddels hadde zy alle de Vliegen opgevangen, en tot spyze genuttigd. Na drie dagen kwam 'er uit de Pop een Vlieg, als de voorgaande, ten voorschyn, die zig op den gesponnen draad plaatste, dog aldaar, zekerlyk by gebrek aan Voedzel, schielyk stierf: en dusdanig door my bewaard word. Voor 't overige zie ik de Herfstdraden van die aangelegenheid aan, dat ik aan de nyverheid der Natuuronderzoekeren den voorslag wage, om ze niet alleen in derzelver oorsprong verder na te sporen, maar ook, zo mogelyk, aan te kweken, ten einde Proeven te kunnen nemen, om 'er Zyde van te winnen.’ Vierde Vervolg en Slot der PRYSVRAGEN, vastgesteld by de Algemene Vergaderinge des Oeconomischen Taks , van de Hollandsche Maatschappye der Wetenschappen, gehouden in 1787 en 1788.
_alg004alge01_01_18_3
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 5 }
Werktuig- en scheikunde. Aangezien de Veerkrachtige Harst van Cayenne, van zeer veel nut is in de Heelkunde, in zo verre uit dezelve verscheide nuttige Werktuigen kunnen bereid worden; doch de ontbinding van die Harst, en het bereiden van die Werktuigen, tot nog toe onderhevig is aan vele zwarigheden, word beloofd ene Praemie van 100 Ducaten, aan den genen, die het beste Middel bekend maakt, om deze Harst te ontbinden, en daar uit op een gemakkelyke wyze de Werktuigen te bereiden, met behoud van deszelfs Veerkracht en onoplosbaarheid in waterige Vogten. De Berichten moeten, met Proeven behoorlyk gestaafd, ingeleverd worden voor ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die de beste Bereiding opgeeft van een Compositie, tot nog toe onbekend, welke, volgens genomene Proeven, op nat Hout hechten wil, en waar mede men in staat zou zyn lekkende Vaten, zo met Wyn, Bier, Genever, als andere Vochten gevuld, zonder dezelve ledig te maken, zodanig digt te smeren of te stoppen, dat zy voor den tyd van ten minsten vier Maanden buiten verdere lekkagie zouden blyven, en overhinderd konden gerold of verwerkt worden; ene Praemie van de Gouden Medaille en 25 Ducaten, of 75 Ducaten Deze Compositie zoude echter geen nadeel moeten toebrengen aan dat gene, het welk zich in de gemelde Vaten bevond, als mede enigen tyd kunnen bewaard worden, zonder dat men genoodzaakt zoude zyn, voor ieder gebruik op nieuws te bereiden. De Berichten en Getuigschriften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. En strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die de gemakkelykste en minst kostbare manier aanwyst, door Proeven gestaafd, om een Schip, 't welk op Strand zit, en byna vier of vyf voeten hoger geligt moet worden, dan de aldaar hoogste Vloed het brengen kan, van Strand af te brengen, 't zy dan op een Zandigen, of wel op een Kleiachtigen, byzonder op een Moerassigen grond, wanneer men niet in staat is om een Anker agter uit te brengen, door welk middel men een Schip daar van zou kunnen afwinden; in beide gevallen, de Gouden Medaille en 100 Ducaten Het Bericht en de Getuigschriften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ultimo Sept. 1791. Is het mogelyk, vaste Regelen te geven, naar welke de Schoorstenen, in Keukens of Vertrekken aangelegd, ten allen tyde, bevryd zyn van het roken, en teffens, zo veel mogelyk is, de hoeveelheid der Brandsoffen bezuinigen? zo ja, welken zyn die? Tot oplossing dezer Vraag word vereischt: Ten eersten, algemene, of in alle gevallen, toepasselyke Regelen, waar door bepaald worde de grootte der Schoorstenen, in vergelykinge van de Vertrekken, waar in zy geplaatst zyn; de wydte der Schoorsteenpypen, derzelver verwyding of vernaauwing, in vergelyking der Schoorstenen, waar van zy den Rook moeten afleiden; en eindelyk, op wat wyze het neerslaan van den Rook, door de Valwinden veroorzaakt, voor te komen is. Ten tweeden, de juistheid van deze Regelen, uit Natuurkundige Grondbeginzelen af te leiden, en door in het byzonder daar toe genomene Proeven te bevestigen; welke Proefnemingen klaar en duidelyk moeten medegedeeld worden. Aan den genen, die deze Vraag best beantwoord en de juistheid zyner opgegevene Regelen zal bewezen hebben door het aanleggen van twaalf zodanige Schoorstenen, welken, volgens het oordeel van die Personen, welken de Oeconomische Tak tot derzelver Inspectie zal benoemen, aan de vereischten voldoen zullen; een Praemie van de Gouden Medaille en 50 Ducaten. Het Bericht en gepaste Getuigschriften in te leveren voor of op ultimo Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die het eerst tweemaal 's Jaars 100 Ponden versche Oleum Ricini, uit de West-Indische Colonien van den Staat hier te Lande bezorgt, en voor 3 Gulden het Pond kan verkopen; een Praemie van 20 Ducaten, of de tweede Gouden Medaille en 8 Ducaten, en zo daar mede nog twee Jaren continueert, voor ieder Jaar 10 Ducaten. Het Monster en de Getuigschiften in te leveren voor of op ult. Sept. 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die enen nieuwe vaste Couleur, uit Planten, Insecten of Mineralen, in ons Vaderland vallende, dienstig tot Manufacturen, zal vinden, en daar van Proeven produceren; een Praemie van 50 Ducaten. Deze Proeven, met behoorlyke Getuigschriften of een Bericht van Gecommitteerden, uit het naastby gelegen Departement van den Oeconomischen Tak, in welker tegenwoordigheid de Proeven gedaan zyn, moeten voor of op ult. Sept. 1789. overhandigt worden. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die, uit Inlandsche Gewassen, de beste bruikbare Soda weet te branden, en daar van een Monster van 100 Pond met gepaste Getuigschriften, voor of op den laatsten Sept. 1789 vertoond, en tevens de Planten aanwyst, waar uit dezelve gebrand is, de Gouden Medaille, en indien deze Soda bevonden word egaal in deugd aan de beste Spaansche, daar en boven een Praemie van de Gouden Medaille of 50 Ducaten. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die het beste Loogzout uivind, dat in aart, hoedanigheid en prys gelyk is aan de Barille, (dewelke men in de Rolderyen en Glasblazeryen gebruikt, en die sedert enige Jaren zeer hoog in prys is geweest,) mits de Uitvinder zich verplicht, om des gerequireerd, binnen de vier eerste Jaren te zamen gerekend, daarvan 250000 Ponden te leveren, ene Praemie van 200 Ducaten, te betalen op het einde van het vierde Jaar. Het Monster en de Getuigschriften in te leveren voor of op ultimo Sept. 1789. Deze Praemie strekt zich uit tot ult. Sept. 1791. Aan den genen, die best aanwyst, de Oorzaak waar van daan kome, dat Zwart geverwde Stoffen, in het gebruik, on sterker zyn dan die van andere Couleuren, mitsgaders een voldoend Middel om het zelve voor te komen, met Proeven gestaafd, aan de hand geeft; ene Praemie van 50 Ducaten. Het Bericht en de Bewyzen in te leveren voor of op ult. Sept 1789. Deze Praemie strekt zig uit tot ult. Sept. 1791. Aandengenen, die ene voldoende Tekening opgeeft van een Watermolen, die niet door den Wind bewogen word, en gemaklyk aan den gang gebracht en gehouden kan worden, en in grote en kleine Polders, tot hoge en lage opmalingen gebruikt, niet kostbaarder is van structuur en onderhoud, dan de gewone Watermolens; voor de Tekening een Zilveren Medaille, voor een voldoend Model 50 Ducaten, en wanneer zulk een Molen in het groot vertoont, en aan den gang brengt, en aan het oogmerk voldoet, een Praemie van 100 Ducaten. De Bewyzen en Getuigschriften in te leveren voor of op den laatsten Sept. 1789. Deze Praemie strekt zich uit tot ult. Sept. 1791.
_alg004alge01_01_18_4
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 6 }
Zeevaart en visscheryen. Nadien in de laatste Jaren de Zalm op onze Rivieren, en inzonderheid de Rivier de Leck, merkelyk minder vernomen word, dan in vroeger Jaren; zo word een Praemie van een Gouden Medaille aangeboden aan den genen, die de Middelen ter verbetering weet aan te wyzen, zodanig, dat dezelven uitvoerlyk en voldoende bevonden worden. Nadien de Vlakgebodemde Zeeschepen, voor onze Rivieren, Kusten en Zeegaten, het voordeligste, en tot het dragen van meerdere Last bekwaam zyn; zo word een Praemie van 1000 Ducaten en ene Gouden Medaille beloofd aan den genen, die staat is door duidelyke Proeven, in het groot gedaan, zulke Verbeteringen in derzelver Constructie, Takelagie en besturing op te geven, waar toe zy in staat zyn, zo spoedig als de rond- of scherp- gebodemden, hunne Reizen te be vorderen, zonder dat zy hier door in bovengemelde voordelen merklyk worden verkort, of ook verzwakt, en aan meerdere gevaren of gebreken, uit den aart van derzelver constructie voortkomende, worden blootgesteld: wordende hier by teffens vereischt een nauwkeurige Mal, met de juiste opgave der Voetmaten, plaatsing en zwaarte der Masten, Rondhout, en verdere Takelagie. De Getuigenissen, Maten en Bewyzen in te leveren voor of op ult. Sept. 1790. en strekt zich uit tot ult. Sept. 1793. Aan den genen, die een beter, dan tot nu toe bekend, Middel uitvindt en opgeeft, en met Proeven staaft, het welk dienen kan om Scheepslieden te redden, die in gevalle van Stormwind en lager Wal, met hunne Schepen (zelfs de diepstgaanden) tegen onze Zeestranden aankomen; ene Praemie van 200 Ducaten. Het Model en de Getuigschriften in te leveren voor of op ult. Sept. 1790. En strekt zig uit tot ult. Sept. 1793. Aan den genen, die de beste en door Proeven gestaafde Middelen aan de hand geeft, om het Vuur in het Eikebout in deszelven voortgang in de Schepen voor te komen; ene Praemie van 100 Ducaten. Het Bericht en de Getuigschriften in te leveren voor of op ult. Sept. 1790. Deze Praemie strekt zich uit tot ult. Sept. 1793.
_alg004alge01_01_18_5
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 7 }
Nuttige voorstellen. Aan den genen, die de beste Zwarte Konst Prent, van 10 duim breed en 12 duim hoog, of 12 duim breed en 10 duim hoog, naar ene Schildery van een Nederlandsche Meester schraapt, zo goed als de Engelschen; een Praemie van 30 Ducaten: te vertonen voor of op ultimo Sept. 1790. Deze Praemie strekt zich uit tot ult. Sept. 1793. Aan de Twee eersten Jongelingen, welke, naar het leggen van behoorlyke Gronden van Teken- en Graveerkunde, zich na Parys zullen begeven, om zich daar in hunne Konst te volmaken, na dat zy zich aan den Oeconomischen Tak zullen aangegeven hebben, en onderzogt zyn; een douceur van 50 Ducaten, voor elk Jaar aan een ieder hunner, en zulks gedurende den tyd van drie Jaren, mits dat zy telkens voldoende bewyzen van hun verblyf in Parys, goed gedrag en vorderingen geven. Deze Prys expireert met ult. Sept. 1789. en strekt zig uit tot ult. Sept. 1792.
_alg004alge01_01_18_6
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 8 }
Nieuw uitkomende boeken, akademische en andere schriften. Italien . Te Florence, zyn onlangs twee Werken van belang in 't ligt gekomen; zynde Les Actes du fameux Synode de Pistoja, in een Deel 4to. van 400 bladz. en die de l'Assemblêe des Archevêques & Eveques de la Toscane, tenue dans cette Ville en 1787. Dit laatste Werk beslaat 7 Delen in 4to, nevens een 8ste Deel in 8vo. Zweden . De Hooggel Heer Thunberg, te Upsal, heeft, zedert April 1787 ene reeks van kleine Schriften (Dissertationes), onder den Tytel: Museum Naturalium Academiae Upsaliensis, behelzende ene aanwyzing der Naturalia, die in het Akademisch Kabinet aldaar, uit geschenken verzameld zyn, begonnen uit te geven. De eerste Handelen over de Dieren, meestal volgens het Zamenstel van Linnaeus. Onder de Insekten zyn zommige nieuwe beschreven en afgebeeld. Van denzelfden Schryver, is over het Plantgeslagt Moraea ene afzonderlyke Dissertatie, met de afbeeldingen van 5 soorten, in het licht gekomen. Onder zyne Voorzitting zyn nog de drie volgende Akademische Schriften, over het Grasgeslagt Restio, over de Arbor toxicaria Macassariensis, of Boa Upas, en de Moxae atque ignis in Medicina rationali usu, (over het gebruik van de Moxa, en het Vuur in de Geneeskunde), verdedigd. In deze laatste word het geval beschreven van ene Verlamming van de Tong, die de Heer Wäblin, door de Moxa agter beiden de Oren aangebragt heeft genezen. Grootbrittanien . The Athenaïd, a Poem, by the Author of Leonidas, 3 vol. in 12mo. Te Londen, by Cadell. De Heer Glover is, over het algemeen, door zyn Leonidas bekend, als een van de beste Dichters, waarop de Britten in de laatste dagen mogten roemen. Hy Overleed in den Jare 1785, in den Ouderdom van 75 Jaren. Deze Athenaïde kan, in zekeren opzichte, aangemerkt te worden als het vervolg van den Leonidas, en eindigt met de nederlaag van het Persische Heir, onder Mardonius, by Platea. Men zal 'er ook ligtelyk dezelfde hand des Dichters, dezelfde verheven gevoelens, deftigheid en rykdom van schilderachtige Taferelen in ontdekken. Zwitzerland . Code du Bonheur &c. Geluks Wetboek, vervattende de Grondregelen en Voorschriften van 's Menschen pligten, omtrent zig zelven, zynen Evenmensch en God: door den Heer R.L. d'Erlach, Lid van den hogen Regeringsraad der Republiek van Bern; te Luzanne, 1788 VII Delen, 8vo. De uitgebreidheid van dit Werk is niet enkel toeteschryven, aan de menigte van zaken, welken de Schryver als onderwerpen der zedelyke Wysgeerte beschoud, maar ook aan de manier zelve, waar op hy ze behandeld Het eerste Deel bevat alleen, na enige algemene Overwegingen omtrent de Gelukzaligheid en de Menschelyke Natuur, een kort begrip der Natuurkunde, onder welken mede de Starren- en Delfstofkunde begrepen is, als een algemeen tegengift voor de meesten onzer bedorvenheden, onder welke de Schryver byzonderlyk het Bygeloof teld, ook gaat hy dikwyls, by de aanvoering van Zedelessen, in het vak der Staatkunde over. - Wat zyne schryfwyze belangt; doorgaands ondersteund hy zyne eigen gedagten met de gezegden van andere zo vroegere als latere Schryveren, waar uit hy meermalen lange aanhalingen bybrengt, terwyl voorts zyne bekleedzels van zelve wydlopigheid medebrengen. Het minste komt hier voor als enkele overdenkingen, maar het meeste by vorm van Dromen, Brieven, Gespreken, Idyllen, Anekdoten, Uittrekzels uit Handschriften enz. Het Werk is aan de Keizerin van Rusland opgedragen, welker daden, nevens die van Joseph II. en Frederik, dikwyls als voorbeelden door den Schryver bygebragt worden. Hoe zeer ondertusschen deze Zedekunde de uitterlyke gedaante en koleur der grote waereld heeft aangenomen, zyn egter hare grondregels zo zuiver en onopgesmukt, als welligt, uit het tot dus verre daar omtrent gemelde niet te vermoeden ware, schoon nogthans billyk te wagten van een man, die een Medelid der Hoge Regering van een Zwitzersch Gemenebest, en Vader van Zonen is, voor welken, grootdeels, het Werk regtstreeks geschikt was Ons bestek laat niet toe over den Inhoud, en de velerleye belangryke, en voor alle Standen nuttige onderwerpen, die hier voorkomen, uit te weiden. Genoeg is het, met een der beste Journalisten te zeggen, dat zo wel de bedoelingen en edele gronden, als de belezenheid en vlyt, welken dit Werk aan den dag legt, elken Lezer met hoogachting voor den Schryver moeten vervullen. Duitschland . Abhandlung uber die Venerische Krankheid. Verhandeling over de Venusziekte, door Christ. Girtanner, Dokt. in de Genees- en Heelkonst, Correspondent van de Koningl. Societeit der Wetenschappen te Göttingen. Te Göttingen, by Dieterich, 1788. gr. 8vo. 459 bladz. Op dit Deel, staat nog een twede te volgen, waar in men een zo veel mogelyk naauwkeurige Lyst der uitgekomen Schriften over deze Ziekte, met korte aanmerkingen over 't geen elk derzelven byzonderlyk eigen is, te wagten heeft. Het voorhanden zynde is verdeeld in 5 Boeken, waar van het eerste de Geschiedenis dezer Ziekte behelsd. De Schryvers der Gött. Gel. Anzeigen spreken met Lof van dit Werk. Fortsetzung der Entdeckungen &c. Vervolg der Ontdekkingen van den jongsten tyd in de Geneeskunde, door Joh. Aug. Phil. Gesner, 4de Deels, 1ste Stuk, 8vo. te Nördlingen, 1788. Het loflyk en nuttig doel dezes Werks, waar van het eerste Deel reeds in 1778 uitkwam, is, om praktiserende Geneesheren, die geen tyd hebben veel te lezen, een kort uittrekzel te geven van alle goede stellingen, waarnemingen, ondervindingen en proeven der laatste Jaren, beginnende met het Jaar 1740. Het voorhanden zynde Stuk loopt van 1774 tot 76. Jammer is het, dat deze nuttige arbeid zo traag voortgezet word. Archiv fur Rossartzte &c. Archief voor Paardemeesters en Paarden Liefhebbers, door J.D. Busch, Med. Doct. en H. Daum, Stalmeester van den Burggraaf van Hachenburch, te Marburg, in den Akad. Boekwinkel, 8vo. 8 ½ vel druk. Een eerste Stukje ener voorgenomen Verzameling, zo van eigen waarnemingen als die van andere kundige Lieden, waar van de bekende bekwaam- en ervarenheid der Schryveren veel goeds doet hopen. De Verhandelingen in dit eerste Stukje gaan over de Kloofhoeven, het voor- en nadeel van het Aderlaten, de Koller en Spat. Met betrekking tot het laatste ongemak worden de Zuurzouten, en vooral de Spaansche Vliegen, voor het beste Geneesmiddel opgegeven. Een gemene Boer, omstreeks Marburg, bediend zig daar toe met het beste gevolg van de bekende Robertsonsche Zalve, uit Euphorbium, Spaansche Vliegen, Rottekruid, Sublimaat en Varkens reuzel aangesteld. Neues Systematiches Conchylien Kabinet &c. Nieuw Systematisch Kabinet van Schelpgewassen, vervolgt en besloten door J.H. Chemnitz, Predik. by de Hoogd. Guarnisoenskerk te Koppenhagen, &c. 10de en laatste Deel, met 38 kop. Platen, naar de natuur getekend en met levende koleuren afgezet, te Neurenberg, 1788. prys 20 Ryksd. De verdienstelyke Schryver voltooid hier mede, op ene roemryke wyze, een Werk, met oneindigen vlyt; ongelovelyke moeite en verwonderingswaardige konst bearbeid; een Werk, welk eeuwen agter een deszelfs waarde behouden zal, en alles, wat omtrent deze Wetenschap kostbaars in vroegere tyden uitgekomen is, verre den loef afsteekt. Het schynt, zeggen de Schryvers der Algem. Litt. Zeitung, die 'er met lof van melden, als of beiden de Autheur en Uitgever 'er zig byzonder op toegelegd hebben om het laatste deel, zo door de zeldzaamheid der daar in beschrevene Stukken, als door de schoonheid der Afbeeldingen, de fraayheid van afzetten, en de sierlykheid van druk, alle de vorigen te doen overtreffen. De bygevoegde 38 Platen bevatten van Fig. 1271 tot 1692. in alles 421 Aftekeningen, voor 't merendeel dezelfde soorten van Schelpen, en slegts weinige veranderingen, of deze en gene noodzakelyke verbeteringen By de Voorrede geeft de Heer Ch. zyn, voor de Liefhebberen ongemeen welkom, voornemen te kennen, om alle 2 Jaren een deel in 8vo. onder den naam van Conchylienfreund uitgegeven, 't geen nieuwe ontdekkingen, verbeteringen, narigten, Levensbeschryvingen der beroemdste Kunstkenneren in dit Vak en meer dergelyke byzonderheden omtrent dat deel der Natuurkennis zal opleveren. De Heer Super-intendent Schröter heeft een Alphabetisch Register, op alle de 10 Delen van het tegenwoordig Werk, in gereedheid gebragt, 't geen op de Michiels-Misse, by denzelfden Boekhandelaar stond uit te komen. Kritische Uebersicht der nuesten Schönen Litteratur &c. Oordeelkundige nalezing der nieuwste Duitsche Werken over de fraaye Wetenschappen, gr 8vo. Leipzig, by Göschen, 1788. 10 gr. Een eerste Stukje, van een Letterkundig Geschrift, 't geen zig ongemeen wel opdoet, en 't geen men hoopt, dat op den duur zig, op dien trant, zal weten staande te houden. Bergmannisches Journal &c. Journaal voor de Bergwerkers, 1ste Deel, 1, 2 en 3de Stukje, 8vo te Freyberg, by Craz, 1788. kost in 't Jaar 4 Ryksd. Dit Tydschrift word door de beste Hoogduitsche Journalisten zeer geprezen. Joh. Henr. Scharff, Recepte Uber verscheidene Gattungen von Farben. Voorschriften omtrent verscheidene soorten van Verwen. Te Göttingen, by van der Haek en Ruprecht 1788. 8vo. 1ste Stuk, behelzende de manier om Scharlaken te Verwen, en enige andere Conchenille koleuren te leggen. De Scharfsche Kamelot- en Barakan-Fabriek, by Göttigen, heeft zig voornamelyk bekend gemaakt door deszelfs uitstekende hoogrode Koleuren, overtreffende zelfs het Gobelins Scharlaken in schoonheid en gloed. De ongenoemde Uitgever maakt hier een deel der eigenhandig opgetekende Verw Recepten van den Heer Scharff gemeen, en helderd, in het Voorberigt, ettelyke dingen op, de bereiding der Compositie of de Tin oplossing, als mede de behandeling by het Verwen zelve, betreffende. Dit Stukje, in twe Afdelingen onderscheiden, geeft eerst de hoogrode, en vervolgens de Carmosyn Rozen en Inkarnaat Koleuren op, wyzende by allen de Compositie, de Sop, de menging voor het bewerken aan. By de hoogrode koleuren komt het voornamelyk aan op het leggen van den gelen of oranje koleurigen grond der Stoffe. De Curcuma, of Terra merita, versterkt de Heer Scharff voornamelyk door Zeezout, en de Avignonsche Bessen die ook nog uit hoofde van derzelver vasthoudenheid aan geprezen worden, door Wynsteen, Sal amoniac, witte Styf zel en Sterkwater. Daar en boven bespaard een byvoegzel van Curcuma, wanneer de Cochenille te gelyk daar mede gezet word, zeer veel van deze laatste kostbare Verwstoffe. De Uitgever merkt aan, dat de andere Cochenille koleuren, die het glansryksten zig op doen, onder de koleuren met Saxisch blaauw mengzel, en ook gedeeltelyk onder die, wel en met Krap, geel of andere Verwen vermengd zyn, voor den dag gebragt kunnen worden. Nederlanden . De Geschiedenis van Romen, een Leesboek voor Kinderen van 7 tot 15 Jaren, door M. F Ebeling, Hoogleeraar te Halberstad, naar het Hoogduitsch, 1ste Deel, net pl. in 's Hage, by I v. Cleef. Zephire, door J.E. de Witte Junior, niet vertaald, in 's Hage, by v. Cleef Tableau de l'Angleterre et de l'Italie, par Mr. d'Archenholz, Ancien Capitaine au service de sa Majeste le Roi de Prusse, 3 vol. la Haye, chez I. v. Cleef. Essai sur la Vie & le Regne de Frederic II. Roi de Prusse, pour servir de Preliminaire à l'Edition de ses Oeuvres Posthumes. Berlin, chez George Jacques Dekker et Fils, 1788.
_alg004alge01_01_18_7
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 9 }
Tekeningen en prenten. Koppenhagen. Alhier is een uitmuntende fraaye Plaat uitgegeven, met het Onderschrift: Socrates, dedié a Mons. Charles Bonnet, Membre de plusieurs Academies, a Geneve Abilgaard, Pinx. J.F. Clemens, sculps. Schilder en Plaatsnyder hebben hier mede groten roem behaald. Socrates vertoond zig in ene peinzende houding, met de linker arm op de linker knie, steunende het hoofd dat men in profil ziet. De rechterhand ligt in den schoot. In den donkeren agtergrond zweven, nauwlyks zichtbaar, zyn beide met elkandere strydende Geniën. Het licht valt geheel op de Hoofdfiguur, en doet de heerlykste werking. De Plaat is, by Intekening, gedrukt, voor den prys van 2 Ryksd. en 3 mark Deensch. Dezelfde Plaatsnyder arbeid thans voor een prachtige uitgave, in het Deensch, in 4to. van Klaas Klims onderaardsche Reis, mede naar uitvoerige Schilderyen van Abilgaard; zullende in het geheel aan deze uitgave, nog arbeid, nog kosten gespaard worden. Wenen. By den Konstverkoper Kurzböck, verscheen onlang een prachtig en gewigtig Werk, onder den Tytel: Choix des Pierres gravees, du Cabinet Imperial des Antiques, representées in 40 Planches, decrites & expliquées, par Mr. l'Abbé Eckhel, Directeur de ce Cabinet, & Professeur des Antiquités en l'Université de Vienne, 1788. 16 Thln. De Platen zyn allen in den waren antieken smaak, getekend door Kibler, en gegraveerd door Kohl, Mark, Schutz, Ponheimer, Adam, Durmer en Mansfield. Het Graveeryzer van Kohl wordt uitstekende geroemd. De Abt Eckhel heeft zig alleen tot zodanige Stenen bepaald, die, of niet bekend waren, of als keurige Kunststukken meerder verdienden bekend te worden. De beroemde vergoding van Augustus is het uitmuntendste kleinood in deze Verzameling, waar by de tekst 23 folio bladen beslaat. Parys. Alhier word uitgegeven: Vues des plus beaux Monumens & Edifices de Paris; getekend door den Architect Durand, gegraveerd door Janinet, en met kleuren gedrukt, in 50 Nommers, ieder Nommer a 12 fous. - En van dezelfde Meester: Diverses Vues, en grand, in 19 Ns. elk 2 Liv. Als mede: Histoire de France, representée par des Figures, accompagnées de discours; les figures gravées par les plus celebres Artistes, d'apres Mr. David; les Discours par Mr. l'Abbé Guyot. Deze Geschiedenis, in Platen, waar van om de twee maanden een aflevering geschied van 3 bladen, elk tot 8 Liv. zal in het geheel twee delen in 4to. beslaan.
_alg004alge01_01_18_8
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 10 }
Koppenhagen. Alhier is een uitmuntende fraaye Plaat uitgegeven, met het Onderschrift: Socrates, dedié a Mons. Charles Bonnet, Membre de plusieurs Academies, a Geneve Abilgaard, Pinx. J.F. Clemens, sculps. Schilder en Plaatsnyder hebben hier mede groten roem behaald. Socrates vertoond zig in ene peinzende houding, met de linker arm op de linker knie, steunende het hoofd dat men in profil ziet. De rechterhand ligt in den schoot. In den donkeren agtergrond zweven, nauwlyks zichtbaar, zyn beide met elkandere strydende Geniën. Het licht valt geheel op de Hoofdfiguur, en doet de heerlykste werking. De Plaat is, by Intekening, gedrukt, voor den prys van 2 Ryksd. en 3 mark Deensch. Dezelfde Plaatsnyder arbeid thans voor een prachtige uitgave, in het Deensch, in 4to. van Klaas Klims onderaardsche Reis, mede naar uitvoerige Schilderyen van Abilgaard; zullende in het geheel aan deze uitgave, nog arbeid, nog kosten gespaard worden.
_alg004alge01_01_18_9
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 11 }
Wenen. By den Konstverkoper Kurzböck, verscheen onlang een prachtig en gewigtig Werk, onder den Tytel: Choix des Pierres gravees, du Cabinet Imperial des Antiques, representées in 40 Planches, decrites & expliquées, par Mr. l'Abbé Eckhel, Directeur de ce Cabinet, & Professeur des Antiquités en l'Université de Vienne, 1788. 16 Thln. De Platen zyn allen in den waren antieken smaak, getekend door Kibler, en gegraveerd door Kohl, Mark, Schutz, Ponheimer, Adam, Durmer en Mansfield. Het Graveeryzer van Kohl wordt uitstekende geroemd. De Abt Eckhel heeft zig alleen tot zodanige Stenen bepaald, die, of niet bekend waren, of als keurige Kunststukken meerder verdienden bekend te worden. De beroemde vergoding van Augustus is het uitmuntendste kleinood in deze Verzameling, waar by de tekst 23 folio bladen beslaat.
_alg004alge01_01_18_10
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 12 }
Parys. Alhier word uitgegeven: Vues des plus beaux Monumens & Edifices de Paris; getekend door den Architect Durand, gegraveerd door Janinet, en met kleuren gedrukt, in 50 Nommers, ieder Nommer a 12 fous. - En van dezelfde Meester: Diverses Vues, en grand, in 19 Ns. elk 2 Liv. Als mede: Histoire de France, representée par des Figures, accompagnées de discours; les figures gravées par les plus celebres Artistes, d'apres Mr. David; les Discours par Mr. l'Abbé Guyot. Deze Geschiedenis, in Platen, waar van om de twee maanden een aflevering geschied van 3 bladen, elk tot 8 Liv. zal in het geheel twee delen in 4to. beslaan.
_alg004alge01_01_18_11
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 13 }
Nieuw uitgevonden werktuigen en konstgevaarten. De volgende Nieuwe Werktuigen, zyn te Osnabrug, door enen Chr. Lud. Reinhold uitgevonden en reeds allen vervaardigd. 1. Een zeer eenvouwige Zaag-Machine, welke, zonder behulp van Wind of Water, enkel door de kragt van één man, het grootste Blok, door middel van 12 Zagen, op eenmaal doorsnyd. Alle de 12 Zagen doen haar snede in gelyken tyd, als een enkele, by de gewone Zaagmolens. De Machine, draagbaar gemaakt zynde, kan aan alle plaatsen in 't werk gebragt worden. 2. Ene nieuwe Olypers, waar mede, een man, veel schielyker, dan in de ordinaire Olymolens, de Oly uit Raap of Lynzaad, en uit alle andere Olygevende Zaden, kan perssen. De gehele toestel bestaat in ene zeer eenvoudige Kneus- of Plet- Machine, waar door het Zaad gebroken en fyn gemalen word, nevens ene eigenlyke Olypers, die te gelyk diend om de Koeken te maken. Het een en ander, 't geen ook voor het bereiden van fyne Oliën, by de Apotheken in gebruik, kan gesteld worden, is van weinig omslags, kunnende in een ruime Kamer of in een Voorhuis opgeslagen, en voor geringe kosten bekomen worden. 3. Een nieuwe Boek Drukpers, die, zonder behulp van de Schroef, der gewone Perssen, met de vereischte kragt drukt. De Drukker houdt, onder de bewerking, beiden zyne handen ruim, daar de Machine, met den voet, door middel van ene trede, bewogen word; en wel in dier voegen, dat elke half Blad, of de gehele Form, welks afdruk anders een dubbele aanzetting, met al de kragt van 't lighaam, vorderd, door dit Werktuig, met ene enkele tree, in eens word afgedrukt. De Pers heeft ook niet zo veel nodig gestut te worden als de ordinaire, en is dus minder nadelig voor de Gebouwen dan dezen. En daar zy de kostbare Schroef niet nodig heeft, kan dezelve voor de helft van 't geld aangelegd worden, terwyl, bovendien, de konsteloze eenvoudigheid van het maakzel, ieder Handwerker in staat steld, om, ingevalle 'er enig letzel mogt aankomen, dit te verhelpen. 4. Een nieuw Schep- of Dwingrad, 't geen, aan den gang gebragt, zig zelven 2/3 kragt in omloop of dwang geeft. Het zelve kan by Molens, die weinig water hebben, met veel voordeel aangebragt worden, ook kan door het zelve het water tot ene merkelyke hoogte gevoerd en uit drassige plaatsen weggemalen worden. De Uitvinder heeft van alle deze Werktuigen afzonderlyke Beschryvingen, met Platen opgehelderd, by Intekening, aan het Publiek aangeboden, die, nog dit Jaar, in druk zullen uitgegeven worden en in de voornaamste Steden van Duitschland te bekomen zyn. Ondertusschen schynt het ons toe, dat wat althans de twee Eerste Werktuigen betreft, dezen minder opmerking hier ten Lande verdienen, dan mogelyk in Gewesten en Plaatsen, waar de Zaag- en Olymolens niet in vergelyking kunnen komen, by onze Wind-Molens van beiderlei soort.
_alg004alge01_01_18_12
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 14 }
Toneel- en ander konstvermaak nieuws. Op den Nederduitschen Schouwburg, te Amsterdam, zal vertoond worden: Maandag 3 November. Mahomet, Treurspel. Een Ballet. Fanfan en Klaas, Toneelspel. Dingsdag 4 dito. Wilhelmina van Blondheim, Toneelspel. Een Ballet. Fanfan en Klaas, Toneelspel. De Toneeldichter Carlo Goldoni, niet te onrecht de Italiaansche Moliere genoemd, en wiens onuitputtelyk vernuft het Theater zyner Landgenoten, met niet minder dan 199 Stukken heeft verrykt, gaf, onlangs, in den Ouderdom van 80 Jaren, te Parys, een Geschiedenis van zyn Leven en Werken in het licht, onder den Tytel: Memoires de Mr. Goldoni, pour servir a l'Histoire de sa Vie & a celle de son Theatre, 3 vol. 8vo. De hupsche grysaard verhaalt daar in niet enkel wat hy zelf verricht heeft, en wat hem is overgekomen; maar ook, in den aangenaamsten, vrolyken toon, wat hy in verscheidene Steden van Italiën, en gedurende zyn 25 Jarig verblyf in Parys, beleefd, gezien en waargenomen heeft. In den Jare 1708, in aanzien en overvloed geboren, leerde hy, na den dood van zynen Grootvader, reeds vroeg, door ondervinding kennen, wat het te zeggen is in zynen stand merkelyk te moeten afdaalen. Hy studeerde eerst in de Theologie, toen in de Medicynen, vervolgens in de Rechten, waar in hy ook de waardigheid van Doktor verkreeg; wierd hier op Schryver by een' Prokureur, toen Adjunct en vervolgens Coadjutor by den Criminelen Kanselier te Chiozza, daarna Advokaat te Venetie, verzelde voorts den Venetiaanschen Afgezant naar Maryland, en wierd toen Secretaris van een Ambassade te Crema: hier op verscheen hy als Toneeldichter te Verona, en toen te Venetiën, als Consul van de Republiek Genua, welke Post hy vrywillig verliet, om Cantates en kleine Toneelstukken voor den Vorst Lobkowitz te schryven, waar na hy zig als Advokaat te Pïsa nederzette, en zig geheel aan den arbeid voor het Theater bepaalde. Het bekleden van zo vele Posten, het gestadig omzwerven door zo verschillen de Steden van Italien was ongemeen geschikt, om hem die uitgestrekte waereld- en menschenkennis te verschaffen, welke men op ieder blad van zyne werken ontdekt. Egter getuigt hy zelf, dat hem hier toe de Posten, die hy by den Criminelen Kanselier te Chiozza en Feltre waarnam, het meeste van dienst waren. Wy herïnneren ons, by deze gelegenheid, dat ook de beroemde Fielding getuigde, hoe hy zyn verkregen menschenkennis, voornamelyk aan zyn ampt als Vrederechter, te danken had. Aanmerkelyk is het, dat onze Italiaansche Schryver, door eigen arbeid en verkering met de geestrykste vernuften, het, na een verblyf van 9 Jaren in Frankryk, zo verre bragt, dat hy voor het Hoofdtheater dier Natie, een Stuk in het Fransch schreef, onder den Tytel: Le Bourru bienfaisant, (de weldadige Knorrepot,) het geen met ongemene toejuiching wierd ontfangen, en waardig geoordeeld van een' der beste Nationale Blyspeldigters geschreven te wezen. Daar onze Goldoni zich inzonderheid bevlytigd om een menigte van Anecdoten en omstandigheden te verzamelen, die aanleiding gaven tot het opstellen zyner Stukken, en hun geluk of ongeluk by de voorstelling bewerkten, begrypt men ligtelyk dat dit werk zeer geschikt is, zo wel om den jongen Toneeldichter te vermaken en stoffe aan de hand te geven, als ons in het byzonder met het Karakter en de zeden der Italianen, op de leerrykste wyze, bekend te maken.
_alg004alge01_01_18_13
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 15 }
Narigten en byzonderheden, tot den handel en scheepvaart, land- en veebouw, als mede de huishoudkunde, handwerken en fabrieken, betrekkelyk. By het nieuwe Commercie Tractaat, tusschen Portugal en Rusland, den 18 Juny dezes jaars gesloten, zyn, aan wederzyden, de volgende voordelen, betrekkelyk den Tol en inkomende Regten, bedongen en toegestaan. Aan den kant van Rusland. 1. De in Portugal gezeten Russische Kooplieden, mogen, even als de Engelschen, hunne beschermende Rechters hebben, en zig, in zaken den Handel betreffende, tot den Kommercieraad wenden. 2. De Portugesche en Russische Kooplieden, betalen slegts den halven Tol van Delen, Scheepshout, Masten, Hennip, Lyn- en Hennip Oly, Staven Yzer, Ankers, Kanonnen, Kogels, Bomben, wanner dezelven uit Portugalsche of Russische Schepen, voor rekening van elkanders Onderdanen, in Portugal ingevoerd worden. 3. Wanneer aan andere Natien, in 't vervolg een vermindering van Tol, op de uitgaande Wynen, toegestaan word, zal dezelve insgelyk aan de Russische Schepen, die Wyn uitvoeren, verleend worden. 4. Russisch Zeildoek, de zogenaamde Vlaamsche Revendoues en Calamanores, betalen, by den invoer in Portugal, niet meer dan den halven Tol, gelyk ook, aan den anderen kant, Boom-oly, Indigo, en Brazilsche Tabak, slegts den halven Tol betaald, in Rusland. Aan de zyde van Portugal. 1. De Portugalsche Onderdanen kunnen in Rusland den Tol in Russisch Courantgeld betalen, dog alleen te Riga, moet dezelve in Ryksd. betaald worden. 2. Alle Portugalsche Wynen, als mede die van Madera en van de Azorische Eilanden, die met wederzydsche Schepen, voor rekening van wederzydsche Onderdanen, naar Rusland gebragt worden, betalen alleen 4 Roebels en 50 Kopeiks voor een Oxhoofd van 6 Ankers. 3. De Portugesche Schepen mogen jaarlyksch naar Reval en Riga 600 Lasten Portugalsch Zout brengen, waar van slegts den halven Tol betaald word.
_alg004alge01_01_18_14
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 16 }
Geboorte- trouw- en sterflysten. Het getal der Doden, gedurende de laatstverlopene week, is geweest: te Amsterdam 191: in 's Hage 19: en te Haarlem 14, onder welken laatsten 8 beneden de 12 jaren.
_alg004alge01_01_18_15
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 19, "section": 17 }
Bekendmakingen en prys-opgaven van in- en uitlandsche boeken en geschriften. Men heeft in Frankryk aangekondigd een prachtig Werk, om in zes afleveringen uittegeven, waar van de eerste reeds het ligt ziet, betyteld: Voyage Pittoresque d'un Observateur; ou Description des principaux Monumens d'Europe, d' Asie, d'Afrique et d'Amerique; ouvrage enrichi de la Vue de divers Monumens, tant antiques que modernes, des Cartes Geographiques & du Portrait des Personnages celebres. Het Werk zal 2 Folio Delen beslaan, en kost, elke aflevering, voor de intekenaars 12 Liv; voor die niet ingetekend hebben, 18 Liv. Te Haarlem by A. Loosjes.
_alg004alge01_01_18_16
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 1 }
Berigten. Polen. De Heer Kniasnir, die zig aan het Hof van den Vorst Czartorinsky ophoud, en, by de Poolsche Natie, als Dichter, ongemeen hoog geschat word, heeft de Anakreon in Poolsche Vaersen overgezet; welke overzetting men thans bezig is te drukken.
_alg004alge01_01_19_0
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 2 }
Italien. De met Was ingebrande Schilderstukken, welken de Keizerin van Rusland, onder het opzigt van den Heer Hofraad Reiffesstein, tot versiering van een harer Vertrekken, te Romen heeft laten vervaardigen, (zie Algemen. Konst- en Letter-Bode, No. 6. p. 42.) zyn, aldaar, in het Paleis des Russischen Consuls, de Heer Santoni, gedurende 8 dagen, openlyk ten toon gesteld geweest. De Heer Nesselthaler, uit Beyeren, die, tot nog toe, voornamelyk in deze manier van Schilderen uitmuntte, heeft de grote Historische Stukken gemaakt. De kleineren zyn van de Heren dell' Era, een Mailander, en Gianni, een Bologneesch. Twe Landschappen zyn van Campovecchio, een Romein, en de overige Sieraadjen van Angeloni, mede een Romein. By de vertoning der Stukken van de Fransche Akademie, te Romen, heeft dit Jaar byzonder uitgemunt een Schildery van Gaussier, Kleopatra voor Augustus verbeeldende, nevens ene Schets van denzelven, de aankomst van den eersten Schipper op het Eiland, naar Geszner, vertonende. Fause heeft een uitmuntend Portrait van een zyner Vrienden gemaakt. De Akademische Beelden waren slegts middelmatig. Bouwkundige bestekken waren 'er in 't geheel niet. 't Geen egter deze Vertoning byzonder belangryk maakte, waren de nagelaten Stukken van Dronais, die, in den voorleden Winter aan de Akademie, in het 23ste jaar zynes Ouderdoms, overleed. Deze Jongeling is, zedert Raphaël, het enigste voorbeeld, 't geen, in zulke vroege jaren, door Meesterstukken uitmuntte. De Stukken die nog te zien waren, bestonden in ene Beeldtenis van den verlaten Philoctetes, een Copy naar Dominichius, en in een Tekening, het scheiden van Kajus Gracchus en deszelfs Vrouw verbeeldende. De Konsten hebben een allerzwaarst verlies, door zyn dood, geleden. Het klein Gedenkteken, 't geen zyner Vrienden en mede Leerlingen, hem toegedagt hebben, staat, binnen kort, in de Kerk, S.M. in Via lata, op de plaats, waar hy begraven ligt, opgerigt te worden. Het zelve bestaat in een Basrelief, waar in de drie verenigde Konsten de Beeldtenis des verstorvenen, in een Medaillon, kronen, met een bygevoegd opschrift. De arbeid is van Michallon, in enen zeer goeden styl. De Fransche Minderbroeders, te Romen, zullen hun laatst overleden Medebroeder, Vader Jacquier, die zig door verscheidene Wysgerige en Wiskundige Schriften in Europa bekend gemaakt heeft, een kleine Grafnaald in hun Kloosterkerk, S. Trinita de Monti, oprigten. De Heer Wilh. Tischbein, uit Kassel, heeft van de Koningin van Napels, voor het Portrait van den Erfprins, een Gouden Doos met 200 Unzen ten geschenke ontvangen. De kortlings te Napels overleden Ridd. Filangieri, zou nog verscheidene Papieren nagelaten hebben, om ten vervolge te dienen op zyne 7 uitgegeven Delen over de Wetgeving: welken men hoopt, dat in 't ligt zullen komen. Een Schat van Penningen, ter waarde van wel 2000 Scudi, in den nagt tusschen den 18 en 19 October, uit het Kabinet van Gedenkpenningen, aan de Universiteit te Ferrara, gestolen zynde, heeft men zig terstond alle moeyte gegeven, om dezen Roof te agterhalen, 't geen ook weldra gelukt is. Op een afgekondigd Decreet, waar by niet alleen vergiffenis, maar zelfs eene beloning van 100 Dukaten beloofd wierd, aan den Dader, indien hy zig wilde ontdekken en den gestolen buit aanwyzen, met melding van zyne medepligtigen, heeft zig, terstond, één der Dieven bekend gemaakt en de plaats aangewezen, werwaarts deze Penningen vervoerd en geborgen waren. Men heeft dezelve allen daar gevonden en in het Kabinet te rug gebragt: hebbende de Dader de beloofde vergiffenis en Premie reeds ontvangen; terwyl men bezig is met het proces zyner door hem genoemde Medemakkeren op te maken.
_alg004alge01_01_19_1
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 3 }
Duitschland en Naburige Ryken. De Hoogler. Hedwich, te Leipzig, is by de Maatschappy der Wetenschappen, te Londen, tot Medelid verkoren. De Hofraad Eichhorn, tot dus verre Hoogl. in de Oostersche Talen, te Jena, is als gewoon Hoogler. der Wysbegeerte naar Göttingen vertrokken. Te Altdorf, is den 28 Sept. overleden, de Heer J.A.M. Nagel, Hoogl. in de Oostersche talen, Bovennatuurkunde en Welsprekenheid, als mede Opzigter der Bibliotheek en Senior der Universiteit aldaar, in het 78ste jaar zyns Ouderdoms. Schets van den Staat der Wetenschappen, in Regensburg. De Heer Nicolai merkt, in zyne Reisbeschryving, omtrent Regensburg aan, dat de Ingezetenen dezer Stad in zekeren Klassen verdeeld kunnen worden, die niet weinig van elkanderen afsteken. Men zoude ook dusdanig ene verdeling, met opzigt op de verstandelyke oeffeningen, aldaar kunnen maken 't Geen tot den Ryksdag, zo wel als tot het Taxische Hof, behoort, de Stadsregering, nevens de Burgery, de Vorst Bisschop met de Ryksstiften, Kloosters, Beampten en onderhorigen, maken met 'er daad drie Hoofdklassen uit, welke wederom verscheidene kleinere opleveren. Het Deplomatiek Corps houd zig veelal bezig met het lezen en uittrekken der Deducties en Stukken, die by den Ryksdag omlopen, en het opstellen van deszelfs berigten. De enge kring van deszelfs Geleerde oeffeningen, is nogthans een weinig verbreed, door de nieuwe Verhandelingen over het Justitie wezen van 't Kamer-Gericht. Slegts weinigen leggen zig toe op de beoeffening van het Staatsrecht, waar in egter, te Regensburg, afzonderlyke Lessen gegeven worden. Ondertusschen verschaft de omloop der bovengenoemde Staatsstukken, aan ettelyke vernuften, zo in- als uitlandsche, ene afzonderlyke bezigheid. De meesten Gezantschappen en Correspondenten hebben last, om alle gedrukte Papieren, die by de Ryksvergadering omlopen, te kopen en te verzenden. Dit, gepaard met een doorgaand gebrek aan Schryfstof, bevorderd dit Letterkundig vertier niet weinig. Wanneer dus slegts hier of daar, in het Duitsche Ryk, iets voorvalt, 't geen van enig belang voor de Ryksvergadering kan wezen, komen 'er terstond een aantal van Geschiedkundige verhalen, ophelderingen, bedenkingen en voorslagen voor den dag. Men laat ze doorgaans voor eigen rekening drukken, geeft den Verkoper enige bedongen prCenten, en strykt den overigen winst naar zig. De Stad, in den meer bepaalden zin des woords, heeft zeer goede en bekwame lieden in haar kring, maar de bezoldingen zyn ongemeen zober. Deze omstandigheid, in stede van schrandere vernuften zig te doen toeleggen op enige andere geoorloofde middelen van bestaan, maakt in tegendeel dezen enigermate moedeloos, 't geen eindelyk op onverschilligheid begint uit te lopen. De Roomschgezinde Klasse is, over 't geheel, nog meer ten agteren, dan die der Stad. De vette Ampten en Kerkelyke voordelen brengen by dezen even 't zelfde te wege, als de schrale inkomsten doorgaans by genen. Het ontbreekt egter ook hier aan gene bekwame luiden, schoon weinigen yvers genoeg hebben, om door te studeren. De Beyersche Geschiedenis, zegt men, is nog de enigste Studie, buiten de Wetenschappen, waar van zy moeten leven, nam. de Godgeleerdheid en de Rechten, waar op zy zig toeleggen. Aan het zogenaamd Euangelisch (of Luthersch) Gymnasie, worden de vereischte voorbereidings-Wetenschappen, door bekwame Mannen, geleerd. Men rekend het getal der Scholieren op omtrent 100. Burger-kinderen en armen kunnen, zonder geld te geven, lessen ontvangen. Anderen moeten 'er voor betalen. De Jesuiten hebben een groter getal Leerlingen; dog het merendeel is in behoeftige omstandigheden. De Vorst Bisschop heeft voordezen enige nieuwe gepas te Leerboeken ingevoerd, en de Faculteiten vermeerderd. By die van den Lutherschen Godsdienst is, over enige jaren, de Duivel-banning, by den Doop, afgeschaft, en een nieuw Gezangboek, schoon egter niet zonder tegenstribbelen, ingevoerd. De Oorbiegt nogthans blyft by dezelve nog in gebruik. Onder de Protestantsche Geestelyken, zyn brave Mannen en enige zeer goede Predikers. De twee openbare Boekeryen, te Regensburg, konden veel nut aanbrengen, by aldien 'er beter gebruik van gemaakt wierde. Die der Stad ziet 'er fraai uit, en is uitgebreider en meer volkomen ten aanzien van het vak der Geschiedenis, dan die van 't Taxische Hof. Deze bevat daar en tegen meer nieuwe, kostbare en algemeen nuttige werken. Beiden staan ettelyke uren des namiddags op twee dagen van de week open. Men kan ze egter ook op andere tyden bezigtigen, mits men zig by de Opzigters melde. De Abdy van St. Emerin, en het Sch[...]tenklooster bezitten insgelyks aanmerkelyke Boekeryen. By de Stadsboekery is een Leesgezelschap opgerigt: bestaande uit in de 30 Leden, zo uit het Deplomatiek Corps, als de Stadsregering, nevens enige Domheren en een paar Kloosterbroeders. Ieder Lid betaald jaarlyks 6 Guldens, nevens een Nieuwjaars-gifte aan den Oppasser, die de Boeken rond brengt en afhaald. Na dat de Boeken en Journalen de ronde gedaan hebben, behoren ze aan de Bibliotheek. Men leest 'er Geschied- en Staatkundige Dagschriften, ook Reis-beschryvingen en andere Boeken, die opmerking verdienen, of, naar tyds omstandigheid, in 't ligt komen. Eigenlyke Belles Lettres zyn, zo ver men weet, uitgezonderd. Schriften van dezen aart zyn te Regensburg in gene agting. Verscheidene van de zig aldaar bevindende Gezanten, nevens een a twee Burgerlieden, bezitten fraaye Boekeryen, en lenen 'er gaarn uit. De Verzameling van Disputen, by den Stadskameraar Dietrichs, is zonder weêrga. Het ontbreekt dus in Regensburg aan gene gelegenheid, om zig in de Wetenschappen te oeffenen. Een goed Toneel zou ongetwyffeld veel tot verbetering van den smaak kunnen toebrengen: dog de twee Schouwburgen, die men 'er vind, zyn daar toe niet behoorlyk ingerigt. De beste Duitsche Stukken worden 'er jammerlyk verhanzeld, en nog boven dien, door de onbekwaamheid der Speleren, slegt uitgevoerd. Behoefd men meer, om over den smaak, zo der Toneelbestierderen als van het Gemeente oordelen dan slegts te melden, dat, in zeker Toneelstuk, de Aanschouwers onthaald worden, op de vertoning van Personen, die op den Pynbank liggen? De Regensburgsche Schryvers kan men uit Meuzels geleerd Duitschland leren kennen: derzelver getal is juist niet zeer aanmerkelyk. In dezen toestand van zaken, kan men gemakkelyk begrypen, dat het vertier van den enigsten Boekwinkel, aldaar, niet zeer groot moet zyn, vooral wanneer men dat der bovengemelde Ryksdagstukken daar van afgezonderd. De Muzyk alleen is, aan het Taxische Hof, in ongemenen bloey. De Vorst onderhoud ene talryke Kapel van de uitgelezendste Meesteren. Daar by staat de toegang tot het Vorstelyk Concert, 't geen des Winters alle Donderdagen gehouden, en door den gehelen Adel bygewoond word, voor elk welgekleed persoon open. De andere Kunsten maken in Regensburg geen opgang. Schilderyen en Prenten, byzonderlyk de laatste, en onder dezen by voorrang de Engelschen, vinden enige Liefhebbers. Bykans elk man van aanzien heeft, in zyn Spreekkamer, Prenten agter glazen hangen. Verzamelingen zyn 'er slegts weinigen. Regensburg heeft aan den overleden Assessor Hartlaub veel verloren. Deze was, zo men verzekerd, een der grootste Konstkenneren. De Stad heeft zyne voortreffelyke Verzamelingen, die uit meer dan 1400 Engelsche, 5990 Fransche en 5806 Italiaansche Prenten, en uit 1850 Portraiten, zo van Schilders als Konstenaren, bestond, verloren. De gehele Schat is aan een Kunsthandelaar, te Wenen, voor 21000 guld. verkogt. Het is, voor den Liefhebberen der Konst, een onherstelbaar verlies, dat de uitgebreide Lyst der Werken van afzonderlyke Meesters, in 9 Folio banden vervat, waar aan de Heer Hartlaub, vele jaren, met vlyt gearbeid, en welke hy met vele bondige en nuttige aanmerkingen verrykt, hadde, mede in den koop bedongen wierd: daar het van den tegenwoordigen bezitter, om Negotie redenen, niet wel te wagten is, dat hy 'er iets van in 't ligt zal geven. Het besluit uit deze korte Schets valt ligt op te maken. Religie vooroordelen, ruime en schrale bezoldingen, Ampstverrigtingen, die men met slegts middelmatige kundigheden kan waarnemen, gelegenheid tot afleidingen, zwaar eten en nog hartelyker drinken: - mogelyk ook ene laakbare trotsheid des Adels, omtrent ieder een, zelfs den bekwaamsten en verdienstelyksten man, die van Burger afkomst is, - zyn hinderpalen en zwarigheden, welken maar weinigen weten te boven te komen.
_alg004alge01_01_19_2
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 4 }
Schets van den Staat der Wetenschappen, in Regensburg. De Heer Nicolai merkt, in zyne Reisbeschryving, omtrent Regensburg aan, dat de Ingezetenen dezer Stad in zekeren Klassen verdeeld kunnen worden, die niet weinig van elkanderen afsteken. Men zoude ook dusdanig ene verdeling, met opzigt op de verstandelyke oeffeningen, aldaar kunnen maken 't Geen tot den Ryksdag, zo wel als tot het Taxische Hof, behoort, de Stadsregering, nevens de Burgery, de Vorst Bisschop met de Ryksstiften, Kloosters, Beampten en onderhorigen, maken met 'er daad drie Hoofdklassen uit, welke wederom verscheidene kleinere opleveren. Het Deplomatiek Corps houd zig veelal bezig met het lezen en uittrekken der Deducties en Stukken, die by den Ryksdag omlopen, en het opstellen van deszelfs berigten. De enge kring van deszelfs Geleerde oeffeningen, is nogthans een weinig verbreed, door de nieuwe Verhandelingen over het Justitie wezen van 't Kamer-Gericht. Slegts weinigen leggen zig toe op de beoeffening van het Staatsrecht, waar in egter, te Regensburg, afzonderlyke Lessen gegeven worden. Ondertusschen verschaft de omloop der bovengenoemde Staatsstukken, aan ettelyke vernuften, zo in- als uitlandsche, ene afzonderlyke bezigheid. De meesten Gezantschappen en Correspondenten hebben last, om alle gedrukte Papieren, die by de Ryksvergadering omlopen, te kopen en te verzenden. Dit, gepaard met een doorgaand gebrek aan Schryfstof, bevorderd dit Letterkundig vertier niet weinig. Wanneer dus slegts hier of daar, in het Duitsche Ryk, iets voorvalt, 't geen van enig belang voor de Ryksvergadering kan wezen, komen 'er terstond een aantal van Geschiedkundige verhalen, ophelderingen, bedenkingen en voorslagen voor den dag. Men laat ze doorgaans voor eigen rekening drukken, geeft den Verkoper enige bedongen prCenten, en strykt den overigen winst naar zig. De Stad, in den meer bepaalden zin des woords, heeft zeer goede en bekwame lieden in haar kring, maar de bezoldingen zyn ongemeen zober. Deze omstandigheid, in stede van schrandere vernuften zig te doen toeleggen op enige andere geoorloofde middelen van bestaan, maakt in tegendeel dezen enigermate moedeloos, 't geen eindelyk op onverschilligheid begint uit te lopen. De Roomschgezinde Klasse is, over 't geheel, nog meer ten agteren, dan die der Stad. De vette Ampten en Kerkelyke voordelen brengen by dezen even 't zelfde te wege, als de schrale inkomsten doorgaans by genen. Het ontbreekt egter ook hier aan gene bekwame luiden, schoon weinigen yvers genoeg hebben, om door te studeren. De Beyersche Geschiedenis, zegt men, is nog de enigste Studie, buiten de Wetenschappen, waar van zy moeten leven, nam. de Godgeleerdheid en de Rechten, waar op zy zig toeleggen. Aan het zogenaamd Euangelisch (of Luthersch) Gymnasie, worden de vereischte voorbereidings-Wetenschappen, door bekwame Mannen, geleerd. Men rekend het getal der Scholieren op omtrent 100. Burger-kinderen en armen kunnen, zonder geld te geven, lessen ontvangen. Anderen moeten 'er voor betalen. De Jesuiten hebben een groter getal Leerlingen; dog het merendeel is in behoeftige omstandigheden. De Vorst Bisschop heeft voordezen enige nieuwe gepas te Leerboeken ingevoerd, en de Faculteiten vermeerderd. By die van den Lutherschen Godsdienst is, over enige jaren, de Duivel-banning, by den Doop, afgeschaft, en een nieuw Gezangboek, schoon egter niet zonder tegenstribbelen, ingevoerd. De Oorbiegt nogthans blyft by dezelve nog in gebruik. Onder de Protestantsche Geestelyken, zyn brave Mannen en enige zeer goede Predikers. De twee openbare Boekeryen, te Regensburg, konden veel nut aanbrengen, by aldien 'er beter gebruik van gemaakt wierde. Die der Stad ziet 'er fraai uit, en is uitgebreider en meer volkomen ten aanzien van het vak der Geschiedenis, dan die van 't Taxische Hof. Deze bevat daar en tegen meer nieuwe, kostbare en algemeen nuttige werken. Beiden staan ettelyke uren des namiddags op twee dagen van de week open. Men kan ze egter ook op andere tyden bezigtigen, mits men zig by de Opzigters melde. De Abdy van St. Emerin, en het Sch[...]tenklooster bezitten insgelyks aanmerkelyke Boekeryen. By de Stadsboekery is een Leesgezelschap opgerigt: bestaande uit in de 30 Leden, zo uit het Deplomatiek Corps, als de Stadsregering, nevens enige Domheren en een paar Kloosterbroeders. Ieder Lid betaald jaarlyks 6 Guldens, nevens een Nieuwjaars-gifte aan den Oppasser, die de Boeken rond brengt en afhaald. Na dat de Boeken en Journalen de ronde gedaan hebben, behoren ze aan de Bibliotheek. Men leest 'er Geschied- en Staatkundige Dagschriften, ook Reis-beschryvingen en andere Boeken, die opmerking verdienen, of, naar tyds omstandigheid, in 't ligt komen. Eigenlyke Belles Lettres zyn, zo ver men weet, uitgezonderd. Schriften van dezen aart zyn te Regensburg in gene agting. Verscheidene van de zig aldaar bevindende Gezanten, nevens een a twee Burgerlieden, bezitten fraaye Boekeryen, en lenen 'er gaarn uit. De Verzameling van Disputen, by den Stadskameraar Dietrichs, is zonder weêrga. Het ontbreekt dus in Regensburg aan gene gelegenheid, om zig in de Wetenschappen te oeffenen. Een goed Toneel zou ongetwyffeld veel tot verbetering van den smaak kunnen toebrengen: dog de twee Schouwburgen, die men 'er vind, zyn daar toe niet behoorlyk ingerigt. De beste Duitsche Stukken worden 'er jammerlyk verhanzeld, en nog boven dien, door de onbekwaamheid der Speleren, slegt uitgevoerd. Behoefd men meer, om over den smaak, zo der Toneelbestierderen als van het Gemeente oordelen dan slegts te melden, dat, in zeker Toneelstuk, de Aanschouwers onthaald worden, op de vertoning van Personen, die op den Pynbank liggen? De Regensburgsche Schryvers kan men uit Meuzels geleerd Duitschland leren kennen: derzelver getal is juist niet zeer aanmerkelyk. In dezen toestand van zaken, kan men gemakkelyk begrypen, dat het vertier van den enigsten Boekwinkel, aldaar, niet zeer groot moet zyn, vooral wanneer men dat der bovengemelde Ryksdagstukken daar van afgezonderd. De Muzyk alleen is, aan het Taxische Hof, in ongemenen bloey. De Vorst onderhoud ene talryke Kapel van de uitgelezendste Meesteren. Daar by staat de toegang tot het Vorstelyk Concert, 't geen des Winters alle Donderdagen gehouden, en door den gehelen Adel bygewoond word, voor elk welgekleed persoon open. De andere Kunsten maken in Regensburg geen opgang. Schilderyen en Prenten, byzonderlyk de laatste, en onder dezen by voorrang de Engelschen, vinden enige Liefhebbers. Bykans elk man van aanzien heeft, in zyn Spreekkamer, Prenten agter glazen hangen. Verzamelingen zyn 'er slegts weinigen. Regensburg heeft aan den overleden Assessor Hartlaub veel verloren. Deze was, zo men verzekerd, een der grootste Konstkenneren. De Stad heeft zyne voortreffelyke Verzamelingen, die uit meer dan 1400 Engelsche, 5990 Fransche en 5806 Italiaansche Prenten, en uit 1850 Portraiten, zo van Schilders als Konstenaren, bestond, verloren. De gehele Schat is aan een Kunsthandelaar, te Wenen, voor 21000 guld. verkogt. Het is, voor den Liefhebberen der Konst, een onherstelbaar verlies, dat de uitgebreide Lyst der Werken van afzonderlyke Meesters, in 9 Folio banden vervat, waar aan de Heer Hartlaub, vele jaren, met vlyt gearbeid, en welke hy met vele bondige en nuttige aanmerkingen verrykt, hadde, mede in den koop bedongen wierd: daar het van den tegenwoordigen bezitter, om Negotie redenen, niet wel te wagten is, dat hy 'er iets van in 't ligt zal geven. Het besluit uit deze korte Schets valt ligt op te maken. Religie vooroordelen, ruime en schrale bezoldingen, Ampstverrigtingen, die men met slegts middelmatige kundigheden kan waarnemen, gelegenheid tot afleidingen, zwaar eten en nog hartelyker drinken: - mogelyk ook ene laakbare trotsheid des Adels, omtrent ieder een, zelfs den bekwaamsten en verdienstelyksten man, die van Burger afkomst is, - zyn hinderpalen en zwarigheden, welken maar weinigen weten te boven te komen.
_alg004alge01_01_19_3
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 5 }
Nederlanden. Amsterdam . Eene Maatschappy van Liefhebberen van Wetenschappen, Fraaye Letteren en Schone Kunsten, alhier in het Jaar 1777. onder den Ty-tel van Felix Meritis opgericht, en daarom ook onder den naam van Maatschappy der Verdiensten bekend, in de laatste Jaaren niet een groot aantal Leden vermeerdert zynde, en de verschillende werkzaamheden, in welke zy zig oeffenen, meer uitgebreidheid verkregen hebbende; besloot zy, in het voorleden Jaar, een Gebouw, dat voor alle de Departementen, in welke zy verdeeld is, volmaakt geschikt zoude zyn, te stichten; en daar hetzelve reeds zo verre gevordert is, dat de Concert Zaal, die men zekerlyk onder de schoonste, en voor de uitoeffening der Muzyk geschiktste, stellen mag, geheel voltooid is, en de Entrée Kamers, en eenige andere Vertrekken, gebruikt kunnen worden, hebben de Heeren Commissarissen en Leden der Maatschappy het betaamelyk geacht, dit Gebouw, op Vrydag den 31 laastleden, op eene deftige wyze in te wyden: naamelyk door het houden van eene Redenvoering, en een buitengewoon Concert, beide op de omstandigheid toepasselyk. Men nodigde, ter viering dezes Feests, niet alleen alle de Leden der Maatschappy, maar ook de Wel Ed. Groot Achtb. Heeren Schout, Burgemeesteren, Regerende Schepenen en Vroedschappen dezer Stad, de Heeren Professoren en eenige weinige Gasten, die allen met behoorelyken eerbied en onderscheiding werden ontvangen, en in de kleine Entrée Kamer ingelaaten. Na dat alle de Leden der Maatschappy zig in order uit de groote Entrée Kamer in de Concert Zaal, die op eene cierlyke en, hier ten Lande, nieuwe wyze, met Lampen van den Heer Argaud, verligt was, getreeden, en allen op hunne bestemde plaatzen gezeeten waren; werden de twee Heeren Regeerende Burgemeesters, de Heeren Scheepenen en Raaden, die het Gezelschap met hunnen tegenwoordigheid verëerden, door den President Commissaris, onder het uitvoeren van een fraay Muzykstuk ter Zaale ingeleid: waar op, de Heeren Professoren, Gasten en Honoraire Leden, insgelyks door de overige Heeren Commissarissen begeleid, volgden. Zo dra het geheele Gezelschap, ten getale van omtrent Vier honderd Menschen, plaats genoomen hadt, werd 'er door het geheele Orchest eene fraaye Ouverture gespeelt. Vervolgens deed de kundige en Hoogg. Heer Prof. van Swinden , uit naam der Maatschappy, eene zo doorwrogte als sierlyke en gepaste Redevoering, waar in zyn Hooggeleerde ‘het nut aantoonde 't geen de beoeffening van Wetenschappen, fraaye Letteren en Konsten, aan haare beoeffenaren, in alle hunne betrekkingen aanbrengt; en vervolgens verklaarde, hoe de inrichtingen dezer Maatschappy eigen aartig geschikt zyn, om dit nut ten hoogsten te bevorderen.’ By de Redevoering volgde het groot Vocaal- en Instrumentaal Concert, door den Heer Schmidt gecomponeerd, en waar in verscheide Aria's, Recitativen en Choorzangen, alle op de omstandigheid van dit Feest betrekkelyk, door Zangers en Zangeressen opgeheeven, en door het geheel Orchest met de stemmen, uit honderd en vier Persoonen bestaande, ondersteund werden. Na het eindigen van het Concert, leide men de Regeering, Professoren, Gasten en Honoraire Leden, onder het geluid van een Muzykstuk, wederom in de kleine Entrée Kamer, alwaar dit Gezelschap, voor de eere, der Maatschappy aangedaan, bedankt wierd, en nog een weinig vertoefde. Daar de gewoone Concerten, die de Maatschappy op Saturdag houd, niet alleen voor de Heeren Leden, maar ook voor de Dames, die 'er door de Leden genodigd worden, geschikt zyn, oordeelden de Heeren Commissarissen het betaamelyk te zyn, op Saturdag den Eersten November, het buitengewoon Concert van den vorigen dag, met den zelfden luister voor de Dames te herhaalen. De Heeren Commissarissen en Directeuren deeden op dien dag de Honeurs van de Zaal, en waren met de Honoraire Leden de eenige Heeren, die zig voor dit maal in het Gezelschap der genodigde Dames bevonden; terwyl de overige Leden, ter vermyding van alle verwarring, en op dat de Zaal niet te veel opgepropt zoude worden, de goedheid hadden, of in de Entrée Kamers, of in het Coridor, dat langs de Concert Zaal gaat en het uitzigt op dezelve heeft, te vertoeven. Na dat de Ouverture gespeelt was, deed de Hooggel. Heer Professor van Swinden , uit naam der Maatschappy, eene sierlyke en uitmuntende Aanspraak aan de Dames, om haar Eds. met haar eerste verschyning in deze nieuwe Zaal te verwellekommen, en gebruikte deze gelegenheid om den invloed, dien de beschaving der Mannen, door beoeffening van Wetenschappen, fraaye Letteren en Schoone Kunsten, op het geluk der Vrouwen heeft, af te maalen, en tevens aan te toonen, op welke wyze, en hoe verre die beoeffening in de schoone Sexe, niet alleen een Cieraad, maar ook een bron van huisselyk genoegen en waar geluk voor de Vrouwen worden kan. Na deze Aanspraak, en een kleine vertoeving, die men gebruikte om de Dames eenige verversing aan te bieden, werd het Concert van den voorigen dag herhaald. Men zal van nu af de Vergaderingen van ieder Departement in dit Gebouw houden, uitgezondert dat der Tekenkonst, het welk dezen Winter in het oude Huis zal blyven: en zo dra het Vertrek, dat voor ieder Departement geschikt is, in gereedheid zal zyn, zal het zelve zyne Vergaderingen aldaar, en wel met eene plechtige Redenvoering, beginnen. Men hoopt dat de Zaal voor de Departementen van Koophandel en Letterkunde, met het begin van January, gereed zal zyn. De Departementen zyn; de Koophandel, die op Donderdag vergaderd: - de Natuurkunde op Vrydag; dog voor de beoeffening der Wiskunde, op Dingsdag; - de Letterkunde, op Woensdag; - de Teekenkunde, voor het tekenen naar het Leven of naar Pleister, en Boetseeren, 's Maandags en Dingsdags: behalven Prentbeschouwing, die eens s'Maands plaats heeft: - de Muzyk op Saturdag. Veelligt zal men de Redevoeringen, die by deze gelegenheid uitgesproken zyn, of nog staan te worden, uitgeeven: waar door men een naauwkeurig denkbeeld van de inrichting der geheele Maatschappy zal kunnen verkrygen. Het Gebouw zal tot Cieraad der Stad verstrekken, en wordt door des kundigen ten hoogsten geroemd. Het is volgens het Plan van den Heer Otten Husly, en onder zyne Directie, gemaakt.
_alg004alge01_01_19_4
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 6 }
Nieuw uitkomende boeken, akademische en andere schriften. Italien . Tabulae Anatomicae ex archetypis egregii pictoris Petri Berettini Cortonensis expressa, & in aes incisae. Opus Chirurgis & pictoribus apprime necessarium. Alteram banc editionem recensuit, notas iconas expunxit, perpetuas explicationes adjecit Franciscus Petraglia, Philosophiae & Medicinae Professor. Romae 1788. Fol. max. cum Fig. impensis Venantii Monaldini. De Schryvers der Efermeride Letterarie di Roma maken van dit Werk met ongemenen lof gewag, als niet alleen wegens de fraaiheid der Platen, maar ook uit hoofde der gepastheid en oordeelkunde van de bygevoegde Verklaringen, Beschryvingen en Aanmerkingen, van ongemeen belang en nuttigheid, zo voor de Genees- en Heelkundigen als voor Schilders en Tekenaars. Observationi botaniche, con un Saggio &c. Kruidkundige Waarnemingen, nevens ene Proeve, ten vervolge op de Flora pedemontana van den Geneesheer L. Bellardi, omtrent enige Planten, van welken verslag gedaan word in de Geneeskundige Beschryving van Chambery. Turin, by F. Prato, 1788 8vo. Dezelven behelzen gewigtige ontdekkingen, en geven ene beschryving van ettelyke Planten, die in de beroemde Flora pedementana niet gemeld worden. Metodo di fare le semente di Fiari &c. Manier om Bloemen te zaayen, byzonderlyk de Angelieren; door G. Piccoli, 2de druk. Florence, by G. Tofani, 1788. 8vo. Dit Stukje kwam eerst in 't ligt in de Nouveau Magasin de Toscane, 7de Del. De bekwame kweker heeft verscheidene nieuwe Proeven gedaan, om die van P.F. Arena te bevestigen, omtrent de konstige bevrugting der Bloemen, en is 'er in geslaagd. Hy heeft vervolgens gelyke Proeven in 't werk gesteld op de Schelvrugten en andere Planten. Orlando Furioso de Ludovico Ariosto &c. De razende Roeland, door L. Ariosto, nieuwe verbeterde druk. Florence, by G. Molini, 1788. 5 Del. 12mo. Deze druk verdiend verre den voorrang van genoegzaam alle voorgaande, en komt zeer na aan die van 1545. by het leven van den Schryver uitgekomen. Het Dichtstuk zelve is in de eerste 4 Del. vervat. Het 5de behelsd enige byvoegzels in prosa, tot opheldering van het zelve, als mede aanwyzingen tot verbetering van de feilen, in andere gebrekkige uitgaven ingeslopen. Duitschland . De palen van dit ons Letterkundig Weekblad gehengen niet, om van alle Schriften te spreken, welken omtrent den Overledenen Koning van Pruissen in 't licht gekomen zyn. Trouwens wat zal men, onder anderen, ook al veel van de Verzameling van Anekdoten zeggen, zo lang men voor derzelver egtheid niet kan instaan. Enigen hebben zig het zonderling begrip laten ontvallen, dat de feilen en zwakheden des groten Monarchs niet aan 't licht behoorden gebragt te worden: dan dezen schynen den grondregel, welken men in het zamenstellen ener Geschiedenis moet volgen, uit het oog verloren te hebben, 't Geen zy vorderen, zouden wy niet eens in enen Lofredenaar kunnen dulden. Een groot Man is niet juist daarom groot, om dat hy zonder feilen is, maar om dat hy by zyne gebreken grote en uitmuntende hoedanigheden bezit. Die feilen te gispen is misschien het werk van lage zielen; maar dezelven te bedekken is wederom zo veel, als de waarde van den groten Man te verkleinen; alzo de bewondering over Frederik, natuurlyker wyze, moet aangroeyen, wanneer men, uit zyn gebrekkig Spellen bespeurd, hoe veel wezenlyk deel hy zelve in zyne eigene beschaving gehad hebbe: en, zo hem al, by mangel aan ene goede Opvoeding, velerley gebreken by gebleven zyn, dan ryst juist daar door de hoogachting voor zyne overige verhevene hoedanigheden, welken hy door de Natuur en eigen oeffening verkregen had. De Brieven dezes groten Konings dienen enigermate tot opheldering van zyne Geschiedenis. De Correspondence familiaire et amicale de Frederic second, Roi de Prusse, avec V.F. de Subm; tom. I en II. 1787. by Vieweg, verspreid enig licht over de laatste jaren, die de Koning, als Kroonprins, in Reinberg, doorgebragt heeft. 'Er blykt zo veel uit, dat de verstandige Subm niet weinig tot zyne beschaving heeft toegebragt. - Van meer gewigts egter zyn de Memoires du Baron de la Mothe Fouqué, by la Garde, inzonderheid met betrekking tot de Geschiedenis der Veldtogten, van 1759 en 1760, in den Zevenjarigen Oorlog. De Heer S.F. Bourdais, Hoogleraar in de fraaye Wetenschappen, by Hare Koningl. Hoogheid, Mevrouwe de Princesse Wilhelmina van Pruissen, heeft ene Schets van het Karakter van Frederik den II. in 't licht gegeven, onder den Titel van Portrait de Frederic le Grand, welke mede in 't Hoogduitsch overgezet, en by la Garde, te Berlyn, te bekomen is. Het is duidelyk, dat de Schryver zig heeft toegelegd, om zyn verhaal door ingevlogten aanmerkingen, en uitweidingen, aangenaam te maken; en egter bleek het onderwerp, ook zonder dezen, gewigtig genoeg te wezen. Eindelyk is in 't licht gekomen: Essais sur la Vie et le Regne de Frederic II. Roi de Prusse, pour servir de Preliminaire a l'edition de ses Oeuvres posthumes; by Decker en Zoon, 1788. gr. 8vo. Dit Werk zoude dus tot een Voorberigt en Inleiding moeten dienen van de Schriften des groten Monarchs, nu onlangs in 't licht gekomen. Deze Vorst verdiend steeds veeleer onze aandagtige bewondering, wanneer wy hem as mensch beschouwen, zo als hy wezenlyk was, dan wanneer wy hem aan ons voorstellen als een bovenmenschelyk wezen, als hoedanig een al te verregaande verbeeldings kragt van zommigen hem gaarne zoude willen aangemerkt hebben. Het gemelde eenvoudig, ongedrongen en manlyk verhaal zal den zulken niet zeer behagen, die aan den schranderen en geestigen styl onzer dagen, met wysgerige aanmerkingen doorweven en opgesmukt, gewoon zyn; voor hun egter, die waarheid en bondigheid als de voornaamste vereischten, in een Geschiedverhaal, aanmerken, zal juist dit een bewys op- leveren, dat zy zig voor geen schrander vernuft of geestvervoering behoeven te wagten. Na alles, 't geen wy over Frederik gelezen hebben, komt het ons egter voor, dat de zaken in het genoemde Levensverhaal, die ons bekend waren, duidelyk en naar waarheid genoeg voorgedragen zyn, terwyl hetzelve teffens velerleye gewigtiger bevat, waar aan wy tot hier toe geen kennis hadden. Het Werk bestaat uit twee Delen, waar by nog een derde zal gevoegd worden, onder den Titel: La Prusse litteraire ou l'etat des Lettres & des Arts, sous Frederic II. Het eerste Deel bevat 27, en het twede, beginnende met den jare 1770, 16 Hoofddelen, waar by nog een 17de gevoegd is, over het Karakter en Ryks bestuur des Konings. De gevoelens, in dit Hoofddeel voor komende, worden daar in met zo veel bescheidenheid voorgedragen, en zyn zo redelyk, dat men niet kan weigeren, zyne goedkeuring 'er aan te hegten, wanneer men zelve redelyk denkt. Nieuwe trekken van's Konings Karakter hebben wy, wel is waar, 'er niet in gevonden, egter verdienen alle de onderscheidene oogpunten, waar uit hetzelve beschouwd word, by elkanderen genomen zynde, noch lofspraak, noch berisping, zelfs de inrigtingen der Finantie, des Koophandels en der Monopolien, worden van twee kanten beschouwd. De Schryver, de Heer Abt Denina, een verdienstelyk en geacht Letterkundige, is een zeldzaam voorbeeld enes Buitenlanders onder de Duitschers, met wier Taal- en Letterkunde hy zeer gemeenzaam bekend is. Hy was dus in staat om alles, 't geen aangaande Frederik in deze taal geschreven is, te kunnen lezen. Hy geeft dit zelve in de Voorreden te kennen, en rekent deze kundigheid voor hem van zeer veel belang, gelyk hy ook teffens, p. 13 en p. 368, met enen gepasten Lof spreekt van la Vie de Frederic, van den Here de la Veaux, 't geen in Straatsburg gedrukt is. Ondanks dit alles egter, was de Heer Denina, uit hoofde zyner betrekkingen in Berlyn, in de beste gelegenheid, om verscheidene nog niet bekende, mondelinge of eigenhandige berigten te kunnen verzamelen; zo als hy ook toen reeds de Schriften van Frederik, eer zy in druk kwamen, in handen had. Daar dezen nogthans meer van andere Ryken en Vorsten spreken, dan wel van hem zelven, oordeelde men deze Levensgeschiedenis van Frederik nodig als ene soort van Inleiding tot zyne Schriften, ten einde daar in kortelyk, de omstandigheden, aanleidingen en doeleinden van 's Konings ondernemingen, zyn inwendig bestuur, en zelfs den oorsprong zyner Werken (l'Origine de ses Ouvrages) aan te wyzen. Ongetwyffeld leverden de Jaren, verandering van begrippen, uitgestrektere oogmerken, tyd en omstandigheden, in het Karakter en de handelingen van Frederik, ene verscheidenheid op, welke de Heer D. ook in acht genomen heeft. De Krygszaken voert hy slegts in 't algemeen aan, spreekt alleen van die Anekdoten, welken hem het geloofwaardigst toeschenen, en van dat geen, 't welk niet uit de algemene Geschiedenis bekend is, word onder aan het Werk, in aantekeningen, de Egtheid aangewezen. Nog deze soort van Schriften, nog het bestek van ons Weekblad, gehengen ene korte opgave van den inhoud dezes Werks, en nog minder ene beoordeling of waardering der narigten. Wy zullen egter enige staaltjes bybrengen, waar uit men zal kunnen opmaken, hoe vele, en hoe weinige bekende en gewigtige zaken het zelve bevat. Pag. 17, by gelegenheid van het Pleitgeding, welk Frederik Willem over zynen Zoon voerde, liet de Koning zig alle de Papieren brengen; hy zond dezelven vervolgens, verzegeld, in de Archive te rug, en men heeft reden, om te geloven, dat hy'er enige bladen van verbrand heeft. De eigentlyke toedragt der zake zal dus wel nooit volkomen bekend worden. Ondertusschen is het uitgemaakt zeker, dat Voltaire zeer ten onregt, en tegen alle waarheid aan, den Graaf van Seckendorf voor den man heeft gehouden, die de onthoofding van Frederik zoude voorgekomen hebben: het was de Commissie zelve, die hem redde; Seckendorf goot veeleer oly in 't vuur, Pag. 87 enz. bevat de eerste Dichterlyke Proeven van Frederik, en zyn eerste gedicht, zynde een geestig Heldendicht, onder den Titel: Palladium, pag. 91 spreekt van het deel, welk de Graaf van Hertzberg gehad heeft in het zamenstellen der Memoires p.s. al'H de Br. Op pag. 120 word gezegt, dat Voltaire, behalven zyne Reisbeschryving, te Berlyn, nog een ander Geschrift vervaardigd heeft, 't geen nog verfoeylyker moet wezen dan het eerste. Op pag. 125 en vervolgens, word gesproken van de aanleiding, welke Frederik zelve, door zyne rondborstige taal, gegeven heeft tot de verbittering van Keizerin Elizabeth en het Russische Ministerie. Zo men na dit alles moet oordelen, heeft de Koning zig den Zevenjarigen Oorlog zo goed als zelve op den hals gehaald. De Anekdoten van den Spaanschen Officier, op pag. 146. die oorzaak was, dat de Slag van Collin, door Daun gewonnen wierd, herinneren wy ons, op zyn tyd, uit den mond van geloofwaardige Officieren gehoord te hebben. Volgens pag. 190 enz. was egter de Slag by Liegnitz, en deszelfs gelukkig gevolg, eer en uitwerkzel van louter toeval, dan van het beleid des Konings Het Gift, 't geen de Monarch by zig zoude gedragen hebben, bestond, pag. 218, in 20 Sublimaat pillen, die hy in een doosje om zynen hals droeg. Op pag. 173-209, geeft de Schryver verslag van de vrugteloze pogingen des Konings, om Rusland wederom in zyne belangen te krygen. De Zevenjarige Oorlog kostte den Pruissische Monarch 114 Millioenen; en egter is het algemeen bekend, dat, na den Oorlog, van 's Konings schatten een gedeelte naar Magdenburg te rug gevoerd is; welk een en ander op pag. 228 enz. te vinden is. Daar en tegen waren 'er alleen, volgens pag. 333. aan de kosten van den korten Oorlog over de Beyersche successie, over de 20 Millioenen besteed. Zoude de Koning Gottscheden zo dikwyls gesproken hebben, als op pag. 237 verzekerd word? Van het Verbod der Abregé de l'Histoire eccles. de Fleury, te Bern, word op pag. 225 en 226 gesproken. Op pag. 283 verzekerd de Schryver, dat nog de Koning, nog deszelfs Zuster, nog de Koninginne Weduwe van Zweden tot de omwentelling van den jare 1772 aanleiding gegeven hebben. Over de Lettres sur l'amour de la Patrie oordeeld de Heer D. zeer juist op pag. 345 enz, gelyk ook op meer plaatsen over 's Konings afkerigheid van de Duitsche Letterkunde, welke egter in de laatste jaren zyns levens merklyk verminderde. Eens schreef hy aan d'Alembert, dat hy wel zag, zo hy goede Boeken wilde lezen, dat hy zig by zyne Duitsche Schryvers moest houden, pag. 351; en toen 'er van Wieland gesproken wierd, zeide hy, volgens pag. 412; ‘het is tog wonderlyk, dat ik hem, wyl hy zo zeer beroemd is, niet kenne.’ In zyne laatste jaren zoude hy gezegd hebben: dat hy zig gaarne een zyner Vingeren wilde laten afsnyden, wanneer hy de Zeden der Duitsche Natie in dien staat mogte agterlaten, waar in hy dezelven gevonden had; pag. 456. Het is te verwonderen, dat de Koning niet op de gedagten gevallen is, om ene Volkplanting van Soldaten aan te leggen, pag. 465. Men staat in 't algemeen toe, dat deze Vorst in het Belegeren, Vestingbouwen en Verdedigen het minst kundig was, en de Vestingen te zeer verwaarloosde: trouwens zyn bekende grondregel was: dat grote Veldslagen den Kryg beslissen. [Göttingschen Anzeigen.] Nederlanden . Fanny, een Fragment, door Mr. Rhynvis Feith, 2de druk, te Amst. by J. Allart, gr. 8vo. Leerredenen, van wylen den Wel eerwaardigen en zeer Geleerden Heere Ericus Fredericus Alberti, 4to. te Amst. by Weege. De Republiek der Vereenigde Nederlanden, zinds de Noord Americaansche Onlusten, behelzende al het merkwaardige, voor gevallen in de Verëenigde Nederlanden, tot op den tegenwoordigen tyd, met pl. en pourtr. 1ste Deel, gr. 8vo. te Amst. by J. Allart. Zedelyke Verhalen, 1ste Deel, gr. 8vo. te Amsterdam, by J. Allart. Egte bescheiden aangaande het gebeurde aan Hare Koninglyke Hoogheid Mevrouwe de Princesse van Orange en Nassau, geboren Princesse van Pruissen, op Hoogst derzelver Reize van Nymegen, naar de Orangezaal, den 28 Juny 1787 2e stuk, te Nymegen, by A. v. Goor, gr. 8vo. Geschiedenis van de Negen en dertig jarige gevangenis van den Heer de la Tude, behelzende de middelen en wegen, die hy aangewend heeft, om ontslag uit de Bastille, en twemaal uit de Gevangen Toorn, te Vincennes, te ontkomen, en de daar uit ontstane gevolgen, door hem zelven beschreven, gr. 8vo. 's Hage, by D. Munier. Kempfer en van Dornbach of vertrouwde Briefwisseling van Akademische Vrienden, uit het Hoogduitsch, in 's Hage, by J. Plaat, kl. 8vo. Auctoris Incerti Chronicon Tielense sive Majoris Chronici pars ultima & Maxime Notabilis ex Archetypo Primus edidit, Adnotationesque Addidit Joh. Did. van Leeuwen, Trajecti ad Rhenum typis et Impensis B. Wild en J. Altheer, gr. 8vo. 2 part. Institutiones Juris Belgici civilis de auditione Hominum ex Legibus Patriis digessit Hen. Joan. Arntzenius, J.V.D. Juris Civilis in Academia Groninga Omlanda Professor ordin. Pars prior, Groningae, apud Abr. Groenewolt et Jac. Dikema, 2 partes, gr. 8vo. Laudatio Car. Andr. Dukeri, in solenni Hominum Erudiorum, Panegyri die tertio mensis Aprillis Anno 1788. Peracta, Inter prete Christ. Saxio, cum Academiae Rheno-Trajectinae Magistratu se tertium abdicaret, Onomastici Literarii Partis Sextae Corollarium Sto Trajecti ad Rhenum, apud Barth. Wild et Joh. Altheer, gr. 8vo. Christ Saxi Onomasticon Literarium, sive Nomenclator Historico-Criticus Praestantissimorum omnis aetatis, Populi Artiumq. Formulae Scriptorum, Item Monumentorum Maxime Illustrium, ab orbe Condito usque ad Saeculi, quod Vivimus, Tempora Digestas et Virisimilibus, quantum fieri potuit, Annorum notis Accommodatus Paissexta Trajecti ad Rhenum, G.T. a Paddenburg & Filium, Abrah. a Paddenburg, B. Wild en J. Altheer, et Joh. van Schoonhoven viduam, gr. 8vo.
_alg004alge01_01_19_5
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 7 }
Tekeningen en prenten. De Fransche Plaatsnyder Morelle, te Romen, die zig reeds door verscheidene Gravures naar Ph. Mackert bekend maakte, heeft thans ene Konstplaat, naar den beroemden Schotschen Landschapschilder Moore in gereedheid. Dezelve verbeeld een Bad van Diana, by Maanschyn. Hy houd zig verder bezig met een Tegenhanger te vervaardigen, zullende de Jagt van Diana, op een vroege morgen, verbeelden. De Schilder dirigeerd zelve den arbeid des Plaatsnyders: en, na de Stukken van Woollet, zal misschien, wat byzonder het effect betreft, weinig fraayers van dien trant gezien worden. Men kan 'er op intekenen, om de beste Afdrukken te bekomen. De Afgave ondertusschen staat, niet voor dat de Tegenhanger gereed is, te geschieden.
_alg004alge01_01_19_6
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 8 }
Narigten en byzonderheden, tot den handel en scheepvaart, land- en veebouw, als mede de huishoudkunde, handwerken en fabrieken, betrekkelyk. In Frankryk, is, by een Arrest van 's Konings Staatsraad van 28 Sept. de Invoer van Walvischtraan en Spermacety van vreemde Visscheryen, over het gehele Ryk verboden.
_alg004alge01_01_19_7
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 9 }
Geboorte- trouw- en sterflysten. Het getal der Doden, gedurende de laatstverlopene veek, is geweest: te Amsterdam 197: in 's Hage 19: en te Haarlem 13, onder welken laatsten 8 beneden de 12 jaren.
_alg004alge01_01_19_8
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 10 }
Bekendmakingen en prys-opgaven van in- en uitlandsche boeken en geschriften. De Heer Mercier is thans bezig aan ene nieuwe, volledige, uitgave van alle de Schriften van zynen Vriend J.J. Rousseau: welke uitgave, volgens een breedvoerig Ontwerp, den Intekenaren zal afgeleverd worden, zo verre wy kunnen opmaken, in 34 quarto en 96 octavo Delen; elk deel in 4to. voor 12 Liv. en in 8vo. voor 5 Liv. en op zogenaamd Pergamentpapier,het eerste Formaat voor 24,en het twede voor 12 Liv. Het Werk zal met 90 Platen van Moreau, Ponce, Marillier, en andere voorname Meesters, versierd worden. Alle Liefhebbers van Prenten kennen ongetwyffeld een Werk, getyteld: Dictionnaire des Artistes, dont nous avons des Estampes, avec une notice detaillé de leurs Ouvrages gravés. Dit Stuk verscheen in het Jaar 1782 in 't ligt, en men wagtte tot dus verre op het vervolg, hebbende de Uitgever, tegen zyn gegeven woord, het Werk laten steken Thans maken de Boekhandelaars Breitkopf, te Leypzig en Berlyn, het publiek bekend, dat zy het vervolg op dit Werk, 't geen in 't geheel 10 Delen zal beslaan, zullen uitgeven. Om het min kostbaar te maken, heeft men het een weinig veranderd en de Stoffe bekort. Elk Deel zal 1 ½ Alphabet groot wezen en 2 Rkd. Saxisch voor de Intekenaars kosten. Het 2 en 3de Deel ziet reeds het ligt. *** Onder den Tytel van: BEYTRAGE zur NATURGESCHICHTE, ben ik voornemens, Beschryvingen in 't ligt te geven van tot nog gebrekkig beschrevene of wel geheel nieuwe soorten van Dieren, Planten en Delfstoffen, met byvoeging van goede, naauwkeurig naar 't leven getekende en afgezette Afbeeldingen; in dier voegen egter dat alle Ontleedkundige Figuren, by aldien byzondere omstandigheden het afzetten daar van niet vereisschen, zwart blyven, overmits dezelven ligt, door het bestryken met Verwe, hare duidelykheid verliezen, en zelden veel daar by winnen. Afbeeldingen van Delfstoffen hebben alleen dan enige waarde, wanneer zy derzelver uitterlyke gedaante of koleur iets byzonders, 't geen in 't oog loopt, en niet duidelyk genoeg door woorden kan uitgedrukt worden, opleverd: veelal zyn zy dus, daar dit zelden het geval is, nutteloos en geheel overbodig: om deze reden, zal ik ook maar alleen dan, wanneer het voornoemde geval werkelyk plaats heeft, zodanige Afbeeldingen geven. Alle vierendeels jaren zal een Stukje van 12 koperen Platen, met omtrent zo veel bladen Text, in zeer klein Folio formaat, in 't ligt komen. En wel by wege van Intekening, het Stukje tegen 6 Rd. te betalen in Louis d'Or, tegen 5 Rd. gerekend, of in Dukaten, tegen 3 Rd. 20 Gr. Tot aan Nieuwjaars Misse, staat de Intekening open voor het eerste Stuk, 't welk ik, ingevalle zig, met dien tyd, een genoegzaam aantal Intekenaren zal opgedaan hebben, op de Leipziger Paasch Misse, hoop uit te geven. Na dien tyd kan ik gene Exemplaren beneden 9 Rd. afgeven. Het eerste Stuk, waar in ik my tot de Slangen en soorten van Hagedissen, welker Geschiedenis nog zo zeer in 't duistere ligt, denke te bepalen, zal ook afzonderlyk, onder den Tytel van BEYTRAGE zur Geschichte der AMPHIBIEN, in 't ligt gegeven worden. Wanneer men op dit Stuk alleen, en niet op het gehele Werk, verkiesd in te tekenen, betaald men, tot enige schavergoeding, 7 in plaats van 6 Rd. voor uit. De Intekening kan in Holland geschieden, by A. Loosjes, boekhandelaar te Haerlem, ook kunnen zy, wien deze plaats te afgelegen mogt zyn, zig direkt by my vervoegen, mits Brieven en Penningen vragtvry zendende. De Intekenaars gelieven, voor het aflopen van de Termyn der Intekening, hunne Namen en Tytels naauwkeurig op tegeven, ten einde dezelve voor aan by het eerste Stukje kunnen geplaatst worden. Duisburg 1 Oct. 1788. BLASIUS MERREM, Philos. Dr. Math. en Phys. Ordin. Prof. Honör. Lid van het Berlynsch Genootsc. van Liefhebberen der Nat. Gesch. Correspondent van het Koningl. Genoots. der Wetensch. te Göttingen.
_alg004alge01_01_19_9
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 20, "section": 11 }
Weerkundige waarnemingen, te Haarlem. 1788. November.Barometer.Thermometer, de Schaal van Fahrenheit.Windstreek.Luchtgesteldheid. ten 8 uren, 's morgens30. 448 ½Westbetrokken Saturd. 1. ten 1uur, 's middags-50Zuidomtrent helder ten 10 uren, 's avonds30. 345-helder 's morgens30. ½40Zuid.helder Zondag 2. 's middags29. 11 ½49-- 's avonds29. 1045 ½Z. ten O.- 's morgens29. 8 ½52Z. ten W.omtrent helder Maandag 3. 's middags29. 856 ½Zuid- 's avonds29. 656 ¾-helder 's morgens29. 453 ¾Zuidomtrent helder Dingsdag 4. 's middags29. 656-- 's avonds29. 850 ½Zuid-oostregen Te Haarlem by A. Loosjes.
_alg004alge01_01_19_10
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 1 }
Berigten. Italien. Behalven de twe Antieke Gedenkzuilen, die reeds, onder de Regering van den tegenwoordigen Paus, in Romen zyn opgerigt, heeft men onlangs nog ene Derde, op kosten van zyne Heiligheid, opgegraven, en op nieuw gepolyst; zynde men thans bezig met dezelve te plaatsen op het Plein voor het Regthuis van Innocentius.
_alg004alge01_01_20_0
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 2 }
Groot-Britannien. Den 29 October, is, te Norwich Overleden, de Wel Eerw. Robert Plumptree, D. D, Meester van het Koninginne Collegie, en Hoogleeraar te Cambridge. Onze beroemde Verzameling van Klassikale Schryveren is, onlangs, op nieuw vermeerderd met enen allersierlyksten Druk van Catullus , dien de Heer Wilkes in 't ligt gegeven heeft. Deze Druk is zo naauwkeurig, dat 'er geen enkele Lettergreep, of zelfs Stip, misgesteld of uitgelaten is. Ondertusschen heeft dezelve op het Tyteblad gene verdere aanpryzing dan deze: Recensuit Johannes Wilkes, Anglus: daar men zig herinnerd, dat by de uitgave van den Glasgowschen Druk van Horatius, in den Jare 1774, die insgelyks volmaakt is, de afgedrukte Bladen telkens in het Collegie opgehangen wierden, met aanbieding ener beloning voor elke fout, die 'er in gevonden mogt worden. Wilkes heeft, in dezen Druk, zig voornamelyk bediend van dien van Vulpus, in het jaar 1737, te Padua uitgekomen. - 'Er zyn drie Exemplaren op Pergament getrokken, om welke volmaakt te hebben, het Pergament uit Italïen, en de inkt uit Parys ontboden was. Van dezen heeft het Britsch Museum, de Koninglyk Maatschappy, en de Keizerlyke Ambassadeur, welke laatste den Heer Wilkes op het denkbeeld van deze uitgave gebragt hadde, elk een Afdrukzel, ten geschenke, ontvangen.
_alg004alge01_01_20_1
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 3 }
Frankryk. Het Hof heeft, den 17 October, het Dagverhaal, met de daar by gevoegde Kaarten en Brieven, ontvangen, van den Grave de la Perouse, die zig, zedert ruim 3 Jaren, op enen Zeetogt bevond. De Heer van Lesseps, Onder-Consul van Kroonstad, die voor Russische Tolk op dezen Togt in dienst gesteld, en aan het Schier Eiland Kamschatka, aan Land gestapt was, heeft het een en ander overgebragt: hebbende zedert 27 Jan. te Land gereisd, en, in dien tyd, enen weg van 4000 Mylen, door weinig bewoonde Landen, en langs ongebaande wegen, afgelegd. Op zyn Togt, van Petersburg naar Versailles, heeft hy niet meer dan 20 dagen doorgebragt. Zie hier een Uittrekzel van het opgemelde Dagverhaal. ‘'s Konings Fregatten, La Boussole en l' Astrolabe, het eerste gecommandeerd door den Grave de la Pe- rouse, Kapitein en Opperbevelhebber der Expeditie, het twede, door den Kapit. Burggrave de Langle, gingen onder Zeil, van de Rhee van Brest, op den 1. Aug. 1785. om ontdekkingen te doen. Na de Eilanden Madera en Teneriffe, ten einde zig aldaar van nog wat Wyn te voorzien: die van Martin-vas en la Trinité, om derzelver Aardmeetkundigen stand te bepalen; en dat van St. Katherina van Brezil, om 'er enige ververschingen in te nemen, aangedaan te hebben; deed de Graaf de la Perouse, enige navor schingen in de Zuid Zee; voer de Straat la Maire, den 25. Jan. 1786, zynde 69 dagen na zyn vertrek van het laatste Eiland, door; en bereikte, den 9 Febr. den groten Oceaan, gemeenlyk de Zuid, of de Stille Zee, geheten. Den 24 dier Maand, wierp hy het Anker in de Baai van La Conception, (een Stad in Chili) en vertrok van daar 19 Maart. Den 8. April ontdekte hy het Paasch-Eiland, waar hy aan Land stapte. Den 28 Mai kwam hy onder het Eiland Othahytee, een der Sandwichsche Eilanden, waar Kap. Coock zo ongelukkig het leven liet. De Graaf de la Perouse legt zig voornamelyk toe, om die Eilanden op te nemen, die de beroemde Engelsche Zee-Reiziger niet heeft kunnen bezigtigen. Hy verliet de Sandwichs 1 Juny, zette koers naar Noord-Amerika, en bereikte aldaar den 23. dier maand, de hoogte van Mont-Saint-Elie, op 60 graden Breedte. Van zyne landings plaats tot aan de Haven van Monterey, op 36 graden en 2 minuten Breedte, nam hy de Kust op; 't geen Kapit. Coock, door tegenwinden belemmerd, slegts gedeeltelyk, en van afstand tot afstand, hadde kunnen doen, zynde niet verder geweest dan 43 graden. De Graaf heeft zyne ontdekkingen gevoegd by die van den Engelschen Zeevaarder, en by de opnemingen, die, zo ten Lande, als ter Zee, door de Spanjaarden van Kalifornia gedaan zyn. Hy vertrok uit de Haven van Monterey 24 Sept. Stak den groten Oceaan over, naar het vaste Land van Azia, en ontdekte, op dezen Togt, enige onbewoonde Eilanden. ‘Den 15 Decemb. raakte hy in 't Gezigt van Assonsong, een der Eilanden onder de Kust van China, en wierp den 3 Jan. 1787, het Anker voor Macao. Van daar vertrok hy 6 Febr. en liep den 28. in de Baai van Manille, voor Cavita, om zig van enige ververschingen en levensmiddelen voor zyn laatsten Togt te voorzien. Hy verliet de Manille 9 April, en, ten Oosten Formosa voorby zeilende, zette hy koers tusschen door de Eilanden Japan en Korea, bezag de Oostkust van dat Schier-Eiland, en voer op tot 52 graden Breedte, door een vry enge Straat, by de Zeevaarders onbekend, en gevormd, van de ene zyde door de oostelyke Kusten van Tartaryen, en van den anderen kant, door twee grote Eilanden, waar hy aan Land stapte, en welken hy, gedeeltelyk, bezigtigde. Het Noordelyk einde dezer Zee-engte door Banken bezet vindende, welken den doortogt ondoenlyk maakten, wendde hy te rug naar het Zuide; en zyne nasporingen voortzettende, ontdekte hy, op 46 graden Breedte, een Straat, die hem in de Zee bragt, gelegen ten Oosten der Kurillesche Eilanden, tusschen welken hy enen weg vond, langs welken hy naar de Haven van Avatska, aan de zuidzyde van het Schier-Eiland Kamschatka, kon zeilen. Aldaar wierp hy den 6 Sept. het Anker.’ ‘Deze Scheepstogt, van 5 maanden, in ene onbekende Zee, onder byna onophoudelyke zware Nevels, was inderdaad niet min gevaarlyk dan moeilyk: dezelve kan egter niet weinig ter opheldering dienen van een voornaam punt der Aardmeetkunde; zullende, gevoegd by de ontdekkingen, die de Russen in dit Noordelyk deel des Aardkloots gedaan hebben, ons naauwkeurig kennis doen verkrygen aan een uitgestrekt Land, welks bestaan tot nog toe betwist wierd. De Volken, die de Eilanden bewonen, door den Grave de la Perouse bezogt, hadden gene kennis aan de Europeanen, zo min als aan de overige bewoners van het grote vaste Land: zy zyn vriendelyk en gastvry: dog hun grond levert gene voortbrengzels op, welken de Handeldryvende Natien derwaarts kunnen lokken.’ ‘By het vertrek van den Heer Lesseps, den 30 Sept. 1787. bevonden zig de Officieren en Gemenen der beiden Fregatten, in den besten staat van Gezondheid; en schoon meer dan 2 Jaren de Zee doorkruist hebbende, hadde de Scheurbuik zig onder dezelven nog niet ontdekt.’ ‘De Graaf de la Perouse, na enigen voorraad te Avatska ingescheept te hebben, was voornemens den 1 Oct. wederom Zee te kiezen, om de nog overblyvende nasporingen in het zuidlyk Halfrond te doen: men meend, dat hy, in de maand July of Aug. van 1789 in Frankryk te rug zal kunnen wezen. Eene Proefneming met het onlangs uitgevonden Slagzilver, door den Heer Bartolet (zie Alg. Konsten Letter Bode, bladz. 33.) is dezer dagen, van een aller ongelukkigst gevolg geweest. Opgemelde Heer, nevens de Heer Lavorsier en le Tors, naar de Kruitmolen van Essone, omtrent 8 Mylen van Parys gelegen, gegaan zynde, om deze proefneming aldaar te doen, was de laatste, met de Zuster van den Direkteur der Kruitmolen, slegts weinige minuten in het Stookhuis geweest, of men hoorde een verschrikkelyken slag; en daar op toeschietende, vond men de suffrouw dood en geheel verpletterd, en den Heer le Tors genoegzaam aan stukken geslagen: gevende kort daar na den geest. Men schryft dit akelig toeval aan ene onvoorzigtige aanraking van het Slagzilver toe. De Koningl. Societeit . van Konsten en Wetenschappen, te Metz, heeft in hare Vergadering van 16 October, den Prys, op de reeds in 1785, opgegevene en vervolgens nog eens herhaalde Vrage: Is het mogelyk, om de Joden, in Frankryk, nuttiger en gelukkiger te maken, en door welke middelen? Onder de Schryvers van drie ingekomene Verhandelingen, ieder voor een Derde, besloten te verdelen, als, boven de overigen Antwoorden, de beloning waardig gekeurd zynde, alhoewel geen derzelven den gehelen Prys verdiende. Deze Verhandelingen zyn, by de opening der Billetten gebleken, tot Schryvers te hebben, de Heeren Gregoire, Vicaris van Embermenil, by Luneville; Thierny, Advokaat van Nancy, en Zaskind Hourvilz, een Polak, die zig thans te Parys bevind. Opmerkelyk is het, dat alle de drie Verhandelingen, schoon geschreven door lieden van verschillende beroepen, woonplaatsen, en waarschynlyk ook van onderscheidene Gods dienstige belydenis, nogtans op dezelfde beginzels gegrond zyn, dezelfde bewyzen aanvoeren, een gelyk doel hebben, en nagenoeg dezelfde middelen aan de hand geven.
_alg004alge01_01_20_2
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 4 }
Duitschland en naburige Ryken. Den 26 Aug. dezes jaars, overleed, te Praag, by de Bermhartige Broeders, de Geleerde Gelukzoeker Heinrich Keller, in Swaben geboren, die voor Toneelspeler, Soldaat, Lugtbal-maker, Schryver, alles onder een, in de voornaamste Steden van Duitschland speelde. Het ontbrak hem aan gene vermogens, maar zyn onrustige geest, zyn gestadig woelen, en beledigend schryven haalden hem vele vyanden op den hals, terwyl zyne losbandigheid hem altyd arm hield en met schulden beladen. Te Dresden tragtte hy Konstenaars en Geleerden nader aan elkanderen te verbinden, en stigtte een zogenaamd Pantheon, waar in alle Vreemdelingen konden komen, kennis aan Geleerden, Konstenaren en Edellieden krygen, ook Konststukken beschouwen, beoordelen, kopen enz. De meeste vreemde Gezanten, de voornaamste Adel, verscheidene Geleerden en Konstenaren hadden ook werkelyk daar op ingetekend, Schilderyen, Prenten enz. in een fraaye gehuurde Zaal, toegebragt; dog het Werk bleef weldra steken, uit mistrouwen, partyschap enz. De inval was zekerlyk niet onaartig, en wel waardig werkelyk tot stand gebragt te worden, overmits de Konstenaars, buiten hun Vak, merendeels Vreemdelingen, en ondertusschen de Geleerden zelden Konstkenners zyn: 't geen te dikwyls aanleiding tot nutteloze pennestryden geeft. Zyn laatste en beste Werk was het Dresdner Kunstler Lexicon, 't geen, alhoewel onvolledig, nogtans zyn yver eer aandoet. Drie kostbare Schilderyen, waar van een het Oordeel van Paris, door den Ridder van der Werf, het ander ene Magdalena, van Corregio, in een zilvren Lyst, met fyne Stenen omzet, gevat, en het derde de Kop van een Oud Man verbeeld, uit de Keurvorstelyke Gaandery, te Dresden, in den nagt tusschen 21 en 22. Octob. by geweldige Inbreking gestolen zynde, heeft men terstond zyn best gedaan, by openbare Advertentien, en onder aanbieding van ene Praemie van 1000 Dukaten, voor den ontdekker en aanhouder, in de In- en Uitlandsche Nieuwspapieren, om deze Stukken, waar het mogelyk, te agterhalen. Deze pogingen zyn alrede in zo verre geslaagd, dat twee daar van, korte dagen, na den Roof, te rug gezonden zyn. Het Stuk van Corregio blyft nog alleen agter. Het Hertoglyk Kabinet van Natuurlyke Zeldzaamheden, te Meiningen, waar over de Heer Raad en eerste Bibliothekaris, B.G. Walch, het opzigt heeft, en waar in alrede ene zo keurige als complete Verzameling gevonden wierd, zo van Zee- en Schelpgewasschen, als Petrefakten, en ruwe zo wel als geslepen Gesteenten, is, onlangs, op nieuw verrykt geworden door ene schone Verzameling van Delfstoffen, die, voor 't merendeel, zeldzame en fraaye Stukken bevat. Het Kabinet bezit een Fonds in zig zelven, waar door het zig waarschynlyk nog verder kan uitbreiden: als bevattende enen zo ruimen voorraad, zo wel van Schelpgewasschen, als edele Gesteenten, byzonderlyk van Egyptische Keitjes, Granit- en Porphyrstenen, Orientaalsche, Italiaansche, Portugesche, Korsikaansche, Lotharingsche Jaspissen, van Achaten, Kornaalen, Topasen, Amethysten, Sardonix, Onix, Laps Lazuli, van Pudding-steen en Astroïten, dat het menig Kabinet daar uit kan verryken en daar en tegen, by ruiling, zig zelven de nog ontbrekende Zeldzaamheden aanschaffen. Ook is men 'er tot ene zodanige ruiling gereed, zo dra daar mede zulke Stukken kunnen ingeworven worden, als men verder nog meend nodig te hebben. - Het Kabinet staat, op bepaalde dagen der weke, voor alle Liefhebbers open, en Vreemdelingen kunnen alle uren toegang tot het zelve krygen. Onder de Versteningen bevat het verscheidene zeldzame Stukken uit de Verzamelingen van Scheuchzer en Woodward. De Heer Hugo, tot dus verre onderwyzer des Erfprinssen van Dessau, die, enige jaren geleden, den prys by de Rechtsgeleerde Faculteit, te Göttingen, wegdroeg, is aldaar, tot buitengewoon Lector in de Rechten benoemd geworden. - De Heer Dokt. en Bibliothecarus Koppe, te Rostock, is tot Honorair Lid van het Hertoglyk Duitsch Genootschap te Helmstad verkoren.
_alg004alge01_01_20_3
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 5 }
Nederlanden. Rotterdam den 8. November. De Heer Lambertus Bicker, Medic. Doktor, Direkteur en Eerste Secretaris van het Bataafsch Genootschap der Proefondervindelyke Wysbegeerte te Rotterdam &c. &c. van den laatsten Post afstand hebbende gedaan, en tevens door het Overlyden van den Heer P. van Swieten, de Posten van Direkteur en Tweden Secretaris vakant geworden zynde, hebben Heren Direkteuren van dit Genootschap tot Direkteur en eerste Secretaris aangesteld den Heer Gerhardus Gysbertus ten Haeff, en tot Lid en Tweden Secretaris den Heer Olivier Christiaan Elckma, beiden Med. Doktores te Rotterdam: wordende by dezen de genen, die aan het Genootschap iets hebben toe te zenden, verzogt zulks voortaan te doen aan den voornoemden Eersten Secretaris. Vlissingen . Het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen alhier, heeft, in zyne Algemene Vergadering, den 29 October gehouden, den Gouden Eerprys toegewezen, aan den Heer A. Bonn , Anat. et Chir. Prof. aan het illustre Athenaeum te Amsterdam, na dat, uit de opening van het billet, gebleken was, dat hy onder de Zinspreuk: Concordia res parvae Crescunt, &c. Schryver ware van het Antwoord, op de Vraag: betreffende ‘de Vereeniging en zamenwerking der geleerde Maatschappyen in ons Vaderland tot haar algemeen doel: de bevordering van nuttige Kunsten en Wetenschappen;’ gelyk ook dien Eerpenning aan den Heer A. van Solingen , Med Doct. te Middelburg, is toegekend, na dat hy, door de opening van het Billet, als Schryver was ontdekt van 't meest voldoende Antwoord, op de Vraag: raakende ‘de meer in trein brenging der Wis-, Natuur- en Tekenkunde.’ Het Antwoord: onder de Zinspreuk: Ex perientia est Magistra rerum, op de Vraag: omtrent ‘de Ziekten der Negers in de Nederlandsche Volkplantingen, in de West-Indien, &c.’ heeft men, als onvoldoende niet kunnen bekronen. Het Genootschap ziet met verlangen meerdere Verhandelingen te gemoet, voor den eersten van Louwmaand des Jaars 1789, ter beantwoording der Prysvragen, voorgesteld in het Programma des Jaars 1787; vernieuwt de Vraag: omtrent ‘de Ziekten der Negers;’ onder belofte van den gewonen Gouden Eermunt aan hem, die dezelve voldoende beantwoord, wanneer het ook zyn zal; en steld voor de eerstemaal, om beantwoord te worden voor den eersten van Louwmaand des Jaars 1790, onder dezelfde belofte, voor de twee volgende Vragen: ‘Hoe is de Aardrykskundige gesteldheid van Zeeland, voornamelyk ook betrekkelyk tot de Rivieren en Stromen, geweest, van de oudste tyden, dat het zelve bekend is geraakt, tot aan het begin der Graaflyke Regering? Welke veranderingen zyn in dezelve voorgevallen, zedert dat laatste tydperk, tot aan het einde der veertiende Eeuw? Is naderhand hare gesteldheid dezelfde gebleven, of heeft zy ook merkelyke veranderingen ondergaan? Zo ja! Welken waren deze? En van welken invloed zyn alle die veranderingen geweest, zo op het Huishoudelyk bestaan, als op het Staatswezen van dat Landschap?’ En ten tweeden: ‘Wat is de reden, dat de Kinderpokjes (variolae), op onderscheidene tyden en plaatsen, zomtyds onverwacht zig openbaren, en zeer geweldig woeden; terwyl anderen, zelfs in de nabuurschap daar van, op den zelfden tyd geheel bevryd zyn? Hangt zulks af van ene byzondere gesteldheid in den Dampkring; van de hoedanigheid der Steden en Plaatsen; van het voedzel, of andere oorzaken? Zyn 'er ook voorbehoedende middelen ten dien opzichte te bedenken?’ Men wenscht by de beantwoording dezer Vraag, de redeneering, zo veel mogelyk, bevestigd te zien door wezenlyke gebeurtenissen, uit de ondervinding opgemaakt. Eindelyk word, boven de Gouden Medaille, 40 Gouden Ducaten aan den genen beloofd, die, op de best voldoenste wys, voor 1 January 1791, de Keuren van Zeeland, in ene goede Nederduitsche Taal, met korte Aanmerkingen opgehelderd, voorsteld. De Antwoorden op alle de gemelde Vragen en Voorstellen moeten, op de gewone wys en voorwaarden, in elk Progamma des Genootschaps te zien, toegezonden worden aan den Heer A. Dryfhout , A.L.M. Phil. et Theol. Doct en Predikant te Middelburg; of aan den Heer H. van Royen , Rect. der Latynsche Scholen te Vlissingen, Secretarissen van het Genootschap. Tot Directeuren van dit Genootschap zyn, zedert de vorige algemene Vergadering aangesteld, de Heren Pet. Alex Boreel de Mauregnault, Schepen en Raad te Goes; Mr. Nic. Joh. van Hoorn van Burgh, Raad te Vlissingen; Mr. Ap. Jan Corn. Lampsins, Bailliuw wegens zyne Doorl. Hoogheid den Heer Prinse van Orange, te Vlissingen; Jan Stavorinus, Schepen te Middelburg; Mr. Gysb. Car. van Hogendorp, Pensionaris der Stad Rotterdam; Mr. Joh. Adr. Moens, Raad te Vlissingen; Mr. Adr. Fr. Lammens, Schepen en Raad te Vlissingen. En tot Leden zyn in deze Vergadering verkoren de Heren Mr. Baron van Hupsch, Lid van verscheidene Akademien en Gel. Genootschappen te Keulen; Seb. Just. Brugmans, Prof. Botan. te Leiden; Rudolph Forsten, Anat. en Chir. Prof. te Harderwyk; Fred. Will. van der Leeuw, Med. Doct. Anat. et Chir. Lector te Dordrecht; P.J. Thomassen a Thuessen, A.L.M. Phil. et Med. Doct in 's Hage; Joh. H. van der Palm, Predik., thans wonende te Middelburg; Jac. de Puit, Stads Operateur en Vroedmeester te Middelburg; J. de Kanter, Phz., Notaris te Zierikzee. Haarlem . In de laatstgehoudene grote Vergadering van Teylers Fondatie, binnen deze stad, hebben Heren Directeuren en Leden geoordeeld, dat het ingekomene ter beantwoording van de Vraag in de Schilderkunde, by het Tweede Collegie dezer Fondatie, voor den Jare 1787, uitgeschreven, niet voldoende was om bekroond, of onder de Stukken der Fondatie uitgegeven te worden. Zynde die Vraag deze geweest: ‘Zou 'er mogelykheid zyn, van, met enige zekerheid, na te gaan, hoedanig de Schilderkunst der Ouden, ten aanzien van 't werktuiglyke, geweest zy? van welke Verfstoffen zy zig bediend, en hoe zy die op hunnen taferelen gebezigd hebben? welke veranderingen en verbeteringen zyn daar in door de lateren, die men Moderne heet, van de vroegste tyden, tot heden toe, uitgevonden en gebruikt? En wat is 'er thans voornamelyk te zeggen ter verklaring, of ook ter verbetering indien dit mogelyk is, van de tegenswoordig in gebruik zynde Teken- en Schilderwyze, de Stoffen, waar mede en waar op getekend en geschilderd word, betreffende?’ Welke Vrage, wegens hare gewigtigheid, geoordeeld is in aanmerking te komen, om nog eens, by ene volgende gelegenheid, herhaald te worden, waar toe, wanneer dit zo word besloten, nadere aankondiging, ter behoorlyker tyd; zal gedaan worden. Ondertusschen heeft men het thans nodig geacht te herinneren de waarschuwing, by die van het Twede Collegie, in hun Programma voor den Jare 1786, aan den Schryvers van Andwoorden gedaan, van zich te wachten hunne Verhandelingen, met hunne eigen' hand geschreven, toe te zenden of daar in hunne hand, hier en daar, te laten zien, vooral de genen, die weten, dat hunnen handen by de Fondatie bekend zyn; alzo de Stukken, in welken ene bekende hand ontdekt word, tot het mededingen na den prys niet toegelaten zullen worden, even als of zy met der Schryveren eigen naam ondertekend waren.
_alg004alge01_01_20_4
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 6 }
Nieuw uitkomende boeken, akademische en andere schriften. Frankryk . Dissertation sur l'Extraction des Corps Etrangeres des plaies, & Specialement de ceiles, faites par armes a feu &c. Verhandeling over het uitsnyden van vreemde Lighamen uit Wonden, byzonderlyk zulken, die door Schietgeweer veroorzaakt zyn: met de Beschryving en Afbeeldingen van verscheidene Werktuigen, onlangs uitgevonden, om deze Operatie meer gemakkelyk en zeker te maken, door den Heer Thomassen, Chirurgyn by het Koningl. Krygs Hospitaal, te Neuf Brisach, Lid van verscheidene Akademien, 8vo. Te Straatsburg, by Treuttel 1788. Dit Werk is verdeeld in vier Afdelingen. In de eerste onderzoekt de Schryver de Natuur en de verscheidenheid der vreemde lighamen, en geeft een denkbeeld van de toevallen, welken zy kunnen veroorzaken. De twede geeft de bewyzen voor en tegen de uitsnyding, volgers de onderscheidene gevallen, aan de hand. In de derde brengt de Heer T. alle Werktuigen ter toets, die men voor deze Operatie kan uitdenken, met aanwyzing van der zelver gebreken en voordelen. De laatste bepaald zig byzonderlyk tot de onontbeerlyke Instrumenten, beschryvende de A. hier in een van zyn eigen vinding, met opgave van de wyze op welken anderen kunnen verbeterd worden, als mede van de regels, zo der Theorie als Praktyk, welken men, by het gebruik daar van, in agt te nemen hebbe. Londres et ses Environs, ou Guide des Voyageurs &c. Londen en hare Buitenstreken, of Gids der Reizigers, Nieuwsgierigen en Liefhebberen in dat deel van Engeland, aanwyzende alles, 't geen voor de zulken, in derzelver onderscheidene Standen, van enig belang kan zyn, met onderrigtingen, omtrent 't geen, voor het aangaan der reize, noodzakelyk dient geweten te worden, en ene opgave van de voornaamste Koop- en Manufaktuur-Steden door de drie Ryken: versierd met Gezigten van de voornaamste Gebouwen en Koningl. Huizen, nevens een Kaart, in 't koper gesneden. Geschreven te Londen, door M.D.S.D.L. 2 Del. in 12mo Te Paris, by Buisson, prys 5 Liv. Een nuttig Werkje, niet slegts voor Reizigers, die Londen willen gaan zien, maar ook voor Kooplieden, die kennis en Correspondentie verkiezen te krygen met de voornaamste Huizen van Negotie in die Hoofdstad. Estella, Roman, Pastoral. Estella, ene Herderlyke Roman, door den Heer Florian, Lid van verscheidene Akademien. Parys 1788. 8vo. 235 bladz. De Heldin dezer Roman bezit al de kieschheid, waar door de schriften van den Heer F. uitmunten. Verscheidene omstandigheden, egter hier voorkomende, gelyken te zeer op de Geschiedenis van Eloise, om het Werkje als oorsprongelyk te beschouwen: met dit alles vloeyd het over van fraaye Schilderyen, terwyl de styl zo bevallig als vloeyend is. De Heer Janinet gaat voort met weeklyks zyne Costumes & Annales des grands Theatres de Paris uittegeven. Het Werk behelsd ene Geschiedenis van elk Schouwtoneel, korte opgaven van alle de voorname Stukken, daar op vertoond, en Anecdotes omtrent dezelve en de beroemdste Spelers, en verzeld van de Afbeeldingen dezer laatsten. Intekeningen tegen 30 Liv. in 8vo. en 36 Liv. in 4to. worden aangenomen ten Huize van den Heer Ratinet, rue Haute Feuille, No. 5. te Parys. Duitschland . Andachtsbuch für das Weibliche Geschlegt &c. Godvrugtige Handleiding voor de Vrouwen en byzonderlyk voor het meest geoeffend deel derzelven, door S.G. Marezoll, 1ste Deel. Leipzig 1788. gr. 8vo. 410 blz. 18 gl. Dit Stuk, welks Schryver een vriend van wylen den Heer Zollikofer is, vervat, na eenige Inleidende beschouwingen over de bestemming, en de uitoeffening der vrouwlyke bekwaamheden, drie Afdelingen, waar van de eerste Overdenkingen omtrent de bestemming des vrouwelyken Geslagts, in 't algemeen, de twede aansporing tot de voornaamste deugden en waarschuwing tegen de heerschende feilen der Vrouwen, en eindelyk de derde beschouwingen van enige der voornaamste hinderpalen en bevorderings middelen der aangeprezene Deugden, bevat. De Schryvers der Gothaische Gelebrte Zeitung pryzen dit Werkje vooral aan haar, voor welken het byzonder geschikt is, met veel nadruk aan, als uitmuntende, door ene oordeelkundige uitkiezing van vele nuttige en gepaste zaken, klaarheid en duidelykheid van begrippen, ligt te volgen aaneenschakeling van denkbeelden, en enen aangenamen en overredenden voordragt, vol vuur en leven, zonder redenkunstig Klatergoud of verlepte Dichterlyke Bloemen. Ueber den umgang mit Menschen. Over de Verkering met Menschen, door A. Vryheer van Knigge, 2 Delen, 8vo. Hannover, by Schmidt, 1788. 1 Rhtl. 16 gl. De Schryver, wiens omstandigheden en bekwaamheden ten volle blyken berekend te zyn voor de moeyelyke taak, die hy in dit Werk op zig nam, doorloopt in ettelyke Hoofddelen alle bedenkelyke Standen en betrekkingen der Menschen, en geeft ene menigte leerzame voorschriften aan de hand, die niet slegts voor den onkundigen ter onderrigting dienen, maar ook den meer geoeffenden, ter heilzame erinnering, te stade kunnen komen. Zyn Schryfstyl is zuiver naauwkeurig en vloeyend, en alles leverd blyk op van 's mans braafheid en edelaartige bedoelingen. Recueil des Deductions, Manifestes, Declarations, Traites et autres. Actes & Ecrits publics, qui ont été rediges et publiés pour la cour de Prusse, par le Ministre d'Etat Comte de Herzberg, depuis le Commencemént de la Guerre de Sept ans 1756 jusqu'a celui de la Guerre de Baviere, 1778. vol. 1. Berlyn 1788. by Haude en Spener, 3 Rthl. 12 gr. Deze Verzameling van Staatschriften is van des te meer waarde, daar soortgelyke Stukken, gelyk in de Voorrede te regt word aangemerkt, van hoe veel belang ook voor den Historieminnaar, na enig tyd verloop ligt verloren raken, en dikwyls met veel moeyte naauwlyks op te sporen zyn; gelyk alrede de berugte Memoire raisonné van den Jare 1756. zeer zeldzaam geworden was. De Verzameling behelsd, behalven dit en de daar toe onmiddelyk betrekkelyke Stukken, nog een aantal van 31 andere Staatschriften. Aan de Voorrede is een zeer opmerkelyke Brief gehegt, dien de Graaf van Herzberg, zonder naams tekening, in het Jaar 1757, aan Frederik den Groten schreef: als mede twee Brieven van Prins Hendrik van Pruissen aan opgemelden Staats Minister. Reliqua Librorum Frederici II. Imperatoris, de arte venandi cum avibus, pars I. uitgegeven door Prof. Schneider. Leipzig, by de Erven Müller 1788. Buiten de Voorrede des Uitgevers, en den Text, die naar den Augsburgsche Druk van 1596 gevolgd is, behelsd ook nog dit Deel enige Hoofddelen: de Falconibus, Asturibus & Accipitribus, uit het 23ste Boek, de Animalibus van Albert Magnus. De voortreffelyke Ontleed- en Natuurkundige aanmerkingen, welken meestal op eigen ondervinding gegrond zyn, en velerleye eigen gemaakte Waarnemingen omtrent de Levenswyze en aandrift, niet slegts der Roofvogelen, maar ook van andere soorten dezer Dieren, de beschryvingen der soorten van Valken, die men op de Jagt gebruikt, nevens de onderrigtingen voor de behandeling daar van, zetten dit kleine Werkje des groten Keizers, onder alle de vreemdheid en barbaarschheid van Styl, ene waarde by, welke die der meesten nieuwe Schryveren, zo over het Onderwerp als over de kennis der Vogelen in 't algemeen, verre overtreft: en men mag te meer nut van deze nieuwe uitgave wagten, deels daar het Stukje thans weinig meer bekend, deels wegens verscheiden ingemengde oude Italiaansche en Fransche woorden, zeer moeylyk te verstaan was. Schoon dus wel de oorsprongelyke Druk naauwkeurig gevolgd is, heeft egter het Stukje ene nieuwe en meer bevallige gedaante gekregen uit de handen van enen man, die reeds meer blyken zyner grondige taalkennis en zyner bekwaamheid gegeven heeft, zo in het ophelderen van duistere plaatsen by oude Natuuronderzoekeren als in de Ontleedkunde der Dieren, byzonder der Vogelen. Zyne Aanmerkingen staan in een twede Deel te volgen, waar by insgelyks enige Platen tot opheldering zullen gevoegd worden. De Voorrede behelsd enige narigten nopens 's Keizers verdiensten by de Wetenschappen, deszelfs Gedichten, en pogingen om de kundigheden der Arabieren, in Italien en Frankryk te verbreiden, enz. Hamburger Schiffer Calender. Hamburgersche Schippers Almanach voor den Jare 1788. Hamburg, by Hofmann, 8vo. 226 bladz. Deze Almanach is byzonderlyk ten dienste van Scheepvarenden opgesteld en zeer gepast daar toe ingerigt, De Schryver is de Kapitein Muller, te Stade. Nederlanden . Bespiegelingen der Vier Levensstanden van den Mensch, met plat. gr. 8vo. Haarlem, by A. Loosjes. De verdeling van 's Menschen Leeftyd, in de vier perken of Getyden van het jaar der Natuur, is zeer gebruikelyk by goede Schryvers, en op haar zelve niet ongepast. De Schryver van het voorhanden zynde Werkje, dit denkbeeld volgende, bepaald dus zyne Bespiegelingen tot de Vier Levensstanden van den Mensch, nam de Kindschheid, Jongelingschap, Mannelyke Jaren en Ouderdom, die als Lente, Zomer, Herfst en Winter van 't Leven kunnen beschouwd worden. Ieder van welken ene Schets of Tafreel behelsd, van 't geen elken Levensstand byzonder eigen is, doorvlogten met leerzame bedenkingen en de nutste Lessen. Het een en ander word voorgesteld in enen vloeyenden en bevalligen Styl, hier en daar met Dichterlyke Bloemen bestrooid. De twee laatste Bespiegelingen overtreffen ongetwyffeld de beiden voorsten: die ook trouwens reeds afzonderlyk voorheen in het ligt gegeven waren: een blyk dat des Schryvers kundigheden, oordeel en bekwaamheden, gedurende dezen zynen arbeid, zig meer en meer ontwikkeld hebben. Echter loopt deze enigzins ongelyke behandeling, van het onderwerp, hier minder in 't oog, daar zy, schoon toevallig, in ene opklimmende volkomenheid voortgaat, welken niet kwalyk schynt te passen, aan de trapswyze vordering van den Mensch, en deszelfs vermogens en vatbaarheden. Het geheel ondertusschen verdiend aanpryzing: als aanleidelyk tot het verkrygen van nuttige Menschenkennis, gezonde begrippen van Godsdienst en indrukken van deugd en braafheid; en als in dier voegen ingerigt, dat zo wel het opgroeyend Kind, als de meer vatbare Jongeling, de volwasschen Man zelve, en afgaande Grysaart, een heilzaam voedzel, beiden voor het verstand en het hart, uit het een en ander konne trekken. De bygevoegde vier Platen verbeelden de onderscheidene Levensstanden; zynde een derzelven aan het hoofd van elke Bespiegeling geplaatst. Men kan dit Werkje, onzes bedunkens, met veel nut, als een Prys van naarstigheid, aan de katechiserende Jeugd uitdelen.
_alg004alge01_01_20_5
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 7 }
Nieuw uitgevonden werktuigen en konstgevaarten. Ten behoeve der Katoen- en Spaansche Wolspinnery, heeft de Hof-Instrumentmaker en Werktuigkundige Christiaan Storch, te Offenbach, ene geheel nieuwe en zeer net bewerkte Kam - of Kaard-Machine , in gereedheid gebragt, welke door één persoon behandeld word. Derzelver Eigenschappen zyn: 1. Dat zy de Wolle van zelve opschuift, en de Vlokken, op de volmaakste en fynste wyze, weder aftrekt, zo als zulks by het Wolkaarden vereischt word: 2. Dat met behulp van dit Werktuig, een enkel persoon, in gelyken tyd, zo veel doen kan, als anders 12 personen; en 3. Dat de Machine ook kan gesteld worden, om door het water bewogen te worden, wanneer zy nog ongelyk meer voordelig werken moet. Een volledige beschryving zou te wydlopig vallen. Het Werktuig is, nevens de daar door gekaarde Wolle, voor ieder by hem te zien. Wyders zyn by hem gereed gemaakte Spin-Machines van goede qualiteit tot 30 Spillen te bekomen. Buitenlanders, ene nadere beschryving van het Werktuig verlangende, worden verzogt, de Brieven Vragtvry te zenden.
_alg004alge01_01_20_6
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 8 }
Toneel- en ander konstvermaak nieuws. Op een der Tonelen, te Parys, is onlangs, met ongemene goedkeuring, ene Pantomime vertoond, ten onderwerp hebbende: de dood van Kapitein Coock. De uitvoering geschiedde in den besten smaak, en de Decoraties waren geheel nieuw. Nicolet, een der bestierderen van de Petits Spectacles, op de Boulevards, te Parys, heeft een Brief ontvangen van den Baron Trenck, over deszelfs Toneelstuk: de Baron Trenck, 't geen een en andermaal met toejuiching vertoond is. Om den twyffel weg te nemen, aangaande het werkelyk bestaan van dezen Baron, die by velen scheen plaats te hebben, heeft Nicolet dezen Brief openlyk bekend gemaakt. Dezelve was van dezen inhoud: ‘Ik hebbe, Myn Heer! een afdrukzel ontvangen van uw behaaglyk Stuk, en verwondere my, dat gy op de gedagten konde komen, om den jammerlyken reeks myner onafgebrokene onheilen, gedurende 43 Jaren, in een Toneelstuk te brengen. By aldien gy 'er enig voordeel uit gehaald hebt, zal ik 'er hartelyk over verblyd wezen: en ik ben 'er grootsch op, wanneer ene Natie, zo hoog by my geschat, myn naam en wederwaardigheden hare goedkeuring niet onwaardig vind: U verzekerende, dat my dit niet weinig troost verschaft, na myne langdurige en harde gevangenis. Ik zal den aanstaanden Winter te Parys wezen, en mogelyk een Stuk van myn eigen maakzel vertonen. Ik hebbe 4 a 5 Vertalingen van myne Romaneske Geschiedenis gelezen, en ze allen verminkt of vervalscht gevonden. Thans ben ik bezig aan een egt en getrouw verhaal van alles op te stellen, 't geen ik, binnen kort, denke uit te geven. Intusschen ben ik uw ootmoedige Dienaar: Frederik, Baron Trenck.’ De eigendomlyke waarde der Schouwburgen is, zedert de laatste Jaren, in Engeland, en vooral in de Hoofdstad, op ene verbazende wyze aangegroeid. Men weet niet, voor hoe veel, en onder welke voorwaarden, de Familie van Rich, allereerst, de beiden onbepaalde Patenten bekomen hebbe, uit kragt van welke zy, ettelyke jaren, de drie Tonelen, Drurylane, Lincoln's Innfields en Covent Garden, ophield; maar het is zeker, dat, omtrent den Jare 1760, de Heer Rich, met den beroemden Thornton in onderhandeling was over den gehelen Eigendom daar van, voor 40,000 Pstr. schoon de Koop, door de tegenkanting van enen Skipwith, die eisch op het éne Patent maakte, toen niet doorging. Sedert egter, dit geschil vereffend zynde, bedong de Heer Rich, voor het afstaan van zyn recht, een vermeerderde som van 60,000 Pstr. In het Jaar 1774, verkogt Colman, een der Kopers, zyne vierde poverdrtie voor 21,000 Pstr., en men zegt, dat zedert deze en de andere Portien nog duurder gekogt zyn, door den Heer Harris. De Eigenaars van het Drury-lane Toneel hebben Octroy voor 21 Jaren, waar van de vernieuwing aan het goedvinden der Krone staat. De Heer Garrick droeg zyn helft in den Eigendom daar aan, in het Jaar 1776, voor 85,000 Pstr. over, en de helft hier in, zynde een vierde van den gehelen Eigendom, is onlangs aan den Heer Sheridan voor 18,000 Pstr. verkogt.
_alg004alge01_01_20_7
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 9 }
Narigten en byzonderheden, tot den handel en scheepvaart, land- en veebouw, als mede de huishoudkunde, handwerken en fabrieken, betrekkelyk. De verslagenheid over de breuk van zo vele Handelhuizen, byzonder in de Lynwaten, te Dublin, houd niet slegts aan, maar word staag groter, overmits die Bankeroeten invloed over het gehele Ryk hebben, en dagelyks meer Negotianten zig genoodzaakt vinden, om met betalen op te houden. Men is niet zonder reden bedugt voor de ergste gevolgen, welken daar uit voor de Fabrieken ontstaan zullen: daar het Crediet der Fabrikeurs in Antrim, ene Provintie, die enkel door den Handel in Lynwaten bestaat, ten enemale geknakt is. Het Steedje Swabach, in 't Markgraafschap Anspach, munt uit in velerhande voordelige en bloeyende Fabrieken. Men rekend, dat 'er alleen met de Koussen-Fabriek aldaar 180,000 Florynen, en met die der Naalden, waar van 200 Millioenen geleverd worden, 130,000 Flor. jaarlyks gewonnen worden. In den Jare 1767. waren, in Rusland, 165 Yzeren Koperhutten aan den gang, die 3, 4, 97315 Pud gesmeed Yzer, en 1,9,5679 Pud Koper uitleverden. Het Pud Yzer, op 80 Kopeiks gerekend, brengt de waarde der gehele massa tot 2,7,97852 Roebels: en dat van 't Koper, tegen 8 Roebels geschat, brengt de waarde van het geheel op 1,5,65432 Roebels. Het produkt van beiden beliep dus 4,3,63284 Roebels. De inkomsten der Krone hier uit bedroegen zuiver 4,03583 Roebels, zonder het Muntgeld van het daar van geslagen Kopren geld te rekenen. Uit Zweedsch Pommeren worden jaarlyks, 8 jaren door elkanderen gerekend, 1828 Lasten Rogge, 893 L. Tarwe, 851 L. Gerst, 380 L. Haver, 381 L. Erwten uitgevoerd. Van 1778-84 leverde het naar buiten 15,568 ½ Centner Tabak in Bladen, en 118,311 pond gewerkte. De waarde der uitgevoerde Paarden bedroeg in 8 jaren 77,728 Ryksd.: de Hoeveelheid Wol, in dienzelfden tyd 1,676,230 Pond. Men kan rekenen dat 'er in 't gehele Land 250,000 Schapen zyn. De uitvoer van Mout beliep op 1,557,968 Rksd. volgens spesifique Lysten van 1778-83, bedroeg de waarde van alle uitgevoerde Produkten en Goederen 3,613,797 Rksd. en der ingevoerde 2,873,607 Rksd. van welke beiden, een som van 5,317,380 Ryksd. op de balans van den Zeehandel, en slegts 1,170,024 Ryksd. op die van Landhandel kwamen. De Land inkomsten bedroegen in 1785 een som van 230,762 Ryksd. en de uitgaven waren 229,059 Ryksd. De aangroei en het gewigt des Deenschen Asiatischen Handels word, in het Hamb. Polit. Journal, volgender wyze opgegeven. Tydvakken.Jar.Lad.waarde. Voor den l Zee O. v. 1775-77.3.28.8,017,353 Dl. Gedur. denzelven v. 1778-82. 5. 78.23,903,173 Dl. Sedert den Oorlog v. 1783-86. 4. 102.33,329,593 Dl.
_alg004alge01_01_20_8
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 10 }
Letterkundige anekdoten. Ter tyde van Koningin Anna, was het, in Engeland, een gebruik, wanneer een der Kapelanen van 't Hof een Dekens Ampt kreeg, den Kapellaans-Tafel met een Zilvren schotel te verëeren. Een derzelven tot Deken van Peterborough (welk Dekenschap ongemeen schraal van inkomsten is) verkoren zynde, en zig wat huiverig tonende om het gewoon geschenk te doen, wierd, op zekeren dag, aan Tafel daar over gerailleerd: ‘ach! myne Heren;’ sprak hy koeltjes, ‘men kan niet verwagten, dat ik U een Zilvren Schotel zal verëren; gemerkt ik slegts Deken van Pewter-borough ben.’ [Pewter betekend in het Engelsch Tin.] Men vroeg eens den Generaal der Jesuiten, Oliva, hoe het kwame, dat 'er onder zyne Orden, waar van het merendeel uit zeer fyne en schrandere verstanden bestond, zig nog zo vele domören en halzen bevonden. ‘Wy moeten Heiligen hebben,’ antwoordde de Generaal.
_alg004alge01_01_20_9
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 11 }
Geboorte- trouw- en sterflysten. Het getal der Doden, gedurende de laatstverlopene week, is geweest: te Amsterdam 163: in 's Hage 27: en te Haarlem 12, onder welken laatsten 8 beneden de 12 jaren.
_alg004alge01_01_20_10
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 21, "section": 12 }
Weerkundige waarnemingen, te Haarlem. 1788. November.Barometer.Thermometer.Streek der winden.Luchtsgesteldheid. 's morgens29. 1047 ¾Zuid-westhelder Woensdag 5. 's middags-50 ½West- 's avonds30.47Z. ten O.- 's morgens30. 247 ½Zuid-oosthelder Donderdag 6. 's middags-48-- 's avonds30. 145-- 's morgens30. 142Zuid-oosthelder Vrydag 7. 's middags29. 1145-- 's avonds29. 1039-- 's morgens29. 1038Zuid-oosthelder Saturdag 8. 's middags29. 9 ½48-- 's avonds29. 8 ½38-- 's morgens29. 8 ½40Zuid-oosthelder Zondag 9. 's middags29. 845 ½-- 's avonds-42-- 's morgens29. 7 ½39Zuid-oosthelder Maandag 10. 's middags29. 946-- 's avonds29. 9 ½42-- 's morgens29. 1045Zuidhelder Dingsdag 11. 's middags29. 10 ½53Z. ten W.- 's avonds29. 1144Zuid west- Te Haarlem by A. Loosjes.
_alg004alge01_01_20_11
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 1 }
Berigten. Rusland. Den 7den der maand October, wierd, by de Keizerlyke Akademie der Konsten, voor den Hofmeester, Geheimraad en Ridder van verscheidene Ordens, Grave Alexander Andreewitsch Besborodko, een byster groot Standbeeld, de Godin Cybilla verbeeldende, uit geel koper gegoten. Het Model daar van was, door den beroemden Konstenaar, en Medelid der Akademie, den Heer Rachette, in den smaak der Oude Grieksche Statuten, vervaardigd, en verdiend de byzondere goedkeuring der Konstkenneren. Het gegoten Stuk weeg 200 Pud Tusschen de 6 en 7 duizend Ponden, Amsterdams Gewigt., en is geschikt, om in een Tempel, op de Buitenplaats van zyne Doorlugtigh. geplaatst te worden.
_alg004alge01_01_21_0
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 2 }
Italien. De vernieuwde uitbarsting van den Vesuvius heeft een groot aantal van Vreemdelingen tot zig gelokt, om dit verschynzel van naby te beschouwen. De Stroom van Lava, welken zy opwerpt, is ongemeen sterk, dog dezelve heeft, tot nog, geen nadeel aan de Velden toegebragt, overmits deszelfs loop dezelfde strekking heeft als in vorige tyden. De Universiteit, te Turin, bezit ongeveer 50,000 Boekdelen en 3000 Handschriften, onder welken een Thucydides, Sextus Empirikus en Theokritus nader verdienen onderzogt te worden. - Ondertusschen is het aldaar met de Geleerdheid zo slegt gesteld, als men zig naauwlyks verbeelden kan. De Graven van Saluzzo en Marozza, enige Abts, gelyk de Wiskundige Caluzo, die zig aan het hoofd der Akademisten bevinden, uitgenomen, kan men vry zeggen, dat Turin ene Universiteit, zonder Geleerden, bezit. De Grieksche Letterkunde in 't byzonder, word aldaar, gelyk aan meer Italiaansche Universiteiten, dermate verwaarloosd, dat 'er gene Lessen meer in die Taal gegeven worden, vermits niemand lust heeft om ze te leren. Men legt 'er zig nog het meeste toe op de Scheikunde en Natuurlyke Historie.
_alg004alge01_01_21_1
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 3 }
Groot-Britannien. De Heer Edward Christian, Schildkn. M.A. van St. John's Collegie, is tot Hoogler. in het Staats-Recht, by de Universiteit, te Cambridge, benoemd. By een der Gezelschappen (of Clubs) die dezer dagen, in Londen, elk om stryd, het Eeuwfeest der Omwenteling, in dit Ryk, by de landing van William III. vierden, is besloten een Zuil op een der Pleinen dier Hoofdstad, ter gedagtenis dezer gebeurtenis op te rigten: zynde daar toe 500 Pstr. uit de gemene Kas weggelegd, terwyl boven dien, terstond door de tegenwoordig zynde Leden, tot ene somma van 1000 Pstr. daar voor wierd ingeschreven.
_alg004alge01_01_21_2
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 4 }
Frankryk. Door het Overlyden des Maarschalks de Chastelux is een der 40 Stoelen by de Fransche Akademie opengevallen. Het Gemeen bestemd vry eenparig deze eerplaats voor den Heer Necker. De Heer Argand, een Zwitser van Geboorte, een nieuwe manier om ene betere soort van Brandewyn te stoken uitgevonden hebbende, en dezelve, by de Akademie van Montpellier onderzogt en goedgekeurd zynde, heeft, onder begunstiging der Regering, een Etablissement daar toe opgerigt, waar van men zig veel goeds voor den Handel beloofd: gemerkt, by deze manier, veel in de kosten en tyd word uitgewonnen; terwyl tevens zyn Brandewyn ongelyk aangenamer en sterker is, dan die men tot dus verre wist te stoken. De Heer Meister, een Zwitser, die zig thans te Parys bevind, en aldaar afzonderlyke Lessen geeft, heeft voor zyn Geschrift: de la Morale Naturelle, van de Keizerin van Rusland, ene gouden Eerpenning ontvangen.
_alg004alge01_01_21_3
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 5 }
Zwitserland. De Hoogl. de Saussure, te Geneve, heeft zig met zyn Zoon, in de maand July, gedurende 14 dagen, op den zogenaamden Reuzenhals, die midden in de Savoysche Ysbergen ligt, en zig 1760 Toisen boven de oppervlakte van het Meir verheft, opgehouden; zullende zyne aldaar gemaakte belangryke waarnemingen eerstdaags het algemeen mededelen. De Heer Sennebier, mede aldaar, zal, binnen kort, een Werk, onder den Tytel van: Experiences sur l'influence de la lumiere solaire dans la Vegetation, 't geen als een vervolg op de 4 Delen over L'influence de la lumiere solaire dans la Vegetation kan beschouwd worden, in 't ligt geven.
_alg004alge01_01_21_4
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 6 }
Duitschland en naburige Ryken. Het kostbare Keurvorstlyk Kabinet van Penningen en Medailles, te Dresden, is met de twede Madaische Muntverzameling, bestaande uit 9212 Penningen der Middel-Eeuwen, en een reeks van kleine Munten uit alle Ryken en Landen, verrykt geworden. By de Keurmainzische Akademie der Wetenschappen, te Erfurt, zyn, den 2 Aug. de Heren Raad Curtius, Prof. Posselt, Geheim Hofr. Schlosser, Prof. Tittel, Dr. Mieg, Domhr. Maydieu, Hofgerigtsraad Bodman, Prof. Engel, Prof. Kluber, Dokt. Heim en Prof. Galetti, tot Honoraire Leden aangenomen.
_alg004alge01_01_21_5
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 7 }
Nederlanden. Brussel . De Keizerl. en Koningl. Academie der Wetenschappen en schone Kunsten, opgeregt binnen deze Stad, hield den 27 en 28 Octob. hare gewone Vergadering, ter uitdelinge der Jaarlyksche Pryzen. Dezelve heeft den Prys op de Vrage, in den Jare 1786 voor de Klasse der Natuurkunde opgegeven, en vervat in deze bewoordingen: Welken zyn de Inlandsche Aardgewassen, bekwaam om Oly op te leveren, die met vrugt en zonder gevaar in plaats van Boom Oly zoude kunnen gebruikt worden? Welken zyn de manieren van bewerking, om dusdanige Oly te bereiden en te bewaren? En eindelyk, wat zal 'er de Prys van zyn: onder voorafgaande prysbepaling der Materialen, waar uit zy getrokken word? aan den Schryver toegewezen van ene Nederduitsche Verhandeling, ten Zinspreuke voerende: Ut quid perditio-haec? die, by de opening van het Billet, gebleken is te zyn de Heer Wouters, Geneesheer te Wetteren, by Gend: en het Accessit daar van aan ene Fransche Memorie, onder de Zinspreuk: Est semper aliquid ad publicam utilitatem afferendum: waar van de Schryver, by het openen van zyn Billet, bevonden is te zyn: de Heer J.B. van den Sande, Apotheker en Chymist, te Brussel. De Akademie, gene voldoende Verhandelingen ontvangen hebbende, over den Hertog Ghislebert, Zoon van Reinier met den langen Hals, welk onderwerp voor de Geschiedkundige Klasse, in dit Jaar, was opgegeven, heeft met leedwezen, dit Voorstel moeten ter zyde stellen; en geeft, voor die zelfde Klasse, tot een Prysvrage voor het Jaar 1790 op: Ene aanwyzing van Caesars Krygstochten in de Nederlanden. ‘Zy, die naar dezen Prys dingen, moeten zig byzonderlyk toeleggen, om de Hedendaagsche Namen der Plaatsen op te geven, van welken de Schryvers, en bepaaldelyk Caesar, gewag maken: en, by aldien de hedendaagsche naam, met die, welke oudtyds daar aan gegeven wierd, niet mogt overeen komen, moeten zy, zo naauwkeurig mogelyk, de ligging der plaatse aanwyzen.’ Eindelyk steld zy tot een Prys, in de Klasse der Natuurkunde, de volgende Vrage voor: Welken zyn de Geneeskruiden, die van zelve groeyen in de Oostenryksche Nederlanden, waar van geen gewag gemaakt is, by enige Auteurs, het zy vroegere of lateren, die over de Kruidkunde der gemelde Provintien, of der naburige Landen, geschreven hebben.’ ‘De Akademie vorderd, dat zy, die naar dezen Prys dingen, het Stelzel van Linnaeus volgen, in de rangschikking der klassen en soorten van de Geneeskruiden, die zy zullen opgeven, onder ene naauwkeurige aanwyzing der plaatsen, waar zy dezelven zullen gevonden hebben.’ De Prys voor elk dezer Vraagstukken is ene Gouden Medaille van 25 Dukaten zwaarte. De Verhandelingen moeten in het Latyn, Fransch, of Nederduitsch geschreven zyn, en Vragtvry, voor den 16 Juny 1790. gezonden worden aan het Adres van den Heer Abt Mann, aanhoudend Geheimschryver. De Akademie eischt de uitterste naauwkeurigheid in de Aanhalingen: ten welken einde de Schryvers zorg hebben te dragen, om de Drukken en Bladzyden der Boeken, welken zy aanhalen, aan te tekenen. - De overige Voorwaarden zyn dezelfde als die van alle andere Akademien en Geleerde Maatschappyen. Leuven . Het staken der Lessen, onlangs, by de overgebragte Faculteiten, te Brussel, bragt zommigen in den waan, dat dezelven hier weder zouden te rug keren. Dog de Lessen zyn zedert hervat; ook blykt het, uit alle de nieuw gemaakte schikkingen, dat men op zodanig ene terug kering te vergeefsch wagt. Daar deze nieuwe schikkingen, zeer vele wezenlyke en gewigtige verbeteringen staan op te leveren, voor den aanleg en vordering der Studien aan den Universiteit alhier, welke, ondanks hare vermaardheid, aan niet weinige gebreken laboreerde, zal het niet ongepast wezen, enig breder verslag daar omtrent te geven. Men beklaagt zig bykans overal, dat 'er te veel tyds word doorgebragt met het leren der Latynsche en andere Talen, en te weinig besteed aan de beoeffening der Wysgeerte. Men heeft dus, by het nieuwe ontwerp, aan dit gebrek, allereerst nodig geächt, te gemoet te komen. Het zelve bepaald den Cursus der Letterkunde tot 6 of 5 Jaren, en verlengt, daar en tegen, dien der Wysgeerte, met één Jaar, zullende voortaan 3, in plaats van 2 Jaren, duren. De Redenkunde, nevens de beginzels der Overnatuurkunde, de Wiskunst, in hare eerste gronden, en eindelyk de Natuurlyke Geschiedenis, zullen de voorwerpen der Studie, in het eerste Jaar, opleveren. Het Twede zal besteed worden voor de Natuurkunde, de Natuur-wiskundige Wetenschappen, en het eerste gedeelte der Algemene Geschiedenis. Eindelyk, zullen, in 't derde Jaar, de Lessen over de verhevener Overnatuurkunde; de zedelyke Wysgeerte; de AEsthetica of Theorie der fraaye Konsten, en het overige der Algem. Geschiedenis, gaan. 'Er zullen zes Hoogleraren zyn, die in deze onderscheidene Wetenschappen onderwys geven: te weten, een voor de Reden-, Overnatuur- en Zedekunde; een voor de eenvoudige Wiskunde en derzelver toepassing; een voor de Natuurlyke Historie; een voor de Natuurkunde; een voor de Algemene Geschiedenis, en een voor de AEsthetica. Voorts is, om van minder belangryke Artykelen niet te gewagen, by het 8ste van het Nieuwe Plan, vastgesteld, dat 'er, in plaats van openlyke Stellingen, en andere Akademische acta, welke tot dus verre in den wysgerigen Cursus plaats hadden, op het midden of einde van elk Jaar, de strengste Examens zullen gehouden worden door den Hoogl. van elke Wetenschap, en wel in tegenwoordigheid van den Direkteur, of ten minsten van een Lid der Faculteit. Na deze Examens zullen de plaatsen aan de Studenten, naar derzelver bekwaamheid, toegewezen worden, zullende zy steeds in 3 Klassen onderscheiden zyn. Hy, die blykbaar alle zyne Medeleerlingen, gedurende den Driejarigen Cursus, overtroffen heeft, zal Primus verklaard worden, en by aldien verscheiden Studenten gelykelyk naar deze eer dingen, zal de beste geschreven Verhandeling, over een hun opgegeven onderwerp, de keuze bepalen. De benoeming van dezen Primus zal voortaan zonder die luidrugtige vertoning, van welke zy tot dus verre verzeld ging, geschieden: dog dezelve zal daar en tegen een Gouden Gedenkpenning ontvangen en boven dien, gedurende 4 Jaren, ene Gratificatie van 100 Kruisryksd. genieten. Doordien de Studenten veel tyds verliezen met het schryven der Lessen op de voorlezingen der Professoren, is het Dicteren by het Nieuwe Reglement afgeschaft, en geordonneerd, om, in plaats hier van, zig van gedrukte Werken te bedienen, ter keuze van elken Hoogleerar, dog altyd onder goedkeuring van het Gouvernement. Nog is by het zelve vastgesteld, dat, in het vervolg, alle de Hoogleeraarsplaatsen by onderlinge zamenstemming zullen begeven worden. Ziet hier wyders den woordelyken Inhoud van het Reglement, van 30 Sept. zullende wy het zakelyke der nieuwe Plans voor de overige Faculteiten, in 't vervolg, en van tyd tot tyd, mededelen.
_alg004alge01_01_21_6
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 8 }
Reglement voor de Universiteit van Leuven. Art. 1. Het Rektoraat der Universiteit zal voortaan voor een Jaar wezen. De Rektor zal, by beurtwisseling, uit elke Faculteit gekozen worden. De verkiezing zal plaats hebben met het begin der 10de Maand van het Akademisch Jaar, en onderworpen zyn aan de bekragtiging van 't Gouvernement, 't welk, ingevalle de stemmen steken mogen, zal beslisschen. 2. Het Jaar van 't Rektoraat zal met den eersten dag van 't Akademisch Jaar een aanvang nemen, en eindigen op den laatsten dag der volgende Vacantien. 3. Wanneer de Rektor een uit de 3 Faculteiten, welke te Brussel zig bevinden, moge wezen, zal hy een Vice Rektor, te Leuven, aanstellen. 4. Daar en tegen, wanneer de Rektor van de Theologische Faculteit zal zyn, zal hy een Vice-Rektor, te Brussel, aanstellen. 5. De Direkteurs der Faculteiten, by het Gouvernement bepaald, zullen, boven het Opperbewind der Faculteit, met het opzigt en de Direktie over de Studien belast wezen. Het zal hun post zyn, de Vergaderingen der Faculteit te beleggen, in welken zy zullen Voorzitten, en by meerderheid het besluit opmaken: indien zy egter, by de overweging van zaken, de Politie van derzelver Faculteit, of der Universiteit, betreffende, dringende reden hadden, om van een tegengesteld gevoelen te zyn, zullen zy het besluit daar omtrent opschorten, en de zaak ter kennisse brengen van de Koningl. Commissie voor de zaken der Universiteit. - Aan de Directie der Studien zal verbonden zyn, dat zy zorge dragen, dat de Lessen der Faculteit, overeenkomstig de voorgeschreven orde en leerwyze, gehouden worden; dat de Professoren hunne posten wel waarnemen; dat ieder deel der oeffeningen, van tyd tot tyd, tot een hoger trap van volkomenheid gevoerd worde, en niets verzuimd, van het geen ter bevordering van het welzyn des Lands kan strekken, en tevens den roem der Universiteit, onder de Buitenlanders, meer en meer verbreiden: waarom het aan de Direkteurs vry zal staan, om, zo dikwyls zy zulks nodig zullen oordelen, de Lessen by te wonen. - De Stellingen der Disputen, wanneer zy gehouden zullen worden, als mede de inaugurate Dissertaties, zullen den toets van Direkteuren onderworpen zyn, om daar by goed- of afgekeurd te worden. - Wyders zullen de Direkteurs, uit kragt hunner Bedieningen, by aanhoudenheid, aan de Koningl. Commissie van 't Gouvernement voor de zaken der Universiteit bygevoegd wezen, en dezelve van berigt dienen, nopens alles wat de Politie van derzelver Faculteit of der Studien betreft. 6. De Deken ener Faculteit zal naast den Direkteur rang hebben; zullende de Prosessoren dezen post beurtlings jaarlyks bekleden, volgens rang van Jaren. De Deken moet op alle Schrifturen de dagtekening stellen van derzelver overgave of inlevering, 't zy dezelve Verzoekschriften, Aanschryvingen, Besluiten, of andere Stukken behelzen, die aan de Faculteit houden, en der Vergadering berigten nopens derzelver inhoud. Alles, wat door de Faculteit staat verzonden te worden, moet getekend zyn, door den Direkteur of Deken, die den post van Voorzitter zal bekleden by afwezigheid of verhindering van den eerstgemelden. 7. Elke Faculteit zal een Geheimschryver hebben, die de besluiten en handelingen optekend, en wat meer daar aan vast is waarneemd. 8. Al wie, in een der vier Faculteiten, wil studeren, moet zyn Voor- en Toenaam, als mede de naam zyner Geboorteplaats, by den Rektor, op de Lyst der Universiteit, als mede in die der Faculteit, by den Deken, laten aanschryven. 9. De Rektors, Direkteurs, Dekens en Professoren, zullen zamen ene Vergadering of Senaat der Universiteit uitmaken, die enen afzonderlyke Geheimschryver zal hebben. 10. De Senaat zal, zodra mogelyk, zig bezig houden met het ontwerpen van een Reglement, 't geen ter approbatie van 't Gouvernement zal moeten ingeleverd worden, op alles 't geen dienstig zal blyken te zyn voor de Stigting en ter handhaving van goede tucht onder de Studenten der afzonderlyke Faculteiten. 11. Alle zaken, die by den Rektor van ene ernstige natuur beschouwd worden, zullen in dezen Senaat overwogen worden. 12. Zaken van minder aanbelang zullen afgedaan worden by den Rektor en de Gedeputeerden. 13. De Dekens der Faculteiten, nevens den Geheimschryver der Universiteit, zullen gewone Gedeputeerden zyn. 14. De Bedieningen van Diktator, Fiscaal en Syndicus, als nutteloos zynde, zullen afgeschaft worden. 15. Afzonderlyke zaken van loutere Discipline, zullen door den Rektor afgedaan worden, wien het vry zal staan, om, in dien gevalle, de Gedeputeerden der Universiteit te raadplegen. Gedaan', te Brussel, by Rade van het Gouvernement Generaal der Nederlanden, den 30 Sept. 1788. Paraph. TR. vt. (getekend) WILDT. Franeker . Den 3den dezer Maand November, heeft de Hooggel. Heer Nicolaus Smallenburg, J.U.D. deszelfs nieuwen post van Gewoon Hoogl. in de Rechten, aan 's Lands Hogeschool, alhier, plegtig aanvaard, met het houden ener Latynsche Redenvoering: De Officio ejus, qui Jura Romana tradere studet: of over den pligt des genen, die de Romeinsche Rechten tragt te onderwyzen. Haarlem . De byzonderheid van enen, in Engeland, ten tweden male bloeyenden Ros-Kastanjeboom, waar van in onze vorige No. 17, is gewag gemaakt, is dit Jaar, insgelyks te Amsterdam, waargenomen. Een onzer Correspondenten meld ons, van daar, zodanig enen bloeyenden Boom, voor het Huis van den Mr. Schilder en Aanspreker Jan Jansen, wonende in de Vinkestraat, van half October, tot aan den derden November, dagelyks gezien te hebben. De Bloemtrossen egter waren geknot, ontbrekende de Flos terminalis in allen. De Boom droeg meer dan 100 Bloemtrossen. Van Zaandam heeft men, dat aldaar dezer dagen Overleden is, Jochem de Vries, een man, die, schoon een Kladschilder van zyne Hantering, zig egter, al vroeg, en voornamelyk door eigen oeffening, aan de behandeling van 't Penseel gewend hadde, en zo in het Tekenen als Schilderen op het paneel en doek, gene geringe vorderingen gemaakt. Byzonderlyk muntte hy uit in het Tekenen en Schilderen van Schepen, waar van hy beiden Hol en Takelaadje, ja zelfs het byzonder kenbare van 't geheel, zo volmaakt wist te treffen, dat Scheepsbouwers en andere Kenners betuigen, nimmer zyn weerga gezien te hebben. Zyne Konst, gepaard met zyn braaf Karakter en gedrag, hadde hem ene algemene agting by zyne Medeingezetenen doen verwerven, en hield hy, met de voornaamste en aanzienlykste derzelven enen gemeenzamen omgang. Verscheidene Stukken, zyn 'er van hem voor handen, die, by de Liefhebbers zyner Konst, aan den Zaankant, bewaard worden; en die, waarschynlyk, na 's mands dood, zynen roem, grotendeels gedurende zyn leven alleen aan zyne Geboorteplaats bepaald, verder zullen verbreiden.
_alg004alge01_01_21_7
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 9 }
Tekeningen en prenten. Parys. L'Hermite; ene Konstplaat, in 't koper gebragt door Marais, naar de originele Schildery van Greuze. By Massard, Plaatsnyder des Konings, Rue et porte St. Jaques, No. 122. prys 16 Liv. Prise de Thionville, par le Duc d'Engien, (den groten Condé) 16 Aug. 1643. in 't koper gebragt door Picquenot, naar het originele van Martin, by den Autheur, Rue des Carmes, au College de Presses: prys 6 Liv. Amsterdam. In den Boek- en Kunst-Winkel van J.W. Smit, worden thans uitgegeven: Twe Nieuwe Tonelen van den Amsterdamsche Schouwburg: verbeeldende 1. De Romeinsche Hof-Gallery, geschilderd door Andriessen en Human, getekend door J. Buldhuis, en in 't koper gebragt door J. de Wit, waarin vertoond word Titus, Treurspel, met een geheel nieuw gegraveerde Rand, mede door J. de Wit: 2. De Legertenten, geschilderd door P. Barbiers, mede getekend door J. Buldhuis, en in 't koper gebragt door P.H. Jonxis, waarin vertoond word Achilles, Treurspel. De Prys is ƒ1:5:- Proefdr. 1:10:- Proefdr. zonder Letter ƒ1:16:- en zonder den Rand 15 st. Dezelve kunnen, even als de vorigen in 't ligt gegevene, by de Toneelstukken, ingevoegd worden.
_alg004alge01_01_21_8
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 10 }
Parys. L'Hermite; ene Konstplaat, in 't koper gebragt door Marais, naar de originele Schildery van Greuze. By Massard, Plaatsnyder des Konings, Rue et porte St. Jaques, No. 122. prys 16 Liv. Prise de Thionville, par le Duc d'Engien, (den groten Condé) 16 Aug. 1643. in 't koper gebragt door Picquenot, naar het originele van Martin, by den Autheur, Rue des Carmes, au College de Presses: prys 6 Liv.
_alg004alge01_01_21_9
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 11 }
Amsterdam. In den Boek- en Kunst-Winkel van J.W. Smit, worden thans uitgegeven: Twe Nieuwe Tonelen van den Amsterdamsche Schouwburg: verbeeldende 1. De Romeinsche Hof-Gallery, geschilderd door Andriessen en Human, getekend door J. Buldhuis, en in 't koper gebragt door J. de Wit, waarin vertoond word Titus, Treurspel, met een geheel nieuw gegraveerde Rand, mede door J. de Wit: 2. De Legertenten, geschilderd door P. Barbiers, mede getekend door J. Buldhuis, en in 't koper gebragt door P.H. Jonxis, waarin vertoond word Achilles, Treurspel. De Prys is ƒ1:5:- Proefdr. 1:10:- Proefdr. zonder Letter ƒ1:16:- en zonder den Rand 15 st. Dezelve kunnen, even als de vorigen in 't ligt gegevene, by de Toneelstukken, ingevoegd worden.
_alg004alge01_01_21_10
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 12 }
Schilderyen en beeldhoustukken. Ingevolge het grootsch ontwerp der Heeren Boydells, zyn ettelyke bekwame Meesters, in Engeland, zedert enigen tyd bezig, met het arbeiden aan de voornaamste Tonelen, uit de Schouwspelen van Shakespeare, die, overeenkomstig dit Plan, eerst geschilderd en vervolgens ook in Prent gebragt, opentlyk, ten nutte der Konstkwekelingen, staan ten toon gehangen te worden; en waar voor men te gelyk bezig is, ene fraaye Zaal, in Londen, te bouwen. De Stukken, welken, of reeds geheel, of gedeeltelyk, vervaardigd zyn, vinden wy, als volgd, opgegeven. De Heer Joshua Reynolds heeft byna in gereedheid het vervaarlyk Toneel van den dood des Kardinaals Beaufort, uit het twede Deel van Henry the Sixth. De Heer West heeft een Toneel geschilderd van Lear in the Storm; 't geen de Heer Scharpe begonnen is, in 't koper te brengen. De Heer Barry heeft Lear, met Cornelia dood in zyne armen, afgebeeld. Dit Stuk is insgelyks onder handen van den Plaatsnyder Legat. Voorts is de eerste bezig aan ene twede Schildery van Jachimo, uit het Koffer springende, in het Vertrek van Imogen, uit Cymbeline. De Heren Romney, Gilpin en Hodges, arbeiden te zamen, aan het gemengd Tafereel in het Bosch van Arden, waar Jacques het gewonde Hert beschouwd, uit As you Like it. De Heer Fuseli heeft zyne Stukken voltooid, van Lear verstotende Cornelia, 't geen thans onder het Graveer-yzer van den Heer Earlom is; van Macbeth en Banquo de Toveressen raadplegende, in the Storm; geschikt, zo als uit de voorwaarde blykt, voor den Heer Bartolozzi; van Hamlet, den Geest zyns Vaders volgende; van Hendrik V. de Zamenzwering van Scroop, Cambridge en Grey ontdekkende; en men verneemt, dat die zelfde Konstenaar zig gereed maakt om ook nog het Toneel, uit de Midsummer Night's Dream, van Titania, hare Nymfen naar de Vallei brengende, te vervaardigen. De Heer Opie is gereed met zyn Julia, als dood beweend, uit Romeo and Juliet: en legt de laatste hand aan een Schilderstuk uit de Winter's Tale. De Eerw. Heer Peters heeft een Toneel vervaardigd uit Much Ado about Nothingh, verbeeldende Beatrix in het Priëel, Hero en Ursula iets inluisterende. De Heer Northcote heeft ten einde gebragt de ontmoeting van Eduard I. en diens Broeder, in den Tower; nevens den Moord dier Prinsen, beiden uit Richard III., en de voorstelling van den jongen Prins aan Eduard IV., uit het derde gedeelte van Henry VI. Het twede dezer Stukken word reeds in 't koper gebragt, door den Heer Legat. Van den Heer Hamilton is reeds te zien een vrolyk Toneel uit Love's Labour lost, en van het Huwelyk van Orlando, uit As you Like it: welke beiden Stukken men verneemd dat door Bartolozzi staan in 't koper gebragt te worden. De Heer Rigaud heeft byna zyn Stuk af, uit de Comedy of Errors, het 1ste Ton. van 't 5de Bedryf. De Heer Downman heeft geschilderd, Rosalinde, de Dapperheid van Orlando belonende, uit As you Like it. De Heer Wheatly heeft zig verledigd voor een Toneel uit de Winter's Tale, en voor nog een ander uit de Thaning of the Shrew. Wyders heeft men berigt nopens een Schilderstuk door den Heer Durno, te Romen, verbeeldende Falstaff's Werfvolk voor den Wethouder Shallow: als mede, nopens een Toneel, 't geen, schoon laatst gemeld, egter niet van 't slegtste is, uit Titus Andronicus, door een Konstenaar, wiens naam het geheugen ontslipt is.
_alg004alge01_01_21_11
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 13 }
Narigten en byzonderheden, tot den handel en scheepvaart, land- en veebouw, als mede de huishoudkunde, handwerken en fabrieken, betrekkelyk. De Aksyns-inkomsten in Engeland zyn, zedert de laatste 16 Jaren, op ene ongelofelyke wyze toegenomen. In den Jare 1772 bedroeg het nette provenu van dien tak der publieke Inkomsten, en dus na aftrek van alle onkosten van gadering enz. ene somma van 3,784,643 Pstr. 17 s. 8 ½ d. en dat van het tegenwoordig Jaar, gerekend naar 't geen het laatste vierendeel jaar opbragt, zal weinig minder dan 6 ½ Millioen Pstr. wezen. In een Engelsch Nieuwpapier vinden wy de volgende Lyst van jaarlyksche Bankroeten , zedert 1740 tot op voor weinige weken. In 't Jaar 1740270 41265 42247 43196 44187 45207 46167 47167 48208 49190 50212 51183 52166 53250 54232 55220 56274 57284 58334 59289 60231 61198 62236 63259 In 't Jaar 1764332 65254 66283 67352 68295 69333 70287 71118 72173 73180 74231 75381 76430 77430 78565 79491 80450 81435 82560 83542 84531 85507 86494 87507 En in het tegenwoordig Jaar, tot den 25 October, teld men reeds niet minder, dan 587 Bankroeten; weshalven het getal, eer het Jaar om is, veel groter zal wezen, dan immer voorheen plaats hadde. In de eerste 19 Jaren, te weten: van 1740-1758 zal men zien, dat het getal 4250 geweest zy. In de twede 19 Jaren, van 1759-1777, klom het tot 5320. En van dien tyd af tot 25 Octob., schoon nog gene volle 11 Jaren, zal men dit getal 5369 vinden. Te Hull zyn, zedert weinige Jare, ettelyke Molens gebouwd: onder welken een Zaagmolen, die door den wind gedreven word, een Oly- en een Papiermolen, die door een Stoom-Machine werken, en Octrooi hebben. Men is thans bezig met aldaar mede op Octrooi een Meel- of Koornmolen op te regten, ingerigt volgens het model der Albion-Molens, te Londen, die voltooid zynde, gerekend word, met 4 paren Fransche Stenen, 36 Schepels, in één uur, te zullen kunnen malen. Het Britsch Gouvernement heeft, zedert 2 Aug. 1786, tot aan 2 Nov. dezes jaars, voor 3,243,300 Pstr. aan onderscheidene Acties ingekogt, en daar voor betaald ene somma van 2,421,450 Pstr. 3 s. 10 d. Men heeft opgemerkt, dat, zedert het sluiten van het laatste Handelverdrag, tusschen Frankryk en Engeland, de Balans des Handels, tusschen de beiden Ryken, merkelyk voordeliger voor het eerstgemelde geworden is. In den Jare 1784, leverde Frankryk nog gene 2400 Vaten Wyn, aan alle de drie Ryken van Groot-Brittanje, en in 't laatst voorleden Jaar, zyn alleen in Londen, van de maand Mey tot December, 6000 Vaten, ieder van 4 Oxhoofden, ingevoerd, zonder de gesloken Wyn te rekenen, die na genoeg op dezelfde hoeveelheid gerekend word. De afzet van Wyn-Azyn, Brandewyn, Olyen, Zeep, gedroogde en geconfituurde Vrugten, Snuifdozen en andere Galanterie Waren, is naar evenredigheid vermeerderd, en de Verkoop van fyne Lynwaten en Batisten bykans verdubbeld. - Van den Wynbouw leven in Frankryk 4 Mill. Menschen. Enige Jaren door elkanderen gerekend, leverd het Bannaat, jaarlyks 350,000 Centner Wolle op: Hier van 150,000 Cent. fyne, tegen 15 Gl. en 300,000 Cent. gemene, tegen 7 Gl. 3 Kr. gerekend, brengt de gemaakte prys voor het geheel op 3,750,000 Gl. Daar egter in den voorleden jare de Prys der fyne Wolle tot 26 Gl. 40 Kr. en die der gemene tot 13 Gl. 20 Kr. gestegen was, heeft het gehele produkt toen niet minder dan 6,666,666 Gl. 40. Kr. opgebragt. In het vorige Jaar zyn 28 Engelsche Oost-Indische Comp. Schepen, 5 Hollandsche, 3 Fransche, 2 Deensche, 2 Zweedsche, 2 Amerikaansche, 1 Pruissische en 1 uit Livorno, te Canton in China aan en afgevaren. De grote toevoer van Europesche Koopgoederen, hier door aangebragt, hadde den prys daar van niet weinig doen dalen. Het Gewas van Appelen en Peren schynt dit jaar, overal, even ongemeen voordelig geweest te zyn. Als ene byzonderheid daar omtrent word, uit Engeland, gemeld, dat een Heer, in Kent, 14,000 Schepels Appelen geplukt heeft. In een Buitenlandsch Nieuwspapier word de verschillende Staat van bevolking, in enigen der voornaamste Steden, zedert ene Eeuwe, op de volgende wyze opgegeven: Getal der Inwon.in den Jare 1688.en in 1788. Te Londen606,0001,100,000 Parys488,000800,000 Marseille200,000180,000 Lyons250,000150,000 Napels200,000354,000 Rome200,000157,400 Amsterdam187,000185,000 Venetien134,000100,000 Bourdeaux100,000200,000 Dublin69,000170,000 Rouan66,00010,000 Bristol48,00050,000 Cork40,00090,000 Leverpool20,00060,000
_alg004alge01_01_21_12
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 14 }
Iets wegens Portugal. Portugal, alhoewel een klein Land, is, naargelang van deszelfs grootte, een der ryksten in Europa. De Belastingen egter zyn 'er verre van drukkende: maar integendeel zeer gematigd. De Handel, dien het Ryk met deszelfs bloeyende Volkplantingen in drie Waerelddelen voerd, houd ettelyke duizenden, zo op Zee als ten Lande, bezig, en brengt onnoemelyke Schatten aan; behalven de voordelen, die de Portugesche uit den Handel met de meeste Volken van Europa trekken. Portugal beslaat slegts ene lengte van 300 Mylen, en is niet breder dan van 100 tot 60 Mylen. Des niettegenstaande is deszelfs Schatkist altyd wel voorzien: de Staat der Finantien in goede order, de Handel bloeyend, en het Volk wel te vreden. De jongere Takken der Koningl. Familie strekken de Natie tot geen last; daar elk derzelven rykelyk onderhoud vind, in de onderscheidene Staten, in de Kolonien daar voor geschikt, en de benodigde Geldsommen geregeld ontvangt, met de Vloot van Goa, Brazil, en de overige Bezittingen aan de Goudkust van Afrika. Door dit voorzigtig bestuur blyven de Koningl. Inkomsten onbezwaard, en daar het Hof ene zuinige levenswyze houd, schiet 'er jaarlyks meer dan genoeg over om aan de behoeften van den Staat te voldoen, zonder het Volk te belasten, of Nationale Schulden te maken.
_alg004alge01_01_21_13
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 15 }
Geboorte- trouw- en sterflysten. Het getal der Doden, gedurende de laatstverlopene week, is geweest: te Amsterdam 191: in 's Hage 23: en te Haarlem 15, onder welken laatsten 7 beneden de 12 jaren. Uit Engeland heeft men, dat, onlangs, het berugte Reuskind van Worcsstershire, te York, waar men het voor Geld liet kyken, Overleden is. Dit Kind was, laatstleden Juny, eerst 5 Jaren oud geweest; zynde een Meisje. Het was 4 voeten lang, en 4 voeten en 2 duimen dik, om de borst, en nog 2 duimen dikker om de heupen, en 18 duimen om de armen. Het woog byna 200 ponden, en was met dit alles zeer wel geproportioneerd, schoon, vlug en bevallig. In een der Herbergen van Londen, waar men, dezer dagen, de Honderdste verjaring der Omwenteling vierde, was een persoon tegenwoordig die nog geheugenis van die gebeurtenis hadde, zynde 112 Jaren oud. Hy hield thans zyn verblyf in het Fransche Hospital, in Oldstreet-road, waar in tegenwoordig 10 personen zyn, op dien tyd geboren, bereikende, met elkanderen, 1000 Jaren.
_alg004alge01_01_21_14
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 16 }
Openbare verkopingen van boekeryen en konstverzamelingen. Op Vrydag, den 9. Dec. 1788. en de 4 volgende dagen, zal, door den Boekhandelaar P.F. Gosse, in 's Gravenhage, publiek verkogt worden de nagelaten, uitgebreide en kostbare BIBLIOTHEEK, van wylen den Hoog Ed. Geb. Heer Jonkheer Jacob Jan , Grave en Baanderheer van Wassenaar tot Wassenaar en Zuidwyk, Vryheer van Obdam, Hentbroek, Spierdyk, Wogmeer en der Vrye Heerlykheid Lage, Heer van Weldam en Oliedam, in deszelfs Leven, beschreven in de Orden der Ridderschap van de Provintie Holland en West Vriesland &c. &c. Vervattende ene uitgezogte Verzameling van allerleye grotendeels zeer aanzienlyke Werken, in alle Talen, voornamelyk Fransche schryveren, waar onder velen, die zeldzaam voorkomen, allen wel geconditioneerd en de meesten zeer netjes ingebonden. [muntende, onder meer anderen, te veel om op te tellen, in deze Verzameling byzonder uit: in Folio : het Corps Universel Diplomatique du Droit des Gens, par J. Dumont, nevens het Supplement, par Dumont en Rousset, in 15 half roodl. banden, onafgesn. Encyclopedie ou Dictionaire Raisonné des Sciences, des Arts & des Metiers. Prem. Edit. Origin. de Paris, 35 vol. in kalfsled. banden, zynde een keurlyk Exempl. met fraaye Proefdrukplaten. Cabiers de la Descriptions des Arts & Metiers, de l'Academ. Royale des Sciences, de Paris, met koperen platen, 52 stuks, die afzonderlyk of by elkanderen, naar goedvinden der Liefhebberen, zullen geveild worden. Buchoz, 640 Planches, 7 Delen, als mede 50 Plantes van denzelven, heerlyk gesned. Een uitmuntende Herbarius Vivus, zeer zindelyk bewaard en gebonden in 6 Paryssche banden, leggende in een daar toe gemaakt kasje. L'Antiquité Expliquée, par B. de Montfaucon, avec le Supplem. 15 Delen, gr. pap. proefdr. In Quarto , Physiognomie, par Lavater, met ene menigte fraaye platen, 3 Del. Description des Arts & Metiers, par Bertrand, 18 vol. in halve Eng. band. Encyclopedie, d'Yverdon, 58 Delen, in dito banden. Oeuvres Complettes du Comte de Buffon, 28 Del. in gelyke banden, schoon Exempl. Hist. Nat. des Oiseaux, in gelyke banden, schoon Exempl. Hist. Nat. des Oiseaux, par Buffon en d'Aubenton, avec 1008 Planches, keurlyk ingebonden, zynde een Vorstelyk Exempl. Memoires de Brandenbourgh, 3 vol. eerste fraaye druk. Voyages du Capt. Cook, 13 vol. Collection Academique, 18 vol. Dyon en Paris 1754-1779. In Octavo , Recueil Historique, par Rousset, 23 vol. een zindelyk Exempl. Oeuvres Complettes de Buffon, 50 vol. in halve Eng. band. Histoire Naturelle, door denzelfden, 31 vol. in 19 banden. Histoire de la Vie de Henry IV., par de Bury, 4 vol. Dit Exempl. pronkt met de Portraitten der voornaamste Mannen van dien tyd; onder dat des Konings vind men de originele Handtekening van denzelven, gelyk ook die van Sully, onder diens Afbeelding. Vie des Hommes Illustres de France, par Auvigny, 23 vol. &c. &c.] Voorts ene Verzameling van MUZYKWERKEN, PRENTWERKEN, TEKENINGEN, LOSSE PLATEN en ZWARTE KONSTPRENTEN, van de beste Meesters, zo uit Italien, als Frankryk, Engeland en de Nederlanden. Zynde de Catalogus, tegen 2 stuiv. voor den Armen, te bekomen by bovengemelden Boekhandelaar, die ook Commissies van buiten aanneemt.
_alg004alge01_01_21_15
{ "ti_id": "_alg004alge01", "titel": "Algemene konst- en letterbode. Jaargang 1", "vols": "", "jaar": "1788", "druk": "1ste druk", "ppn_o": "", "bibliotheek": "leide001univ01", "categorie": 1, "_jaar": 1788, "pers_id": "_alg004", "voornaam": "", "voorvoegsel": "", "achternaam": "[tijdschrift] Algemeene Konst- en Letterbode, De", "jaar_geboren": "", "jaar_overlijden": "", "geb_datum": "", "overl_datum": "", "geb_plaats": "", "overl_plaats": "", "geb_plaats_code": "", "geb_land_code": "", "overl_plaats_code": "", "overl_land_code": "", "vrouw": 0, "url": "https://dbnl.org/tekst/_alg004alge01_01", "text_url": "https://dbnl.org/nieuws/text.php?id=_alg004alge01", "maand": "2006_05 ", "genre": "proza", "Unnamed: 28": "", "revision_date": "2006-03-03T00:00:00", "edition": null, "language": null, "chapter": 22, "section": 17 }
Bekendmakingen en prys-opgaven van in- en uitlandsche boeken en geschriften. ***JOH. PLAAT, Boekverkoper op de Kalvermarkt, in 's Hage, geeft uit en heeft alom verzonden, KEMPHER en VAN DORNBACH, of Vertrouwde Briefwisseling van Academische Vrienden. ‘Ene grote verscheidenheid van Charakters, die elk op zig zelven wel uitgewerkt zyn, zet deze Brieven, die natuurlyke Schilderyen zyn van de Hartstochten en de Geestneigingen der onderscheidene Schryvers, zeer veel fraayheid by: Bovenal vervatten deze Brieven voor de Jeugd eene Verzameling van aandacht uitlokkende gevallen, die te gelyk zeer veel leerzaams behelzen.’ de Prys is 14 stuiv. In de voornaamste Boekwinkels van Nederland, gelyk ook by den Uitgever dezes, is te bekomen: DE VERSCHEIDENE TYDPERKEN DES MENSCHELYKEN LEVENS, geschetst in een Zestal Redenvoeringen , over de Geboorte, Kindschheid, Jongelingschap, Mannelyken Ouderdom, Grysheid en Dood, voorgelezen in, en opgedragen aan de Maatschappy der Verdiensten, onder de Zinspreuk: Felix Meritis , vergaderende binnen Amsterdam; door A. FOKKE Simonsz., Medelid derzelver Maatschappye, enz. in 8vo. ƒ1:16:- *** A. LOOSJES, Boekverkoper te Haerlem, geeft uit en heeft alom verzonden J.L. SCHMUCKERS, Heelkundige Mengelschriften, 1e. Deels 2e. Stuk, met plat. a 14 st. Van het 1e. Stukje zyn ook nog Exemplaren a 14 stuiv. te bekomen, als mede van de volgende Werken: J. HUNTER, Natuurlyke Historie der Tanden van den Mensch, gr. 4to. met overheerlyke pl. ƒ2:12:. J. HUNTER, Practikale Verhandeling over de ongemakken der Tanden en van het Tandvleesch, gr. 4to. a 16 st. STOLPERTUS, of de Jonge Artz, by het Ziekbedde, gr. 8vo. a 15 st.
_alg004alge01_01_21_16